Bod Regionale Energie Strategie (RES) (D66 Vijfheerenlanden)

Tijdens de raadsvergadering van 28 mei jl. is het collegevoorstel omtrent de RES (Regionale Energie Strategie) besproken. Daarin wordt de bijdrage omschreven die de gemeente Vijfheerenlanden aan de RES en daarmee aan het vastgestelde klimaatakkoord gaat leveren: 49% minder CO2 in 2030 ten opzichte van 1990 en 95% minder CO2 in 2050.  Deze bijdrage is in overleg met andere Utrechtse gemeenten (de ‘U16’) en allerhande stakeholders tot stand gekomen. Het betreft vooralsnog een concept; het definitieve bod zal naar verwachting op 1 maart 2021 worden vastgesteld.

Heel concreet voorziet dit RES bod in de plaatsing van drie grote windmolens en zonnecollectoren op dak (dus niet in de vorm van zonnevelden). Voor de periode na 2030 zullen zeer waarschijnlijk extra inspanningen moeten worden geleverd. Het is te verwachten (en te hopen) dat daarbij andere energievormen dan wind en zon zullen worden benut. Vooralsnog zijn windmolens en zonnecollecteren echter de meest haalbare opties.

De fractie van D66 Vijfheerenlanden is er zich van bewust dat windmolens niet populair zijn. Wij zijn van mening dat de plaatsing van windmolens niet ten koste mag gaan van de veiligheid of de portemonnee van inwoners, of van de natuur. Daarom is het ook zo belangrijk dat we heel goed kijken naar de wijze waarop het RES bod vorm gaat krijgen. In deze vervolgfase gaat de gemeente met inwoners in gesprek over de vraag bijvoorbeeld, waar de windmolens komen te staan.

Op de fractie van SGP na – en één fractielid van VVD – is de gemeenteraad akkoord gegaan met dit RES bod. Lees hier de bijdrage van onze woordvoerder, Jaap Breur:

“Vanavond nemen we als raad een besluit over het concept bod RES. Met dit bod geven wij aan wat de minimale bijdrage van de Vijfheerenlanden zal zijn voor de komende jaren. Maar waarom moeten we dit bod nu vaststellen en onszelf “verplichten” om te gaan verduurzamen?

Dit doen we om twee redenen:

Ten eerste: om de door mensen versnelde klimaatverandering te stoppen. Zoals afgesproken in het klimaatakkoord van Parijs. En dat is hard nodig.

Sinds het begin van het industriële tijdperk rond 1850 is het tempo van de opwarming van de aarde 10x sneller gegaan dan daarvoor. Hierdoor is elke periode van 10 jaar warmer geweest dan de voorgaande periode. En de gemiddelde tempratuur nu al bijna 1 graad gestegen.

Om nog maar eens een urgent voorbeeld te noemen: ook nu hebben we het droogterecord alweer te pakken. En worden hiervoor worden al kostbare maatregelen genomen. Zoals het oppompen en transporteren van rivierwater. En het herverdelen van ons grootste zoetwaterbekken, het IJsselmeer. Ook gelden er op vele plaatsen in Nederland nu al sproeiverboden. De droogte heeft gevolgen voor de oogsten en daarmee ook voor het inkomen binnen de landbouwsector. Ook zien we in Nederland steeds vaker natuurbranden ontstaan.

Kortom, de consequenties van klimaatverandering zijn dus al duidelijk zichtbaar en voelbaar.

Al sinds 1968 zijn er internationale zorgen over de manier hoe wij omgaan met de aarde en haar hulpbronnen. Helaas is er in die ruim 50 jaar niets of in ieder geval veel te weinig gedaan om deze negatieve invloed van het menselijk handelen op het milieu terug te dringen. En hier in Nederland al helemaal niet. Als één van de rijkste landen van de wereld hebben we het klimaatprobleem altijd weggeschoven en voorrang gegeven aan tal van andere zaken. Hierdoor bungelt Nederland onderaan de ranglijst wat betreft opwek van duurzame energie. Tijd om dit te veranderen! Schone energie heeft namelijk daarnaast nog tal van voordelen zoals: een betere luchtkwaliteit, een kleinere afhankelijkheid van fossiele brandstoffen uit het buitenland of de potentiele risico’s van kernenergie.

Ten tweede: Door het concept RES bod nu vast te stellen houden we voldoende tijd over voor inspraak of, nog beter, samenspraak met onze inwoners, bedrijven en instellingen. Door inspraak en samenwerking kunnen er samen voor zorgen dat er voldoende draagvlak is om de aangeven doelstellingen van minimaal 3 extra windmolens en maximaal zon op dak te realiseren.
Wat betreft de inspraak van inwoners wil D66 Vijfheerenlanden graag nog 1 suggestie meegeven aan het college. Ga ook in gesprek met de jeugd, op bijvoorbeeld de basis en middelbare scholen. De beslissingen die wij voor de energie transitie moeten nemen doen wij namelijk vooral voor de komende generaties. Goed is het dan ook om met hen in gesprek te gaan en hun stem mee te nemen in de keuzes die wij voor hen zullen gaan nemen.

Het positieve is dat als we nu doorpakken we daadwerkelijk deze negatieve spiraal kunnen doorbreken en terug kunnen keren naar een goede balans. Hoewel wij ons daarbij ook goed realiseren dat hiervoor maatregelen nodig zijn die niet iedereen even leuk zal vinden. Wat D66 Vijfheerenlanden betreft moeten we daarom ook snel het conceptbod vaststellen, zodat we zo spoedig mogelijk het gesprek aan kunnen gaan met de inwoners, bedrijven en instelling binnen onze gemeente. Waardoor er een optimale participatie kan gaan plaats vinden. Voor zowel de opwek als de besparing van energie!
Wij dagen dan ook iedereen binnen de Vijfheerenlanden uit om samen de handschoen op te pakken en de verantwoordelijkheid te nemen voor onze bijdrage in de energietransitie.”(Jaap Breur, 28 mei 2020, Vianen)

Kortom, in afwachting van het bovenstaande bod, zullen wij ons als fractie van D66 blijven bezighouden met alternatieve wijzen van energieopwekking en verdere verduurzaming binnen de gemeente Vijfheerenlanden.

 

The post Bod Regionale Energie Strategie (RES) appeared first on D66 Vijfheerenlanden.

https://vijfheerenlanden.d66.nl/2020/06/03/bod-regionale-energie-strategie-res/

Wij moeten in 2030 naar nul of bijna nul CO2-emissie (IVVD)

Urgenda won in december 2019 ook bij de Hoge Raad haar rechtszaak tegen de staat, wat een belangrijke stap voorwaarts is. Maar dat is niet genoeg. Urgenda heeft voor 2030 een heel ambitieuze doelstelling, de CO2-emissie naar nul in 2030. Wij spraken met Marjan Minnesma, het boegbeeld van Urgenda.

https://www.ivvd.nl/wp-content/uploads/2020/06/Marjan-Minnesma-250x314.jpg

Marjan Minnesma is sinds 2007 directeur van Urgenda en internationaal bekend vanwege de rechtszaak die Urgenda tegen de Staat der Nederlanden aanspande om de overheid te houden aan
de belofte de CO2-emissie in 2020 met minimaal 25% terug te brengen ten opzichte van 1990.

