Zo bouwt Extinction Rebellion een weerbare beweging op (en voorkomt het burn-outs) (Vrij Nederland)

Het is een warme dag in juni. Op het Stationsplein voor Utrecht Centraal liggen zo’n vijftien activisten op de grond. Ogen dicht, ledematen slap, alsof ze daar plots dood zijn neergevallen. Samen vormen ze het logo van Extinction Rebellion: een cirkel om de aarde te symboliseren met daarin een zandloper als symbool voor de tijd die dringt.

Een halfuur lang trekken de liggende activisten veel bekijks. Er worden flyers uitgedeeld en gesprekken aangeknoopt met omstanders. Iemand schrijft met stoepkrijt ‘De Klimaatcrisis Doodt’ op de grond. Een groepje scholieren blijft verbaasd staan kijken: ‘Wat is deze?!’

Nienke van Ittersum (25) doet mee aan deze die-in. In maart 2019 sloot ze zich aan bij de beweging, die enkele weken daarvoor naar Nederland was overgewaaid vanuit het Verenigd Koninkrijk. Als student Humanistiek is Nienke veel bezig met geestelijk welzijn. Daarom zit ze in het wellbeing team van XR, dat de activisten gezond en tevreden houdt tijdens demonstraties.

Bij Extinction Rebellion wordt na iedere actie een debrief gedaan. Hoe ging het? Hoe voelde je je?

Na afloop van de actie zoekt de groep een rustig plekje op om na te praten. Ze vinden het belangrijk dat iedereen met een goed gevoel weer naar huis gaat. Met het oog op de wellbeing ging het prima, vertelt Nienke. ‘Er is niemand verbrand in de zon, dus ik ben blij.’

Zo gaat het bij XR: na iedere actie wordt een debrief gedaan. Hoe ging het? Hoe voelde je je? Zittend in een cirkel, meestal op de grond, krijgt iedereen even het woord. Vaak gaat er fruit of een pak (veganistische) koekjes rond.

Duurzame beweging

Extinction Rebellion is in 2018 opgericht door een groep Britse activisten, die eerder aangesloten waren bij de actiegroep Rising Up!,  en is inmiddels uitgewaaierd naar meer dan zeventig landen. De Nederlandse tak begon ruim een jaar geleden. Door middel van acties van burgerlijke ongehoorzaamheid, zoals het blokkeren van een straat, wil de groep hardere politieke maatregelen tegen de klimaatopwarming afdwingen. Dat deden ze bijvoorbeeld afgelopen oktober een dag lang bij de weg voor het Rijksmuseum.

Doordat de beweging decentraal georganiseerd is – en er daarom geen officiële leiders zijn – kan iedereen een afdeling van XR beginnen. Voorwaarde is wel dat je je aan de tien kernwaarden houdt. Eén daarvan is het creëren van een regenerative culture: een cultuur die gezond en weerbaar is, zodat de beweging en haar leden lang mee kunnen gaan. Duurzaamheid dus, in de breedste zin van het woord.

Voor veel activisten is de drang groot om zo veel mogelijk te protesteren. Iedere dag telt. En hoe verleidelijk dit ook is, bij Extinction Rebellion weten ze dat het succes van de beweging afhangt van de (mentale) gezondheid van hun leden. Als die na twee, drie maanden allemaal een burn-out krijgen omdat ze niet hebben geslapen en hun tentamens niet gehaald hebben, stoppen ze er vroeg of laat mee. Bovendien bestaat XR vooralsnog voornamelijk uit twintigers en dertigers: de groep die toch al vaak kampt met burn-outs en andere mentale klachten.

Zelfs de meest bevlogen activisten moeten af en toe naar huis om op de bank te hangen.

Het is deze regenerative culture die XR onderscheidt van andere actiegroepen zoals de Occupybeweging, die snel opkwam en ook weer snel opbrandde. Door het idee van regenerative culture vanaf het begin te vervlechten met de filosofie en structuur van de beweging hoopt XR een uitzondering te zijn op de regel dat activistische groepen vroeg of laat uit elkaar vallen.

In de praktijk betekent dit dat XR veel meer doet dan alleen actievoeren en daarover vergaderen. Wekelijks zijn er etentjes, yogalessen, kledingreparatiecursussen en filmavonden. Meer nog dan een actiegroep is Extinction Rebellion een community. ‘Als je elkaar kent, kun je ook beter voor elkaar zorgen’, legt Nienke uit. ‘Tijdens een vergadering zeg je dan sneller: ik zie dat je er moe uitziet, wees maar wat terughoudender met ja zeggen op taken. Volgens mij heb je al genoeg te doen.’

Zo moeten zelfs de meest bevlogen activisten af en toe naar huis om op de bank te hangen.

Een minuut stilte

Voor potentiële nieuwe rebellen en andere geïnteresseerden worden er door heel Nederland introductiepraatjes gehouden met de titel ‘Headed for extinction and what to do about it?’. In het eerste deel van de twee uur-durende powerpointpresentatie worden de aanwezigen bijgepraat over de huidige stand van klimaatzaken: de bosbranden in Australië, de rapporten van het IPCC, de klimaattoppen, de lijstjes en de cijfers. Hierna wordt standaard een minuut stilte ingelast, zodat men de kans krijgt om deze stortvloed aan behoorlijk deprimerende  informatie te laten bezinken.

Wie meer nodig heeft dan die ene minuut, kan terecht bij een rouwcirkel. In deze sessies van een uur of drie komen mensen bij elkaar om hun gevoelens – angst, verdriet, frustratie, eenzaamheid – over de klimaatcrisis te delen. ‘Het is heel verleidelijk om te doen alsof het verdriet er niet is, om het te onderdrukken. Tijdens een rouwcirkel krijgen mensen de ruimte om het echt te voelen,’ vertelt Sandra Kuiters (37). Naast haar werk als psycholoog zet Sandra zich sinds mei 2019 in voor Extinction Rebellion.

‘Vooral in stressvolle situaties, zoals tijdens een blokkade, is de neiging groot om alleen maar rationeel bezig te zijn’, legt ze uit. ‘Als je kijkt naar hoe actievoeren vroeger ging, dan zie je dat het alleen doelgericht was, zonder dat mensen wisten hoe het met elkaar ging. Dat is bij Extinction Rebellion heel anders.’

