Heere Heeresma jr. – Een behaarde vleesschotel (ThePostOnline)

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/02/ketting-tand.jpg

Ze hebben Costa teruggevonden. In de krant stond dat ze bij het graven van een zwembad op botten en een schedel waren gestuit. Ze hebben het DNA vergeleken met dat van zijn familie. Het was hem.

Doneer aan TPO

Je kon erop wachten, maar het heeft toch nog lang geduurd. Een heel mensenleven bijna. Nu ben ik oud, maar toen was ik zestien en werkte voor Giardella, een Corsicaan. Ik hielp vooral sjouwen. Stenen, zakken cement en andere bouwmaterialen. We werkten in de wijde omtrek van het dorp aan de tweede huizen van stadsmensen en Nederlanders. Op een dag was er een nieuwe. Een blonde gozer van negentien. Ze zeiden dat hij een auto had gestolen.

In die tijd woonde ik met mijn ouders op een berg in de Ardèche. Ik ging niet naar school, maar moest wel werken. Ik kon aan de slag bij de aannemer die aan ons huis had gewerkt. Giardella, dus. Een kleine, driftige man. Ik kreeg tien franc per uur. Dat is nu anderhalve euro, geloof ik. Zwart, dat wel.

Als de haan van de buren kraaide in de ochtendschemer, sprong ik op mijn Mobylette en reed achter het gele schijnsel van de koplamp over de bergweggetjes naar de klus waar we mee bezig waren. Het begon meestal met puinruimen. Giardella werkte veel voor Van der Kan, een makelaar uit Nederland. Van der Kan handelde in de meest onwaarschijnlijke bouwvallen; huizen waarvan het dak eeuwen geleden was ingestort en waar volwassen bomen uit groeiden. Mijn ouders en ik hadden een running gag; als we langs een ruïne reden, dan riepen we: ‘Van der Kan!’

Op de dag dat Costa kwam, waren we aan een nieuwe klus begonnen. We waren het oerwoud aan het kappen dat groeide tussen de nog overeind staande muren van een boerderij, waarin een dokter uit Lyon zijn gouden jaren wilde doorbrengen. We waren met zijn vijven; Papy, José, Mouloud, Toussaint en ik. Papy was de oudste en de voorman. Papy betekent opa. Hij heette eigenlijk Lucien en was in de vijftig, maar leek in de zestig. Hij kon in een stapel stenen –  ik bedoel de ruwe rotsblokken die ze daar gebruiken – al een muur zien. José was een Portugees en in de dertig. Hij was een goede stukadoor. Mouloud kwam uit Algerije en was voor alles inzetbaar. Ik denk dat hij ook in de dertig was. Toussaint was een neefje van Giardella en tweeëntwintig jaar oud. Ik werd met petit aangesproken en als ze het over me hadden, dan hadden ze het over le gamin. We waren een vaste ploeg die het voorwerk en de ruwbouw deed. Na ons kwamen de dakdekkers, de loodgieters en de lokale specialist op elektriciteitsgebied, meneer Cadat. Meneer Cadat kwam van Martinique en was de enige zwarte in de buurt. Hij was een goede elektricien en genoot veel respect. Een van de zoons van onze buren was bij hem in opleiding.

Er werd al dagen gepraat over een jongen uit Nederland die bij ons zou komen werken. Het zou om een moeilijk geval gaan. Hij haalde al jaren rottigheid uit en als kers op de taart had hij een auto gestolen en in de prak gereden. Er werd geen aanklacht ingediend, maar dat had zijn vader een smak geld gekost. Deze had een paar benzinepompen en was een zakenrelatie van Giardella. De vader had aan Giardella gevraagd of zijn zoon een tijdje bij hem kon komen werken, zodat deze in een andere omgeving kwam en hopelijk wat discipline kreeg. De vader ontwikkelde grote projecten in de Ardèche en Giardella had veel werk dankzij hem, dus de zoon mocht komen. ‘Merde, je bosse dans le bâtiment, moi, pas dans le babysitting!’ raleerde Papy tegen Giardella toen deze hem de komst van Costa aankondigde. Giardella antwoordde letterlijk dat Costa belangrijker voor hem was dan wij vijven bij elkaar, zijn bloedeigen neef incluis. En o ja, voor mij was een bijzondere taak weggelegd, want Costa sprak geen woord Frans en ik moest als tolk optreden. En dat terwijl ik zelf nog volop bezig was me de taal van Molière eigen te maken.

Het liep tegen de middag toen Giardella arriveerde in de gedeukte zwarte Peugeot 504 die hij voor zijn werk gebruikte. Hij had ook een zilvergrijze Citroën SM, waarin hij voor de show rondreed. Wanneer deze het deed, tenminste, want hij was meestal in reparatie. We waren gerooide struiken en houten restanten van het ingestorte dak naar buiten aan het gooien toen de 504 met schurende banden op het karrespoor voor de ruïne tot stilstand kwam, wolken lichtbruine stof opwerpend. Het was juli en we zaten in een lange periode van droogte met veel bosbranden. De Canadairs vlogen af en aan om water uit de Middellandse Zee op de vuurhaarden te werpen. Giardella stapte uit en ging meteen kijken of we al een beetje opschoten. Hij had een zonnebril op en zijn gespierde, zwaar behaarde armen staken uit de mouwen van een vuurrood poloshirt dat iets te strak om zijn opzwellende lijf zat. Om zijn linkerpols fonkelde een gouden horloge. Op de bijrijdersstoel van de 504 kon ik vaag een manspersoon ontwaren, maar door de schittering van de zon in de voorruit en de schaduw van het dak kon ik geen details zien. Hij maakte in ieder geval geen aanstalten om uit te stappen. Pas toen Giardella een kort, driftig armgebaar maakte, ging langzaam het rechter voorportier open. En toen hij uitstapte werd een ding meteen duidelijk: Costa was geen baby. Hij mat zeker een meter negentig en ook zijn schouderomvang mocht er wezen. Halflang stroblond haar en een vlassig blond snorretje. Een vaalblauwe spijkerbroek en een jack van dezelfde stof over een bloot bovenlijf. Scherpgepunte cowboylaarzen en een gouden halsketting met de hoektand van een roofdier eraan. Zijn brede grijns was even star als de blik in zijn staalblauwe ogen. Met de handen in zijn broekzakken keek hij op ons neer. Hij was een, zelfs twee koppen groter dan wij.

‘Bon, occupez-vous-en!’ zei Giardella ongeduldig, stapte in de 504 en reed met doorslaande banden weg, ons in een dikke stofwolk achterlatend.

We keken elkaar een tijdje zwijgend aan tot ik naar voren stapte en mijn rechterhand uitstak. ‘Hallo,’ zei ik, ‘ik ben Heere.’

Costa fixeerde zijn blik op mij, zijn grote tanden bloot grijnzend, maar hield zijn handen in de zakken.

Ik keek om naar mijn ploegmaten en Papy sloeg zijn ogen ten hemel. ‘Vraag hem wat hij kan doen,’ zei hij en ik vertaalde de vraag.

‘Neuk’n,’ antwoordde Costa in Achterhoeks accent.

Ik begon verlegen te lachen, want ik had nog geen ervaring met neuk’n. ‘Wil je dat ik dat vertaal?’ vroeg ik.

Costa grijnsde alleen maar.

‘Il sait faire l’amour,’ zei ik.

‘C’est joli, ça,’ zei Papy. ‘Zeg tegen hem dat hij die troep in de laadbak van de 404 moet gooien. Als hij dat kan, tenminste.’

Nadat ik de opdracht had vertaald, gingen we de ruïne weer in om het werk te hervatten waar we mee bezig waren; het uit elkaar trekken van een groot stuk ingestort dak, waarvan we de losse stukken door een raam, een deur naar buiten gooiden. Ondertussen deelden we onze eerste indruk van de nieuwkomer en waren het erover eens dat we hier met een bijzonder onaangenaam figuur te maken hadden.

We waren te druk bezig om het direct op te merken. Het was Toussaint die na een paar minuten vroeg of wij ook geen brandlucht roken. En inderdaad, het rook opeens sterk naar brandend hout. We gingen naar buiten om te kijken wat er aan de hand was. Costa had de gerooide struiken en houten dakresten opgestapeld en met de plastic jerrycan benzine die hij in de Méhari van Toussaint had gevonden in brand gestoken. De vlammen schoten hoog op, rook en vonken waaiden over de uitgedroogde berghelling weg.

‘Mooi paesvuur, hè?’ zei Costa.

‘Mais il est complètement cinglé, ce type!’ riep Papy uit. We begonnen onmiddellijk de brandstapel uit elkaar te trappen en het vuur uit te stampen. Met scheppen uit de laadbak van de 404 gooiden we aarde over de smeulende resten. Mijn ploegmaten bestookten Costa met verwensingen en vogelnamen. Ik durfde ze niet te vertalen en zei maar dat je beter geen fikkie kon stoken in de zomer vanwege het risico op bosbrand. Costa hoorde het grijnzend aan, zijn handen in zijn zakken. ‘Stelletje homo’s,’ zei hij en ging in de schaduw van een boom zitten roken.

