Feynman en/of Feiten – Wilt u wonen? (GeenStijl)

Geen perspectief op een woning is inhumaan

https://image.gscdn.nl/image/1bdde5a708_1ANP458315959.jpg?h=True&w=880&s=ed1bc90e82a9e36568ec907324af5af6

https://image.gscdn.nl/image/969a345e9b_1ANP458315959.jpg?h=True&txt=%C2%A9ANP&txtalign=bottom%2Cright&txtclr=%23FFFFFF&txtshad=10&w=880&s=b790d02447ab3b265205681062b5a902

Woensdag 15 maart mogen we in polonaise van crisis naar crisis. Prins Carnaval Marconius IV heeft uw steun hard nodig om op dit ingeslagen dwaalspoor door te gaan! U mag wachten, hopen, buigen, kruipen en betalen, om vervolgens weer te tekenen bij het kruisje. Het maakt niet uit welke partij uit de coalitie of haar partners in de Eerste Kamer u kiest, een glas, een plas en alles blijft zoals het was!

U kiest via de Provinciale Staten indirect de Senaat. Dat is nu een bastion van bejaarden en collaborateurs die de rechtstaat verkwanselden, de grondwet verloochenden en onze soevereiniteit afschoven naar Brussel. Onze bouwstop, ons onuitvoerbare fiscale systeem en onze falende rechtspraak zijn met hun instemming en hun zegen ontstaan. Deze raad van elf faalt in haar taak.

U kiest ook Waterschappen, deze zijn meer bevangen door biodiversiteit, inkomenspolitiek en betere naamherkenning van hun partijtje dan met dijkverhogingen, stabiele waterstanden en een betere capaciteit overtollig regenwater af te voeren uit woonwijken of polders. U mist hier een kans te kiezen voor uw fysieke veiligheid. Ik kan niet eens een stemadvies uitbrengen.

Prins Marconius IV voelde zich onvoldoende uitgenodigd om in debat te gaan waarom ouders hun kinderen, geld en dossiers nog niet terug hebben. Ga gewoon betalen. Als je jaren later niet kunt vertellen waarom je fiscaal ging kopschoppen, of hoeveel geld je door middel van knevelarij hebt afgeperst bij werkende ouders, dan ben je volledig ongeschikt en is het tijd voor een nieuwe coalitie.

Deze coalitie komt altijd met de belofte dat we nu even moeten lijden, om het later leuk te hebben. Eerst het zuur, dan het zoet! Als we de boeren zouden onteigenen, dan zouden we straks weer wegen en woningen mogen bouwen. Toen sloeg er een ambtelijke notie in als een bom. Al sloop je de hele agrarische sector, dan nog halen we de stikstofdoelen niet en we gaan nooit van het slot.

https://image.gscdn.nl/image/fb88a52861_1ANP450721079.jpg?h=True&txt=%C2%A9ANP&txtalign=bottom%2Cright&txtclr=%23FFFFFF&txtshad=10&w=880&s=a45bb42ebdacab9c4e3f4005b01b66c6

We gaan complete sectoren uit onze economie slopen in een poging natuur via een kunstmatige coma in een soort vegetatieve toestand te krijgen. Dat is onnatuurlijk, want de natuur hoort in beweging, zeker tijdens een klimaatverandering. De natuur past zich altijd aan. De provincie Brabant tekende al bij het kruisje, de vergunningverlening is gestopt. GroenLinks stond te juichen.

Allemaal om te voldoen aan een bekrompen invulling van een Europese richtlijn. Mediterrane natura2000-gebieden hebben last van woestijnvorming, ik zie die lidstaten geen megalomane irrigatieprojecten opzetten om hun natuur te redden of bosbranden te voorkomen. Dat kunnen ze niet betalen, net zoals wij niet zonder voedsel, nieuwe wegen of extra woningen kunnen.

Kabinet, parlement en rechters zijn gestopt tegenstrijdige belangen zorgvuldig tegen elkaar af te wegen, hebben stikstof tot staatsreligie verheven en beseffen niet meer dat er ook gewoond, gewerkt en geleefd moet worden. Zeker als er door arbeidsmigratie, criminele asielbedriegers uit veilige landen en echte vluchtelingen een steeds grotere behoefte aan woningen ontstaat.

Na 35 jaar illegaal uitsterfbeleid duurt het gemiddeld decennia voordat een Roma of Sinti aan een standplaats komt. Onze politici weigeren om een grasveld aan te wijzen. Het afstammingsbeginsel is een nekschot voor zigeuners. Ook al woonden je voorouders in een wagen, als je (groot)-ouders daar alleen op gewacht hebben, kom jij nooit meer in aanmerking. Ook dat is een illegaal uitsterfbeleid.