Met onze ogen dicht doen we een check-in: hoe voel je je op dit moment?

Zelf heeft Sandra ook last gehad van angst en neerslachtigheid over het klimaat. ‘Het voelde heel raar om door te leven alsof er niks aan de hand was. Ik werd angstig omdat andere mensen de ernst ervan niet inzagen, of dachten dat het allemaal wel goed kwam.’ Sinds ze is gaan actievoeren is dat gevoel minder. ‘Het geeft de zingeving die ik eerst miste.’

Rouwcirkel

Op een zondagochtend in januari wordt in Amsterdam een rouwcirkel gehouden in een antikraakpand dat XR sinds kort tot haar beschikking heeft. Er zijn geen ramen, tl-buizen verspreiden een vaal licht. Op de grond liggen matrassen, kussens en dekens verspreid. ‘Een behoorlijk deprimerende ruimte’, merkt een van de deelnemers op.

Sandra leidt de sessie vandaag. Om haar nek hangt een ketting met het XR logo. We zijn met z’n zessen en beginnen – hoe kan het ook anders – zittend in een cirkel. Met onze ogen dicht doen we een check-in: hoe voel je je op dit moment? Wat gaat er door je hoofd, hoe voelt je lichaam? Een voor een delen we het in de groep.

We staan op voor de eerste oefening: loop door de ruimte, kies een partner en kijk elkaar in de ogen. Ik kom tegenover Willemien te staan. Wij hebben elkaar eerder ontmoet tijdens de actieweek in oktober. Behalve dat ze moeder is van twee kinderen die ongeveer mijn leeftijd hebben, weet ik weinig over haar. Tien, twintig seconden lang staan we zo. Oog in oog. Ineens begint haar lip te trillen.

Als we weer in de cirkel zitten, vertelt Willemien wat er in haar omging. ‘Ik zie een mooie, jonge vrouw voor me staan, en dan denk ik: ik wil dat jij ook een goede toekomst hebt. Ik voel medelijden, compassie. En eigenlijk vind ik het ook moeilijk om dit nu te delen, omdat het zo negatief is.’

‘Business as usual’

In de eerste plaats strijdt Extinction Rebellion voor hardere politieke actie om de klimaatcrisis tegen te gaan. Maar het gaat verder dan dat: de beweging pleit voor systeemverandering. In het handboek van XR, This is not a drill, uitgegeven door Penguin Publishers in het Verenigd Koninkrijk, leggen leden uit waar de beweging om draait. Sam Knights, een van de oprichters, stelt in zijn essay dat de problemen veel verder reiken dan klimaatopwarming alleen.’The problem is, unfortunately, not just the climate. [..] The problem is capitalism. The problem is colonialism. [..] The problem is greed, and corruption, and money, and this tired, broken system.’

In hetzelfde boek schrijft milieurecht advocaat Farhana Yamin dat de normale politiek heeft ons tekort gedaan. Wat XR en andere bewegingen – de Sunrise beweging in de VS, het spijbelen van Greta Thunberg, de BirthStrike beweging – gemeen hebben, schrijft ze, is dat ze de neoliberale economie en de ‘business as usual’-politiek geheel afwijzen. De manier waarop het tot nu toe is gegaan werkt niet – de CO2-uitstoot en ecologische destructie blijven toenemen. Dus moet het radicaal anders. Yamin pleit ervoor een nieuwe samenleving te vormen, een die gebaseerd is op liefde, rechtvaardigheid en de grenzen van de planeet.

Lees ook Ondanks alles heeft klimaatjournalist David Wallace-Wells nog hoop voor onze aarde 11 februari 2020

‘Enkel en alleen zeggen dat de CO2-uitstoot omlaag moet, is symptoombestrijding,’ vult Nienke aan. ‘We leven in een cultuur waarin we telkens te veel van onszelf vragen, te veel van onze naasten vragen, en te veel van onze natuur vragen. Als we niet fundamenteel iets veranderen, zal dat blijven gebeuren. Om het klimaatprobleem echt op te lossen hebben we een regenerative culture nodig.’

Wat doe je als de mensen om je heen niks willen horen over de klimaatproblematiek?

Het doet denken aan de donuteconomie, een model van econoom Kate Raworth waarbij het sociaal fundament wordt gerealiseerd zonder de grenzen van de aarde te overschrijden. De filosofie van Extinction Rebellion richt zich echter niet alleen op de economie maar op alle aspecten van het leven. De regenerative culture wordt geïmplementeerd op meerdere lagen: zorgen voor jezelf, voor elkaar tijdens acties, voor goede onderlinge relaties, voor je gemeenschap, voor de bredere gemeenschap (de maatschappij) en de planeet.

‘Het leven vieren’

In de keuken van het antikraakpand staan vier jonge mensen wortels, uien en bleekselderij in kleine stukjes te hakken. Er wordt hier op zondag gekookt voor de rest van de week. Iedereen is welkom om een vegetarische maaltijd te komen eten.

Ondertussen gaan we verder met de rouwcirkel. Het is tijd om te praten. Over vervreemding: wat als de mensen om je heen niks willen horen over de klimaatproblematiek? Als ze doen alsof er niks aan de hand is? Over eenzaamheid: die je kan voelen bij je vrienden en familie, maar ook binnen de beweging. En over het steeds terugkerende dilemma: hoe geniet je van het leven, terwijl de kennis over de steeds erger wordende klimaatcrisis op je drukt?

Blijf vrij van geest. Lees onze nieuwsbrief.
Ontvang de beste verhalen van Vrij Nederland in je mail, twee keer per week.

In de gesprekken worden ervaringen en gevoelens gedeeld, maar oplossingen blijven uit. Daar gaat het hier niet om. ‘Om echt dingen te doorvoelen, moet er vooral ruimte zijn. Te snel naar oplossingen willen, zorgt ervoor dat je je hoofd ingaat,’ legt Sandra uit. En dat is nou juist niet de bedoeling van een rouwcirkel. Ter afsluiting wordt er nog even gedanst. ‘Even alle zwaarte loslaten, het leven vieren!’

Dan is het eten klaar. Grote kommen courgette-linzensoep en kikkererwtencurry met rijst.

