Gomphocarpus fruticosus (Wikipedia – Recente wijzigingen)

Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Taxobox | type = plant | naam = ''Gomphocarpus fruticosus'' | titelweergave = ''Gomphocarpus fruticosus'' | afbeelding = Gomphocarpus fruticosus subsp....'

Nieuwe pagina

{{Taxobox
| type = plant
| naam = ''Gomphocarpus fruticosus''
| titelweergave = ''Gomphocarpus fruticosus''
| afbeelding = Gomphocarpus fruticosus subsp. fruticosus 1DS-II 1-0512.jpg
| afbeeldingtekst = ''Gomphocarpus fruticosus''
| rijk = [[Planten|Plantae]] (Planten)
| stam = [[Embryophyta]] (Landplanten)
| klasse = [[Zaadplanten|Spermatopsida]] (Zaadplanten)
| clade1 = [[Bedektzadigen]]
| clade2 = [['Nieuwe' tweezaadlobbigen]]
| clade4 = [[Lamiiden]]
| orde = [[Gentianales]]
| familie = [[Maagdenpalmfamilie|Apocynaceae]] (Maagdenpalmfamilie)
| onderfamilie = [[Zijdeplantfamilie|Asclepiadoideae]] (Zijdeplantfamilie)
| geslacht = ''[[Gomphocarpus]]''
| w-naam = ''Gomphocarpus fruticosus''
| auteur = ([[Carl Linnaeus|L.]])[[William Townsend Aiton|W.T.Aiton]]
| datum = 1811
}}
'''''Gomphocarpus fruticosus''''' is een plantensoort uit de [[maagdenpalmfamilie]] (Apocynaceae). De plant draagt ronde tot eironde, geelgroene blaasvruchten met zachte stekels en een spits, snavelvormig uiteinde. Het zaad heeft zijdeachtige pluizen die, net als [[Kapok (vulmiddel)|kapok]], voor het vullen van kussens worden gebruikt. Op het eerste gezicht lijkt de plant op een [[oleander]], die ook tot de maagdenpalmfamilie behoort en eveneens lange smalle, leerachtige bladeren heeft.
Alle vegetatieve delen van de plant bevatten een giftig [[melksap]].

De plant werd in 1753 voor het eerst door [[Carl Linnaeus|Linnaeus]] beschreven onder de naam ''Asclepias fruticosa''.<ref>Carl von Linné: ''Species Plantarum.'' Band 1, Impensis Laurentii Salvii, Holmiae 1753, [http://www.biodiversitylibrary.org/openurl?pid=title:669&volume=1&issue=&spage=216&date=1753 S. 216]</ref> De botanische naam ''[[Asclepias]]'' is de Latijnse naam van het belangrijkste geslacht der zijdeplanten, genoemd naar [[Asklepios]], de Griekse god van de geneeskunst. De soortaanduiding ''fruticosus'' is afkomstig van het Latijnse 'frutex' (struik, heester) en verwijst naar de houtige stengels. In 1811 werd de plant door [[William Townsend Aiton]] onder het geslacht Gomphocarpus ingedeeld.<ref>William Townsend Aiton: ''Hortus Kewensis'', second edition, vol. II, Longman, Hurst, Rees, Orme and Brown, London 1811, [http://bibdigital.rjb.csic.es/ing/Carga.php?Pagina=O_AIT_Hort_Kew_Ed2_2/AIT_Hort_Kew_Ed2_2_083.pdf p. 80]</ref> De botanische naam ''[[Gomphocarpus]]'' is de Latijnse naam voor 'spijker' en verwijst naar de (zachte) stekels op de vruchten.

''Gomphocarpus fruticosus'' is als [[pioniersoort]] vaak te vinden op [[Braak (gronden)|braakliggende]] grond, bijvoorbeeld rivierbanken, [[Natuurbrand|afgebrande]] gebieden en weg- of spoorweg[[Berm (strook)|bermen]].
Het oorspronkelijke [[verspreidingsgebied]] van ''Gomphocarpus fruticosus'' is [[Zuidelijk Afrika|zuidelijk]] en [[Oost-Afrika|oostelijk Afrika]] en het [[Arabisch Schiereiland]].
Later heeft ze zich [[ingeburgerde plant|ingeburgerd]] in [[Australië (land)|Australië]], [[Nieuw-Zeeland]], [[Californië]], het [[Middellandse Zeegebied]] en andere gebieden met een [[gematigd klimaat]].

== Beschrijving ==
[[Bestand:Asclepias by Robert Jacob Gordon.png|thumb|left|Botanische tekening door [[Robert Jacob Gordon]] (1778-1789)]]
''Gomphocarpus fruticosus'' is een aan de basis veelvertakte, verhoutende [[struik]] die in alle vegetatieve delen wit [[melksap]] bevat. Het melksap (de latex) bevat veel glucosiden, waardoor de bladeren en de bast giftig zijn voor schapen, runderen en paarden. De struik wordt gewoonlijk 0,5 tot 1,5 meter (maximaal 2 meter) hoog en vormt een [[penwortel]]. De lijn-lancetvormige, scherp gepunte, leerachtige [[bladvorm|blad]]eren zijn 4 tot 12 cm lang en 0,3 tot 0,8 cm breed. De bladrand is gaaf. De bladeren hebben een zeer korte bladsteel met een lengte van slechts 1 tot 10 mm. De [[Fyllotaxis|rangschikking]] van de bladeren langs de stengel is tegenoverstaand.