Een uur later was het tijd voor de lunch. We haalden onze koelboxen uit de cave en gingen in een kring onder een boom zitten. Om ons heen sjirpten de krekels. Toen hij het ontdoppen van de flesjes Kronenbourg hoorde, kwam Costa erbij zitten. Bij mijn ploegmaten en mij was op dat moment nog de wil aanwezig om het voorafgaande te vergeten en hem een tweede kans te geven. José gaf hem een van zijn twee sandwiches met ham. Hij was een zachtmoedige man die altijd bereid was moeite voor een ander te doen. Mouloud ontdopte een Kro en gaf die aan hem. Hij wist wat armoede was en kon daardoor makkelijk delen.

‘Misschien moet je nou merci zeggen,’ suggereerde ik zachtjes.

Costa boog zich grijnzend naar me toe en zei: ‘Krijg de kanker.’

Papy keek met een zuur gezicht naar de besnorde mond waarin het halve stokbrood met ham verdween. ‘Nou zijn we ook nog obligé om hem te eten te geven,’ mopperde hij. ‘Ik ga Giardella om een dédommagement vragen.’

‘Hij kan beginnen met mijn benzine,’ zei Toussaint.

‘Hebben ze het over mij?’ vroeg Costa.

‘Voetbal,’ zei ik.

Costa dronk het groene flesje klokkend leeg en gooide hem over zijn schouder weg. Hij boerde lang en krachtig. ‘Hee, Turk,’ zei hij tegen Mouloud, ‘geef nog ’s bier.’

Mouloud keek me vragend aan.

‘Mouloud is geen Turk,’ zei ik. ‘Hij komt uit Algerije.’

‘Voor mij zijn het allemaal Turken. Kom hier met dat bier!’

‘Il veut une autre,’ zei ik tegen Mouloud.

Mouloud keek naar Papy, die met tegenzin knikte.

Costa lurkte aan zijn nieuwe flesje, trok zijn lippen smakkend los en vroeg: ‘Valt er nog wat te neuk’n, hiero?’

‘Zo praten we hier niet,’ zei ik.

‘Maar ik wel.’ Hij keek me met starre ogen aan. ‘Dus…’

‘Il demande s’il y a de quoi baiser, ici,’ zei ik.

‘Je suis déjà marié, merci,’ zei Papy, waarna de andere ploegmaten schamper lachten. Ze begonnen al te wennen aan de vulgariteit van hun nieuwe collega.

‘Zegt-ie?’ vroeg Costa.

‘Dat hij al getrouwd is.’

‘Nou, hem wil ik ook niet neuk’n. Z’n wijf misschien. Of z’n dochter als-ie die heeft.’

‘Qu’est-ce qu’il a dit?’ vroeg Papy.

‘Rien,’ zei ik.

‘Jij,’ vroeg Costa aan Toussaint, ‘heb jij een vriendin?’

‘Est-ce que tu as une copine?’ vertaalde ik.

‘Oui,’ zei Toussaint, zichtbaar op zijn hoede.

‘Lekker wijf?’

‘Belle fille?’

‘Oui…’ Toussaints ogen vernauwden zich.

‘Heeft ze d’r veel haar op?’

Ik keek Costa geschokt aan. ‘Dat kan je toch niet vragen!’

‘Waarom niet?’ vroeg hij met zijn grijns.

‘Hij is een Corsicaan.’

‘Schijt aan.’

‘Bon, au boulot!’ zei Papy, sloeg zich op de knieën en stond met stramme bewegingen op. De andere ploegmaten volgden zijn voorbeeld.

‘Wat gaan jullie doen?’ vroeg Costa.

‘Werken,’ zei ik. ‘Doe je mee?’

‘Werken?’ Costa trok een vies gezicht. ‘Dat doe je alleen als je niks beters te doen hebt. En ik heb wat beters te doen.’ Hij ging achterover liggen, vouwde zijn handen achter zijn hoofd en sloot de ogen.

We zetten de koelboxen terug in de cave en gingen verder met het uitmesten van de ruïne. We hadden een transistorradio aanstaan, een Thomson, die praktisch altijd op Radio Monte-Carlo stond. Mouloud zette hem soms op Arabische zenders, maar daar kregen we oorpijn van. Ik was juist bezig een rotte plank krakend in tweeën te breken door mijn voet op het midden te zetten en het uiteinde omhoog te trekken toen ik mijn Mobylette hoorde aanslaan. Ik stormde naar buiten en zag Costa op mijn brommer over het karrespoor wegstuiteren. Hij keek grijnzend over zijn schouder.

‘Godverdomme!’ riep ik, een woord dat in ieder taalgebied meteen begrepen wordt. Mijn ploegmaten kwamen ook naar buiten.

‘Le Méhari!’ riep Papy.

De grijze Peugeot 404 met open laadbak van Giardella & Fils was veel sneller geweest, maar werd geblokkeerd door de kikkergroene plastic jeep van Toussaint. Deze ging achter het stuur zitten, Papy naast hem en José, Mouloud en ik achterin. Toussaint moest drie keer insteken om de Méhari te keren en de achtervolging in te zetten. Na een meter of honderd sloot het karrespoor aan op een smalle, geasfalteerde weg die zich om de welvingen van de berg slingerde. Soms was Costa te zien, dan dook hij weer weg achter de berg. Toussaint was een goede chauffeur, maar met vijf man aan boord werd de Deux Chevaux-motor zwaar overvraagd. Vooral als het omhoog ging. Na twee bochten begon de motor te hikken en hield ermee op.

‘Merde!’ riep Toussaint. Hij nam me de woorden uit de mond.

Een blik onder de motorkap leerde dat de benzineleiding was losgetrokken. Provisorisch herstel nam kostbare minuten in beslag, waarna een voortzetting van de achtervolging zinloos was geworden. Op dat moment konden we een mobiele telefoon goed gebruiken, maar omdat we de toekomstige uitvinding daarvan niet konden bevroeden, voelden we ook geen gemis.

We reden terug naar de ruïne. Ik hield me groot, maar kon een traan niet binnenhouden. Het was het gevoel van vernedering dat mijn brommer me zomaar was afgepakt. Ik kon me wel voor mijn kop slaan dat ik hem niet op slot had gezet met een autodief in de buurt. Die gore poten aan mijn stuur, die ongetwijfeld ongewassen reet op mijn zadel!

‘Maak je niet druk, petit, we vinden hem wel terug,’ probeerde Papy me te troosten. ‘En anders is Giardella verantwoordelijk.’

We werkten nog tot vier uur door en reden daarna naar het dorp; Papy en José in de 404, Toussaint, Mouloud en ik in de Méhari. Toussaint had met zijn vriendin Marie-Laure afgesproken in een café aan het dorpsplein. Ze zouden later op de avond naar de kermis gaan die in het dorp was neergestreken.

We gingen op het terras zitten aan een ronde tafel in het midden waarvan een parasol was geplant. Mijn ploegmaten bestelden pastis en ik een citron pressé, want mijn vader was een alcoholist die geen druppel meer dronk. Na een paar minuten arriveerde Marie-Laure. Ze was een aardige meid met lang bruin haar en zag er inderdaad niet onaardig uit in haar luchtige zomerjurk, al was het ook niet om over naar huis te schrijven. Ze was kapster in de enige dameskapsalon van het dorp en wilde schoonheidsspecialiste worden. Toussaint stond op en ze kusten elkaar teder op de mond, terwijl mijn ploegmaten luidop refereerden aan beroemde liefdesparen uit de filmgeschiedenis. Ik moest denken aan wat Costa over haar had gevraagd en kon het niet helpen me af te vragen of ze er veel haar op had.

Het gesprek ging over de nieuwe collega en wat we met hem hadden meegemaakt. Toussaint zei dat hij hem helemaal in elkaar zou slaan voor het geintje met de benzineleiding. Papy antwoordde dat hij dan eerst nog heel wat borden Cérélac naar binnen moest slobberen om groot en sterk te worden. Ik kon alleen maar aan mijn brommer denken. Ik zag hem weer over het karrespoor stuiteren; als ik hem al terugkreeg, was hij helemaal afgeragd. Godverdomme!

Het was José die hem zag. Zijn mond viel open en hij wees. We keken om en zagen Costa op mijn Mobylette achter het monument aux morts in het midden van het plein tevoorschijn komen. Hij had ons ook gezien en reed grijnzend langs het terras. Toussaint en ik sprongen overeind. ‘Au voleur!’ riep ik, de blonde reus op mijn brommer nawijzend. In tegenstelling tot wat ik verwachtte, reed Costa niet weg in de richting van waaruit hij gekomen was, maar maakte een rondje om de strijdvaardige bronzen poilu op zijn sokkel en stopte voor het terras.

‘Zo, aan de zuip?’ vroeg hij.

Papy hield Toussaint vast aan een arm en herinnerde hem aan de woorden van Giardella. Costa schakelde de Mobylette uit en zette hem op de standaard. Hij kwam naar onze tafel en gooide met zijn vingers mijn vetkuif in de war. ‘Hier is je brommer terug, kleine rukker.’ Hij trok een stoel van een andere tafel erbij en ging zitten. Hij pakte het halflege glas pastis van Papy, sloeg de inhoud naar binnen en spoog het meteen weer op de grond. ‘Gatverdamme, smaakt naar drop!’ Hij draaide zich om naar de openstaande cafédeuren en schreeuwde: ‘BIERRR!’