Lees ook Nee, een duurzame wereld begint niet bij jezelf. Een pleidooi tegen consumentenactivisme 18 november 2019

Of het nu gaat om de verplichte check-in aan het begin van een vergadering, de talloze sociale activiteiten om elkaar beter te leren kennen of de periodes van rust na een grote actieweek: het maakt allemaal deel uit van de onderliggende filosofie van XR.

In bewegingen waar de focus ligt op burgerlijke ongehoorzaamheid (en de onvermijdelijke arrestaties) wordt het belang van voor elkaar zorgen weleens over het hoofd gezien. Maar wil je het systeem veranderen, dan zal je moeten beginnen bij jezelf, vinden ze bij XR. ‘Goed voor jezelf en elkaar zorgen is een voorwaarde’, zegt Sandra, ‘als je dat niet doet, lukt de rest ook niet.’

Charlotte Nijhuis is masterstudent Journalistiek en Media aan de Universiteit van Amsterdam en maakt voor haar afstuderen een documentaire over Extinction Rebellion.

Het bericht Zo bouwt Extinction Rebellion een weerbare beweging op (en voorkomt het burn-outs) verscheen eerst op Vrij Nederland.

https://www.vn.nl/extinction-rebellion-weerbare-beweging/

Ondanks alles heeft klimaatjournalist David Wallace-Wells nog hoop voor onze aarde (Vrij Nederland)

De twee jaar die aan de publicatie van mijn boek De onbewoonbare aarde voorafgingen had ik mezelf ondergedompeld in klimaatwetenschap, onderzoek dat ik indertijd zag als het product van een soort bewustwording – het soort dat ooit misschien een openbaring genoemd zou worden, aangezien de toekomstscenario’s die wetenschappers schetsten mij ertoe noopten om mijn kijk op de wereld en op de ontwikkelingen in de komende decennia volledig te herzien.

Ook het schrijven zelf was een verwerking van, of beter gezegd een worsteling met de mate waarin die nieuwe kennis inbreuk had gemaakt op de intuïtieve inzichten waarmee ik dat onderzoek was ingegaan, als talismannen van mijn eigen naïviteit.

Toen ik de laatste pagina’s schreef, wist ik genoeg om in te zien dat maar weinig oppervlakkige aannames over de oplosbaarheid van de klimaatcrisis een echte confrontatie met de absolute nietsontziendheid van die crisis zouden kunnen doorstaan. En toch was ik nog vol enthousiasme – over de droom van een waarachtig inclusief, wereldwijd, zelfs universeel perspectief op het lot van de planeet en diegenen die erop hopen te leven.

Natuurlijk is die gelukkiger toekomst mogelijk; het enige wat daarbij in de weg staat zijn wijzelf.

En ik geloofde oprecht dat we, door ervoor te kiezen op die manier naar het klimaat te kijken, nog steeds een leefbare, bevredigende, rechtvaardige en welvarende toekomst voor de wereld konden veiligstellen. Althans relatief leefbaar, relatief bevredigend, relatief rechtvaardig en relatief welvarend, aangezien we al leven op een planeet die lijdt onder klimaatverandering, en al zien hoe gemakkelijk vermoedens van hulpbronnenschaarste leiden tot de rechtvaardiging van hulpbronnenafgunst, en tot het voor lief nemen, uit naam van diegenen die het voorrecht genieten van een aangenaam en zeker bestaan, van het disproportionele leed van diegenen die het slechtst af zijn.

Natuurlijk is die gelukkigere toekomst mogelijk; het enige wat daarbij in de weg staat zijn wijzelf, en de hindernissen die we overal hebben opgeworpen, waar we ons overheen moeten worstelen om überhaupt enige vooruitgang te boeken. De vraag is hoeveel vertrouwen we nog mogen hebben in onze kansen – kansen die decennialang elke dag kleiner leken te worden, verdrongen door co2-concentraties en giftige deeltjes, zoals een kamer die volstroomt met gas. Onze enige kamer.

een nieuw uitstootrecord

Het afgelopen jaar is de wetenschap blijven doormarcheren, en zijn onderzoekers even hard op de trom blijven slaan, of zelfs nog harder: gletsjers smelten sneller, net als permafrost; hittegolven en natuurbranden vestigen nieuwe records. Volgens geloofwaardige rapporten staan er misschien wel een miljoen soorten op het punt van uitsterven. Wetenschappers stellen op basis van nieuwe modellen dat de verwachte uitstoot deze eeuw voor aanzienlijk meer opwarming zou kunnen zorgen dan voorheen gedacht werd, en dat onze planeet al in de volgende eeuw zijn vermogen om wolken te creëren zou kunnen kwijtraken. Wat op zichzelf al voor acht graden Celsius extra opwarming kan zorgen.

Het grootste nieuws kwam nu eens niet uit de wetenschap, maar uit de politiek

Misschien is het fatalistisch om je af te vragen of vijf graden onze beschaving te gronde zou richten, of in elk geval grote schade zou berokkenen; het is dom om je niet hetzelfde af te vragen bij dertien graden.

Maar het grootste nieuws kwam nu eens niet uit de wetenschap, maar uit de politiek. Wetenschappers en pleitbezorgers die alleen maar perioden van totale passiviteit hadden meegemaakt – perioden waarin elk jaar stond voor een verdere stap terug met een nieuw uitstootrecord – lieten me weten dat ze zich nog nooit eerder zo optimistisch hadden gevoeld.

De Verenigde Naties brachten een baanbrekend rapport uit, waarin in niet mis te verstane bewoordingen werd geschetst wat onbelemmerde opwarming alleen al in de komende decennia voor gevolgen zou hebben, en welke mate van gezamenlijke, gecoördineerde inspanning vereist zou zijn om dat te voorkomen – een mobilisatie van wereldoorlogachtige proporties, meldde het rapport, in termen die veel alarmerender en urgenter klonken dan alle eerdere publicaties van dit soort organen. De secretaris-generaal waarschuwde dat die mobilisatie binnen enkele maanden zou moeten beginnen.

