Je elektrische auto als mobiele stroomcentrale: bidirectioneel opladen (ThePostOnline)

Ford F150 Lightning

(Bloomberg, 3 november 2023) – Als je van plan bent om in 2024 een elektrische auto te kopen, wil je de prijs, actieradius en oplaadsnelheid van de modellen vergelijken. Maar je moet je ook afvragen of de auto in staat is om in geval van nood je huis van energie te voorzien.

Een groeiend aantal Electric Vehicles (EV’s) op de markt kan de aanzienlijke energie in hun accu’s gebruiken om het licht te laten branden tijdens een stroomstoring en om je energierekening te verlagen wanneer de tarieven stijgen.

Bidirectionele oplaadmogelijkheid

Deze “bidirectionele oplaadmogelijkheid” belooft elektrische voertuigen ook te veranderen in een belangrijke energiebron voor nutsbedrijven die worstelen met de balans tussen hernieuwbare energieproductie en door het klimaat veroorzaakte stroomstoringen.

Naarmate de verkoop van EV’s toeneemt, kunnen nutsbedrijven accu’s samenvoegen tot virtuele energiecentrales om te voorkomen dat fossiele energiecentrales moeten worden opgestart wanneer de vraag piekt.

126 gigawattuur

De 2,1 miljoen elektrische voertuigen die nu rondrijden in de VS beschikken over een geschatte 126 gigawattuur aan batterijopslag, volgens een paper dat in september werd gepubliceerd door de non-profit Smart Electric Power Alliance (SEPA). Dat is vijf keer zoveel als de hoeveelheid batterijopslag die momenteel is aangesloten op het elektriciteitsnet.

“De behoefte aan noodstroom en veerkracht wordt steeds belangrijker naarmate we meer extreme weersomstandigheden en netwerkuitval zien in verschillende gebieden in de VS”, zegt Garrett Fitzgerald, senior directeur bij SEPA. Californië wordt bijvoorbeeld regelmatig getroffen door stroomuitval als gevolg van bosbranden en hittegolven.

Een kwart van de verkoop van nieuwe auto’s in de staat is nu elektrisch en EV’s zijn goed voor meer dan 40% van de verkoop in sommige postcodes in de Bay Area.

F-150 Lightning pick-up

Toen Ford in 2022 zijn elektrische F-150 Lightning pick-up op de markt bracht, prees de autofabrikant het 131 kilowattuur accupakket van de truck aan. Daarmee kan een woning dagenlang van stroom worden voorzien met de installatie van een bidirectionele lader en een energiebeheersysteem voor thuis. Een Tesla Powerwall thuisbatterij genereert daarentegen 13,5 kWh.

“Het zijn in feite 10 stationaire accu-opslagunits op één vrachtwagen”, zegt Ryan O’Gorman, energy services business strategy lead bij Ford. Omdat steeds meer mensen thuis werken, kunnen autobezitters met bidirectioneel opladen ook profiteren van een duur bedrijfsmiddel dat anders ongebruikt op hun oprit zou staan, voegt hij eraan toe.

De Loniq 5 van Hyundai en de EV6 van Kia zijn ook uitgerust met bidirectionele batterijen, net als de EV 9, de toekomstige full-size SUV van Kia. General Motors kondigde onlangs aan dat zijn nieuwe lijn Ultium-elektrische voertuigen bidirectioneel zal zijn. De Nissan Leaf is bidirectioneel en Rivian heeft gezegd dat zijn vrachtwagens en SUV’s zijn uitgerust voor bidirectioneel opladen.

Tesla

De olifant in de garage is Tesla. Het bedrijf, dat 61% van de elektrische voertuigen in de VS verkoopt, heeft eerder tweerichtingsladen afgewezen. Maar op de Investor Day in maart zei Tesla-directeur Drew Baglino dat hij verwacht dat de auto’s van het bedrijf binnen twee jaar geschikt zullen zijn voor bidirectioneel opladen.

“We hebben manieren gevonden om bidirectionaliteit te bieden en tegelijkertijd de kosten van de vermogenselektronica in het voertuig te verlagen”, zei Baglino.

Elon Musk leek echter nog steeds enigszins te twijfelen. “Ik denk niet dat veel mensen bidirectioneel opladen gaan gebruiken, tenzij je een Powerwall-hebt, want als je de stekker van je auto uit het stopcontact haalt, wordt je huis donker,” zei hij op de investeerdersbijeenkomst. Musk stond wel toe dat er “enige waarde is als aanvullende energiebron in de toekomst”.

Het kopen van een auto die geschikt is voor bidirectioneel laden is slechts de eerste stap om van je voertuig een rijdende energiecentrale te maken. Er zijn varianten van bidirectioneel opladen en de kosten en voordelen verschillen.

Vehicle-to-Load (V2L)

Met V2L kun je apparaten en gadgets van stroom voorzien door ze aan te sluiten op stopcontacten in het voertuig, bijvoorbeeld een koffiezetapparaat op de camping of elektronische apparaten tijdens een stroomstoring thuis.

De F-150 Lightning met uitgebreide actieradius is bijvoorbeeld een mobiele stekkerdoos met een 240-volt stopcontact in het bed van de truck en vier 120 volt stopcontacten, twee 120 volt stopcontacten in de cabine en nog eens vier in de voorste kofferbak.

Je hebt geen extra apparatuur nodig voor V2L, behalve misschien verlengsnoeren.

Voertuig naar huis (V2H)

Toen de ingenieurs van Kia in 2016 begonnen met het ontwerpen van de EV6, hadden ze hun ogen gericht op de uiteindelijke integratie van de auto in het huis. En vervolgens in het elektriciteitsnet zelf, volgens Steve Kosowski, manager voor langetermijnplanning en strategie bij Kia America.

“Ze zagen dat de behoefte aan energieopslag enorm zou toenemen naarmate netten over de hele wereld begonnen over te schakelen op meer en duurzamere energie,” zegt hij.

“Wind- en zonne-energie gaan echt hand in hand met opslag, en die auto die op je oprit staat zou daar een heel belangrijk onderdeel van zijn.”

De eerste stap is om de auto aan te sluiten op het elektrische systeem van een huis, zodat wanneer het elektriciteitsnet uitvalt, de auto automatisch back-up stroom gaat leveren. Dat vereist de installatie van een bidirectionele lader plus hardware en software om de energiestromen te beheren.

Als je een zonnepaneel op het dak hebt en een thuisbatterij, kan een systeem voor thuisintegratie ervoor zorgen dat de auto en de batterij overdag worden opgeladen met zonne-energie. ‘s Nachts of op andere momenten wanneer de energietarieven stijgen, kunnen de auto en de accu opgeslagen zonne-energie aan het huis leveren.

 

Artikel gaat verder na afbeelding.

Kia’s aankomende EV 9 kan in twee richtingen laden. Fotograaf: Hannah Elliott/Bloomberg.

 

“De meeste elektronen die in het verleden werden gegenereerd, werden gebruikt op het moment dat ze werden gegenereerd, zoals wanneer je een lichtschakelaar aanzet,” voegt O’Gorman van Ford toe.

“Nu, met elektrische voertuigen en opslag, heb je de mogelijkheid om dat elektron te nemen, het een tijdje vast te houden en het te gebruiken wanneer het waardevoller is.