Mijn ploegmaten en ik ondergingen zwijgend dit natuurgeweld. Costa was inderdaad als een storm; je kon alleen maar wachten tot hij voorbij was. Maar ging hij wel voorbij?

‘Hé, geile meid,’ zei Costa tegen Marie-Laure, ‘wil je neuk’n?’

Marie-Laure’s ogen schoten angstig van haar kleine, donkerharige vriend naar de lange, blonde vreemdeling en terug. Toussaint deed alsof hij een bovenmenselijke inspanning moest leveren om zijn uitdager niet aan te vliegen, maar in werkelijkheid durfde hij niet.

‘Vraag nou ’s of ze d’r veel haar op heeft,’ zei Costa.

‘Dat doe ik niet,’ zei ik.

Costa sloeg een arm om mijn schouders en bracht zijn gezicht dicht bij het mijne. Aan zijn adem kon ik ruiken dat hij getankt had. ‘Doe wat ik zeg of ik sloop jou en dit hele kutcafé d’r bij.’

‘Il veut savoir…’ begon ik, ‘si vous avez… beaucoup de… de poils… sur la chatte.’

‘Oh!’ kreette Marie-Laure en keek om naar Toussaint, die uit zijn stoel opsprong.

‘Je vais te casser la gueule, maintenant!’ riep hij en liep om de tafel heen, terwijl Papy hem tevergeefs probeerde tegen te houden.

‘Gaan we boks’n?’ vroeg Costa, zijn wenkbrauwen optrekkend. ‘Goed, dan gaan we boks’n!’ Hij trok zijn spijkerjack uit, hing hem over de rugleuning van zijn stoel en begon flitsende boksbewegingen te maken. De hoektand aan zijn halsketting zwaaide heen en weer over zijn borst. Toussaint bleef als versteend staan. Ik kon de angst in zijn ogen zien. Toen stormde hij naar voren, zichzelf met een strijdkreet aanmoedigend, alleen maar om Costa’s tegemoetkomende rechtervuist te ontmoeten. Toussaint vloog naar achteren en kwam op de tafel van een ander gezelschap terecht. Tafel en parasol vielen om, glazen en flessen gingen aan scherven.

‘Zo, hee!’ zei Costa bewonderend over zijn eigen slagkracht.

‘Ik bel de flics!’ riep de patronne uit het café.

‘Non, non, non!’ riep Papy. ‘We regelen dit entre nous. Giardella betaalt.’

We bogen ons over Toussaint. Hij had een bloedneus en twee gebroken tanden. Marie-Laure was in alle staten. Costa maakte gebruik van de consternatie om voor de tweede keer mijn brommer te stelen.

‘Ajuus!’ riep hij en reed om het oorlogsmonument heen.

Ik rende hem achterna, maar de Mobylette trok te snel op. Ik wist ook niet wat ik had moeten beginnen als ik hem te pakken had gekregen.

We brachten Toussaint naar het ziekenhuis in de naburige stad, waar ze twee uur met hem bezig waren. Giardella was aan de telefoon glashelder: geen politie erbij. Toussaint en Marie-Laure gingen naar huis. De rest van de avond struinde ik met Papy, José en Mouloud de kermis in het dorp af in de hoop Costa tegen het lijf te lopen. Ik liep door het licht en het lawaai met moord in mijn gedachten, maar hij liet zich niet zien. Rond elf uur bracht Papy me met de 404 naar huis. Aan mijn ouders vertelde ik dat mijn brommer stuk was en dat ik hem in het dorp had achtergelaten.

De volgende dag waren we weer aan de klus bezig. Ik was door Toussaint opgehaald met de Méhari. Hij had twee buisjes in zijn blauwe, opgezwollen neus en een soort konijnentanden in zijn bovenkaak in afwachting van een op maat gemaakte brug. ‘Salvo gaat hiervoor betalen,’ zei hij tegen de voorruit. Salvo was Giardella, zijn oom. ‘Hij moet hiervoor betalen, hij is verantwoordelijk!’

Ik reageerde mijn woede en frustratie af op het sloopwerk dat ik moest doen. Ik kon niet eens naar de politie om aangifte te doen, want dan was ik mijn baan kwijt. En wat kon ik anders doen als ongeschoolde? Zo jong als ik was, besefte ik wat het betekende om de lul te zijn in het leven. We waren pionnen op Giardella’s schaakbord; hij zou ons zonder problemen opofferen voor een groter belang. We waren machteloze sukkels.

In de schaduw van de boom aten we onze lunch in stilte. Voor Toussaint waren er even geen sandwiches bij; hij was veroordeeld tot leverpastei en roomkaas. Het gedeelde gevoel van vernedering maakte dat we ons tegenover elkaar schaamden. Op een gegeven moment voegde zich bij het gesjirp van de krekels een ander geluid; een monotoon, nasaal en zeurderig geluid dat steeds dichterbij kwam. We keken elkaar aan en toen naar het karrespoor waarover, hevig hotsend, mijn Mobylette met Costa eraan kwam. Hij zette hem voor de ruïne op de standaard en liep met slungelige bewegingen van zijn lange lijf naar ons toe. Het is gek, maar op dat moment besloot ik dat hij mijn brommer niet voor een derde keer zou stelen, wat er ook gebeurde.

Costa kwam bij ons zitten. ‘Zo, doe mij maar een biertje.’ Mijn ploegmaten keken alsof iemand een hele vieze wind had gelaten.

‘Une bière,’ zei ik en Mouloud haalde een flesje Kronenbourg uit zijn koelbox.

‘Ahhh,’ zei Costa genietend na een lange teug. Hij keek grijnzend naar Toussaint. ‘Je ziet er goed uit, pik!’

‘T’as bonne mine,’ vertaalde ik.

‘Je t’emmerde,’ antwoordde Toussaint.

Costa keek me vragend aan.

‘Jij ook, zegt hij.’

‘Nou, dank je wel.’

‘Salaud de pourriture de merde…’ verzuchtte Papy binnensmonds. José en Mouloud keken broeierig naar de grond.

‘Vraag eens aan die ouwe of hij geen lekkere tienerdochter heeft.’

‘Waarom?’ vroeg ik.

‘Nou, om te neuk’n, natuurlijk.’

Ik begon met lange tanden te vertalen. ‘Il demande si tu as une…’ Ik zocht naar het woord voor tienerdochter, maar zei: ‘Une pelle. Une pelle adolescente.’

Papy keek me niet-begrijpend aan.

‘Je vais pisser,’ zei Toussaint, stond op en liep weg.

‘Hij gaat pissen,’ zei ik.

‘Moet ook gebeur’n,’ vond Costa.

‘Une pelle adolescente?’ vroeg Papy. ‘C’est quoi, ça?’

Toussaint liep naar de ruïne, maar bleef bij de 404 staan. Hij keek in de laadbak.

‘Ik heb een beter idee,’ zei ik en voegde er voor mijn ploegmaten aan toe: ‘J’ai une meilleure idée.’

‘Nou, laat maar horen,’ zei Costa.

‘Er is hier een bordeel. Il y a un bordel, ici.’

‘Een bordeel?’ Costa’s belangstelling was gewekt. Hij zat met zijn rug naar Toussaint toe, die een schep uit de laadbak van de 404 haalde.

‘Ja, een heel goed bordeel. Un très bon bordel. N’est-ce pas?’

Mijn ploegmaten aarzelden even. Toen knikten ze beamend.

‘Leuk,’ zei Costa. ‘Maar ik betaal er niet voor.’

‘Nee, wij betalen. C’est nous qui payons.’

‘Da’s aardig. Waarom?’

Toussaint kwam sluipend met de schep naderbij.

‘Om van je af te zijn. Pour nous débarrasser de toi. Als wij het bordeel betalen, laat jij ons verder met rust. Si nous payons le bordel, tu nous laisses tranquilles.’

Costa dacht even na. ‘Hebben ze lekkere wijven daar?’

‘Hele lekkere. Hou je van negerinnen?’

‘Met van die grote klappernot’n?’

Toussaint stond vlak achter Costa en hief de schep boven zijn hoofd.

‘Ook… ook…’ zei ik,

‘Nou,’ zei Costa, ‘oké.’

Toussaint liet de schep op Costa’s achterhoofd neerkomen. Met de zijkant. Costa’s ogen draaiden alle kanten op en hij tastte gedesoriënteerd om zich heen. Er kwam een gorgelend geluid uit zijn mond. Toussaint sloeg nog een keer, maar nu kwam de schep op Costa’s rechterschouder terecht. Deze maakte aanstalten om uit zijn kleermakerszit omhoog te komen. ‘Attrapez-le!’ riep Papy. José en Mouloud grepen de zwaaiende armen vast, waarna Toussaint de schep bovenop het hoofd liet neerkomen. Costa’s ogen verstarden, terwijl zijn mond happende bewegingen maakte, als een vis. Toen knakte hij voorover, nog steeds in kleermakerszit. In het blonde haar tekende zich een diepe, obscene spleet af. Toussaint keek zwaar ademend op zijn slachtoffer neer. Papy nam hem de schep uit handen en liet hem drie keer op Costa’s hoofd neerkomen. Daarna gaf hij de schep aan Mouloud, die ook drie keer sloeg. En nadat José drie keer had geslagen, was Costa’s hoofd een behaarde vleesschotel. Volgens mij was hij toen al hartstikke dood.