Op dat moment was Greta Thunberg nog een onbekende Zweedse scholier, die elke vrijdag stilletjes spijbelde om te protesteren tegen de laksheid van haar land ten aanzien van klimaatverandering; in de maanden daarna ontwikkelde zij zich tot een soort Jeanne d’Arc van de klimaatbeweging, sprak ze zonder een blad voor de mond te nemen de Verenigde Naties en het World Economic Forum toe, en inspireerde ze miljoenen mensen in heel Europa en de rest van de wereld om ook te spijbelen.

In het Verenigd Koninkrijk liet datzelfde najaar de beweging Extinction Rebellion van zich horen door vijf bruggen in het centrum van Londen te bezetten; hun eerste eis was eenvoudigweg: vertel de waarheid.

Er geloven meer Amerikanen in klimaatverandering dan ooit tevoren, meer Amerikanen zijn er bezorgd over en meer zijn erdoor gealarmeerd.

In de Verenigde Staten gebeurde er iets vergelijkbaars: de Sunrise Movement bestormde het kantoor van Nancy Pelosi, kandidaat-voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, en wist met hulp van de nieuw gekozen klimaatheld Alexandria Ocasio-Ortez de zogenoemde Green New Deal, een programma voor energietransitie, hoog op de politieke agenda te krijgen – een ongekende stap, aangezien veel Democraten in de tijd van Obama zelfs een bescheiden programma op dat gebied al te radicaal vonden. De partij heeft een serieuze presidentskandidaat die zich uitsluitend op het klimaat richt, Jay Inslee, en ook in de campagne voor de voorverkiezingen lijkt iedereen die Donald Trump wil wippen bezig te zijn met een soort klimaatveranderingswapenwedloop, waarbij het erom gaat wie zich het meest serieus en het meest ambitieus betoont ten aanzien van de bedreiging die ze zonder uitzondering ‘existentieel’ noemen.

politiek droombaar

Opiniepeilingen geven maar zelden de enorme dynamiek van politieke wendingen weer, en vervlakken hele landschappen van intensiteit tot een handjevol algemene antwoorden, maar ook de uitslagen daarvan sprongen in het oog. Er geloven meer Amerikanen in klimaatverandering dan ooit tevoren, meer Amerikanen zijn er bezorgd over en meer zijn erdoor gealarmeerd – het aantal Amerikanen dat liet weten zich druk te maken over de opwarming van de aarde lag zelfs hoger dan het aantal dat zei te geloven dat er overweldigende wetenschappelijke consensus was over dat verschijnsel, waaruit op ironische wijze blijkt dat desinformatiecampagnes maar een beperkte reikwijdte hebben. In sommige gevallen was het percentage dat zich bezorgd toonde in één jaar tijd met tien procentpunten gestegen.

Uiteraard is de macht in de wereld niet in handen van de publieke opinie – en als die al invloed uitoefent, verloopt dat doorgaans traag. Zelfs sommige milieuactivisten vroegen zich af hoe serieus de demonstranten waren – waarbij ze discussieerden over de rol van kernenergie of over de vraag of het verstandig is om klimaatvraagstukken te koppelen aan sociale rechtvaardigheid – en, gezien de ervaringen met eerdere, kleinere opwellingen van bezorgdheid na orkaan Katrina en na de publicatie van An Inconvenient Truth van Al Gore, hoe lang ze het allemaal zouden volhouden.

Aangezien de recente geschiedenis van zelfs epische protestbewegingen niet al te inspirerend was, kon je het sceptici niet kwalijk nemen dat ze zich afvroegen wat deze schijnbare opleving in feite betekende: in het afgelopen decennium hadden we Occupy Wall Street gehad, in het decennium daarvoor de mobilisatie tegen de oorlog in Irak, en in de laatste jaren van de vorige eeuw de hevige protesten tegen de wto. Die waren elk meteen daarna als zo ongeveer een totale mislukking bestempeld, een leeggelopen ballon van onvrede die op het manifestatieterrein was achtergebleven, bijna als een herinnering aan de beperkte invloed van demonstraties en de obstakels die echte veranderingen in de weg staan.

Op het wereldpodium is op dit moment plaats voor zowel Greta Thunberg als Jair Bolsonaro.

Ongelooflijk genoeg hebben de betogers die deelnamen aan de klimaatprotesten van het afgelopen jaar in veel minder tijd al veel meer bereikt dan die eerdere bewegingen. Begin 2019 kreeg Greta een toezegging los van de voorzitter van de Europese Commissie dat maar liefst een kwart van alle eu-uitgaven besteed zou worden aan maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan; ze was toen net zestien geworden. Tegen de zomer had het Britse parlement mede onder druk van Extinction Rebellion een klimaatnoodtoestand uitgeroepen – een parlement waarin de Conservatieven het voor het zeggen hadden en dat geheel in de ban was van de tumultueuze brexit. Vlak voor haar aftreden verplichtte Theresa May het land ertoe om in 2050 co2-neutraal te zijn.

Elk van deze toezeggingen was van een serieuzere en ambitieuzere orde dan wat nog maar enkele maanden daarvoor politiek haalbaar – of zelfs droombaar – werd geacht. Maar als we mogen afgaan op het voorzichtige oordeel van de Verenigde Naties, dat we nog hooguit tien jaar hebben om de uitstoot te halveren, waren ze verre van toereikend om een klimaatramp te voorkomen.

geen lineair proces

En toch geldt voor het klimaat wat ook voor alle andere zaken geldt, te weten dat de geschiedenis geen lineair proces is. Op het wereldpodium is op dit moment plaats voor zowel Greta Thunberg als Jair Bolsonaro, die zijn plan doorzet om grote delen van het Amazonegebied in cultuur te brengen en zo de meest productieve co2-put ter wereld de nek om te draaien.

In de Verenigde Staten heeft Michael Bloomberg 500 miljoen dollar toegezegd om een eind te maken aan het gebruik van steenkool, terwijl in China de investeringen in duurzame energie in de eerste helft van 2019 sterk gekelderd zijn – een patroon dat angstwekkend genoeg vervolgens ook in de rest van de wereld te zien was. Amerikaanse oliebedrijven lobbyden voor een co2-belasting, maar vroegen in ruil daarvoor om een moratorium op toekomstige rechtszaken over klimaataansprakelijkheid, en in juni kregen de Democratische presidentskandidaten, die tegen de verwachting in zagen dat de opwarming van de aarde een van de belangrijkste zorgen van de kiezers was geworden, van hun partij te horen dat er geen klimaatdebat zou komen.