Hoe is dat met die rechtszaak tegen de staat precies gelopen?
‘Wij zijn de rechtszaak ooit begonnen, in 2012, en bij de eerste uitspraak in 2015 wonnen wij. Deze uitspraak betekende dat de CO2-emissie uiterlijk in 2020 terug moet met 25% ten opzichte van 1990. De uitspraak was bij ‘voorraad uitvoerbaar’ hetgeen betekent dat de overheid meteen met de uitvoering ervan moest beginnen. De regering heeft er toch voor gekozen om eerst in hoger beroep te gaan en daarna in cassatie bij de Hoge Raad. In december 2019 gaf de Hoge Raad ons wederom gelijk.’

Hoe loopt dat nu dan met uitvoering van dat vonnis?
‘Ik ben heel blij dat de uitvoering van het vonnis nu ter hand wordt genomen. De regering heeft op vrijdag 24 april gezegd dat voor de uitvoering van het vonnis er structurele maatregelen komen. Urgenda denkt ook mee. Als alternatief voor het sluiten van de kolencentrales, hebben wij een plan met 54 maatregelen gepresenteerd die hetzelfde resultaat opleveren. Een mix behoort ook tot de mogelijkheden. De regering heeft gekozen voor een mix. Zij brengen de emissie van kolencentrales terug tot 25% en voeren 30 van de 54 door ons voorgestelde maatregelen uit. Om te voldoen aan het vonnis moet dit allemaal eigenlijk dit jaar uitgevoerd worden, maar in ieder geval op zeer korte termijn. De maatregelen die wij voorgesteld hebben, liggen daarom vooral in de sfeer van energiebesparing en meer zonne-energie. Alle maatregelen zijn op korte termijn te realiseren. Veel maatregelen betreffen ook de gebouwde omgeving. Ik ben tevreden met het resultaat en denk dat het ook de versnelling helpt naar de komende jaren.’

Urgenda heeft voor 2030 een heel ambitieuze doelstelling. Hoe kan die gerealiseerd worden?
‘Als je onder anderhalve graad temperatuurstijging wilt blijven, dan moeten wij in 2030 al naar nul of bijna nul CO2-emissie. Wij hebben daarvoor een rapport uitgebracht: Nederland 100% duurzame energie in 2030. Het kan als je het wilt. Net als bij de uitbraak van corona moeten wij de ontwrichtende klimaatverandering ook als een crisis gaan behandelen. Bij corona was de noodzaak tot handelen meteen duidelijk, werd het meteen als een crisis opgepakt en zijn er binnen een paar weken ongelooflijke dingen gedaan. Bij de klimaatverandering zijn wij daar nog niet, terwijl de gevolgen veel verder zullen gaan dan bij corona. Helaas zijn bosbranden in Australië en stormen, overstromingen in andere landen nu nog te veel een ver-van-mijn-bedshow voor veel Nederlanders. De urgentie is echter groot. Willen wij de temperatuurstijging binnen de 1,5 graden houden, dan moeten wij binnen 10 jaar de CO2-emissie elimineren. De techniek is niet het probleem. Er kan nu al zoveel. Eigenlijk is het geld ook geen probleem. Als je het als een crisis behandelt al helemaal niet. De overheid krijgt bovendien rente toe als zij geld leent. Het is gewoon een eenmalige investering in een ander energiesysteem met als bijkomende voordeel voortaan niet meer afhankelijk te zijn van mensen als Poetin voor onze energievoorziening.’

Zitten wij in de buurt van een tipping point, een omslagpunt?
‘Ik ben hiervoor directeur geweest van Drift, het Instituut voor Transities aan de Erasmus Universiteit, en die beschrijven ook dat je vaak een hele lange voorontwikkelingsfase hebt en dat het dan ineens gaat versnellen. In die periode van versnelling is er heel veel chaos en heel veel strijd van enerzijds de nieuwe orde die erdoorheen wil breken en anderzijds de gevestigde orde die veel weerstand biedt aan de verandering. Wij zitten in deze fase, kunnen heel goed de goede kant opdraaien en dan verder versnellen, maar de strijd is zeker nog niet gestreden.’
text

Marjan Minnesma: ‘Als we meer lokaal gaan denken,
kunnen wij veel meer elektrificeren dan wij nu denken’

text

Hoe ziet Urgenda de energietransitie?
‘Wij hebben op vele manieren laten zien dat je met all-electric oplossingen heel veel kan doen.Technische mensen geven ook aan dat elektriciteit een slimme en efficiënte oplossing is. Daarvoor moet ongetwijfeld het bestaande elektriciteitsnetwerk versterkt worden, maar tegelijkertijd moeten wij daar ook veel slimmer mee omgaan. Er zijn allerlei vormen van opslag: in huizen, in buurtbatterijen, in water en in allerlei chemische stoffen. Het hoeft niet allemaal meer centraal. We denken nog te veel centraal. Als we meer lokaal gaan denken, kunnen wij veel meer elektrificeren dan wij nu denken en het ook veel slimmer gaan doen. Als ik thuis kom met mijn elektrische auto dan moet het systeem gewoon vragen of je haast hebt met opladen. Zo ja, dan betaal je meer en anders wordt de auto later opgeladen op een moment dat het beter uitkomt en betaal je minder. Alle oplossingen zijn er nu al. Het is nu vooral een kwestie van opschalen. Wij delen graag onze kennis op dit gebied.’

Hoe kijkt Urgenda tegen de Regionale Energie Strategieën aan?
‘Er is de neiging alles grootschalig op te pakken met biomassa voor warmtenetten, weilanden vol met zonnepanelen en veel windmolens. Biomassa voor nieuwe warmtenetten is geen goede oplossing. Alle reststromen gaan al naar de huidige installaties. Door subsidies in Europa wordt gekapt waar dat anders niet zou gebeuren. Nieuwe bomen doen er twintig jaar over om die CO2-uitstoot weer op te nemen. Tijd die we niet hebben. Moeten wij niet doen. Gewoon door meer energie te besparen en veel meer integratie van zonnepanelen in de gebouwde omgeving, doen we al heel veel. Verder veel windmolens op zee en minder op land. Er zijn zoveel oplossingen. Soms een beetje duurder, maar dat moeten we er dan maar voor over hebben. Weerstand tegen biomassa en tegen weilanden vol zonnepanelen, kost ook veel geld. Eerst energiebesparing en slimme integratie van zonne-energie in de gebouwde omgeving en dan pas wind en speciale zonneprojecten. Mensen moeten in hun eigen omgeving afwegen of ze liever een paar grote windmolens willen (vooral langs snelwegen en industrieterreinen en in de havens) of liever tientallen kleintjes. Als mensen kunnen kiezen, en ook kunnen meedelen in de opbrengsten, heb je veel minder problemen en vertraging, weten we inmiddels.’

Rapport: Nederland 100% duurzame energie in 2030. Het kan als je het wilt.

The post Wij moeten in 2030 naar nul of bijna nul CO2-emissie appeared first on IVVD.

https://www.ivvd.nl/wij-moeten-in-2030-naar-nul-of-bijna-nul-co2-emissie/

Europa wil duurzaam voorbeeld zijn, maar laat de Amazone platbranden (Joop)

Als eerste het goede nieuws. Na jarenlang aandringen op strengere regels voor diertransporten en slachthuizen, is de Europese Commissie overstag: ze gaat eindelijk de regels herzien. Een doorbraak, gezien de eerdere weigeringen, maar ook pure noodzaak. De EU vervoert jaarlijks meer dan anderhalf miljard dieren, vaak onder afschuwelijke omstandigheden. Ook gebeuren er grote ongelukken, zoals afgelopen november toen er meer dan 14.000 schapen verdronken doordat een overbeladen vrachtschip kapseisde.