‘C’est ton tour, petit,’ zei Papy en reikte me de schep aan. Ik wist wat van me werd verwacht en sloeg met volle kracht.

 

 

Lees ook van Heere Heeresma jr.:

De grote verleider van de berg
Krautland
Afghanen moeten eens wat flinker worden

 

 

Heere Heeresma jr. – Een behaarde vleesschotel

https://tpo.nl/2022/02/14/heere-heeresma-jr-een-behaarde-vleesschotel/

De Portugal Post: waarom Don Arturo bij de Volkskrant vertrok (ThePostOnline)

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/de-portugal-post-1.jpg

Bom dia amigas e amigos, ik val maar met de deur in huis: ik stapte eind december vorig jaar op bij de Volkskrant vanwege een schandalig artikel van ene Julien Althuisius, getiteld Paradijs Portugal. Ik wist eigenlijk weinig over de beste man, behalve dat hij voor de Volkskrant geestige stukjes over televisie schrijft, papadagen heeft en een paar maandjes in Portugal heeft gewoond. Ik kom hier zo op terug, want ik wil u graag wijzen op de schitterende rubrieken die deze kakelverse Portugal Post u vandaag weer gratis ende voor nakkes nada schenkt:

Wadden-alcoholisme

Onze ombudsvrouw Laetitia vertelt u alles wat u wilde weten over autootjes kopen in de Algarve, maar nooit durfde te vragen. Daarna geeft Raul Joder, onze kersverse Spanjeman, een mini masterclass over het poepgebeuren in campers en tot slot behandelt uw vertrouwde digitale dokter in de Algarve, de heer Kildare, het alcoholisme onder expats in Portugal, een ernstige kwaal die doet denken aan het Wadden-alcoholisme. Mensen pakken de boot naar Vlieland ‘s morgens om 7 uur en zien dan al die eilanders Berenburg en Juttertje zuipen bij de koffie en dan denken ze: hé, dat wil ik ook, dat kapitein Rob-gevoel! In de Algarve keren de noeste zeebonken bij het ochtendgloren terug naar de kust, met tonijn (of hasjiesj uit Marokko), en dan nemen ze een lekker pikketanussie bij de koffie. In Spanje heet zulks een carajillo, hier noemen ze dat ook wel matar os bichos: het ongedierte doden. De kaaskop op zijn gifgroene crocs en in driekwartsbroek (en zij met een kortpittig kapsel), denkt dan: heee, wat leuk, je kan hier gewoon een glazen ontbijtje nemen. Maar die zeebonken hebben de hele nacht gewerkt en de kaaskop komt net uit zijn sleurhut vol aardappels en blikken kapucijners gekropen.

Doneer aan TPO

Enfin, dokter Kildare gaat u straks waarschuwen voor Algarve-alcoholisme.

Niet genoemd

Julien Althuisius dus, de man die mij wegjoeg bij de Volkskrant. Gelukkig was dhr. Nijman van het jongerenblog GeenStijl zo aardig om mij op te vangen en mag ik nu voor hem op safari door Eurabia.

De televisierecensent heeft het in zijn essayette, die hij reeds in december schreef en die ik kon lezen omdat ik toegang had tot het DNR-computersysteem van De Persgroep, over de keerzijde van magnetische werking van Portugal op Nederlanders. Prima hoor, maar dan volgt de zin die leidde tot mijn spontane opstappen bij de Azijnbode (zoals mijn vriend Rob Hoogland het gezaghebbende dagblad altijd zo respectloos noemt, en leest hier gratis onze Foute Jongens-briefwisseling over emigreren naar de Algarve).

Portugal heeft een grote aantrekkingskracht op Nederlanders, die in navolging van onder anderen Gerrit Komrij en Louis van Gaal naar het Zuid-Europese land trekken.

IK WORD GODVERDOMME NIET GENOEMD!

Ik, die tien jaar lang week in week uit de lotgevallen van de Nederlander in Portugal beschreef, in totaal 500 cursiefjes over saudades! En dan noemt die televisierecensent die twee weken op polsbandjesvakantie in Albufeira was wel mijn boezemvrienden Gerrit Komrij (dat de herinnering aan de geestelijke vader van de Portugal Post tot een zegen mag zijn) en Louis van Gaal.

MAAR MIJ NIET! SORRY DAT IK BESTA, AMIGO!

Pfff, ik moest even in een papieren zakje blazen hoor, zo kwaad kan ik worden over zulks. Ik word mijn hele leven al genegeerd maar daar wil ik u niet mee lastig vallen, nu in ieder geval even niet!

Pero bueno.

Kloosrieden

Laten we heel in het kort de essayette van de televisierecensent van de Volkskrant kloosrieden.

Paradijs Portugal begint heel idyllisch, ik dacht even aan Simon Vestdijk en Heinz G. Konsalik.

“Het gevoel is het hevigst zo rond midden januari, als het grijs van buiten is doorgedrongen tot het binnenste. Als de dagen monotoon, donker en koud zijn. Als het enige doel van naar buiten gaan is om zo snel mogelijk naar een ander binnen te komen. Als alle gezichten bleek zijn en druipen van snot en chagrijn. Dan klinkt de lokroep van een ander leven het hardst. Het denderen van de Atlantische Oceaan. Het ruisen van de naaldbomen. De geur van eucalyptusbossen. De warme genade van de winterzon. De eerste hap uit een pastel de nata. De louterende werking van helemaal verrot gescholden worden op een rotonde.”

Goed, alle clichés over mijn patrie de cœur zijn gebruikt, en dan komt de aap uit de mouw, want de televisierecensent van de Volkskrant schrijft vervolgens:

“Portugal. Het beloofde land. In 2019 woonde ik er tijdelijk met mijn gezin en sindsdien droom ik bij elke wolk voor de zon van een terugkeer.”

De beste man is gewoon gefrustreerd dat hij eventjes mocht proeven aan mijn geweldige land en dat hij nu drie hoog achter in Amsterdam-west woont!

Dan volgt er een hele reek voor- en nadelen over het wonen in Portugal, opgetekend door anonieme Nederlanders zoals ‘de surfer’. Dat is een bekende journalistieke truc.

Tapijtjesverkoper ‘Ali’

Zo citeerden Nederlandse Midden-Oosten-correspondenten vaak de 18-jarige tapijtjesverkoper ‘Ali’ in Oost-Jeruzalem die zijn naam liever niet in de krant heeft; de zakenman die regelmatig in Teheran, Bagdad en Damascus komt en natuurlijk de eeuwige taxichauffeur, die in elke op hotelkamers geschreven reportage opduikt als een deus ex machina.

Althuisius:

“Zo gering als de culturele invloed, zo groot is de economische impact van de nieuwe generatie migranten op het Portugese leven. ‘Rijke buitenlanders met veel meer koopkracht kopen huizen en grond, waardoor de prijs van onroerend goed wordt opgedreven’, signaleert Esteves. Een fenomeen dat andere landen en steden waar veel expats zich vestigen ook kennen. Maar er is een belangrijk verschil tussen expats in Nederland en expats in Portugal. Het verschil in financiële slagkracht van een expat en een inwoner van Portugal is enorm. Het Portugese minimumloon ligt rond de 700 euro per maand; het gemiddelde loon is slechts een paar honderd euro per maand meer. En dan komt de buitenlander met zijn salaris uit Nederland, Duitsland of Engeland.

Het gevolg is dat de armste Portugezen het zich niet meer kunnen veroorloven huizen te kopen of te huren.’ Tegelijkertijd zorgen al die buitenlandse investeringen er wel weer voor dat oude en vervallen huizen worden opgeknapt en de grond beter wordt onderhouden (‘denk aan het planten van boomgaarden of het aanleggen van groentetuinen’), met als gevolg, zegt Esteves, dat er zelfs bosbranden in de zomer voorkomen worden. Ook veel lokale winkels varen wel bij het geld en de koopkracht van de buitenlanders. Maar ook dat, zegt Esteves, heeft een keerzijde: ‘Het kan tot inflatie leiden omdat verkopers beseffen dat ze hun goederen tegen een hogere prijs kunnen verkopen.'”

Uiteindelijk komt het er op neer dat alles de schuld van de expat is. U moest eens weten hoe ik de horeca in Portugal gespekt heb, de afgelopen tien jaar, heer Althuisius!

Ik gedraag me in de regel (vooruit, ik bezoek sporadisch krekhuisjes met eenbenige, non-binaire kommersjele sekwerkers) als een vlieg op de wand, heb net keurig mijn booster gehaald en ik spreek gewoon Portugees met de Portugezen.

Ombudsvrouw Laetitia

Echt, het schuim staat wederom op mijn muil, en ik wou deze Portugal Post vrolijk houden, dus daarom geef ik nu het woord aan onze ombudsvrouw Laetitia, die u vast nog wel kent van haar woeste Tupperware-parties in Amsterdam-zuid.

 

Artikel gaat verder na afbeelding.