In diezelfde maand riep Canada een klimaatnoodtoestand uit en gaf het land al de volgende dag een vergunning af voor een nieuwe oliepijpleiding. Mohammad bin Salman, kroonprins van Saoedi-Arabië, mijmerde in de nasleep van de onder zijn verantwoordelijkheid gepleegde moord op de journalist Jamal Khashoggi over de economische noodzaak om de productie van fossiele brandstoffen in zijn land de rug toe te keren, maar begon enkele maanden later opnieuw de mogelijkheid te onderzoeken van een beursgang voor Aramco, het staatsoliebedrijf, en kreeg toen de volgende G20-bijeenkomst toegewezen.

The New York Times onthulde dat de klimaatsceptici van het Competitive Enterprise Institute, een vooraanstaande libertarische denktank, werden ondersteund door ‘grote ondernemingen, zoals Google en Amazon, die hun inzet voor de aanpak van klimaatverandering tot een speerpunt van hun pr-strategie hebben uitgeroepen’.

klimaathypocrisie

Ik heb voorheen begrip getoond voor een ander type vermeende klimaathypocrisie – mensen die oproepen tot verandering terwijl ze blijven vliegen en hamburgers blijven eten, die waarschijnlijk menen dat de politiek een productievere route biedt dan kiezen voor een andere leefstijl, wat zelfs als alle gelijkgestemden dit voorbeeld volgen maar een beperkte invloed heeft.

Bijna zonder uitzondering zullen de minst machtigen zich het meest moeten aanpassen.

Maar de toenemende hypocrisie van organisaties en personen met echte macht – grote ondernemingen, landen, politieke leiders – wijst op een veel zorgwekkender mogelijkheid. Die is des te verontrustender omdat we er zo vertrouwd mee zijn vanuit andere politieke domeinen: dat praten over het klimaat niet de aanzet geeft tot actie, maar een alibi, een dekmantel wordt voor laksheid en onverantwoordelijkheid, waarbij de machtigste mensen ter wereld eensgezind met twee monden zingen, in een koor dat weinig meer produceert dan het lied.

Intussen moeten de minder machtigen er maar gewoon aan wennen – bijna zonder uitzondering zullen de minst machtigen zich het meest moeten aanpassen. Dat is de echte dreiging achter de redelijk klinkende term ‘normalisering’, die dreigt gebruikt te gaan worden voor de genadeloze aanpassingen in het leven van miljarden van de armsten ter wereld, in landen die volgens één onderzoek in de afgelopen decennia al een kwart aan potentiële economische groei zijn misgelopen vanwege klimaatverandering.

Normalisering zal ook van invloed zijn op het leven van de rijken in de wereld, die niet meer zo veilig zullen zijn voor de natuurkrachten als ze zich de afgelopen decennia hebben gewaand.

opeengehoopte machinerie

Zolang we geen ingrijpende maatregelen nemen om de hele opeengehoopte machinerie van het moderne leven opnieuw vorm te geven zonder co2, kunnen we ons troosten met de wrange gedachte dat de wereld altijd met droogte en overstromingen en orkanen, met hittegolven en hongersnoden en oorlogen te maken heeft gehad.

Te vaak zien oppervlakkige waarnemers de crisis in versimpelde termen, alsof de universaliteit van gevolgen betekent dat ze uniform zijn.

We zullen waarschijnlijk last krijgen van paniekaanvallen – sommigen van ons, op sommige momenten – als we bedenken dat een toekomst waarin we zoveel meer van dit soort calamiteiten zullen meemaken op dit moment zo onleefbaar, onmenselijk, zelfs ondenkbaar lijkt. In de tussentijd gaan we door met onze dagelijkse beslommeringen alsof de crisis niet zo aanwezig is. En houden we ons staande in een wereld die steeds meer wordt bepaald door de genadeloosheid van klimaatverandering door ons te fixeren op deelproblemen en de kop in het zand te steken, door ons te beklagen over onze verbrande politiek en onze verkoolde kijk op de toekomst, maar die slechts zelden in verband te leggen met de verhitting van onze planeet, en door zo nu en dan vooruitgang te boeken en onszelf daar vervolgens op de borst voor kloppen. Ook al was het nooit genoeg vooruitgang, en nooit op tijd.

Maar wie zijn die ‘wij’? Dat is waarschijnlijk de vraag die me het meest heeft beziggehouden, nu zorgen over rechtvaardigheid terecht een plaats hebben gekregen in het centrum van het klimaatdebat. Te vaak zien oppervlakkige waarnemers de crisis in versimpelde termen, alsof de universaliteit van gevolgen betekent dat ze uniform zijn, in plaats van bepaald door ongelijkheid. En alsof de zeer uiteenlopende varianten voor het verdere verloop betekenen dat er maar twee toekomsten mogelijk zijn – dat we hetzij de opwarming van de aarde de baas worden, hetzij moeten toezien hoe die ons de baas wordt.

De schade door de opwarming is al ongelijk verdeeld en dat zal vermoedelijk nog verergeren.

Verreweg de meest waarschijnlijke uitkomst is iets onduidelijkers, dat niet wordt bereikt door een of ander ei van Columbus of door politieke revoluties of eng nationalisme of de revanchistische triomf van het eigenbelang van ondernemingen, maar door een of ander rommelig mengsel van dit alles, plus andere elementen. Hoe je kijkt naar die toekomst, besmeurd door een nu nog onkenbare hoeveelheid klimaatleed, en de mate waarin die jou afschrikt en motiveert en boos en bang maakt, zegt waarschijnlijk veel over hoe je denkt over ‘wij’ en ‘ons’ en ‘zij’.

Blijf vrij van geest. Lees onze nieuwsbrief.
Ontvang de beste verhalen van Vrij Nederland in je mail, twee keer per week.

Op deze grote vraag biedt klimaatverandering zelf zulke uiteenlopende antwoorden dat het lastig kan zijn om ze allemaal tegelijk in gedachten te houden. De schade door de opwarming is al ongelijk verdeeld en dat zal vermoedelijk nog verergeren – binnen gemeenschappen, binnen landen, en wereldwijd. Diegenen die de macht hebben om betekenisvolle veranderingen door te voeren zijn vaak degenen die op dit moment het best beschermd zijn tegen de opwarming; in veel gevallen zijn zij degenen die profiteren, vaak juist in ruime mate, van lijdelijk toezien.