''Gomphocarpus fruticosus'' bloeit [[Scherm (bloeiwijze)|schermvormig]] op 1,5-3 (max. 4) cm lange stelen, die buiten de oksels (extra-axillar) van de bovendste bladeren staan.
Het [[omwindsel]] is veelbladig en de 4-7 (max. 12) bloempjes staan knikkend op tot 2,5 cm lange, gebogen steeltjes.

De [[Tweeslachtigheid|tweeslachtige]] bloem is [[Rotatiesymmetrie|draaisymmetrisch]] en vijftallig. De vijf lichtgroene [[kelk (bloem)|kelkblaadjes]] zijn lancetvormig of puntig driehoekig en 2-5 mm lang en 0,6-1,3 mm breed. Aan de buitenkant zijn ze behaard en aan de binnenkant kaal. De vijf teruggeslagen, witte [[kroonblad|kroonbladen]] zijn eivormig met een puntig uiteinde en 5-8 mm lang en 3-5 mm breed. Aan de buitenkant zijn ze kaal en aan de binnenkant met [[papil]]len bedekt.
Aan de rand zijn ze bezet met fijne witte haartjes (wimpers). Voor de kroonbladeren bevindt zich een bijkroon (corona), die is opgebouwd uit een korte zuil en vijf zakvormige segmenten. De zuil is paars en de segmenten zijn wit tot ivoorkleurig.
De segmenten zijn van opzij gezien rechthoekig, 2-4 mm lang en 1,5-3 mm breed.
Ze hebben twee inwaarts gekromde tanden.

De min of meer sterk opgeblazen, ronde tot eivormige [[kokervrucht]]en staan rechtop op een gekromde stengel en hebben een diameter van 2 tot 4 cm. De vrucht eindigt vrij abrupt in een korte, snavelvormige punt. De vrucht is aan de oppervlakte bezaaid met zachte stekels. Bij rijpheid klappen de vruchten aan één kant open. De zaden zijn eivormig met een [[concaaf|concave]] en een [[convex|convexe]] zijde en zijn ongeveer 3,5 tot 5 mm lang. Op de buitenkant zitten wratachtige bultjes. De zaden dragen ongeveer 3 cm lange, witte, zijdeachtige haren waarmee ze door de wind verspreid worden.

== Ecologie ==
''Gomphocarpus fruticosus'' is in het oorsprongsgebied (Afrika en het Arabisch Schiereiland) één van de [[waardplant]]en voor de rupsen van de [[kleine monarchvlinder]] (''Danaus chrysippus'').<ref>[https://www.zimbabweflora.co.zw/speciesdata/species.php?species_id=145690 Flora of Zimbabwe]</ref> Ook in het Middellandse Zeegebied, bijvoorbeeld in [[Griekenland]] en op de [[Balearen]], is ze een waardplant van de kleine monarchvlinder, die met de plant zijn verspreidingsgebied aanzienlijk naar het noorden heeft kunnen uitbreiden. In Australië, waar ''Gomphocarpus fruticosus'' tegenwoordig eveneens wijdverbreid is, is ze een waardplant van de [[monarchvlinder]] (''Danaus plexippus''), die daar echter pas in de jaren 1870 is geimmigreerd. Op de Azoren is de soort, die hier slechts sporadisch voorkomt, de enige waardplant van de monarchvlinder.
<gallery>
Gomphocarpus fruticosus with Danaus chrysippus 04.jpg|thumb|''Gomphocarpus fruticosus'' met een kleine monarchvlinder
Gomphocarpus fruticosus with Danaus chrysippus 05.jpg|thumb|''Gomphocarpus fruticosus'' met een rups van de kleine monarchvlinder
</gallery>
== Namen in andere talen ==
* Afrikaans: Melkbos, wilde kapok, tontelbos
* Duits: Baumwoll-Seidenpflanze, Schwanenpflanze
* Engels: African milkweed, tennis ball milkweed, wild cotton, swan plant
* Frans: Arghel
De plant heeft geen Nederlandse naam.

== Afbeeldingen ==
<gallery>
Gomphocarpus fruticosus 001.JPG|Plant met bloemen en vruchten
Gomphocarpus fruticosus with Danaus chrysippus 03.jpg|Bloemen met vlinder
Gomphocarpus fruticosus 002.JPG|Bloem
</gallery>
<gallery>
Gomphocarpus fruticosus 004.JPG|Onrijpe vruchten
Gomphocarpus fruticosus 005.JPG|Rijpe vrucht met zaad
Gomphocarpus fruticosus 006.JPG|Zaad met zijdeachtig zaadpluis
</gallery>

== Literatuur ==
* D.J. Goyder, A. Nicholas: [https://www.researchgate.net/publication/263523600_A_Revision_of_Gomphocarpus_R_Br_Apocynaceae_Asclepiadeae ''A Revision of Gomphocarpus R. Br.''], Kew Bulletin 56 (4), p. 769-836, januari 2001

{{Appendix|1=alles|2=
{{References}}
}}

{{Commonscat|Gomphocarpus fruticosus}}

[[Categorie:Maagdenpalmfamilie]]
https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Gomphocarpus_fruticosus&diff=52725205&oldid=0