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/download-2-1.jpeg

 

De Portugal Post presenteert:

tromgeroffel….

Laetitia!

Auto’s zijn duur in Portugal, vrienden. En een tweedehandsje al helemaal. Voor een Fiat Puntootje van 20 jaar oud durft men in de Algarve gerust tegen 3000 euro te vragen. Neem dus liever je eigen auto uit Nederland mee en verhuis deze met je inboedel naar het zonnige zuiden zodat je de torenhoge importheffingen kunt omzeilen. Want ja, lieve mensen, voor het invoeren van een gebruikte auto heeft Portugal z’n eigen belastingregels. Ondanks Europese afspraken hierover, kunnen de kosten hierbij flink oplopen. Vrienden van mij betaalden voor hun Volvo V70 van 8 jaar oud 10.000 euro importheffing om deze op een Portugees kenteken te schrijven.Wat doe je dus als je een tweedehands auto nodig hebt: dan ga je naar een erkend autobedrijf of naar een erkende dealer of surf je naar de prima website MSCAR.

Uw vrienden van de belastingen

Laat je niet verleiden door de vele autohandelaren langs de N125 of de mooie aanbiedingen op OLX of andere platforms. Het kan je een hoop gedoe schelen. Welk gedoe, hoor ik u denken. Welnu: er kan nog een lening op de auto zitten. De meeste Portugezen hebben een auto op afbetaling afgesloten bij een verzekering die de autohandelaar of dealer heeft aangeboden. De financiering staat dus niet op naam van de eigenaar van de auto maar staat op het kenteken. Als je pech hebt neem je die financiering over als je niet goed hebt opgelet. Als er nog schulden op de auto zitten, moet jij als nieuwe eigenaar zorgen dat de vorige eigenaar (de dealer of de eigenaar daarvoor) die schulden alsnog gaan aflossen.

Ook niet onbelangrijk; zitten er nog bekeuringen op de auto? Deze zijn namelijk niet persoonlijk in Portugal. Check vervolgens ook bij Finanças (uw vrienden van de belastingen), of het kenteken nog op de naam van de vorige eigenaar staat. Alles is hier mogelijk! Check ook de kilometerstand want daar wordt enorm mee gerommeld. Dat checken kunt u doen op het portaal Sapo.

Collectieve verzekering

Nog een valkuil: de autohandelaar heeft een collectieve verzekering op zijn hele wagenpark en vertelt je dat de auto is verzekerd. Eenmaal gebeld met de betreffende verzekering blijkt jouw auto helemaal niet op kenteken te zijn verzekerd en rijd je rond in een onverzekerde auto. En koop geen auto die ouder is dan het jaar 2000 anders mag je bijvoorbeeld Lissabon niet in. Koop een diesel als je je auto nog een keer wil verkopen. Portugezen houden niet van benzineauto’s.

Een hele nieuwe auto uit Nederland invoeren kan alleen als deze minstens een jaar op jouw naam staat.

Heb je na bovenstaande nog zin in een tweedehands auto? Kijk dan vooral ook op Facebook naar aanbiedingen van expats die hun auto om allerlei redenen (teruggaan naar land van herkomst, sterfgeval, scheiding etc.) wegdoen. Soms zitten er pareltjes tussen.

RAÚL DE SPANJEMAN

 

Artikel gaat verder na afbeelding.

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/20200403_165603-1024x720-1.jpg

 

Queridos amigos y amigas de la península Ibérica, ¡buenos días! Staat u mij toe mijzelf, summier, aan u voor te stellen. Mijn naam is Raúl, maar liever sta ik bekend als jullie ‘mannetje in Spanje’. Als vakantiecoach en allround technofiel sta ik al bijna twintig jaar Tena-gerechtigde Nederlandse reizigers met raad en daad bij. En hoewel mijn werkgebied zich aan de andere zijde van het Iberisch schiereiland bevindt, op veilige afstand van jullie geliefde Algarve: de kleine probleempjes en twijfels die jullie leven zuur maken zijn hier precies hetzelfde.

Zo sneed uw geliefde digitale huisdokter Kildare vorige week een welbekend probleem aan dat ook in de camper– en caravanwereld tot grote problemen kan leiden. En dan bedoel ik niet het ongezien op een strand of parkeerplaats de tank van de porta potti legen. In een gemiddelde camper/caravan is reeds een ‘toilet’ ingebouwd. Zo’n plastic pot in een plastic kamertje waarin je je kont niet kunt keren en je volledig aan claustrofobie ten onder kunt gaan als bij de natte lunch een niet al te verse mossel zijn definitieve rustplaats tegemoet gezwommen is via uw slokdarm.

U heeft een beeld? Goed zo.

Om één en ander redelijk geurvrij af te handelen, althans met een minimum aan reukoverlast, raadt de fabrikant aan om chemicaliën, van zijn merk want de rest is rotzooi, in het spoelwater én in de opvangtank te gooien.

Vlokken

Nu weet ik van een mannetje hier in de buurt die veel met caravans rotzooit dat je dat spul dus nooit in je spoelwater moet doen omdat het kan gaan ‘vlokken’ en een zwarte drabbige substantie gaat vormen die je toiletpomp laat vastlopen waardoor je pomp smelt of je zekering doorbrandt. En dán heb je een mannetje nodig die dat weer voor je oplost.

Twee tips derhalve die uw verblijf op het Iberisch schiereiland zullen veraangenamen; houdt uw spoelwater helder– in geval van voedsel uit zee, geef het een lekker wijntje mee. Mocht u Ibérica tot een definitieve verblijfplaats willen kiezen maar is een villa of een bungalow te hoog gegrepen, bekijk dan dit filmpje, een soort van tiny house met Frans Bauer vibe. U zult zich direct thuis voelen!

Volgende week tips aangaande tuinieren op de camping, en voor nu: adiós!

DE DIGIDOKTER VAN DE PORTUGAL POST: DOKTER KILDARE

 

Artikel gaat verder na afbeelding.

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/778377.jpg

 

Bom dia, waarde TPO-fans en ander olijk lezersvolk!

Allereerst natuurlijk bedankt voor al uw vrolijke reacties op mijn vorige dia en rhee column én uw eigen met kleur en geur omschreven plee-ervaringen! Uw bijdragen werden door uw immer zeer geëngageerde Dr. James uiteraard in dankbaarheid ontvangen!

Behalve dan de scheldkanonnade van een fietsenverhuurder lieve lezers, maar je kunt het nooit iedereen naar de zin maken nietwaar? Het leek wel een dronkaard zoals de rijwielhersteller tekeer ging tegen uw doutore die uiteraard enkel en met verve en zoals altijd vol van goede bedoelingen verslag deed van zijn treurniswekkend leven onder de zon!

Apropos, nu het woord dronkaard is gevallen, ik kan u verzekeren dat de vrijetijds geproduceerde alcoholdampen niet alleen tijdens het Brabantse carnaval, op ‘s Neerlands Waddeneilanden en door de Drentse routefietsers een wijd en brede verschijning zijn geworden, beste fans! Integendeel, het Algarviaanse overwintervertier is er ook ruimhartig door beneveld en daarnaast, last but not least, de expats in hun kleurige casa-met-piscina (zwembad) onderkomens of hun balkonnetje met zeezicht, doen ook stevig hun best de Portugese alcoholindustrie hun gouden tijden te laten herleven!

Doctorandus Van Amerongen memoreerde in zijn column van vorige zondag al over ome Kees in zijn sleurhut en de gezelligheid van Nederlandse frikandellen, kroketten en Coebergh met ijs in het Algarviaanse Monte Gordo en Quarteira en geloof me amigas e amigos dat waren slechts voorbeelden uit een groot scala van partymogelijkheden waarbij de ‘oergezellige’ NCA (Nederlandse Club Algarve, ‘Belgen ook welkom’) feestjes van koek- en haringhappen verbleken beste vrienden! (Wist u overigens dat in Nederland de meeste alcoholisten in Bergen (NH) en Laren (NH) wonen? En waaronder de 18 plussers daar maar liefst 13% als alcoholist wordt aangeduid?)

Zwitserleven-gevoel

Zoals bekend vloeit in de Algarve en omstreken het Zwitserleven-gevoel tijdens de 4000 jaarlijkse zonuren regelmatig en groots over de terrassen en (en vooral) rijkelijk door de meestal op-één-pootje-staande glazen!  Waar zouden we zijn zonder een goed gevuld glas wijn lijkt het motto onder de zon.  En het Vino vino, waar blijft de wijn van Imca Marina schalt hier dan ook regelmatig over de boulevards en pleinen bij monde van de liefhebbers van voornoemde spiritualiën.

Diezelfde Algarve wordt overigens ook wel het Europese California genoemd, maar dan voor tachtigplussers met plasgootjes en prostaatproblemen beste vrinden, maar dat is andere smerigheid!

Nou ziet uw doutore u al glimlachen en vanuit uw koude kikkerland verlangens koesteren naar Europese alcoholische genotsgelijkheid met de Iberisch zongebruinde mazzelaars beste fans, we leven tenslotte in één grote EU en een Rij-en-air tikketje kost maar een paar tientjes nietwaar!  Echter, lieve leesgenieters, de addertjes (in de vorm van Policia uniformizada) zitten hier niet onder het gras, maar staan met regelmaat langs de kant aan de E125, de dodenweg langs de kust waarover uw medico al eerder schreef en de nodige minder leuke bloederige herinneringen aan heeft. En die uniformes staan er niet ten overvloede, beste dorstlessers, want in Portugal is alcohol nog steeds doodsoorzaak nummer één in het verkeer!