En toch is klimaatverandering ook, onmiskenbaar, iets waar we allemaal bij betrokken zijn, iets wat het leven van ons allemaal op zijn kop dreigt te zetten als we onze koers niet wijzigen. Ook de oplossingen, als we ons die durven voor te stellen, gelden voor de hele wereld. Waardoor een universele taal volgens mij, zelfs als die niet volledig klopt, niettemin gepast en illustratief en inderdaad motiverend is, willen we enige kans maken om zelfs maar de hoop te behouden op die gelukkiger toekomst – relatief leefbaar, relatief bevredigend, relatief welvarend, en misschien meer dan slechts relatief rechtvaardig. Verklaar me gerust voor gek, of beter gezegd voor naïef, maar ik denk nog steeds dat het kan.

Dit is een bewerkte versie van het nawoord dat David Wallace-Wells schreef voor de vierde druk van De onbewoonbare aarde (De Bezige Bij, 368 p., € 22,99)

Wallace-Wells’ boek vormde de aanleiding voor een nieuwe serie voor HBO MAX. De releasedatum is nog niet bekend.

Het bericht Ondanks alles heeft klimaatjournalist David Wallace-Wells nog hoop voor onze aarde verscheen eerst op Vrij Nederland.

https://www.vn.nl/david-wallace-wells-nawoord-onbewoonbare-aarde/

Waardoor is de millennial van slag? Op zoek naar antwoorden met Denker des Vaderlands Daan Roovers (Vrij Nederland)

SoundCloud

Deze dienst is alleen beschikbaar wanneer alle cookies zijn geaccepteerd

Wijzig cookie voorkeur

Liever luisteren dan lezen? Menno heeft zijn verhaal ook ingesproken.

Dit gesprek met Daan Roovers moest een gesprek worden over de epidemie van burn-outs en andere geestelijke ellende onder jongeren. Millennials, studenten, ‘generatie Y’: ze zouden gebukt gaan onder stress, studiedruk en een streven naar perfectie. Via de mail vroeg Roovers me vooraf wat research te doen. ‘We moeten een beetje een empirische bodem hebben waar ik mijn analyses op kan loslaten, zodat het geen 1800 woorden feitenvrij gefilosofeer wordt.’

Natuurlijk, voor feitenvrij gefilosofeer word je geen Denker des Vaderlands. Maar toen werd het lastig. Er blijken weinig cijfers te bestaan over burn-outs en depressie, laat staan onder jongeren. De cijfers die er wél zijn, suggereren geen grote stijging. ‘Anders dan de media ons willen doen geloven, is burn-out niet spectaculair gestegen,’ stelde hoogleraar arbeids- en organisatiepsychologie Wilmar Schaufeli vast in De Psycholoog.

Zijn opgebrande jongeren dan wel zo’n ‘kwestie van deze tijd’, waar deze rubriek over dient te gaan? Jawel, maar op een andere manier. ‘Dat jongeren vaker burn-out zijn is niet evident, maar ze ervaren wél vaak de bijbehorende klachten,’ zegt Roovers. ‘Ze benóemen het ook zo. Als mijn studenten een opdracht niet af krijgen, zeggen ze vaak dat ze ziek zijn. Dat is volgens mij niet altijd zo, maar het kan wel een self-fulfilling prophecy worden.’

Watjes

Een cross-analyse van diverse onderzoeken die het Interstedelijk Studenten Overleg uitvoerde, liet zien dat de helft van de studenten zegt te worstelen met problematische stress en een derde met ‘psychische klachten’. Subjectief, maar daarmee niet onwaar.

De millennialeske onderbuik is van slag, en Roovers wil er de stethoscoop tegenaan houden. Zelf kan ik dienen als proefkonijn. Ik ben geboren in 1991, midden in het tijdvak 1981-2000, waarin je geboren moet zijn om millennial te heten. Een echte Y. Daan Roovers, geboren in 1970, is op haar beurt een echte generatie-X’er.

De oorzaak van problemen wordt niet in het systeem gezocht, maar in het individu, ziet Roovers.

De Y en de X spreken elkaar in de sfeervolle werkkamer van de X, in een gebouw voor kantoorunits in Amsterdam. Er staan verweerde houten bureaus en een ouderwets filterkoffieapparaat – kwestie van tijd tot zo’n bakbeest weer hip wordt onder millennials. ‘Interessanter dan of er sprake is van een burn-outepidemie,’ zegt Roovers terwijl ze twee koffiemokken volschenkt, ‘is de vraag: waarom zijn dergelijke termen zo’n aantrekkelijke manier om de situatie te beschrijven?’

Een van de theorieën is dat jongeren van nu watjes zijn. ‘Zo kun je het zien,’ zegt de filosoof, wetende dat deze kritiek van alle tijden is, want in de vierde eeuw voor Christus klaagden Socrates en Plato al steen en been over de luie en ongemanierde Griekse jeugd. ‘Maar je kunt je ook afvragen of de samenleving niet veel strenger en harder is geworden. En of er niet meer verantwoordelijkheid naar het individu is verschoven.’

Daan Roovers

Filosoof Daan Roovers (Veghel, 1970) is sinds maart 2019 en tot en met maart 2021 Denker des Vaderlands. Ze werkt voor de Universiteit van Amsterdam en het Amsterdamse debatcentrum De Rode Hoed en was tussen 2001 en 2015 hoofdredacteur van Filosofie Magazine. Roovers is groot pleitbezorger van publieksfilosofie, waarbij filosofie een activiteit is die hardop en midden in de samenleving wordt uitgevoerd en waaraan elke burger kan deelnemen. In 2020 leggen we haar in elke maand een grote vraag voor. Dit is aflevering 1.

Vrijgepleit

Dat laatste ziet Roovers overal. De oorzaak van problemen wordt niet in het systeem gezocht, maar in het individu. Die mag het oplossen. ‘Neem studiedruk. Je kunt onderzoeken wat er aan de hand is met de universiteiten en het onderwijsbeleid van de overheid. Maar je kunt studenten ook allemaal individueel naar een psycholoog of dokter sturen. Dat laatste is in deze neoliberale maatschappij efficiënter, want dan is het systeem vrijgepleit.’