Ultium Home Energy System

Maar wees gewaarschuwd: je betaalt momenteel een premie om V2H mogelijk te maken. Een lader en thuisintegratiesysteem voor de Ford F-150 Lightning kost bijvoorbeeld ongeveer 11.000 dollar als het wordt geïnstalleerd door Sunrun, de voorkeurspartner van Ford, volgens SEPA. De installatie van een conventionele lader kost ongeveer 2000 dollar.

Kia werkt samen met het Spaanse bedrijf Wallbox Chargers aan de ontwikkeling van een bidirectionele lader die naar verwachting in 2025 beschikbaar zal zijn. GM kondigde in juni een reeks producten voor thuisintegratie aan, waaronder het Ultium Home Energy System dat bestaat uit een lader, een energiebeheersysteem en een stationaire batterij.

De prijzen zijn nog niet bekendgemaakt en GM heeft niet gereageerd op interviewverzoeken.

Voertuig-naar-alles (V2X)

Sommige nutsbedrijven in de VS zijn proefprojecten gestart om te testen hoe elektrische voertuigen kunnen worden opgenomen in het elektriciteitsnet. In Californië wil Pacific Gas & Electric1000 EV-eigenaars inschrijven voor een twee jaar durend V2X-initiatief.

De eerste fase is aan de gang met eigenaren van F-150 Lightnings zodat PG&E het nut van de voertuigen kan evalueren voor het voeden van huizen en als back-up energiebron.

F-150 Lightning deelnemers moeten een bidirectionele lader en Sunrun’s thuisintegratiesysteem in hun huis installeren. Ze ontvangen 2500 dollar om deze kosten te dekken en tot 2175 dollar aan extra stimuleringsmaatregelen.

Eigenaren van andere bidirectionele EV’s komen in aanmerking zodra PG&E de voertuigen en andere oplaad- en energiebeheersystemen heeft gecontroleerd.

PG&E verwacht in 2024 te beginnen met het aansluiten van EV’s op het elektriciteitsnet. “We willen beter begrijpen hoe EV’s het elektriciteitsnet kunnen ondersteunen en duurzame energie beter kunnen integreren”, zegt Lydia Krefta, PG&E’s directeur voor transport van schone energie.

Het nutsbedrijf werkt momenteel aan een tariefstructuur om commerciële klanten te compenseren die elektriciteit van hun EV-wagenpark naar het net sturen.

Minimaliseren infrastructuur

Met tientallen miljoenen EV’s die naar verwachting de komende jaren de weg op zullen gaan, zal de vraag naar elektriciteit naar verwachting verdubbelen, zegt Krefta.

Eén van de doelen van het proefproject is om gegevens te verzamelen over hoe het aftappen van een virtuele energiecentrale van EV-batterijen de noodzaak om extra infrastructuur te bouwen om deze voertuigen op te laden kan minimaliseren.

Het nutsbedrijf wil met name voorkomen dat er dure gascentrales moeten worden gebouwd die alleen online komen als de vraag stijgt.

Krefta merkt op dat er al genoeg EV’s rijden in het servicegebied van PG&E om de 430.000 inwoners van de stad Oakland drie dagen van stroom te voorzien. “We denken dat we dit kunnen uitbreiden tot 25 dagen stroom voor Oakland in 2030”, zegt ze.

“We kunnen gebruik maken van de flexibiliteit van batterijen voor elektrische voertuigen om het elektriciteitsnet koolstofvrij te maken tegen de laagst mogelijke kosten.

Je elektrische auto als mobiele stroomcentrale: bidirectioneel opladen

https://tpo.nl/2023/11/03/je-elektrische-auto-als-mobiele-stroomcentrale-bidirectioneel-opladen/

Brunel Solar Team naar Australië: gooi naar wereldkampioenschap zonneracen (Duurzaam Actueel)

Deze week vertrekt het Brunel Solar Team, bestaande uit studenten van de TU Delft, naar Australië om deel te nemen aan hét wereldkampioenschap zonneracen: de Bridgestone World Solar Challenge. Dit jaar racen maar liefst 31 teams in 5 dagen zo’n drieduizend kilometer door de Australische woestijn van Darwin naar Adelaide. Met extreme weersomstandigheden, een uitdagend en onbekend terrein en een moordende concurrentie belooft de race spannender dan ooit te worden. Dit zijn de 5 dingen die je moet weten over het Brunel Solar Team en hun poging om na 6 jaar weer winnaar te worden van de Bridgestone World Solar Challenge.

Met zonneauto Nuna 12 hoopt het geplaagde team na zes jaar weer wereldkampioen te worden, maar de race is spannender dan ooit.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/53068217640_0cd0e7b149_o-scaled.jpg

Foto: Hans-Peter van Velthoven. Brunel Solar Team en Nuna 12 op het testcircuit in Zandvoort. 

Voorganger ging in vlammen op

De Bridgestone World Solar Challenge biedt dit jaar niet alleen een strategische en technologische, maar ook een mentale uitdaging voor het Brunel Solar Team. Bij de vorige deelname aan het kampioenschap in 2019 lag het team aan kop, tot de zonneauto Nuna X een paar uur voor de finish in vlammen opging. Na het ruiken van rook zette de coureur de auto direct langs de kant van de weg. Enkele minuten later was alleen het nummerbord terug te vinden in een hoop smeulende resten. Het nummerbord werd later die dag lopend over de finishlijn gedragen door het team.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/48911243558_5858497d60_o-1-scaled.jpg

Foto: Jorrit Lousberg. Team is kapot nadat NunaX in brand vloog. 

Speciale band teamcoach Wubbo Ockels

Astronaut en uitvinder Wubbo Ockels was, als groot voorvechter van duurzaamheid, tot zijn overlijden de vader en aanjager van het Solar Team. “Ik doe alleen mee als we gaan winnen”, zei hij toen hij in 2001 door het toenmalige team werd gevraagd om teamcoach te zijn. Aan die filosofie heeft het team zich altijd gehouden. Toen het team van Nuna 7 in 2013 naar Australië vertrok, leek het er op dat ze de race zonder hun geliefde coach moesten beginnen. Ockels kon er dit jaar niet bij zijn vanwege een chemokuur. Toen het team vlak voor de race door een aantal tegenslagen in een sleur zat, verscheen Ockels alsnog in Australië. Met een intense, noodzakelijke speech heeft hij het team uiteindelijk naar de overwinning geleid. Na de finish werd Ockels op schouders door Adelaide gedragen.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/10193554015_99486abbb4_o-1-scaled.jpg

Foto: Jorrit Lousberg. Het Brunel Solar Team viert feest na de winst van zonnewagen Nuna 7 in de World Solar Challenge 2013. Voormalig teamcoach Wubbo Ockels wordt op de schouders genomen.