Om uw enige duiding te geven over de regelgeving rondom het gedistilleerd hier in zonnig tasjes en t’rasjesland:

Rijontzegging

De maximale norm voor alcohol in Portugal in het frequent aan u gepresenteerde blaaspijpje is 0,5 promille. Komt u daar boven volgens uw eigen ‘ach vooruit dit wordt de laatste’ protocol, dan kunt u (0,5 tot 0,8 promille) rekenen op boetes tot 1250 kostbare pensioen euries en een rijontzegging van een jaar! Voor de doordrinkers die op twee benen lopen ook moeilijk vinden en het dus met een derde proberen (0,8 tot 1,2 promille) wordt u verrast tot 2500 euro korting op uw spaarrekening én twee jaar rijontzegging.

Komt u bóven de 1,2 promille (en da’s echt niet zo moeilijk als het vloeibaar gezellig is), volgen er zeer hoge boetes, onvoorwaardelijke gevangenisstraf en rijontzegging voor de lengte van drie jaren. Overigens dient u bij alle alcoholoverschrijdingen op te komen draven bij een niet al te vriendelijke rechter!

Kortom: het is niet alles vrolijkheid wat er blinkt op de bodem van uw leeggeslobberd wijnglas in de zon beste dorstlessende especialistas em álcool!

Alcoolismo

En dat is nog niet alles, want ook openbare dronkenschap wordt hier door de policia soepeltjes bestraft met een voorzien van legerschoeisel welgemikte schop onder uw te dikke derrière en met een beetje pech een nachtje kotsen in een betonnen omgeving met stevig afgesloten deur binnen de plaatselijke delegacia de policia, oftwel de politiecel!    Uw medico de férias waarschuwt u graag even!

Ondanks en desondanks dat maakt alcohol natuurlijk ook meer gezondheid achter uw heuptasje kapot dan u lief is. Uw medico ervaart regelmatig dat de onwetendheid op dat gebied groot is, evenals de verleiding tot verslaving (alcoolismo) als je met ledig gemoed en je hobby’s thuis in het kikkerland achtergelaten hebbende in een ver land vertoeft.

 

Artikel gaat verder na afbeelding.

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/image-asset.jpeg

 

Dan komt de schadelijkheid (osmalis de bebida alcool) al snel om de hoek kijken. Zo ontdekte een ‘dat doet mijn man niet’ echtgenote van een (uiteraard) ‘gelegenheidsdrinker’, een halve kubieke meter aan lege drankflessen onder de openhaardhoutopslag beste lezers!

En aangezien lege flessen moeilijk branden wekte dat enige verbazing gecombineerd met vele vragen en werd uw medico rap geconsulteerd als ontwenningstherapeut én relatiegenezer!

Wist u overigens dat zelfs één glas alcohol al zorgt voor verdoving van je hersenen en je remmingen loslaat?

Dit inspireerde Gerrit Komrij, God hebbe zijn ziel, al tot de kleurrijke uitspraak:

“In alcohol kun je alles bewaren behalve geheimen.”

Iets om in herinnering te houden lieve lezers! Overigens is dat ene glas natuurlijk niet de boosdoener, echter uw doutore zit vol met ervaringen van olijke zonbelevers die het dagelijks innemen van alcoholhoudende versnaperingen tot hobby hebben verheven en daarvan zijn de gevolgen niet mals!

Maligniteit

Door zo’n repeterende bezigheid worden dagelijks de lever, nieren, hart en bloedvaten, alvleesklier en darmen behoorlijk belast en bestaat er sterk verhoogde kans op maligniteit, ofwel ernstige ziektes. Die kans stijgt overigens exponentieel met uw leeftijd, waarbij de wetenschap ons vertelt dat de gemiddelde levensverwachting van een stevige hobbydrinker met een jaar of tien wordt gekort!

Maar hoeveel beste doutore, hoor ik u vragen, mag ik dan tijdens alle olijke vrolijkheid, de sjeu de boel en het haringhappen wél drinken zonder vroegtijdig aan de verkeerde kant van het gras gelegd te worden?

Daarvoor hebben we een algemene regel die aangeeft dat vrouwen maximaal zeven glazen ‘veilig’ per week kunnen nuttigen en mannen veertien glazen. Nu hoort uw geneesheer natuurlijk regelmatig dat er bij u thuis slechts zeer zelden meer gedronken wordt dan dat, maar uit ervaring weet uw especialista ook dat de laatste leugen de wereld nog niet uit is!

Dus adviseert uw thuisdokter dan steevast streepjes op het behang te zetten en alvast te beginnen met blozen. Het ‘ik drink alleen in het weekend’-praatje valt ook onder de flauwekuldiscussie, want bij doorvraag blijkt altijd het glas op de golfbaan alsmede de twee bij het bridgen en die éne op dat terrasje vergeten. Kortom: het is de hele week een vrolijk alcohol benevelde boel in zonnig Portugal, waar het drankje vaak de weemoed naar het natte vaderland laat verdwijnen! Dat vaderland waar soms toch alles beter is als je weer eens een halve middag in de rij voor de kassa bij de Aldi staat terwijl de caissière haar buurvrouw met rollator verwelkomt en uitgebreid de buurtperikelen gaat bespreken.

Een gewaarschuwd man geldt voor twee

Trouwens, gesproken over de Aldi, vaak staan daar arme sloebers bij de ingang (tenzij ze net genoeg geld bij elkaar hebben gebietst voor een slobberbiertje en ergens in een hoek liggen) om u gewag te doen van hun miserabele leven en met de vraag of u door middel van een kleine bijdrage in harde euro’s hun dag tot heerlijkheid wilt verheffen zodat ze hun recept (wat steevast altijd thuis ligt) kunnen inwisselen voor het levensreddend medicijn!

Nou is uw medico de vriendelijkheid en goedheid zelve lieve fans en helpt iedereen graag een handje op weg naar een beter leven. Zo kocht ik kortgeleden drie heerlijk warme verse broodjes plus een paar pastel de nata’s voor zo’n minderbedeelde receptverzamelaar. Buiten gekomen overhandigde ik dat luxe pakket (aan een verbaasd gezicht) met een vriendelijk gebaar en een ‘aproveitar’, ‘geniet ervan’! Tien meter verder bij mijn auto aangekomen zag ik de beste man een poging doen mijn bijdrage te verkopen beste lezer (geen grap!). Zie hier de bittere ernst van een alcoolismo (verslaving)!

Doet me denken aan de man die tijdens zijn wandeling bij een bruggetje komt waar hij de waarschuwing leest: Pas op! Deze brug is slechts veilig voor één persoon tegelijk. Gerustgesteld loopt hij de brug op en zak er tot zijn grote verbazing toch plotseling doorheen.

De moraal van dit verhaal: een gewaarschuwd man geldt voor twee!

Hou dat in gedachte tijdens uw volgende gezellige natte haringparty met zakloopwedstrijd beste amigas e amigos!

Até o próximo domingo queridos leitores!

Uw dokter James Kildare!

P.S.  
Altijd dronken is ook een geregeld leven – Er bestaan geen lelijke vrouwen, er is alleen te weinig alcohol – Als ik dronken ben, kijk ik met één oog naar God en met het andere naar de duivel –  Een drankprobleem hebben betekent dat er geen drank in huis is – Ik sterf liever van de drank dan van de dorst – Drinken halveert je leven, maar je ziet dubbel zoveel – Ik ben geen probleemdrinker, ik maak er geen probleem van – In wijn zit wijsheid, in water pissen de kikkers – Half bezopen is een gebrek aan doorzettingsvermogen – Ik ben geen alcoholist, ik heb slechts een doseringsprobleem –

 

We geven meer geld uit aan drank en tabak dan we aan onderwijs besteden. De drang om te ontsnappen aan onszelf is blijkbaar groter dan de drang naar ontwikkeling.

Aldous Huxley.

Artikel gaat verder na afbeelding.

https://tpo.nl/wp-content/uploads/2022/01/fx1_lrg.jpg

                                                                                     

 

Lees meer van The Portugal Post:

Portugal, stukje bij beetje
La Gran Ola van de Algarve
In mijn Algarve heersen nog waarden en normen van NL in jaren 50

 

 

Doneer aan Arthur van Amerongen!

 

 

 

 

 

De Portugal Post: waarom Don Arturo bij de Volkskrant vertrok

https://tpo.nl/2022/01/23/de-portugal-post-waarom-don-arturo-bij-de-volkskrant-vertrok/

Jeanne (23) brengt kant-en-klaar gemixte cocktails naar je toe: ‘Cocktails maken is net koken’ (indebuurt Apeldoorn)

Ze is niet zo’n flitsende bartender die jongleert met flessen. “Daarvoor ben ik te onhandig.” Liever profileert de Apeldoornse Jeanne van Sighem (23) zich door gewoon lekkere cocktails te maken. Ze brengt haar creaties nu in plastic flessen rond in Apeldoorn. “Ik denk dat iedereen om me heen meer cocktails drinkt dan ikzelf.”