De wekenlange export van levende dieren naar landen buiten de EU – vaak uitgevoerd met gammele vrachtschepen – kunnen we niet langer accepteren. En de maximale vervoerstijden voor álle diertransporten moeten drastisch omlaag. Ook de frequente misstanden in slachthuizen mogen niet langer ongestraft blijven.

https://joop.bnnvara.nl/content/uploads/2020/05/800px-Terra_Indi%CC%81gena_Porquinhos_Maranha%CC%83o_25758143568-370x247.jpg

cc-foto: Ibama

Naast deze aanpassing van dierenwelzijnsregels, worden onder meer de Europese schoolmelk- en schoolfruit programma’s, pesticidewetgeving en ‘ten minste houdbaar tot’ voorschriften herzien, zo is te lezen in de plannen van de Europese Commissie.

Ook zijn er voornemens voor betere voedseletiketten. Een goede ontwikkeling: als je een product koopt is het belangrijk dat je alle informatie over voedingswaarden, herkomst en impact op milieu en dierenwelzijn gemakkelijk terug kunt vinden op het etiket. Zo moet bijvoorbeeld duidelijk zijn of een dier in een kooi, in een stal of buiten in de wei heeft geleefd. Informatie moet duidelijk zijn en niet misleidend, zoals nu nog soms het geval is.

Dan het slechte nieuws: het meest teleurstellende van de ‘boerderij tot bord’ strategie is namelijk, dat de Europese Commissie zich onvoldoende heeft afgevraagd of met de immense omvang van de Europese veestapel en met de huidige Europese consumptie- en handelspatronen wel écht een duurzaam voedselsysteem bereikt kan worden.

De Europese vee-industrie houdt en slacht elk jaar meer dan zeven miljard dieren. Om die dieren te voeden wordt beslag gelegd op enorme hoeveelheden grond buiten Europa. Alleen al voor productie van Europees veevoer wordt zo’n 8,8 miljoen hectare grond gebruikt in Zuid-Amerika: grond die ten koste gaat van het ernstig bedreigde Amazone-regenwoud; en grond die gebruikt had kunnen worden voor lokale voedselproductie in Zuid-Amerika. Lokale voedselproductie waarnaar de Europese Commissie ironisch genoeg zegt te streven in haar strategie.

Bovenop de grote hoeveelheden veevoer, importeert Europa jaarlijks meer dan 151 miljoen kilo rundvlees uit Zuid-Amerika. Ook daarvoor zijn enorme stukken land – en dus regenwoud – nodig. Het is geen toeval dat het aantal bosbranden in de Amazone drie keer zo hoog is in de buurt van veehouderijen, vergeleken met de rest van de Amazone. De vraag hoe Europa een duurzaam voorbeeld kan zijn voor de rest van de wereld, terwijl het grote delen van het Amazonewoud laat platbranden voor zijn honger naar veevoer en goedkoop vlees wordt echter niet beantwoord in de ‘boerderij tot bord’ strategie. Sterker nog: met de Zuid-Amerikaanse Mercosur-landen wil de EU een vrijhandelsverdrag afsluiten dat de invoer van Amazone-vlees en Amazone-veevoer nog verder zal aanwakkeren.

Naast de destructieve effecten die de vee-industrie heeft op de biodiversiteit, is deze ook een enorme klimaatsloper: maar liefst 18% van alle antropogene uitstoot van broeikasgassen wordt veroorzaakt door de veehouderij.

Toch is de noodzaak om de Europese vleesproductie en -consumptie te verminderen kennelijk nog steeds taboe in Brussel en worden zelfs alle zeilen bijgezet om de immense veestapel in Europa in stand te houden. De afgelopen zeven jaar ontving de landbouwsector in de EU zo’n 363 miljard euro. Greenpeace berekende dat daarvan zo’n 196 miljard euro ten goede kwam aan de vee-industrie. Ook in de Europese landbouwplannen voor de komende zeven jaar zijn geen veranderingen te zien die het subsidieaandeel voor de vee-industrie significant omlaag brengen. Enkel de Europese miljoenensubsidies voor vleesreclames als ‘Kip, het meest veelzijdige stukje vlees’ zijn op verzoek van de Partij voor de Dieren geschrapt.

Ondanks dat de Farm 2 Fork strategie enkele goede voorstellen bevat, vallen de Europese landbouw- en handelsplannen niet te rijmen met de grote woorden van Timmermans & Co, die ‘wereldleider op het gebied van duurzame voedselproductie’ willen worden. Alleen een heroverweging van het aantal dieren in de veehouderij en een sterke promotie van duurzame diëten zullen dat doel daadwerkelijk binnen bereik brengen.

https://joop.bnnvara.nl/opinies/europa-wil-duurzaam-voorbeeld-zijn-maar-laat-de-amazone-platbranden

Hart voor Den Haag wil spoeddebat over politiek geslachtofferde ambtenaar (Groep de Mos)

Raadsleden Sluijs en De Blok: “College kan topambtenaar wel voor de bus gooien, maar wie is er politiek verantwoordelijk?”

De belangrijkste vastgoedambtenaar van Den Haag, Henk Harms, vertrekt bij de gemeente na een integriteitsonderzoek naar zijn rol in het bevoordelen van bouwer VolkerWessels. Dat maakt burgemeester Johan Remkes (VVD) deze vrijdag bekend aan de Haagse gemeenteraad. Hart voor Den Haag/Groep de Mos wil een spoeddebat over de politieke verantwoordelijkheid. ‘Welke veenbrand woedt er op het stadhuis?’.

Het integriteitsonderzoek, uitgevoerd door Hoffmann Bedrijfsrecherche, is recent afgerond. Onderzocht werd onder meer de mogelijke toezegging van een bouwlocatie aan VolkerWessels – zonder aanbesteding en achter de rug van de gemeenteraad om. Het gaat om de in onbruik geraakte Kerk van de Heilige Martelaren van Gorcum, waar VolkerWessels graag woningen wilde bouwen. Met de heimelijke toezegging aan de bouwer zou de topambtenaar een tegenvaller van circa 3 miljoen euro bij het complex Amare (het vroegere Spuiforum) hebben willen verhullen. Bij de onderhandelingen over de kerk was ook wethouder Boudewijn Revis (Financiën, Stadsontwikkeling, VVD) betrokken. Een eventuele gunning aan de bouwer werd doorkruist door het Hoffmann-onderzoek, zo meldt NRC.