Enige team met zonneauto in asymmetrische catamaran-vorm

Om hun kans op overwinning zo groot mogelijk te maken, heeft het team de afgelopen anderhalf jaar aan een aantal innovaties in en op hun zonneauto gewerkt. Zo is de accu maar liefst 50% meer energiedicht dan afgelopen jaar, waardoor hij met hetzelfde gewicht flink meer energie kan opslaan. Daarnaast bestaat het vernieuwde zonnepaneel uit meerdere dunne laagjes die energie opwekken en is de auto lichter dan ooit. Het team heeft dit jaar ook een risico genomen door als één van de weinigen te racen in een zonneauto in de vorm van een asymmetrische catamaran. Deze vorm maakt het lastig om de auto goed af te stemmen op het parcours, maar biedt ook veel voordelen: de auto ervaart minder luchtweerstand en door 3 wielen te gebruiken ondervindt de auto ook minder weerstand van de weg.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/HPV0116-1-scaled.jpg

Foto: Hans-Peter van Velthoven. Nuna 12 op de RDW Testbaan in Lelystad.

Bijzondere (weers)omstandigheden

Dat het parcours van deze uitdagende race dwars door de woestijn van Australië loopt, is natuurlijk geen toeval. De zon schijnt er zoals nergens anders, en de woestijn brengt een aantal uitdagende weersomstandigheden met zich mee. Zo heeft de wereld dit jaar met het El Niño-effect te maken, waardoor er extreem hoge temperaturen en droogtes kunnen ontstaan in de al warme en droge woestijn. Dit verhoogt het risico op extreem weer, bosbranden en onverwachte obstakels. Hier bereidt het team zich zo goed mogelijk op voor met trainingen en noodprotocollen. Het team krijgt tijdens de race ook te maken met hevige zijwinden. Ze verzwaren de auto niet, maar maken in plaats daarvan met hun lichte auto en catamaran-vorm juist gebruik van de windkracht om de auto extra vooruit te duwen.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/48907068603_646bb87512_o-scaled.jpg

Foto: Jorrit Lousberg. Pas op voor kangoeroes.

Wagen in konvooi doet weersvoorspellingen

Om de woestijn als geheel door te komen en daarbij de eerste plek te heroveren rijdt het team met een konvooi aan supportwagens. Deze wagens hebben verschillende rollen die alle bijdragen aan het verbeteren van de racestrategie tijdens het racen. Een van de belangrijkste wagens in het konvooi is de ‘Meteo’. Deze wagen rijdt 2 uur voor Nuna en creëert en analyseert weermodellen, die tijdens het racen helpen bij het optimaliseren van de zondekking van Nuna 12. Zo’n 30 minuten voor Nuna verkent de ‘Prescout’ de weg en identificeert mogelijke obstakels, zoals gaten in de weg, kruisingen en de timings van stoplichten. Vlak voor de zonneauto rijdt de ‘Scout’ die vanwege het beperkte zicht vanuit Nuna 12 fungeert als haar ogen en oren. De ‘Mission Control’ brengt alle input van het team samen en coördineert zo de strategie. Tot slot rijdt het mediateam mee om alles vast te leggen en staat het team van de ‘Support’-wagen, de rijdende werkplaats van het team, ‘s avonds en wanneer nodig ook tijdens het racen klaar om de nodige reparaties te doen.

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/varia-HPVV6986-dag4-scaled.jpg

Foto: Hans-Peter van Velthoven. Het team analyseert weerpatronen met de ‘Meteo’. 

Brunel Solar Team

Het Brunel Solar Team, gesponsord door Brunel, bestaat uit een groep enthousiaste studenten van de TU Delft. Zij ontwerpen en bouwen in een jaar tijd een raceauto op zonne-energie om deel te nemen aan zonneraces wereldwijd en daarmee wereldwijd fungeren als rolmodel op het gebied van duurzaamheid en innovatie. Op 4 juli onthulden zij hun nieuwe zonneauto Nuna 12, waarmee het team dit jaar deelneemt aan de Bridgestone World Solar Challenge in Australië.

Bridgestone World Solar Challenge – 22 t/m 29 okt. 2023

De Bridgestone World Solar Challenge is hét wereldkampioenschap zonneracen. Iedere twee jaar komen 40+ teams van universitaire studenten van over de hele wereld op deze plek samen, om in vijf dagen volledig op zonne-energie van Noord- tot Zuid- Australië te racen. De race is opgezet om innovatie in duurzame techniek aan te jagen, en staat bekend als dé grote strategische test voor de deelnemende zonneraceteams. Dit jaar doen er maar liefst 41 teams in drie categorieën mee om de verschillende prijzen van het wereldkampioenschap. Het Brunel Solar Team doet mee in The Challenger Class: een race voor eenpersoonswagens, gericht op snelheid. De 31 teams in deze klasse rijden in ongeveer 5 dagen zo snel mogelijk over het parcours van ruim 3000 kilometer, van het noordelijke Darwin tot het zuidelijke Adelaide.

Bron: Brunel Solar Team

https://duurzaam-actueel.nl/wp-content/uploads/Logo-Brunel-Solar-Team.jpg

 

Het bericht Brunel Solar Team naar Australië: gooi naar wereldkampioenschap zonneracen verscheen eerst op Duurzaam Actueel.

https://duurzaam-actueel.nl/brunel-solar-team-naar-australie-gooi-naar-wereldkampioenschap-zonneracen/

Je moet kiezen: de bosbranden op Rhodos waren niet echt, of niet echt genoeg (GeenStijl)

Bosbranden, een sociaal fenomeen

https://image.gscdn.nl/image/0d570b6851_F18bXx6WcAIIX0K.jpeg?h=True&rect=0%2C432%2C1536%2C864&w=880&s=0c206ab10460db75deb306ebd77d0dec

https://image.gscdn.nl/image/f358210ce3_Screenshot_2023-07-26_at_09.25.26.jpg?h=True&w=880&s=13d18b087c47edaedd80bbd918fa086b

1.

Video

2.

Video

De bosbranden op Rhodos zijn bijna geblust en dat is voor sommigen een """bewijs""" dat er eigenlijk helemaal geen branden waren, alleen angstporno over de branden. Deze arme man had helemaal niet zo bang hoeven worden en moeten vluchten, als ie gewoon niet naar het Journaal had gekeken. Ohnee wacht, hij keek júist niet naar het nieuws en ontdekte daarom pas ter plekke dat hij zijn hotel onmiddellijk moest ontvluchten - ga niet langs het all-inclusive buffet - en met een boot van het eiland bevrijd moest worden. Over het Journaal gesproken: daar klonken ze weer bijna bedroefd dat er onder de Rhodonezen (Rhodesiërs? Rhodosoïden? Rhodondendrons?) zo weinig klimaatpaniek is vanwege de bosbranden. Want die mensen hebben iedere zomer hitte, ieder jaar bosbranden, en twee jaar later is alles weer begroeid. Dus waar lullen we over. Ja, over twee dode bluspiloten, die hun leven verloren omdat ze door mensenhanden aangestoken forse bosbranden moesten blussen. MENSENHANDEN, DIE BOUWGROND GOEDKOOP WILDEN ONTBOSSEN? MENSENHANDEN, DIE ZONNEPANEELWEIDES BOOMVRIJ WILDEN MAKEN? MENSENHANDEN, DIE DE KLIMAATPANIEK WILDEN VOEDEN!? Mama mogen we een ijsje we kunnen wel wat verkoeling gebruiken in een wereld vol oververhitte mensen.

https://image.gscdn.nl/image/d3766c8995_Screenshot_2023-07-26_at_09.20.21.jpg?h=True&w=880&s=d495f04606c239fe055cc93f6a510e93

De branden zijn bijna geblust, maar het brandgebied was veel groter

https://image.gscdn.nl/image/b71051abfb_F18bXx6WcAIIX0K.jpeg?h=True&w=880&s=8c9564be5931f8a505af6310b393a62a

Blusvliegtuig veroorzaakt nieuwe brand

Video

https://www.geenstijl.nl/5171734/je-moet-kiezen-de-bosbranden-op-rhodos-waren-niet-echt-of-niet-echt-genoeg/

‘Om brandweermensen toe te rusten op hun toekomstige taken moet de focus liggen op innovatie en kennisontwikkeling, zegt Ricardo… (IFV Facebook)

‘Om brandweermensen toe te rusten op hun toekomstige taken moet de focus liggen op innovatie en kennisontwikkeling, zegt Ricardo Weewer, lector Brandweerkunde NIPV in de Toekomstverkenning Brandweer ’22-‘30. ‘De toekomst is in hoge mate onvoorspelbaar is geworden.’