Jeanne van Sighem (23) koos voor de opleiding Hotel Management omdat ze koken altijd leuk heeft gevonden. En cocktails maken is net koken, weet ze nu. “Cocktails vind ik lekker maar staan voor mij daarnaast ook voor gezelligheid, het zijn sfeermakers. Ik had er thuis vaker een beetje mee geëxperimenteerd. Op een dag zag ik een advertentie voor European Bartender School op Mallorca en dat leek me een mooie kans om meer te leren over cocktails.”

176 cocktails in drieënhalve week

De bartender-opleiding bleek heftig. “Ik had verwacht dat het minder zwaar zou zijn.” Elke dag moest je weer zes nieuwe cocktails maken. En dagelijks kreeg je een toets. Dan moest je een bestelling van vier cocktails maken, in de goede volgorde, met natuurlijk de goede ingrediënten, in de goede glazen en hoeveelheden.”

176 verschillende cocktails in drieënhalve week maakte Jeanne op de bartenderschool. De laatstejaars student Hotel Management moest ook jongleren met flessen op het Spaanse eiland, maar dat ging wat minder goed dan de dranken mixen. “Ik laat ze tien keer vallen en vang vervolgens één keer.”

Keep the Spirit

De gecertificeerd internationaal bartender zal je dus niet met flessen zien gooien. “Daarvoor ben ik te onhandig.” Wel brengt ze haar eigen gemixte cocktails kant-en-klaar bij je thuis. Keep the Spirit cocktails noemde ze haar bedrijf. “De naam combineert het idee dat we de moed er ondanks corona inhouden en ‘spirit’ is ook het Engelse woord voor een grote fles likeur.”

Keep the Spirit ontstond – hoe kan het anders – dankzij corona. “Ik zat in de zesde week van mijn stage in Zuid-Afrika toen ik in de zomer van 2020 weer naar huis ging.” Thuis begon ze steeds vaker cocktails te maken. “Als we gingen barbecueën bij vrienden in de tuin, vroegen ze altijd of ik cocktails wilde maken. “Het ging van kwaad tot erger. Op een gegeven moment spoorden mijn moeder en een vriendin aan of ik er niet wat mee moest doen.”

Ze vroegen altijd of ik cocktails wilde maken. Het ging van kwaad tot erger

Jeanne, die “tijd in overvloed” had, hoefde er niet lang over na te denken. “Ik heb leveranciers gezocht, een oud buurman die grafisch ontwerper ingeschakeld om een logo te maken en nagedacht over hoe ik de cocktails wil verpakken.” Het zijn gerecyclede plastic flessen geworden, die je bij het plastic afval weg kunt gooien. “Je moet wel over duurzaamheid nadenken in deze tijd.”

Cocktailwinkel

Twaalf cocktails verkoopt ze nu op haar site, waarbij ze vaak net een andere twist geeft aan traditionele cocktails. “Ik vind het originele recept vaak niet het lekkerst. Zo vind ik een espresso Martini niet lekker, te sterk. Daarom heb ik een boosted cappuccino gemaakt. Maar het is dus heel persoonlijk, net als wanneer je aan het koken bent. De één houdt van pittig, de ander minder. Ik probeer er een eigen handtekening aan te geven. En ik maak zoveel mogelijk zelf: bramenlikeur, sinaasappellikeur… Die laatste naar mijn moeders recept.”

Ik maak zoveel mogelijk zelf

“Met Keep the Spirit breng ik mensen op een bepaalde manier ook weer samen”, zegt Jeanne. Haar ultieme droom is ooit een winkeltje te beginnen in het centrum van Apeldoorn, waar mensen cocktails kunnen afhalen, ze caterings verzorgt en workshops geeft. “Leuk voor feestjes”, zegt de Apeldoornse, die momenteel ook nog parttime als receptionist bij Van der Valk werkt. Hoeveel cocktails drinkt ze tegenwoordig eigenlijk zelf? “Af en toe vind ik het lekker op feestdagen, in de zomer of als toetje naast de koffie, maar ik drink bijna nooit cocktails meer. Ik denk dat iedereen om me heen meer cocktails drinkt dan ikzelf. Ik zit er middenin.”

Je kunt een bestelling doen via de website van Keep the Spirit cocktails. De dranken hebben een alcoholpercentage van maximaal 14,9 procent en zijn zeker een week houdbaar in de koelkast. De cocktails bezorgt Jeanne in Apeldoorn en regio.

Ondernemer Uitgelicht

Ken jij een Apeldoornse ondernemer met een leuk verhaal? Laat het ons weten via apeldoorn@indebuurt.nl.

Lees ook:

https://indebuurt.nl/apeldoorn/bedrijvigheid/ondernemer-uitgelicht/jeanne-23-brengt-kant-en-klaar-gemixte-cocktails-naar-je-toe-cocktails-maken-is-net-koken~166452/

Jaarinhoud KIJK 2021 (KIJK)

Welke onderwerpen hebben het afgelopen jaar in KIJK gestaan? Je vindt het in onze jaarinhoud.

Hieronder wordt een overzicht gegeven van alle onderwerpen die we het afgelopen jaar in KIJK hebben aangesneden. De onderwerpen staan gesorteerd op alfabet per onderwerp. Door op een item te klikken, kun je een voorproefje van het artikel zien. Achter het onderwerp staat in welke KIJK-editie en vanaf welke pagina je het artikel in kwestie terugvindt.

Alle KIJK-edities uit 2021 zijn nog na te bestellen in onze webshop

Wetenschap

Biologie

Anammox-bacterie (Onderwater Ondervraagt: Laura van Niftrik) | KIJK 9/2021 | pagina 56

Bijen, foto’s van | KIJK 9/2021 | pagina 48

Bijen en hommels, intelligentie van | KIJK 11/2021 | pagina 30

Dinosaurussen, nieuwe ontdekkingen over | KIJK 2/2021 | pagina 50

DNA-analyse van oude botten | KIJK 12/2021 | pagina 22

Embryo’s in het lab kweken | KIJK Zomernummer | pagina 22

Emoties in primaten (Onderwater Ondervraagt: Mariska Kret) | KIJK Zomernummer | pagina 28

Gifslangen (Onderwater Ondervraagt: Roel Wouters) | KIJK 12/2021 | pagina 56

Kadavers onderzoeken | KIJK 9/2021 | pagina 22

Microscopische beelden, foto’s van | KIJK 2/2021 | pagina 34

Natuur tijdens lockdown | KIJK 5/2021 | pagina 58

Slijmzwammen, foto’s van | KIJK 3/2021 | pagina 34

Stofwisseling, computermodel van (Onderwater Ondervraagt: Natal van Riel) | KIJK 10/2021 | pagina 28

Virussen, voordelen van | KIJK 4/2021 | pagina 38

Zeeleven, foto’s van | KIJK Zomernummer | pagina 36

Zoogdieren, evolutie van | KIJK Zomernummer | pagina 70

Geologie

Exclaves | KIJK 1/2021 | pagina 30

Veengebied in Congo | KIJK 8/2021 | pagina 64

Water op aarde, ontstaan van | KIJK 8/2021 | pagina 30

Gezondheid

Chemogenetica | KIJK 11/2021 | pagina 58

Genetische mutaties in mensen | KIJK 5/2021 | pagina 70

Gevaren van alcohol (interview: David Nutt) | KIJK Zomernummer | pagina 44

Naaldloos injecteren (Onderwater Ondervraagt: David Fernandez Rivas) | KIJK 8/2021 | pagina 28

Nanomedicijnen | KIJK 2/2021 | pagina 30

Sporttherapieën | KIJK 10/2021 | pagina 70

Vaccins tegen infectieziekten | KIJK 12/2021 | pagina 64

Verminderde spermakwaliteit | KIJK 9/2021 | pagina 58

Zelfdokter, de opkomst van | KIJK 9/2021 | pagina 42

Zicht voor blinden | KIJK Zomernummer | pagina 50

Natuur-, en sterrenkunde

Asteroïdengevaar | KIJK Zomernummer | pagina 14

Astronomy Photographer of the Year-wedstrijd, foto’s van | KIJK 12/2021 | pagina 46

Buitenaardse intelligentie (Far Out) | KIJK 1/2021 | pagina 28

Buitenaardse intelligentie (interview: Avi Loeb) | KIJK 9/2021 | pagina 30

Dyson spheres (Far Out) | KIJK 12/2021 | pagina 28

Gravitonen, zoektocht naar (Far Out) | KIJK 3/2021 | pagina 60

Heelal, foto’s van | KIJK 1/2021 | pagina 42

Hete exoplaneten (Far Out) | KIJK 4/2021 | pagina 28

Kernfusiereactoren, foto’s van | KIJK 5/2021 | pagina 42

Knopen, wetenschap achter | KIJK 4/2021 | pagina 58

Marsmissies | KIJK 3/2021 | pagina 26

Muonen | KIJK 11/2021 | pagina 22

Organisch materiaal in de ruimte (Onderwater Ondervraagt: Inge Loes ten Kate) | KIJK 11/2021 | pagina 28