Slachtofferen 

De grootste partij in de Haagse raad eist een spoeddebat over de kwestie. “Wethouder Revis wil zijn topambtenaar kennelijk voor de bus gooien om zijn handen schoon te houden, maar hij is zèlf politiek verantwoordelijk”, zeggen raadsleden Ralf Sluijs en William de Blok, die zich hardop afvragen welke veenbrand er op het stadhuis bij de afdeling DSO woedt. De partij wijst ook op het onderzoek naar de schimmige vastgoeddeal van het kapitale pand van Omar Munie op het Noordeinde wat nog loopt. Daar vroeg de partij vorige week een raadsonderzoek over aan. “Wat was de rol van de topambtenaar in deze kwestie en in opdracht van wie? Politiek gezien draagt het college altijd de volle verantwoordelijkheid voor hun handelen, niet de ambtenaren die handelen in opdracht van. Als de fouten dermate groot zijn dat de hoogste ambtelijke baas bij DSO moet vertrekken, dan kan dat dus niet zonder gevolgen blijven voor de politieke leiding”, aldus De Blok en Sluijs. In het debat wil Hart voor Den Haag ook duidelijk krijgen welke rol oud-wethouder Joris Wijsmuller en voormalig burgemeester Pauline Krikke gespeeld hebben in de wanorde die bij DSO heerst. “Dat kan ook betrokken worden bij het raadsonderzoek waar wij al om verzocht hebben. De urgentie voor dat onderzoek lijkt ons nu helemaal duidelijk”, besluiten de raadsleden.

Het bericht Hart voor Den Haag wil spoeddebat over politiek geslachtofferde ambtenaar verscheen eerst op Hart voor Den Haag.

https://www.hartvoordenhaag.nl/hart-voor-den-haag-wil-spoeddebat-over-politiek-geslachtofferde-ambtenaar/?utm_source=rss&utm_medium=rss&utm_campaign=hart-voor-den-haag-wil-spoeddebat-over-politiek-geslachtofferde-ambtenaar

Eva Rovers over klimaatactivisme: ‘We moeten de verantwoordelijken verantwoordelijk houden’ (Vrij Nederland)

Ze is een keer bijna verdronken in de Zuid-Chinese Zee.

‘Een gewelddadige en orgastische ervaring’ noemde ze het later. Eva Rovers, nu 41, was student en had een relatie met een drummer die net zijn afscheidstournee achter de rug had. Het was januari 2002. Tijd voor het stel om uit te puffen op een tropisch eiland in de buurt van Maleisië. Toen Rovers en haar vriend de eerste ochtend daar wakker werden, liepen ze vanuit hun hut de zee in en speelden wat in het water, tot ineens het zand onder hun voeten was verdwenen en het strand eindeloos ver weg leek. Ze waren in een onderstroom terechtgekomen. Terugzwemmen was onmogelijk. Bij elke poging die Rovers deed om richting kust te zwoegen, werd ze verder achteruitgetrokken. De drum-armen van haar vriend waren wel sterk genoeg om de branding te trotseren.

Wat volgde was een filmscène:
‘Ik laat je niet alleen!’
‘Jawel, jij moet terugzwemmen en hulp halen! Anders gaan we allebei dood!’

Bij elke golf werd Rovers onder water gesleurd, daarna naar boven getrokken en met geweld weer in zee gegooid. Ze was als was in een centrifuge. Ademhalen en als het even kon haar hoofd boven water houden, dat was het enige wat ze wist te doen. Voor de rest viel ze gelukzalig samen met de tijd en de omgeving. Er was geen gisteren, geen morgen, alleen het trekkende en smijtende water. Ze was één met de zee. Ze vroeg de golven haar terug te brengen naar de kust – wat ze niet deden – maar ze bleef rustig en gelukkig. Ook toen twee jongens op bodyboards haar te hulp kwamen, behield ze dat euforische gevoel.
Of ze in deze coronatijden nog eens aan die gebeurtenis heeft teruggedacht, vraag ik haar. Dat overgeleverd zijn aan de natuur, dat één zijn met alles.

Schrijfster en cultuurhistorica Eva Rovers is geprezen om haar grondige biografieën van Helene Kröller-Müller (De eeuwigheid verzameld, 2010) en Boudewijn Büch (Boud, 2016). Daarna werden haar boeken minder dik, en meer betrokken bij de actualiteit, bij opstand en klimaatactivisme. Zo schreef ze in 2017 Ik kom in opstand dus wij zijn, over rebellie in digitale tijden, en weer een jaar later Practivisme: Een handboek voor heimelijke rebellen, dat gaat over de vraag hoe je als individu de wereld kan verbeteren.

Allemaal in contact met elkaar

Rovers had voorgesteld om het gesprek bij haar thuis te doen, in het centrum van Amsterdam. Nu, in de vroege maandagmiddag van 23 maart, spreken we elkaar via Facetime. Reden: corona. Er zijn inmiddels 4.023 besmettingen en 179 sterfgevallen geteld. Het leger is ingezet om patiënten van Brabantse ziekenhuizen naar andere delen van het land te vervoeren. Handen wassen moesten we al, handen geven mocht ook niet meer, en we wennen met enige moeite aan de oproep van premier Rutte om anderhalve meter afstand tot elkaar te houden. Opgeteld bij Rovers’ ‘gebruikelijke voorjaarshoestje’ was de conclusie snel gemaakt: we videobellen.

‘Zo’n virus laat letterlijk zien dat we allemaal in contact staan met elkaar. En je kunt het breder trekken: de leefbaarheid van de planeet is iets wat ons allemaal aangaat en verbindt. Dat heeft heel lang zweverig geklonken, nu merk je hoe concreet dat is.’
Ik zie haar gezicht en haar witte plafond. Op de achtergrond klinkt zo nu en dan de bel van een voorbijrijdende tram.

‘De leefbaarheid van de planeet is iets dat ons allemaal aangaat en verbindt. Dat heeft heel lang zweverig geklonken, door het virus merk je nu hoe concreet dat is.’

‘Twintig jaar geleden, na mijn ervaring in de Zuid-Chinese Zee, besefte ik hoe uniek het is dat je mag rondlopen op deze planeet, dat je het leven hebt. Dat ervaar ik nu weer. We vinden het vanzelfsprekend dat er eten in de supermarkt ligt, dat we kunnen reizen, naar buiten kunnen, dat de wereld aan onze voeten ligt, zeker hier in het Westen. Alles marcheert. De gezondheidszorg werkt, het onderwijs functioneert, ook nu alles online moet.

We vonden het normaal dat we elkaar konden zien en aanraken, en ineens is dat niet meer zo. Dat is pijnlijk en verdrietig, maar het maakt ons ook weer bewust van die uniciteit.’

https://www.vn.nl/wp-content/uploads/sites/3/2020/04/VN-Eva_18-03-20_02_0850-640x960.jpg

Lenterebellie

Op 22 april verscheen het nieuwe boek van Eva Rovers, Nu het nog kan. Of beter gezegd: het boek van klimaatbeweging Extinction Rebellion, onder redactie van Rovers.

Lees ook Zo bouwt Extinction Rebellion een weerbare beweging op (en voorkomt het burn-outs) 1 maart 2020

Behalve een hoofdstuk van haar hand – over ‘burgerberaad’, waarover later meer – bevat het ruim dertig artikelen van wetenschappers, schrijvers en activisten die zich inzetten om ‘de wereldwijde klimaatcrisis en ecologische ramp die zich aan het voltrekken is’ af te wenden – nu het nog kan.

Vijf stukken zijn overgenomen uit de Engelse editie This Is Not a Drill. An Extinction Rebellion Handbook, de rest is werk van eigen bodem. Onder anderen oud-politicus Jan Terlouw, cabaretier Tim Fransen en schrijver David Van Reybrouck werkten eraan mee, net als Evanne Nowak (klimaatpsycholoog), Jan Rotmans (hoogleraar transitiekunde), Ernst-Jan Kuiper (klimatoloog) en Urgenda-directeur Marjan Minnesma.