'Het brandweervak verandert continu. Door de klimaatverandering hebben we bijvoorbeeld steeds vaker te maken met de gevolgen van extreem weer. Het bestrijden van overstromingen, natuurbranden of stormen vereist specialistische kennis en gaat over regiogrenzen heen. Maar ook de energietransitie brengt nieuwe risico's met zich mee en vraagt andere vaardigheden van brandweermensen. Er zal steeds meer een andersoortig beroep worden gedaan op de brandweer. Dat betekent trouwens niet dat de brandweer alles zelf moet aanpakken. Daarom wordt de samenwerking tussen brandweer en andere hulpdiensten, crisispartners en burgers steeds belangrijker.’

‘Denk bijvoorbeeld aan het blussen van branden van elektrische auto’s of van branden met zonnepanelen. Het is de vraag hoe breed de taakopvatting van de brandweer moet zijn in het licht van deze veranderende risico’s. Hoewel niemand weet waar het precies naar toegaat, is het essentieel om met elkaar een stip op de horizon te plaatsen. Als we een beeld hebben van waar we heen willen, weten we ook wat er nodig is om daar te komen. Concentreren op een beperkt aantal thema’s in het heden past daar niet (meer) bij.’

De Toekomstverkenning Brandweer beschrijft 7 ontwikkelingen (‘samenlevingen’) die het brandweerwerk beïnvloeden en 5 strategische thema’s. Lees het volledige artikel op het Platform voor CrisisManagement, hier vind je ook een verwijzing naar het rapport Toekomstverkenning Brandweer: https://platformvoorcrisismanagement.nipv.nl/toekomstverkenning-crisisbeheersing-en-brandweer/interview

#crisismanagement #brandweer

https://scontent-dus1-1.xx.fbcdn.net/v/t39.30808-6/340846003_970777790584914_1667132075607506277_n.jpg?stp=dst-jpg_p720x720&_nc_cat=103&ccb=1-7&_nc_sid=730e14&_nc_ohc=fvaIsZC7DDwAX_uBhb5&_nc_ht=scontent-dus1-1.xx&edm=AJdBtusEAAAA&oh=00_AfBxGt-8saMKJLJ1lZLFJCC-s7zSE3CZNG0rGFXnpF59xg&oe=643AE6F4

https://www.facebook.com/463568032470832/posts/603266765167624

Geen tijd meer om te polderen (geannoteerd verhaal) (Investico)

http://files.platform-investico.nl/app/uploads/2023/03/08180735/ANP-448740609-875x655.jpg

Een boer is zijn akker aan het sproeien met water ivm de droogte

Klimaatverandering zet ons watersysteem aan alle kanten onder druk. Waterschappen staan voor grote uitdagingen, maar bewandelen liever samen met de boeren de weg der geleidelijkheid. En als het Rijk nieuw waterbeleid wil opleggen, lobbyt de landbouw de concrete maatregelen eruit.

Een zwarte auto met een natgeregende rode zakdoek aan de achterbak draait het parkeerterrein van Kinderdijk op. Verderop, achter de dijk staan de negentien molens die in de achttiende eeuw de achterliggende Alblasserwaard droog pompten en tegenwoordig UNESCO Werelderfgoed zijn. In deze oer-Hollandse komen acht aspirant-politici van de BoerBurgerBeweging vandaag op werkbezoek bij de moderne versie van een molen: het J.U. Smitgemaal.

Corine Peek, gestoken in sjaal en jas voorzien van het felgroene partijlogo, is bij de aankomende waterschapsverkiezingen lijsttrekker voor waterschap Rivierenland, Dat waterschap strekt zich uit langs de grote rivieren over de breedte van Nederland, van de Biesbosch tot de Duitse grens. Zelf woont Peek in de Betuwe, waar ze 250 melkkoeien houdt.

STEUN INVESTICO

‘Ik had niet verwacht dat ze me meteen lijsttrekker zouden maken’, zegt ze. Ze was nooit politiek actief, maar door de discussie over of boeren nog wel verzekerd zouden blijven van zogenoemde ‘geborgde zetels’ in het waterschap, stelde ze zich kandidaat. ‘De kennis van de boeren moet behouden blijven’, zegt ze, ‘je gaat ze missen als ze niet meer in het waterschap zitten.’ Ze is duidelijk wat de kerntaken van de waterschappen zouden moeten zijn: ‘Hoogwaterbescherming en zorgen voor schoon water. Niet allerlei natuurprojecten.’

Peek vreest voor al te veel Haagse bemoeienis met hoe het watersysteem hier wordt onderhouden. ‘Geen landelijke normen voor het waterpeil’, staat bijvoorbeeld in het verkiezingsprogramma1 van BBB Rivierenland. De toenemende droogte in ons land is ook voor de boeren een probleem, zo zegt het programma: ‘Bij extreme droogte is het besproeien van gewassen noodzakelijk voor een goede opbrengst.’

Veranderend klimaat, veranderend beleid

En extreme droogte wordt steeds gebruikelijker. De zomer van 2018 was de droogste sinds de jaren 70. Er viel zo weinig regen dat boeren hun gewassen zagen verpieteren, vaarwegen te ondiep werden voor de binnenvaart, en bos- en heidegebieden in brand vlogen. Zomers als deze komen eens in de dertig jaar voor, berekende het KNMI toen. Maar de zomers van 2019, 2020 en 2022 waren ook uitzonderlijk droog2. Eind vorig jaar stelde het KNMI officieel vast3 dat hier sprake is van gevolgen van klimaatverandering. En hoe meer het klimaat verandert, hoe droger het zal worden. Tegelijkertijd neemt de kans op rampzalige overstromingen, zoals in 2021 in Limburg toe.4

Afgelopen najaar kondigde minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat daarom nieuw waterbeleid aan dat radicaal breekt met het verleden. Waar Nederland eeuwenlang het watersysteem aanpaste aan de landbouw, woningbouw en industrie, moet dit nu andersom, schrijft de minister. Het grondwaterpeil moet omhoog, en regen moet langer worden vastgehouden in de bodem5.