Shanghai Astronomy Museum, foto’s van | KIJK 10/2021 | pagina 50

Simulatie van het universum (Far Out) | KIJK 2/2021 | pagina 48

Simulatiehypothese | KIJK Zomernummer | pagina 100

Sterrenstelsels bereizen | KIJK 11/2021 | pagina 56

Supergeleiding | KIJK 4/2021 | pagina 70

Tijdreizen (Far Out) | KIJK Zomernummer | pagina 62

Vijfde dimensie (Far Out) | KIJK 9/2021 | pagina 28

Zwaartekrachtsecho (Far Out) | KIJK 8/2021 | pagina 50

Zwaartekrachtsmoleculen (Far Out) | KIJK 5/2021 | pagina 28

Psychologie

Bizarre neurologische aandoeningen | KIJK 2/2021 | pagina 62

Emotionele veerkracht | KIJK 3/2021 | pagina 62

Kuddegedrag in mensen | KIJK 10/2021 | pagina 38

Lieggedrag in mensen (interview: Bruno Verschuere) | KIJK 5/2021 | pagina 30

Psychopaten, misvattingen over | KIJK 1/2021 | pagina 56

Tbs-systeem (interview: Michiel van der Wolf) | KIJK 12/2021 | pagina 36

Vooroordelen, wetenschap achter | KIJK 12/2021 | pagina 42

Overig

Extreme wetenschap | KIJK 4/2021 | pagina 14

Rioolwater, analyse van | KIJK 3/2021 | pagina 48

Verspreiding van de mens | KIJK 3/2021 | pagina 70

Vleesvervangers, wetenschap achter | KIJK 1/2021 | pagina 22

Xenobots | KIJK 8/2021 | pagina 52

Technologie

Computer & internet

Cryptovaluta (interview: Alex de Vries) | KIJK 8/2021 | pagina 36

Cybercriminaliteit (interview: Daniël Verlaan) | KIJK 3/2021 | pagina 42

Internet repareren | KIJK 10/2021 | pagina 14

Touchscreens | KIJK 5/2021 | pagina 22

Veilig quantuminternet (NederTech: QuTech) | KIJK 5/2021 | pagina 56

Energie

CO2-opslag ondergronds | KIJK 12/2021 | pagina 30

Hanford Site | KIJK 9/2021 | pagina 36

Zonne-energie, nieuwe ontwikkelingen in | KIJK 3/2021 | pagina 14

Luchtvaart

Aviaton Week-wedstrijd, foto’s van | KIJK 4/2021 | pagina 30

Drone op waterstof (NederTech: NederDrone) | KIJK 3/2021 | pagina 32

Dronewedstrijd, foto’s van | KIJK 11/2021 | pagina 48

Hypersoon vliegen | KIJK 1/2021 | pagina 36

Joint Terminal Attack Controllers (JTAC) | KIJK 2/2021 | pagina 70

Learjet (Terugvlucht) | KIJK 9/2021 | pagina 62

Mi-24 Hind (Terugvlucht) | KIJK 10/2021 | pagina 62

Noodlanding op water | KIJK 12/2021 | pagina 58

Super Guppy (Terugvlucht) | KIJK 3/2021 | pagina 54

Vliegende auto (PAL-V) | KIJK 8/2021 | pagina 70

XB-70 Valkyrie (Terugvlucht) | KIJK Zomernummer | pagina 86

Robotica

Autonome robots, opkomst van | KIJK 11/2021 | pagina 14

Robots in de operatiekamer | KIJK 1/2021 | pagina 70

Ruimtevaart

James Webb Space Telescope | KIJK 12/2021 | pagina 70

Nieuwe ruimtepakken | KIJK 2/2021 | pagina 22

Verspreiding van de mens (Far Out) | KIJK 10/2021 | pagina 36

Transport

Elektrische trucks | KIJK 5/2021 | pagina 36

Fast Crew Supplier 7011 (Techspread) | KIJK 10/2021 | pagina 56

Finest Bay Project | KIJK 4/2021 | pagina 22

Geluid voor elektrische auto’s | KIJK 9/2021 | pagina 70

Nieuwe onderzeeboten | KIJK Zomernummer | pagina 64

World Solar Challenge | KIJK 11/2021 | pagina 70

Overig

Beste tech-ideeën 2020 | KIJK 1/2021 | pagina 14

Beste tech-ideeën 2021 | KIJK 12/2021 | pagina 14

Biohackers | KIJK Zomernummer | pagina 30

Hydrofoils | KIJK 3/2021 | pagina 22

Lensloze camera’s | KIJK 4/2021 | pagina 52

Mechanisme van Antikythera | KIJK 10/2021 | pagina 44

Military Visual Awards, foto’s van | KIJK 8/2021 | pagina 42

Nieuwe militaire gevechtsuitrusting | KIJK 10/2021 | pagina 22

Stad van de toekomst | KIJK 5/2021 | pagina 14

Straatstenen van bagger (NederTech: Waterweg) | KIJK 2/2021 | pagina 28

Maatschappij

Bevolking

Eugenetica | KIJK Zomernummer | pagina 56

Leven na corona | KIJK 8/2021 | pagina 22

Miljardairs, plannen van | KIJK 9/2021 | pagina 14

Milieu & klimaat

Bosbranden bestrijden | KIJK 11/2021 | pagina 36

Bosbranden voorkomen (NederTech: Overstory) | KIJK 4/2021 | pagina 50

Geo-engineering (klimaat hacken) | KIJK Zomernummer | pagina 92

Wereldbestemmingen, foto’s van | KIJK Zomernummer | pagina 78

Duurzame lijkbezorging | KIJK 2/2021 | pagina 14

Oorlog & geweld

Strijd om de Noordpool | KIJK 8/2021 | pagina 14

Tsar Bomba (kernbom) | KIJK 11/2021 | pagina 42

Vrouwelijke oorlogsmisdadigers (interview: Izabela Steflja) | KIJK 4/2021 | pagina 44

War on drugs | KIJK 5/2021 | pagina 50

Zware explosieven (interview: Karlijn Bezemer) | KIJK 1/2021 | pagina 50

Overig

Complotten over Tweede Wereldoorlog (interview: Richard Evans) | KIJK 2/2021 | pagina 42

Historie

Twintigste eeuw

Albert Ball (Terugvlucht) | KIJK 8/2021 | pagina 58

Auguste Piccard (Terugvlucht) | KIJK 4/2021 | pagina 62

Douglas Bader (Terugvlucht) | KIJK 2/2021 | pagina 56

Howard Hughes (Terugvlucht) | KIJK 11/2021 | pagina 62

Joodse knokploegen (interview: Jurryt van de Vooren) | KIJK 10/2021 | pagina 30

Operatie Entebbe (Terugvlucht) | KIJK 1/2021 | pagina 62

Vliegtuigongeluk Manchester United (Terugvlucht) | KIJK 5/2021 | pagina 62

Overig

Henrietta Lacks, biografie van | KIJK 10/2021 | pagina 58

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK! 

The post Jaarinhoud KIJK 2021 appeared first on KIJK Magazine.

https://www.kijkmagazine.nl/mens/jaarinhoud-kijk-2021/

Griekse dorpen ontruimd om bosbranden: marine in actie (Telegraaf Buitenland)

In het noorden van het Griekse schiereiland Peloponnesos zijn vier dorpen ontruimd omdat ze worden bedreigd door een bosbrand. Bijna honderd brandweerlieden proberen in de regio bij Patras, de derde stad van Griekenland, het vuur onder controle te krijgen.

De snelweg tussen het schiereiland en het vasteland van Griekenland is afgesloten, ziekenhuizen staan klaar om gewonden op te vangen. De kustwacht bracht vijftien mensen uit het kustgebied in veiligheid en ruim honderd kinderen werden geëvacueerd uit een kamp aan zee, melden plaatselijke media. De marine patrouilleert voor de kust om zo nodig mensen die door het vuur in het nauw komen uit het gebied te halen.

De brand woedt al sinds woensdag. Eerder deze week greep het vuur ook al om zich heen ten noorden van Athene. Daar gingen huizen in vlammen op, maar vielen geen gewonden.

Hittegolf

Griekenland kampt met een volgens meteorologen ’historische hittegolf’. Er wordt rekening mee gehouden dat de temperatuur dit weekend en komende week lokaal oploopt tot 46 graden. Het einde van de extreme hitte is nog niet in zicht. De hoge temperaturen kunnen volgens sommige schattingen twee weken aanhouden.

Ook elders in Zuid-Europa is het bloedheet en zijn branden uitgebroken. In vooral het zuiden van Italië moesten brandweerlieden de afgelopen 24 uur honderden keren uitrukken. Vooral het eiland Sicilië heeft met natuurbranden te kampen, nadat een week geleden Sardinië ook al werd getroffen door een grote bosbrand.

Bij hevige branden in Turkije vielen zes doden. In zuidelijke gebieden aan de Middellandse Zee moesten hotels worden ontruimd. Toeristen zijn soms met boten in veiligheid gebracht.

Bent u in het gebied? App naar onze whatsapp tiplijn.

https://www.telegraaf.nl/nieuws/282530206/griekenland-neemt-maatregelen-tegen-historische-hittegolf