Het boek had 2 april moeten verschijnen als opmaat naar een actieweek half april, maar inmiddels staat er ‘LENTEREBELLIE GAAT VOORLOPIG NIET DOOR’ op de website van Extinction Rebellion Nederland. De lezingen die Rovers zou geven, zijn afgelast. Normaal pendelt ze tussen Amsterdam en Brussel, maar ze kan haar vriend, die in België woont, (niet de drummer) voorlopig niet zien. Wel kan ze nu hardlopen door een stille Kalverstraat, en voor de gelegenheid heeft ze haar exemplaar van De pest van de Franse filosoof Albert Camus uit de kast gehaald.

We kennen Extinction Rebellion van de die-ins (‘dood neervallen’ in de openbare ruimte), rouwstoeten en verkeersblokkades. Vorig jaar blokkeerden ze de Stadhouderskade en de Blauwbrug in Amsterdam. Tijdens een bezoek van koning Willem-Alexander sprongen ze in het water bij ‘Amersfoort aan de toekomstige zee’ en een enkeling lijmde zichzelf vast aan de ingang van het hoofdkantoor van Shell in Den Haag. Waarom werkt u samen met een groep mensen die door sommigen als klimaatgekkies worden bestempeld?

‘Als je op de media afgaat, dan lijken het misschien een stel radicale klimaatactivisten, maar ik heb zelden zo’n lieve, wijze groep bij elkaar gezien. Ze worden negatief geframed. Je moet Extinction Rebellion zien als een grote groep bezorgde burgers. Onderwijzers, artsen, kappers en buschauffeurs die zich zorgen maken over de stand van het klimaat. Mensen die inzien dat er enorme ingrijpende maatregelen nodig zijn om het tij te keren.’

‘Die slechte reputatie komt door de burgerlijke ongehoorzaamheid, de vreedzame acties die het dagelijks leven verstoren. Dus als ze in het nieuws komen, is dat omdat er een kruispunt of zo geblokkeerd is. Dat is ook het idee: zo genereer je aandacht om de urgentie van het klimaatprobleem te onderstrepen. We willen mensen letterlijk even stil laten staan. Maar goed, het is een wankel evenwicht. Soms krijgt de demonstratie zelf meer aandacht dan de boodschap.’

Je kan het niet alleen

Extinction Rebellion, kortweg XR, is een grassroots organisatie, van onderaf georganiseerd en zonder leider. Elk land, elke woonplaats kan zijn eigen afdeling oprichten zolang de principes en uitgangspunten maar worden erkend. Na Engeland, waar de beweging in 2018 werd opgericht, zijn er inmiddels in meer dan zestig landen XR-groepen actief. Nederland kreeg begin vorig jaar zijn eerste Extinction Rebellion-afdeling, inmiddels zijn er zo’n veertig.

Kwamen ze naar u toe of ging u naar hen?

‘Allebei een beetje. Ik had ze al een tijd gevolgd. Eigenlijk ben ik een enorme einzelgänger, maar ik had Practivisme geschreven, over opstand en verandering en de vraag: kun je als individu iets doen aan de grote problemen waar we allemaal mee te maken hebben? Ik draai spaarlampen in, eet geen vlees, koop nauwelijks nog nieuwe kleren, zeker niet bij ketens als Primark, breng mijn glas naar de glasbak, maar hoe kan ik écht iets aan de mondiale problemen doen?’

‘Mijn conclusie was: je kan het niet alleen. Hoewel ons elke keer de aloude slogan van “een beter milieu begint bij jezelf” wordt voorgelegd. Als je maar minder vliegt, als je maar minder vlees eet… Meer kun je eigenlijk niet doen. Dat is niet waar. Net zoals het idee dat je als individu een enorme verandering teweeg zou kunnen brengen, iets waar we ook heel graag in geloven. Beide mythes kloppen niet. Je kunt het niet in je eentje doen.’

Dus kunnen we net zo goed geen plastic scheiden?

‘Nee, natuurlijk moet je je afval blijven scheiden. Kijk, we zitten in een samenleving waarin het individualisme hoogtij viert. En tot op zekere hoogte is dat absoluut fijn, maar het is zo ver doorgeschoten dat we denken dat onze macht niet verder reikt dan het individu – en dat is een desastreuze gedachte. Een beter milieu begint bij jezelf, ja, maar als je niet uitkijkt, houdt het daar ook op. Want als je het alleen bij jezelf houdt, verandert het systeem nog niet. Dan doe je alleen aan symptoombestrijding.’

Waarom is Extinction Rebellion dan de juiste club om het mee aan te pakken?

‘Omdat zij een geïntegreerde visie hebben. Dat is misschien wel het probleem geweest van de oude klimaatbewegingen, dat het alleen maar op klimaat gericht is geweest en bijvoorbeeld niet op de sociaal-economische verschillen in de wereld.’

‘Extinction Rebellion is ervan overtuigd dat de klimaatontwrichting verbonden is met een heel scala aan problemen op economisch gebied, op sociaal gebied, in de landbouw, geopolitiek, maar ook bijvoorbeeld met hoe we de democratie inrichten. We moeten niet alleen de klimaatcrisis aanpakken, we moeten ook zorgen dat dat op een rechtvaardige manier gebeurt. Dus dat de mensen die zich geen zonnepanelen of een Tesla kunnen veroorloven ook kunnen meegaan in de hele energietransitie.’

Een van de auteurs in het boek stelt dat de vorige protestbewegingen niet genoeg hebben gewerkt en dat we het dus anders moeten aanpakken. Bent u het daarmee eens? Waren de protesten in de jaren zestig en tachtig, en bijvoorbeeld een beweging als Occupy zinloos?

‘Natuurlijk waren die niet zinloos. Je staat altijd op de schouders van je voorgangers. Als groep beslissingen nemen, een leiderloze beweging: dat is echt niet nieuw. Wat wel nieuw is, is die totaalvisie. Dat je niet meer op één onderwerp gaat zitten, maar dat je de verbanden tussen de problemen probeert te analyseren en als geheel probeert aan te pakken. Dat is noodzakelijk, anders ben je telkens alleen maar deukjes in het systeem aan het slaan. En ja, op een gegeven moment werd ik gevraagd of ik een artikel voor ze wilde schrijven. Toen ben ik naar een bijeenkomst gegaan en aan het eind van die avond had ik me aangesloten.’

‘De totaalvisie van XR is nieuw: niet meer op één onderwerp zitten, maar de verbanden tussen de problemen analyseren en als geheel proberen aan te pakken.’

Diezelfde avond?

‘Ja, ook al was ik in eerste instantie wat huiverig. Ik vreesde ellenlange vergaderingen, maar dat was helemaal niet het geval. Het was een vrij kleine club die een mandaat voor een bepaald thema heeft, in dit geval het boek. Natuurlijk zitten er heus af en toe hobbels in de besluitvorming, maar er is een enorme bereidheid om elke keer tot een consensus te komen.’

Een van de auteurs schrijft in Nu het nog kan: ‘Het gaat niet alleen om het milieu, of om het klimaat. We leven in een vergiftigd systeem dat onmogelijk in staat is om al het leven op aarde te ondersteunen, omdat het wordt voortgedreven door uitbuiting, vervuiling en afdanking van wat wij “natuur” noemen.’