“Concrete maatregelen en doelen werden uit de plannen van de minister gelobbyd door de landbouwsector”

Grote woorden, maar concrete maatregelen en doelen werden uit de plannen van de minister gelobbyd door de landbouwsector, blijkt uit onderzoek van Platform Investico voor De Groene Amsterdammer, Trouw en De Gelderlander. De minister speelt de bal voor moeilijke keuzes zo door aan de lagere overheden: provincies en waterschappen moeten de beslissingen gaan nemen wie waar nog ruimte krijgt in ons land6.

Maar de waterschappen komen voort uit een traditie van consensus met het boerenland, dus zetten ze vooral in op proefprojecten, met de partijen die dat willen. De echt pijnlijke keuzes blijven buiten beeld, ook omdat provincies, gemeenten en waterschappen op elkaar wachten bij het nemen van de eerste stap. Dat is dankzij klimaatverandering simpelweg niet langer houdbaar, zeggen betrokkenen. ‘Je kunt niet blijven polderen tot Sint-Juttemis.’

Natuurbehoud

‘Hier is het allemaal om te doen,’ zegt Wim van Opbergen. Hij zit op zijn knieën in het hoge gele gras tussen de dorre struiken, aan de rand van een kleine vijver. Van Opbergen is de voorman van actieclub Werkgroep Behoud de Peel, en probeert het natuurgebied met bezwaarschriften en rechtszaken te beschermen. Hij strekt zich uit, grijpt met twee handen in het water en vist er een stuk groen mos uit. Het is het enige stukje groen in een verder droge, bruine omgeving. Hij knijpt zijn handen samen en het water stroomt uit het mos alsof hij een spons uitwringt. ‘Dat water moet hier overal weer terugkomen.’

Vijf meter verderop staan de zwartgeblakerde restanten van een boom. ‘Die heeft het niet overleefd’. Twee jaar geleden woedde hier in De Peel de grootste natuurbrand ooit in Nederland. 800 hectare van het beschermde Natura2000-gebied ging daarbij verloren7. Om de boom staan dorre, bruine varens. Ook de regen van de afgelopen wintermaanden heeft het gebied niet doen opleven. Staatsbosbeheer heeft de bomen gerooid om een meters brede ‘brandbaan’ aan te leggen, die moet een eventuele volgende natuurbrand afremmen. Het is een naar gezicht, die kale strook, vindt Van Opbergen. ‘Je kunt er ook voor zorgen dat het hier nat genoeg is, dan fikt het niet.’

“Terwijl zij overleggen welke maatregelen nodig zijn, ligt de natuur er ieder jaar droger bij.”

De droogteproblematiek in de Peel is niet uniek, noch is die nieuw of onbekend. Al in 1989 formuleert toenmalig minister van Verkeer en Waterstaat Neelie Kroes de ambitie om het verdrogen van de natuur in tien jaar tijd met 25 procent terug te brengen8. Vier jaar later concludeert het volgende kabinet al dat dit doel niet zal worden gehaald9. In plaats daarvan komt er een ambitieuzer doel, voor later in de tijd: het verdroogde oppervlak moet nu in 2010 met 40 procent zijn teruggebracht10. In 2005 schrijven wetenschappers dat het effect van de bestrijding van verdroging ‘niet waarneembaar’ is.

In 2010 maakt staatssecretaris Henk Bleker de provincies verantwoordelijk voor het natuurbeleid11. Droogtebestrijding wordt een gedeelde taak van 12 provincies en 24 waterschappen. Terwijl zij overleggen welke maatregelen nodig zijn, ligt de natuur er ieder jaar droger bij.

Onbeperkt oppompen

‘Niemand weet precies hoeveel grondwater wordt opgepompt, en niemand houdt bij wanneer het op is,’ zegt hydroloog Gé van den Eertwegh12. Het klinkt heel basaal: om droogte te bestrijden zou het waterschap in ieder geval moeten weten hoeveel water er wanneer wordt onttrokken. En voor de echt grote hoeveelheden, die worden opgepompt door bijvoorbeeld drinkwaterbedrijven of grote fabrieken, is het betrekkelijk goed geregeld, zegt hij. Die hebben een vergunning van de provincie. Boeren die hun gewassen willen besproeien hoeven daarvan meestal slechts melding te maken13 bij het waterschap. Hoeveel ze daadwerkelijk oppompen controleert vrijwel niemand.

Waterschappen hebben die meldingen bovendien slecht in beeld, blijkt uit een uitvraag14 die Investico deed onder alle waterschappen die kampen met droogte. De regels voor wanneer een onttrekking een vergunning nodig heeft, en waar een boer een waterpomp mag plaatsen verschillen 15per waterschap. De waterschappen Limburg, en Vallei en Veluwe kunnen bijvoorbeeld niet vertellen hoeveel water in totaal is opgepompt in zulke kleine onttrekkingen16. Het waterschap Hunze en Aa’s, in Drenthe en Groningen, weet überhaupt niet om hoeveel meldingen het gaat: ‘Veel meldingen worden gedaan op basis van direct contact tussen een onttrekker en een van onze peilbeheerders, bijvoorbeeld via een appje of een belletje.’

Al die ‘kleine’ onttrekkingen tellen op tot een groot volume, zegt Van den Eertwegh. Hij berekende samen met collega-wetenschappers hoeveel water boeren en tuinders in Brabant in de droge zomer van 2018 nodig hadden voor hun gewassen17, en vergeleek dat met de administratie van de Brabantse waterschappen. Uit hun berekeningen blijkt dat boeren bijna 40 procent meer grondwater onttrokken om hun gewassen te beregenen dan in de registratie van de waterschappen stond. ‘Dat gaat om tientallen miljoenen ongeziene kubieke meters water. Iemand moet gaan boekhouden.’

Omgang met de droogte

Sinds de historisch droge zomer van 2018 beseffen de waterschappen in ieder geval dat maatregelen nodig zijn. ‘Elk waterschap heeft droogtebeleid, Maar het gaat om wat er echt gebeurt,’ zegt Piet Verdonschot, zoetwaterecoloog en zelfverklaard ‘luis in de pels van de waterschappen’. Zijn leerstoel aan de universiteiten van Amsterdam en Wageningen wordt deels betaald door STOWA, het kenniscentrum van de verzamelde waterschappen18. ‘Dat heb ik maar opgevat als reden om extra kritisch te zijn.’ De opgave is duidelijk, zegt hij: het grondwaterpeil moet omhoog. ‘Maar dat wordt nauwelijks aangepakt. Het zijn vooral pilots, kleine snippertjes, niet landschapsbreed19.’

Investico vroeg20 alle waterschappen die kampen met droogte wat zij doen om het grondwaterpeil structureel te verhogen. Waterschappen zeggen bijvoorbeeld stuwen te plaatsen, verstelbare barrières om zo meer water in sloten en greppels vast te houden. Ze laten begroeiing in de sloten staan, en sluiten leidingen af met planken, zandzakken of ballonnen om te voorkomen dat het water wegstroomt.

‘Goed bedoeld’, zegt Verdonschot daarover, ‘maar heel lokaal, en dus onvoldoende.’ De maatregelen vinden vooral binnen de natuurgebieden plaats, zegt hij, terwijl waterschappen het hele jaar door, in het hele gebied meer water moeten vasthouden. ‘Dan moet je echt stukken landbouwgebied natter gaan zetten’

“In veel gebieden speelt een grotere vraag, zegt ze: moet alle landbouw nog wel overal kunnen?”