Het individualiseren van problemen gaat hand in hand met het medicaliseren ervan. ‘Je krijgt een label dat je recht op een behandeling geeft en op een gegeven moment word je weer terug het systeem in begeleid, dat onveranderd is gebleven. Als op een afdeling vier van de twintig werknemers burn-out zijn, worden die alle vier naar een coach gestuurd in plaats van dat er naar de cultuur gekeken wordt.’

Het grote verschil met vorige generaties, zegt Roovers, is dat de vooruitzichten voor jongeren nu echt minder goed zijn.

Terwijl vaak goed hard te maken is dat er fouten in het systeem schuilen. Neem het leenstelsel, dat studenten opjaagt om zo snel mogelijk af te studeren. Of de woning- en arbeidsmarkt, waar wél cijfers over te vinden zijn. Waar in 2014 bijna de helft van alle woningen naar starters ging, was dit afgelopen jaar nog maar een kwart, aldus een recent rapport van de Sociaal-Economische Raad. Uit dat rapport blijkt ook dat jongeren steeds later een vaste baan krijgen en vaker flexwerk doen.

Vooruitzichten

Het grote verschil met vorige generaties, zegt Roovers, is dat de vooruitzichten voor jongeren nu echt minder goed zijn. Hun vertrouwen in de economische, sociale en politieke toekomst is gekelderd tot recordlaagte, zo suggereert de 2019-editie van de jaarlijkse Deloitte Millennial Survey, uitgevoerd onder 13.000 jongeren in 42 landen. Zoals bij oudere generaties de onderbuik rommelt omdat ze het verleden teloor zien gaan, zo zien jongeren juist hun toekomst wegglippen.

‘Burn-outklachten hebben te maken met bestaansonzekerheid,’ zegt Roovers. ‘Het zou beter zijn om een actieplan op de economische ontwikkelingen te zetten dan op de klachten die eruit voortkomen.’

Als zzp-journalist zonder koophuis, vast contract of rente op mijn spaargeld vind ik het wel een verleidelijk idee om de schuld bij een vormloze vijand als ‘de economie’ of het neoliberalisme te kunnen leggen. Fuck the system!

Maar dat is ook weer niet de bedoeling, maakt Roovers duidelijk. Omstandigheden spelen mee, maar pleiten nooit vrij. ‘Als je bij stress bijvoorbeeld meteen zegt dat je “overspannen” bent, kan dat een manier zijn om niet onder ogen te zien dat je om problemen heen loopt, dat je bijvoorbeeld te laat bent begonnen.’

Autonomie

Ondanks alle individualisering zijn jongeren volgens de Denker tegenwoordig te weinig individu. Ze kunnen iets leren van Aristoteles. ‘Die zei: je moet karakter ontwikkelen om je staande te houden in de loop der dingen. De omstandigheden veranderen voortdurend. Wat je daartegenover kunt stellen is alleen jezelf, je duurzame karakter.’

De huidige vorm van individualisering maakt het individu niet sterker, maar zwakker, legt Roovers uit. Ze spreekt van een tijd van ‘massa-individualisme’ waarin met name jongeren zich continu met elkaar vergelijken. ‘Er is een voortdurende competitie tussen mensen van jouw leeftijd en jouw opleidingsniveau. We gaan op in wat anderen doen, wat anderen verwachten. Het individu biedt te weinig weerstand.’

Als je overal heen kunt, is het moeilijk om te weten waar je moet zijn.

Hebben we verleerd om onafhankelijk te zijn? ‘Gebrek aan autonomie’ is een van de meest genoemde oorzaken van burn-outklachten. ‘Autonomie is een lastig begrip. Immanuel Kant definieerde het als “jezelf de wet kunnen stellen”. Dus niet “doen waar je zin in hebt”, maar je herkennen in een wet en die mede zelf vormgeven. Er is een zekere structuur nodig voor autonomie.’

Losse schroeven

Structuur! Misschien is dat de missing link. Als freelancer met een Swapfiets ben ik de stereotiepe structuurloze millennial. Niet dat ik terug zou willen naar de tijd van keurslijven, maar de huidige situatie is ook niet alles. ‘Tegenwoordig ligt de wereld open,’ zegt Roovers. ‘Maar dat is nog niet hetzelfde als autonomie ervaren. Want er komen voortdurend mogelijkheden op je af waar je iets mee moet. Je kunt studeren wat je wilt en waar je wilt, ook in het buitenland, je kunt een tussenjaar nemen.’

Als je overal heen kunt, is het moeilijk om te weten waar je moet zijn. Vroeger lieten veel mensen zich de weg wijzen door een geloofsovertuiging, maar die vorm van structuur is sinds de ontkerkelijking verdampt. Andere vormen van overtuiging die je de weg wijzen, zoals ideologie, zijn ook minder vanzelfsprekend geworden. ‘Bij jongvolwassenen hoort een soort dogmatisme, overtuigd zijn van je gelijk, precies weten hoe de wereld in elkaar zit. Dat lijkt nu op losse schroeven te staan.’

De wereld is zó groot geworden dat het moeilijk is om betrokken te zijn, zegt Roovers. ‘Socrates, Plato en Aristoteles leefden in de overzichtelijke stadstaat Athene en konden zich permitteren om over het lot van de wereld na te denken. Eeuwen later, in het veel grotere Romeinse Rijk, richtten de filosofen zich meer op een individuele ethiek. De schaal van de politieke problemen werd te groot om over het lot van de wereld na te denken. Dat zie je nu eigenlijk weer. Binnen een minuut kun je kennisnemen van alle ellende op de wereld, van bosbranden in Brazilië tot de situatie in Hongkong. Dat maakt je qua handelen apathisch, want waar moet je beginnen als je de wereld wilt verbeteren?’

Een paar dagen na dit interview zendt Nieuwsuur een item uit over ‘klimaatdepressie’ onder jongeren. ‘Er is sowieso een hoger stressniveau onder studenten,’ zegt de opleidingsdirecteur van de Wageningen Universiteit in het item, en bezorgdheid over klimaatverandering ‘is een extra factor’.