‘Groei is goed en meer is altijd beter: dat is het neoliberale systeem waarin we al veertig jaar leven en waaraan alles kapotgaat. Alle problemen kun je daaraan ophangen: klimaatontwrichting, economische ongelijkheid, seksisme, racisme. Het is angstaanjagend. Want ik kan wel zeggen dat het zo mooi is dat alles met elkaar samenhangt, maar dat betekent ook dat alles dus erg kwetsbaar is. Bovendien is de economie de maat van alle dingen. Tot hoe we over onze gevoelens praten aan toe. Het is allemaal managementtaal.’

Bijvoorbeeld?

‘We zeggen “investeren in onze toekomst” als we gaan studeren, of we “optimaliseren” onze relatie. Het zit zo diep in onze manier van denken. Ook het idee dat we recht hebben op alles en verplicht zijn tot niets. Een gevaarlijke mentaliteit waardoor we heel weinig verantwoordelijkheid nemen. We zijn zo bang iets van ons comfort of onze welvaart te verliezen, dat we niet zien dat we juist daarmee onszelf aan het ondergraven zijn.’

Het boek biedt alternatieven op het neoliberale systeem?

‘Ja. Exctintion Rebellion heeft drie eisen. De eerste is: wees eerlijk over de ernst van de klimaatcrisis. De tweede: doe wat nodig is om die crisis het hoofd te bieden. En de derde: laat burgers meebeslissen over de maatregelen die nodig zijn. Volgens die structuur hebben we het boek opgebouwd. We laten allereerst zien wat er misgaat met de wereld. Dat we afstevenen op een te snelle opwarming van de aarde. En dat zorgt voor bosbranden, misoogsten, hittegolven, waterschaarste, smeltend permafrost en vrijkomende broeikasgassen. Maar het leidt ook tot migratiestromen en conflicten. Om maar wat te noemen.’

‘We hebben drie eisen: wees eerlijk over de ernst van de klimaatcrisis; doe wat nodig is om die crisis het hoofd te bieden en laat burgers meebeslissen over de maatregelen.’

‘Daarna volgen artikelen met haalbare ideeën om die ramkoers te wijzigen. Er staat bijvoorbeeld een artikel in van Kate Raworth, bekend van haar boek De donuteconomie. Dat model gaat niet uit van lineaire groei, maar van twee cirkels. De binnenste cirkel is het sociale fundament: de minimale voorwaarden voor een gezond en rechtvaardig bestaan. De buitenste ring is de maximale capaciteit van de aarde, het ecologische plafond. Daarbinnen moet je blijven. Raworth laat zien dat dat ook kan.’

Welk artikel verraste u het meest?

‘Eh, meerdere. Ik moet meteen denken aan het stuk van bioboer Jelle de Graaf over agro-ecologie. Dat zijn manieren waarop je de landbouwgrond niet uitput maar op de langere termijn vruchtbaar houdt. We hebben veel weidegrond in Nederland, maar dat zijn zogeheten “groene woestijnen” omdat er haast geen diversiteit aan leven meer is. Als we op deze manier doorgaan, is de grond over een paar decennia uitgeput. Terwijl er genoeg alternatieven zijn: permacultuur, voedselbossen…’

https://www.vn.nl/wp-content/uploads/sites/3/2020/04/VN-Eva_18-03-20_01_0014-640x960.jpg

‘Agro-ecologie is volgens de Verenigde Naties de enige manier om wereld te voeden én leefbaar te houden. En de artikelen over het verband tussen klimaatverandering en kolonialisme, dat verband was mij tot mijn schande echt ontgaan. De klimaatcrisis is een product van eeuwen koloniaal beleid. Inheemse gemeenschappen zijn toen ontwricht, gemeenschappen die juist heel goed wisten hoe je met de natuur moest omgaan. Dat gebeurt nog steeds, kijk naar wat de fossiele industrie wereldwijd doet: die eigenen zich nog steeds land en grondstoffen toe ten koste van de lokale bevolking.’

Er staan in het boek veel metaforen en grote termen: ecocide, de zesde massa-extinctie, eco panische tijden… Schrikt dat niet af?

Nu buigt Rovers naar achteren en zie ik even enkel haar plafond. ‘Ja, maar het ís ook heel groot!’ zegt ze dan. ‘Het is het probleem van ons individualistische denken dat het al snel te groot wordt om te bevatten. Ik vind ecocide ook een heftig woord. Maar als je het artikel leest, snap je dat de term ecocide, in de zin van “opzettelijk ernstige schade toebrengen aan het milieu”, nodig is om het strafbaar te kunnen stellen. Het is toch ongelofelijk dat landen en bedrijven nu nog ongestraft grote en blijvende schade kunnen toebrengen aan onze eigen leefomgeving? Daarom is ecocidewetgeving nodig.’

‘Dat is deels het belang van het boek: nieuwe termen introduceren. Zo vond ik de term regeneratief erg abstract. Daar hebben we ook discussie over gehad: is dat niet te academisch, begrijpen mensen dat wel? Uiteindelijk gebruiken we het toch, want dat is de kracht van taal: we kunnen zo aan bepaalde concepten een naam geven die nog geen naam hadden. Daarmee krijgen ze een plek in het collectieve bewustzijn. Want als jij nog nooit van ecocide hebt gehoord, bestaat het in wezen ook niet. Maar als er een woord is, kun je erover praten en er misschien uiteindelijk een oplossing voor bedenken.’

Dan heb je nog fatalisme onder jongeren, ze spreken van milieumelancholie, eco-angst…

‘We kunnen er lacherig over doen, van: o, de mensen zijn zo gevoelig, ze krijgen een klimaatdepressie. Maar als je in de wetenschap duikt en inziet hoe ernstig de situatie is, dan is het ook moeilijk om dat te relativeren. Het is gigantisch. Zesde massa-extinctie (de vijfde was 66 miljoen jaar geleden, toen de dinosaurussen van de aardbodem verdwenen, JvG) is ook een alarmerende term. Daar gaat ook een stuk in de bundel over: moet je crisistaal gebruiken of niet, want dat kan ook verlammen.’

‘Van de andere kant: het is gewoon ernstig wat er gaande is en we hebben nu nog de kans om te zorgen dat het niet desastreus wordt. Zeker voor de jonge generatie is het zwaar. We hebben het over bedreigingen die zij in hun leven nog gaan meemaken. En we zijn daar mentaal totaal niet op voorbereid. Dat laat de coronacrisis ook zien. Waarom gaan we massaal ieder tien pakken wc-papier kopen? Omdat we een crisis niet aankunnen. Omdat we er niet over mogen praten. Omdat alles de grote goednieuwsshow moet zijn.’

‘Waarom gaan we tien pakken wc-papier kopen? Omdat we een crisis niet aankunnen. Omdat we er niet over mogen praten. Omdat alles de grote goednieuwsshow moet zijn.

Betrokken

Op haar tiende gaf Eva Rovers een spreekbeurt. Ze had een sleutelhanger in de vorm van een honkbalknuppel meegenomen naar de klas en een Barbiepop die ze bij wijze van bontjas met watten had beplakt. Onderwerp: de zeehondenjacht. Wat heel zielig was, zo luidde haar conclusie, en in plaats van de dieren zouden de mensen die bontmantels dragen moeten worden doodgeknuppeld. Wat ze illustreerde aan de hand van haar meegenomen rekwisieten.

De klas staarde haar verbijsterd aan.

Ze leerde dat geweld niet de manier is om je punt te maken.