Mirjam Hack is positiever over de droogte-aanpak van waterschappen. Zij is teamleider Bodem, Water en Landgebruik  aan de Wageningen Universiteit. ‘Er is sinds 2018 in ieder geval steeds meer bewustwording dat droogte een groot probleem is. Er wordt steeds meer gedaan om water te vast te houden, maar zulke veranderingen kosten tijd21.’

In veel gebieden speelt een grotere vraag, zegt ze: moet alle landbouw nog wel overal kunnen? ‘Aardappelen telen op droge zandgronden in het zuiden van Brabant bijvoorbeeld, die boeren beregenen zich helemaal suf.’ Verdonschot is het daarmee eens. Stel dat één boer op een perceel gladiolen teelt, zegt hij, dan moet het waterschap het waterpeil verlagen, anders gaan de bloembollen rotten. ‘Maar dan staat het water dus overal in dat gebied laag.’

Waterschappen denken nog steeds vooral mee met de boer. ‘Wij doen het met de omgeving’, zegt Chrit Wolfhagen22 van Waterschap Limburg. ‘Als iemand vroeg in het jaar bieten wil zaaien, en het peil staat daar te hoog voor, dan laten we het peil zakken.’ ‘Een fruitteler moet zelf uitmaken of hij kan blijven boeren’, zegt ook Bert de Groot, van hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden, ‘daar hebben wij als waterschap weinig over te zeggen, al maken we wel afspraken met ze over bijvoorbeeld waterkwaliteit23.’

“Door klimaatverandering lopen we tegen grenzen aan.”

‘Het is niet onze taak om ons te bemoeien met de ruimtelijke ordening’, zegt Rogier van de Sande, dijkgraaf van Hoogheemraadschap Rijnland, en voorzitter van de Unie van Waterschappen. Op papier klopt dat. De provincie en gemeente stellen voor elk gebied in bestemmingsplannen vast waar het land voor mag worden gebruikt, en de waterschappen moeten het daarbij passende waterpeil verzorgen24. Maar dat geldt ook voor natuurgebieden: als die verdrogen dan moet het waterschap dus ingrijpen. ‘Door klimaatverandering lopen we tegen grenzen aan. We moeten assertiever worden,’ erkent ook Van der Sande.

‘Je moet dit combineren met de aanpak van de stikstofcrisis’, zegt hydroloog Gé van den Eertwegh. Stel dat een veeboer nu stopt omdat die naast een natuurgebied te veel stikstof uitstoot, en er komt bijvoorbeeld een boomteler voor terug. ‘Die stoot dan misschien weinig stikstof uit, maar vraagt veel grondwater, juist wanneer er weinig regen valt.’ En dan krijgt die boomteler over een paar jaar te horen dat hij vanwege een grondwatertekort weg moet. ‘Dan weet ik al wat de reactie op het platteland zal zijn. Als je het allebei tegelijk doet, dan doet het ook maar één keer pijn.’

De proefprojecten

Honderden ganzen stijgen luid gakkend op uit een Fries polderlandschap, gestoord door de mensen die over de naastgelegen akker komen aanlopen. De vogels vliegen een rondje door de grijze lucht en strijken één perceel verder neer. ‘Ik hoop dat ze snel weer doorvliegen’, zegt Marten Dijkstra, ‘die beesten eten al het gras weg.’ Dijkstra is zesde generatie melkveehouder, hier op boerderij De Skâns in Oldeboorn houdt hij zeventig biologische melkkoeien25. In de Friese veenpolders spelen andere problemen dan in de verdroogde beekdalen van Limburg en Brabant. Maar ook hier wordt het klimaatprobleem alsmaar dringender.

We lopen naar een met houten paaltjes afgezette rechthoek op een van Dijkstra’s weides. Hij wijst naar een aantal kastjes met kleine zonnepanelen erop: ‘Sensoren, die meten het grondwaterpeil, bodemvocht, en de uitstoot van CO2.’ Op zijn akkers experimenteert het Friese waterschap Wetterskip Fryslan met een hoger grondwaterpeil, om de veengrond waarop we staan minder snel te laten vergaan. De lage grondwaterstand zorgt er namelijk voor dat er zuurstof bij het veen komt en de boel begint te rotten26. Hierdoor ontstaan bodemdalingen en verzakkingen, en bij het rottingsproces komt bovendien veel broeikasgas vrij.

Jaarlijks stijgt ruim 6 megaton CO2 op uit de Nederlandse veengronden27, evenveel broeikasgas als uit twee kolencentrales28. In 2019 werd in het landelijke Klimaatakkoord afgesproken dat die uitstoot met 1 megaton teruggebracht moest29. Daarom moeten de waterstanden in de veengebieden omhoog. Maar boeren zijn bang dat hun koeien en trekkers wegzakken in drassige weiden. Het Friese waterschap ging daarom op zoek naar boeren die open stonden voor een pilot. In boer Dijkstra, tevens Statenlid voor de VVD in Friesland, vond men een enthousiaste deelnemer30.

“Terwijl dit soort proefprojecten lopen zijn er in Friesland geen gebieden waar het Wetterskip structureel een hoger waterpeil heeft ingesteld.”

‘Dat is echt een verkenning samen met de boeren. Het is heel complex, zegt Frank Jorna, bestuurslid bij het Wetterskip, binnen in de Skâns aan de keukentafel.’ In vijf andere gebieden bleken de boeren minder enthousiast. ‘Die kijken wat meer de kat uit de boom. Daar doen we dus nog even niks.’ Terwijl dit soort proefprojecten lopen zijn er in Friesland geen gebieden waar het Wetterskip structureel een hoger waterpeil heeft ingesteld.

Ook in andere waterschappen op het veen blijft het voornamelijk bij kleinschalige projecten, blijkt uit een uitvraag van Investico31. Zo laat hoogheemraadschap Schieland en Krimpenerwaard weten dat het vooral aan ‘passieve verhoging’ van het grondwater doet: door de waterstanden niet verder te verlagen als de bodem zakt. In de Zuidplaspolder bij Nieuwerkerk aan den IJssel bijvoorbeeld, al kon het daar ook niet anders: Zuidplas is de laagste plek van ons land, waar de bodem zo snel daalt dat de grond openbarst.

Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden, dat het zuiden van Utrecht en een stukje Zuid-Holland beslaat, geldt als voorloper als het gaat om het verhogen van het waterpeil. Maar ook hier gebeurt dat niet zonder overleg, zegt dagelijks bestuurslid Bert de Groot. ‘Dan voeren we een heleboel keukentafelgesprekken. Je wil er altijd met het gebied uit komen.’

Beleid en de boerenlobby

Na jaren van koffiedrinken en draagvlakgesprekken lijkt er in november 2022 eindelijk een doorbraak te komen. Minister Harbers, van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) trekt het waterbeleid naar zich toe. Hij stuurt dan een langverwachte brief naar de Tweede Kamer over het nieuwe water- en bodembeleid van het Rijk32.