Elke minuut is kostbaar

Apathisch of depressief worden hoeft niet de norm te zijn. De klimaatdemonstraties door scholieren en de populariteit van de jongerenclubs van zowel GroenLinks als Forum voor Democratie duiden erop dat de behoefte aan strijden voor een hoger doel blijft bestaan.

Maar die strijd legt het toch af tegen dat wat het heiligste doel van al lijkt: zelfontplooiing. Iets wat samengaat met een streven naar efficiëntie: You only live once, elke minuut is kostbaar. Toen ik naar Roovers’ kantoor fietste, zette ik gauw een leerzame podcast op – de afspeelsnelheid extra hoog.

Roovers haalt Jean-Jacques Rousseau aan. ‘Die zegt dat als je jong bent, je zoveel mogelijk tijd moet verspillen.

Roovers: ‘Dat streven naar efficiëntie hoort erg bij deze tijd, niet alleen onder jongeren. Een activiteit is zelden nog een doel op zichzelf. Sporten is een goed voorbeeld. In het beste geval is het ook leuk, maar het gaat vooral om gezonder worden en je prestaties verbeteren. Ik dacht laatst: wat doe ik nou alleen om de activiteit zelf? Ik heb één ding, en dat is accordeon spelen. Ik ben daar niet goed in, ik kan er geen factuur voor sturen, ik doe het echt alleen voor de lol. Het is belangrijk om zoiets te hebben.’

De productiviteitscultus ontlokt gelukkig een tegenbeweging omdat we ook wel zien dat het burn-outs in de hand werkt. Studentenverenigingen organiseren stiltewandelingen en op Instagram wordt #selfcare gepredikt. Maar ook dat ruikt verdacht: is ontspanning het doel, of tanken we bij om er daarna weer tegenaan te kunnen?

Een paar jaar verspillen

Daan Roovers kijkt wat bezorgd. ‘Kom je hier uit?’ We merken beiden dat het moeilijk is om de vraag te beantwoorden wat het grote probleem van mijn generatie is, ook omdat sommige ontwikkelingen tegenstrijdig zijn. Is er een filosofisch advies waar we hoe dan ook iets mee kunnen?

Roovers haalt Jean-Jacques Rousseau aan. ‘Die zegt dat als je jong bent, je zoveel mogelijk tijd moet verspillen en moet lummelen. Zo’n periode waarin je nog de tijd hebt, is er maar één keer in je leven. Het heersende idee dat je al jong met je toekomst bezig moet zijn, werkt maar in heel beperkte mate. Omdat je pas weet of het leuk is als je ergens bent. Soms moet je eerst de verkeerde keuze maken.’

Maar, sputter ik nog even tegen, dat kost zoveel tijd, en you only live once. ‘Ja,’ zegt de Denker des Vaderlands, ‘maar ja: we leven steeds langer tegenwoordig, dus je mag best een paar jaar verspillen.’

Fotografie Annelie Bruijn
Haar en Make-Up Pascale Hoogstraate @ EE Agency for MUA
Styling Giedre Malinauskaite / NCL Representation

Het bericht Waardoor is de millennial van slag? Op zoek naar antwoorden met Denker des Vaderlands Daan Roovers verscheen eerst op Vrij Nederland.

https://www.vn.nl/daan-roovers-millennials/

Brandweer Amstelveen gaat auto’s wassen om Australische collega’s te helpen (RTVA)

AMSTELVEEN – Donderdag 16 januari kunnen Amstelveners tussen 13.00 en 16.00 uur hun auto laten wassen door de brandweer. De actie is bedoeld om geld op te halen voor Australische brandweercollega’s die op dit moment vechten tegen hevige bosbranden in hun land.

Niet alleen in Amstelveen wast de brandweer morgen auto’s. Ook bij de kazernes Anton, Willem, Hendrik, Osdorp, Victor, Diemen en Duivendrecht kun je je auto voor een symbolisch bedrag van €7,50 (of meer) laten wassen. Het gehele bedrag gaat naar brandweermensen in Australië, die al wekenlang onbetaald de bosbranden bestrijden.

,,Het is makkelijk om te vergeten dat niet alle landen zoveel water hebben als wij, omdat wij ermee omringd zijn en maar al te vaak worden natgeregend. Desalniettemin zijn wij ons ervan bewust dat zich een tragedie afspeelt in Australië, een catastrofe voor de dieren, planten, ecosystemen en de getroffen bevolking. Wij kunnen ons water niet die kant op verschepen, maar bij Brandweer Amsterdam- Amstelland willen we op een andere manier ons water gebruiken om zo veel mogelijk financiële hulp naar de Australische brandweercollega’s te sturen,” schrijft Brandweer Amsterdam-Amstelland op haar facebookpagina.

Lees het bericht Brandweer Amstelveen gaat auto’s wassen om Australische collega’s te helpen verder op RTVA.

https://rtva.nl/2020/01/brandweer-amstelveen-gaat-autos-wassen-om-australische-collegas-te-helpen/

Amerikaanse vrouw overlijdt bij ‘gender reveal party’ (Welingelichte Kringen)

Bij een gender reveal party in de VS is een vrouw om het leven gekomen. Het feestje waarbij het geslacht van een ongeboren baby wordt onthuld liep volledig uit de hand.

De feestjes worden ook in Nederland steeds populairder. Meestal gebruiken de toekomstige vaders en moeders een taart, die aan de binnenkant roze of blauw is of ballonnen die bij het lek prikken het geslacht bekend maken.

Op het feestje in de Amerikaanse staat Iowa werd grover geschut ingezet. De brokstukken vlogen in het rond. Een 56-jarige vrouw werd er door geraakt en kwam zo om het leven. Bij de bekendmaking ging iets mis waardoor een grote explosie ontstond, laat de lokale politie weten.

In 2017 liep er ook al een gender reveal party uit de hand. Toen veroorzaakte de explosie waarbij blauwe rook vrijkwam een bosbrand die voor 8 miljoen dollar schade zorgde. Vorig jaar in Australië vloog bij een dergelijk feestje een auto in brand. De inzittenden wisten maar net aan het vuur te ontsnappen.

https://www.welingelichtekringen.nl/geen-categorie/1202516/amerikaanse-vrouw-overlijdt-bij-gender-reveal-party.html