Eva Rovers groeide op in Eindhoven als oudste zus van drie broers. Haar moeder werkte fulltime als verpleegkundige bij de neonatologische intensive care, haar vader is beeldend kunstenaar. Ze kreeg een verantwoordelijkheidsgevoel mee voor de wereld waarin ze leefde. ‘Mijn ouders zijn altijd erg betrokken geweest. Het idee dat carrière en geld verdienen niet het hoogst haalbare in het leven is, is ons van kleins af aan bijgebracht.’

Niet alleen die ene over de zeehonden, ál haar spreekbeurten gingen over onrecht in de wereld. En toen ze op haar twaalfde besloot vegetariër te worden, kookten haar ouders zonder gemor vleesloos voor haar. Rovers is nog steeds vegetariër.

Ze studeerde taal- en cultuurstudies in Utrecht, schreef haar scriptie over Piet Mondriaan en zag toen een vacature in NRC Handelsblad staan voor de biografie van Helene Kröller-Müller, de kunstverzamelaar en naamgever van het museum in Otterlo. Too good to be true, dacht ze – ze gaf inmiddels ook les in kunstbeleid en -management – maar het was true en ze mocht de biografie schrijven. Toen dat manuscript vier jaar later bij de uitgever lag en ze erop was gepromoveerd aan de Rijksuniversiteit Groningen, fungeerde NRC wederom als haar vacaturebank toen ze las dat er een biograaf voor Boudewijn Büch werd gezocht. Die opdracht kreeg ze ook.

Eigen stem

En toen, toen was het tijd voor Eva Rovers. Ze telde haar lidmaatschappen – Greenpeace, Milieudefensie, Amnesty International, Vluchtelingenwerk – en de keren dat ze een online petitie had ondertekend en besloot de onderstroom van dat kleine meisje dat haar bebontjaste Barbie doodknuppelde niet langer te negeren. ‘Na twee biografieën is het tijd voor mijn eigen stem,’ zei ze in een interview na het verschijnen van Boud.

Dus toen haar in 2017 werd gevraagd om een pamflet te schrijven over opstand, ging ze akkoord. Maar dan wilde ze wel over opstand in het algemeen schrijven en niet alleen over opstandige kunst. Dat werd Ik kom in opstand, dus wij zijn.

‘Filosofen Coen Simon en Frank Meester vroegen mij een pamflet voor de Nieuw Licht-serie te schrijven waarin wordt gekeken in hoeverre oude filosofische ideeën nog op het heden kunnen worden toegepast. Ik wilde naar de hashtag-revoluties kijken. Mijn vraag was of opstand mogelijk is in deze gedigitaliseerde wereld. Ik koos daarvoor het essay De mens in opstand van Camus uit 1951. Albert Camus is denk ik de eerste filosoof die ik las. Hij is al heel lang een enorme bron van inspiratie.’ Ze tuurt even naar buiten. ‘Wat klinkt dat als een cliché.’

Dan houdt ze De pest die op haar bureau ligt voor de camera. ‘Gekocht in 1997. Een pleidooi voor menselijkheid, ook als het uitzichtloos is. De hoofdpersoon dokter Rieux weet dat hij de mensen niet kan genezen, hij kan alleen maar diagnosticeren en verzorgen, maar toch blijft hij doorgaan. De mens is als Sisyphus, zegt Camus, hij sjouwt telkens de steen de berg op en telkens rolt de steen weer naar beneden. Je moet blijven vechten, je menselijke waardigheid behouden. Je doet het niet alleen voor jezelf, maar voor het grotere geheel. Het strijden tegen klimaatverandering kun je ook zo zien: het is de ene teleurstelling na de andere, maar je moet doorgaan, ook al weet je dat jezelf waarschijnlijk de oplossing niet gaat meemaken.’

‘Het strijden tegen klimaatverandering is de ene teleurstelling na de andere, maar je moet doorgaan, ook al weet je dat jezelf de oplossing niet gaat meemaken.’

Waarom koos u destijds voor De mens in opstand?

‘Camus zegt: het leven is eigenlijk zinloos, want we gaan uiteindelijk allemaal dood. De mens is het enige wezen dat weigert te zijn wat het is, stelt hij, namelijk sterfelijk. Sommige mensen zoeken daarom zingeving in religie of een ideologie, maar volgens Camus bieden die alleen schijnzingeving: sussende, simplistische antwoorden op complexe levensvragen. Je moet die zinloosheid juist in de ogen kijken.

‘Door daar tegen in opstand te komen, door “hartstochtelijk te leven” zoals Camus het noemt, geef je betekenis aan het leven. Door “nee” te zeggen, geef je aan dat er dingen zijn die belangrijk zijn om te beschermen. Opstand is volgens Camus wat de mens tot mens maakt. Als je dat bij een ander herkent, zie je ook de menselijkheid. Dat geeft troost en schept een band.’

‘Ik vond dat juist voor de demonstranten van de 21ste eeuw een wijze les. Je had toen de Arabische Lente gehad, de Maidanprotesten in Oekraïne, Occupy. #MeToo was net uitgebroken. Opeens leek het of je in no time een massa kon mobiliseren en verandering teweeg kon brengen als je maar een smartphone had. Maar dat is niet zo natuurlijk. Dat was de les van Camus: een grote groep mensen is niet hetzelfde als een hechte groep mensen. Onderlinge verbondenheid is essentieel om langdurige verandering te bereiken.’

‘Dat is de reden waarom veel protesten van de afgelopen jaren geïmplodeerd zijn. Occupy is als een plumpudding in elkaar gezakt. Het verzandde in discussies over praktische zaken, het ging bij wijze van spreken alleen nog maar over wie de wc-dienst zou doen. Er was geen gezamenlijke strategie. Het waren heel veel losse individuen bij elkaar.’

https://www.vn.nl/wp-content/uploads/sites/3/2020/04/VN-Eva_18-03-20_01_0256-2-640x960.jpg

Met uw pamflet Ik kom in opstand, dus wij zijn laat u zien dat er voor structurele verandering meer nodig is dan een digitale klik. In Practivisme onderzoekt u vervolgens wat u als individu kan doen om verandering teweeg te brengen. Het antwoord is dan: samenwerking. En nu werkte u dus mee aan dit collectieve boek van Extinction Rebellion.

‘Tim Fransen komt in zijn stuk met een andere filosofische onderbouwing om mee te doen, van de Engelse filosoof Thomas Hobbes. Die zegt: in de democratische rechtstaat hebben de burgers en de staat een sociaal contract met elkaar. Burgers geven de overheid macht en in ruil daarvoor beschermt de staat hen. Maar, zegt Fransen, omdat de staat de klimaatcrisis onvoldoende aanpakt, beschermt hij burgers dus niet, en komt zijn contract niet na. Dat maakt burgerlijke ongehoorzaamheid legitiem. Sterker, dat maakt het noodzakelijk.’

‘De staat pakt de klimaatcrisis onvoldoende aan, komt zijn contract niet na. Dat maakt burgerlijke ongehoorzaamheid legitiem.’

Uw hoofdstuk gaat over burgerberaad. Het ‘crowdsourcen van besluitvorming’ noemt u het.

‘Ik denk dat er op het hoogste politieke niveau maatregelen moeten worden genomen, maar de politiek deinst ervoor terug om die maatregelen te nemen omdat ze niet goed liggen bij de achterban en indruisen tegen dat dogma van eeuwige groei.’