De inleiding van de brief liegt er niet om. De ‘maakbaarheid’ van het Nederlandse landschap heeft z’n langste tijd gehad, niet alles kan meer overal: het water en de bodem moeten ‘sturend’ worden bij hoe we het land inrichten. Maar zo ambitieus als de inleiding van de brief is, zo weinig concreet zijn de maatregelen. De enige harde eisen zijn dat Europese wetgeving moet worden gevolgd33, van alle andere doelen kan door lagere overheden in ‘gebiedsprocessen’ worden afgeweken.

Interne documenten34 die tegelijk met de Kamerbrief werden gepubliceerd bieden een eerste verklaring hoe dat kan. Ambtenaren van I&W schrijven dat twee maatregelen ‘zeer belangrijk voor LNV/LTO’ zijn. Boerenlobbyorganisatie LTO en landbouwministerie LNV zijn namelijk tegen een vergunningplicht voor alle onttrekkingen van grondwater, en een verbod op onttrekkingen rondom kwetsbare natuurgebieden. In de uiteindelijke brief zijn die passages geschrapt, of sterk afgezwakt.

“De eerdere versies van het beleid waren veel ambitieuzer”

Die geschrapte maatregelen zijn nog maar het begin, blijkt uit vertrouwelijke conceptteksten35 van de brief van Harbers, die in handen zijn van Investico. De eerdere versies van het beleid waren veel ambitieuzer, en explicieter over de gevolgen van nieuw waterbeleid voor de landbouw.

‘Landbouw mag, mits’, staat er bijvoorbeeld in de eerste conceptversie van de brief. En die landbouw zal een ‘transformatie’ moeten ondergaan en ‘extensiever’, ofwel minder intensief, moeten. Het heeft de brief allemaal niet gehaald. ‘Sommige teelten zullen praktisch niet meer te realiseren zijn’ is afgezwakt tot ‘het is nodig goed te kijken wat je teelt’. Van bijna alle ‘structurerende keuzes’ die Harbers maakt, kan bovendien per gebied worden afgeweken: die verantwoordelijkheid legt de minister bij de provincies en de waterschappen.

‘Zo wordt de suggestie gewekt dat we hier pijnvrij uit kunnen komen, terwijl dit veel partijen pijn gaat doen’, zegt Bas Breman, onderzoeker klimaatadaptatie aan de Wageningen Universiteit. Hij was betrokken bij een wetenschappelijke commissie die het ministerie adviseerde in aanloop naar de Kamerbrief. De wetenschappelijke commissie schrijft dat het afschuiven naar lagere overheden nieuwe geitenpaadjes op dreigt te leveren: ‘Voorkomen moet worden dat uitzonderingen makkelijk worden en daardoor de regel worden36.’

“LTO is niet blij met de bemoeienis vanuit Den Haag. We hebben zeker onze mening hierover gegeven richting ambtenaren en de minister.”

‘De doelen die Harbers stelt, worden nauwelijks juridisch vastgelegd. Straks halen we Europese verplichtingen niet, en belanden we in een volgende crisis.’ Dat zegt Marleen van Rijswick37, hoogleraar Europees en nationaal waterrecht aan de Universiteit Utrecht. Natuurlijk is elk gebied anders, zegt ze, en werkt niet alles overal. Maar provincies en waterschappen die bij het oude willen blijven, of willen vertragen, kunnen de brief naast zich neerleggen. In dit soort gebiedsprocessen worden de doelen vaak naar beneden bijgesteld, zegt ze. ‘En de enige die echt tijd en geld heeft om in zulke gebiedsprocessen te participeren en invloed uit te oefenen is de landbouw.’

LTO laat in een schriftelijke reactie weten dat er geen ‘formeel bestuurlijk overleg’ is geweest met het ministerie. Maar in een webinar aan haar leden laat zegt LTO-bestuurder Joris Baecke, boerenzakdoek in zijn borstzak: ‘We hebben zeker onze mening hierover gegeven richting ambtenaren en de minister38.’ LTO is niet blij met de bemoeienis vanuit Den Haag, zegt hij in het webinar: ‘Het is heel veel top-down’. Maar het had allemaal een stuk erger kunnen zijn, legt hij uit als hij opsomt welke maatregelen de brief niet hebben gehaald. Geen vergunningplicht, geen verbod op onttrekkingen rondom de natuur, en geen aparte doelen voor het waterverbruik in de landbouw.

LTO is blij dat er veel verantwoordelijkheid bij de lagere overheden in de ‘gebiedsprocessen’ wordt neergelegd. Daar zien ze kansen voor ‘maatwerk’. We hebben met veel waterschappen contact, zegt Baecke tijdens het webinar. ‘Die lijn zullen we voortzetten.’

De eindeloze weg der geleidelijkheid

Wie waterschappen vraagt wat ze gaan doen tegen de gevolgen van klimaatverandering, krijgt antwoorden over zandzakken in greppels en maaibeheer langs sloten. Ze bewandelen de weg van de geleidelijkheid, terwijl de opgave waar ze voor staan enorm is. Net als in de stikstofcrisis gaat de oplossing hier waarschijnlijk niet komen van kleine innovaties of technische verbeteringen. Als het water en de bodem echt ‘sturend’ worden voor hoe ons land is ingericht, dan zullen er boeren moeten worden uitgekocht, en zullen bouwplannen voor wijken moeten worden stopgezet, zeggen deskundigen. Toch blijft het taboe voor dijkgraven en heemraden om te zeggen dat er geen ruimte is voor waterslurpende landbouw naast een verdroogd natuurgebied.

Natuurlijk kunnen de waterschappen die keuzes niet alleen maken, en zijn ze afhankelijk van Rijk, provincies en gemeenten. En de waterschappen, de typisch Nederlandse bestuurslaag, hebben ook een echt Nederlandse vorm van besturen. Vooral op basis van vertrouwen, ieder met zijn eigen beleid en eigen administratie. Maar nu het ministerie de moeilijke keuzes van zich afschuift, is het toch weer aan provincies en waterschappen om de vlucht naar voren te nemen. Lukt het ze om te breken met een eeuwenlange traditie van polderen?

Wat betreft de Unie van Waterschappen wel: ‘Je kunt niet blijven polderen tot Sint-Juttemis’, zegt voorzitter Rogier van der Sande. ‘Als er op een plek iets niet meer kan, is het beter dat men het nu en snel weet. Wij zijn als waterschap eeuwenlang de facilitator van andermans wensen geweest. Maar de watertekorten nemen toe. We moeten ook een keer nee gaan verkopen.’

Dit onderzoek is tot stand gekomen in samenwerking met De Groene Amsterdammer, Trouw en De Gelderlander. Het verkorte nieuwsbericht is hier te vinden.

Bijou van der Borst, Romy van Dijk, Emiel Woutersen

  1. Het verkiezingsprogramma voor BBB Rivierenland is hier te lezen. De twee geciteerde uitspraken staat in paragraaf 2 ‘Gezond en voldoende zoet water’.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  2. KNMI, ‘Meerjarige droogtes in Nederland waterland’, 2 augustus 2022

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  3. KNMI, ‘Droge zomer op noordelijk halfrond waarschijnlijker door klimaatverandering’, 5 oktober 2022.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  4. Wikipedia, Overstromingen in Europa in juli 2021

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  5. Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Kamerbrief ‘Water en Bodem Sturend’, 25 november 2022.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  6. In zijn Kamerbrief legt de minister heel veel verantwoordelijkheden bij de zogenaamde ‘gebiedsprocessen’, waarin provincies, waterschappen en gemeenten per gebied kijken wat er daar precies nodig is. Van de meeste structurerende keuzes die de minister formuleert, kan in zo’n gebiedsproces nog worden afgeweken.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  7. Lees er bijvoorbeeld over in het Eindhovens Dagblad

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  8. De Kamer verzocht de regering haar beleid te richten op een vermindering van het areaal verdroogde bodem in het jaar 2000, met tenminste 25% ten opzichte van 1985.”