In het boek citeert David Van Reybrouck de voormalige Vlaamse minister van Leefmilieu Bruno Tobback: ‘Bijna elke politicus weet wat hij moet doen om het klimaatprobleem aan te pakken. Er is alleen geen enkele politicus die weet hoe hij daarna nog moet verkozen raken.’

‘We moeten ons allereerst realiseren dat we in een onhoudbaar systeem leven. Nee, we kunnen niet blijven consumeren zoals we doen. Nee, we kunnen niet zoveel blijven rondvliegen. Nee, we kunnen niet zoveel dieren de dood in blijven jagen. Extinction Rebellion zegt niet: wij gaan even zeggen hoe het dan wel moet. Maar: laat burgers hier nou over beslissen. Organiseer burgerpanels waarin burgers met elkaar kunnen nadenken over politiek beladen onderwerpen. Zo’n panel laat zich grondig informeren, overlegt langdurig en komt uiteindelijk tot een conclusie. Los van een achterban of verkiezingen.’

Lees ook Macht op vrijdag: David Van Reybrouck bejubelt het besluit tot een gelote senaat van burgers 1 maart 2019

Dat burgerberaad is ook wat Van Reybrouck al een tijd bepleit. Maar in Nederland kennen we het nauwelijks. U noemt slechts één voorbeeld: Bert Blase van Code Oranje die een ‘burgertop’ organiseerde over de groei van Schiphol.

‘Er zijn ook andere voorbeelden geweest, maar inderdaad weinig. Op lokaal niveau gebeurt wel wat, maar zeker op nationaal niveau lopen we achter op Frankrijk, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en andere landen.’

Het boek van Van Reybrouck, Tegen verkiezingen, stamt uit 2013. Nu zegt u in Practivisme dat we geduld moeten hebben, maar het is toch al best lang geleden…

‘Nou. Eh.’ Ze is even stil, en lacht dan. ‘Ik moet misschien even zeggen dat David mijn lief is.’

O!

‘Ja. Maar goed, juist daardoor zie ik van dichtbij hoe goed dit werkt. Toen Tegen verkiezingen uitkwam, zeiden mensen ook: het is utopisch en onrealistisch. Maar in Duitstalig België is er sinds vorig jaar een permanente Bürgerrat, eigenlijk een gelote Eerste Kamer. Dat is heel succesvol. Bovendien: we hebben inmiddels de brexit gehad. Trump. De opkomst van polariserende populisten. Je ziet dat politici en burgers beginnen te beseffen dat we de democratie misschien op een andere manier moeten inrichten.’

‘Ik denk dat er grote behoefte is aan besluitvorming die de partijpolitiek overstijgt. Daar is zo’n burgerberaad een ideale vorm voor omdat onderbuikgevoelens en polarisatie plaatsmaken voor een geïnformeerde dialoog. Ik heb het dus niet over een referendum, we hebben in het verleden gezien dat dat vaak tot polarisatie leidt, omdat mensen niet of heel eenzijdig worden geïnformeerd.’

Wat is het verschil met zo’n burgerberaad?

‘Daar komen mensen, een gelote groep mensen, bijvoorbeeld vier of vijf weekenden over een langere tijd samen, waarbij ze de tijd krijgen om zich te laten informeren, te overleggen en op basis daarvan tot een antwoord te komen.’

In Frankrijk heeft president Macron nu ook burgerpanels ingesteld om te adviseren over klimaatmaatregelen. Dat had hij natuurlijk veel eerder moeten doen, namelijk vóór hij in 2018 de brandstofbelasting verhoogde. Hij besefte niet dat hij de laagste inkomens het hardst raakte. Het gevolg kennen we: de gele hesjes.’

Zou het voor de CO2-maatregelen in Nederland ook een idee zijn om zo’n burgerpanel in te stellen, om te zorgen dat boeren niet weer in hun tractors richting het Malieveld rijden?

‘Absoluut. Mensen zijn zoveel meer dan boze burgers. Uit buitenlandse voorbeelden blijkt dat mensen die goed geïnformeerd worden en verantwoordelijkheid krijgen, die verantwoordelijkheid heel serieus nemen. Of het nu gaat om abortuswetgeving in Ierland of het stikstofdossier hier in Nederland: elk politiek beladen onderwerp waar politici hun vingers niet aan durven te branden, kan in een burgerpanel behandeld worden. Zeker ook de klimaatcrisis, omdat dat aan zoveel aspecten van ons leven raakt.’

‘Mensen die goed geïnformeerd worden en verantwoordelijkheid krijgen, nemen die verantwoordelijkheid heel serieus.’

‘Ik denk dat de politiek zoals die nu gevoerd wordt niet meer van deze tijd is. Mensen voelen zich niet gerepresenteerd. Daarmee hoef je de partijpolitiek niet opzij te schuiven, maar je kunt er wel een essentieel onderdeel aan toevoegen en mensen zo bij de politiek betrekken.’

Is dat uw volgende boek?

‘Misschien is dit niet iets dat in boekvorm zou moeten verschijnen. Er is al zoveel over geschreven. Misschien moet ik de barricaden op. Laten zien dat dit werkt.’

Astronauten op ruimteschip aarde

Als we ons Facetime-gesprek willen beëindigen, zijn de coronastatistieken bijgesteld met 34 nieuwe doden tot een totaal van 213. Vastgestelde besmettingen: 4.534. Die avond zal premier Rutte een persconferentie houden en ‘een paar gladiolen’ aanspreken die de anderhalve meter niet serieus nemen. ‘Je leeft niet alleen voor jezelf,’ zegt hij.

Bijeenkomsten worden tot 1 juni afgelast en de politie mag ingrijpen wanneer groepen van drie of meer personen bijeenkomen.

Gaan we iets leren van de coronacrisis, vraag ik tot slot.

Dat is erg afhankelijk van hoe het zich ontwikkelt, zegt Rovers. ‘Hoe lang het duurt, hoe erg het wordt. Misschien dat we ons meer moeten realiseren dat we allemaal met elkaar verbonden zijn, zoals Richard Buckminster Fuller zei.’

In haar vorig jaar verschenen boek De rebelse held richtte Rovers een serie brieven aan deze excentrieke, bijna vergeten uitvinder, architect en futuroloog die meer dan een halve eeuw geleden al vliegende auto’s, zelfvoorzienende huizen en duurzame steden ontwierp.

Blijf vrij van geest. Lees onze nieuwsbrief.
Ontvang de beste verhalen van Vrij Nederland in je mail, twee keer per week.

‘We zijn allemaal astronauten op ruimteschip aarde, zei Buckminster Fuller. Als je de aarde als een ruimteschip ziet, snap je dat iedereen met elkaar moet samenwerken. Wanneer bij de linkerromp een gat zit, dan is het logisch dat de mensen rechts voorin ook moeten helpen. Anders gaat het ruimteschip ten onder.’

Extinction Rebellion Nederland, Nu het nog kan, samengesteld onder redactie van Eva Rovers, De Bezige Bij, 192 p., € 10,-.

Meer dan dertig schrijvers, klimatologen, filosofen, hoogleraren, opiniemakers en andere specialisten leverden een bijdrage aan deze bundel.

Het bericht Eva Rovers over klimaatactivisme: ‘We moeten de verantwoordelijken verantwoordelijk houden’ verscheen eerst op Vrij Nederland.

https://www.vn.nl/eva-rovers-klimaatactivisme/