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  9. Rijkswaterstaat, Evaluatienota water: nota van antwoord op inspraak en adviezen, 1994.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  10. Ministerie van VROM, Nationaal milieubeleidsplan 3. 1997.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  11. Bleker was staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie in het kabinet Rutte I. Dat kabinet legde het natuurbeheer bij de provincies neer, en Bleker voerde die taak met verve uit. Vanaf 2014 werden de provincies ook daadwerkelijk verantwoordelijk voor de natuur, en met beduidend minder geld dan daarvoor, schrijft De Volkskrant bijvoorbeeld: er werd 600 miljoen euro bezuinigd op natuurbeleid.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  12. Interview met Investico, 21 december 2022

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  13. Er zijn grofweg 4 categorieën. De grootste onttrekkers, die meer dan 150 miljoen liter per jaar oppompen, moeten daarvoor een vergunning aanvragen bij de provincie. Grondwateronttrekkers die minder gebruiken moeten bij het waterschap zijn, dat weer onderscheid maakt tussen vergunde en gemelde onttrekkingen. Bij de meeste waterschappen ligt de grens daartussen op 60 duizend liter per uur: daaronder volstaat een melding, daarboven is een vergunning nodig bij het waterschap. Van hele kleine onttrekkingen, bijvoorbeeld om een tuin te sproeien met water uit een put, hoeft ook geen melding gemaakt te worden.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  14. Investico vroeg de waterschappen Vallei en Veluwe, Brabantse Delta, Aa en Maas, Hunze en Aa’s, De Dommel, Vechtstromen, Limburg, en Rijn en IJssel naar hun registratie van grondwateronttrekkingen. Dit zijn alle waterschappen die zandgronden bevatten die het meest vatbaar zijn voor droogte.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  15. Sommige waterschappen leggen de meldingsplichtige grens op een hoeveelheid per uur (variërend tussen duizend en 60 duizend liter per uur), terwijl sommige een jaarhoeveelheid aanhouden.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  16. Een aantal organisaties vroeg bij Waterschap Vallei en Veluwe op hoeveel water werd onttrokken uit waterputten rond Ede, Wageningen en Renkum tussen 2010 en 2022. Een verzoek met beroep op de Wet open overheid liep op niets uit: het waterschap weet het simpelweg niet. Lees er hier meer over.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  17. Perry de Louw, Janneke Pouwels (Deltares), Flip Witte (FWE), Gé van den Eertwegh (KnowH2O), Effecten van beregening uit grondwater op het watersysteem tijdens de droogte van 2018, 3 maart 2022.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  18. Piet Verdonschot, Universiteit van Amsterdam, 22 augustus 2013

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  19. Interview met Investico 4 januari 2023

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  20. De selectie waterschappen die Investico ondervroeg is dezelfde als bij de eerdere uitvraag over grondwateronttrekkingen: Vallei en Veluwe, Brabantse Delta, Aa en Maas, Hunze en Aa’s, De Dommel, Vechtstromen, Limburg, en Rijn en IJssel.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  21. Interview met Investico 3 januari 2023

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  22. Interview met Investico 27 januari 2023

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  23. Interview met Investico 31 januari 2023. Lees hier meer over de afspraken die Stichtse Rijnlanden maakte met de fruittelers in haar omgeving.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  24. Meer specifiek stelt de provincie de ruimtelijke ordening vast in een Structuurvisie en geeft de gemeente daar meer invulling aan in een Omgevingsvisie.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  25. Lees hier meer over Marten Dijkstra en De Skâns.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  26. Kenniscentrum Bodem en Funderingen, Waarom is bodemdaling een probleem?

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  27. Lees er hier meer over op de website van het CBS.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  28. Het hangt er natuurlijk vanaf hoe groot de kolencentrale in kwestie is. We hebben hier gekozen voor die van de Onyx-centrale op de Maasvlakte, een gemiddeld grote. De uitstoot daarvan is ongeveer 3 megaton per jaar.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  29. Lees er hier meer over op de website van het Klimaatakkoord.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  30. In het programma ‘Foarút mei de Fryske Feangreiden’ identificeren de provincie en het Wetterskip twee gebieden die aan de slag willen ‘Aldeboarn - De Deelen’ (waar Marten Dijkstra boert) en ‘Hegewarren’. Vijf andere gebieden (Idzegea, Brekkenpolder, Groote Veenpolder en Grouster Leechlân) zijn ook kansrijk om de peilen te verhogen, maar daar willen de boeren er nog niet aan.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  31. Investico stuurde een uitvraag aan alle waterschappen met veengronden in hun gebied, te weten Wetterskip Fryslan, Noorderzijlvest, Drentse en Overijsselse Delta, Rijnland, Schieland en Krimpenerwaard, Delfland, Amstel, Gooi & Vecht en Stichtse Rijnlanden. Hieruit blijkt dat veel waterschappen aan ‘passieve verhoging’ van het grondwaterpeil doen, en dat actief verhogen eigenlijk alleen in natuurgebieden gebeurt.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  32. Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Kamerbrief ‘Water en Bodem Sturend’, 25 november 2022.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  33. Zo moet Nederland in 2027 voldoen aan de Europese Kaderrichtlijn Water, de Nitraatrichtlijn, en de Natura 2000-doelen.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  34. Het gaat hier om de zogenoemde Beslisnota’s, die in het kader van de ‘nieuwe bestuurscultuur’ sinds juli 2021 worden gepubliceerd bij grote Kamerbrieven. Deze door ambtenaren geschreven documenten bevatten meer achtergrondinformatie op basis waarvan de ministers en staatssecretarissen hun keuzes maken. In de beslisnota van 3 november staat te lezen dat deze twee maatregelen ‘zeer belangrijk voor LNV/LTO’ zijn, en dat de ‘tekst van de structurerende keuze is verzacht’ c.q. ‘de maatregel niet in de brief is opgenomen’.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  35. Het gaat om twee conceptteksten voor de Kamerbrief, van 4 augustus 2022 en 20 september 2022. Met name de tekst van het eerste concept is een stuk vergaander en explicieter.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  36. Lees het kernpuntenverslag van de wetenschappelijke reviewcommissie hier terug. De geciteerde passage staat onder paragraaf 5 ‘Doorwerking’.

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  37. Interview met Investico 10 februari 2023

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

  38. LTO, Webinar over de Kamerbrief ‘Water en Bodem Sturend’ , 2022

    https://s.w.org/images/core/emoji/14.0.0/72x72/21a9.png

The post Geen tijd meer om te polderen (geannoteerd verhaal) appeared first on Investico.

https://www.platform-investico.nl/artikel/geen-tijd-meer-om-te-polderen-geannoteerd-verhaal/