Slechts 23 mensen kregen vorig jaar zonder urgentieverklaring of verblijfsvergunning een sociale huurwoning in Amsterdam. Huur of koop je met een groep vrienden een woning, omdat het anders simpelweg niet te betalen is, dan staat er een pandjesbrigade klaar om je dakloos te maken. Nieuwe woongroepen zijn verboden. Voor statushouders wordt alles geregeld, voor burgers niets gedoogd.

Ministers, volksvertegenwoordigers en rechters vergeten dat wonen een primaire levensbehoefte, grondrecht en mensenrecht is. Ze weigeren volstrekt onterecht hun regelgeving over milieubescherming, bestemmingsplannen en welstand te wegen tegenover internationale verdragen die het recht op wonen borgen. Het ene verdrag is heilig, het andere verdrag is een dode letter.

Binnen dezelfde verdragen is het recht op onderwijs geborgd. Het lukt niet meer genoeg docenten op te leiden en te laten wonen binnen de grachtengordel, dus gaan we docenten vervangen door kunstenaars, musici en honden. De leesvaardigheid is aan het kelderen. Leerlingen kunnen hun lesboeken niet meer lezen. Stembiljetten worden straks voorzien van partijlogo's en pasfoto's.

Aangezien de opkomst voor Waterschappen en Provinciale Staten verkiezingen meestal nogal bedroevend is, heeft uw stem woensdag anderhalf keer zo veel effect als gebruikelijk. Normaal wordt die verkiezing gekaapt door hondstrouwe kiezers die gedachteloos op “hun” partij stemmen. Dezelfde partijen die de overheid zo groot en onbestuurbaar maakten, dat ze de controle verloren.

Het maakt mij niet uit welke crisis voor U de druppel is, maar stem eens wat anders...

https://www.geenstijl.nl/5169579/feynman-en-of-feiten-wilt-u-wonen/

Municipalisme: hoe de wil van de mensen wet wordt (Vrij Nederland)

In 2019 stonden de pleinen van Chili in vuur en vlam. De ‘Estallido Social’ – letterlijk: de sociale uitbarsting – bracht miljoenen mensen uit alle geledingen van de samenleving samen op de pleinen van Santiago, Valdivia, Concepción en Valparaíso, verbonden in hun afkeer van decennia aan neoliberaal beleid.

De uiteindelijke druppel was de zoveelste verhoging van de prijzen voor metrokaartjes, maar de onvrede sluimerde al veel langer: over de grote ongelijkheid, over het peperdure onderwijs, het geweld tegen de inheemse Mapuche-bevolking, de natuurvervuiling, het machismo. No son 30 pesos, son 30 años! (Het zijn geen 30 pesos, het zijn 30 jaar!), was de slogan. Wat begon als spontane uitbarsting van volkswoede kreeg vorm tijdens de vele cabildos – zelf-georganiseerde assemblees – waar de mensen een open dialoog voerden over de benodigde veranderingen.

Het eerste dat er moest komen, zo werd duidelijk, was een nieuwe grondwet. De huidige stamt nog uit het dictatoriale Pinochet-tijdperk (1973-1990), waarin ook de neoliberale, gecentraliseerde staat vorm kreeg.

De nationale overheid, onder leiding van de conservatieve president Sebastian Piñera, gaf geen gehoor aan de volkswens, maar de municipios, de gemeenten, wel. Samen organiseerden ze een burgerraadpleging die zijn weerga nog altijd niet kent: 2,4 miljoen mensen van 14 jaar en ouder, verdeeld over 214 gemeentes, deden mee. 93 procent stemde voor het opstellen van een nieuwe grondwet en 72 procent voor een volledig door burgers gekozen ‘constitutionele conventie’: een groep Chilenen die samen de grondwet zou gaan schrijven.

En zo geschiedde. Hoewel de eerste versie van de ultraprogressieve tekst afgelopen september werd weggestemd in een nationaal referendum, laat het voorbeeld zien dat lokale bewegingen van onderop en in samenwerking met gemeenten, zelfs in een van oudsher extreem neoliberale context, veel kunnen bereiken.

https://www.vn.nl/wp-content/uploads/2023/02/municipalisme-3-640x853.jpg

Radicaal maar pragmatisch

Estallido Social kun je toevoegen aan een rijtje van massale pleinprotesten tegen neoliberalisering en vóór democratisering, zoals in Spanje (Los Indignados, 2011), in de Verenigde Staten (Occupy, 2011), in Athene (Syntagma Square, 2010-2012), in Parijs (Nuit Debout, 2015), in Bógota (2018) en La Paz (2019). Wat al deze protesten met elkaar gemeen hebben, is dat ze onafhankelijk waren van politieke kleur of ideologie. En dat ze, in assemblies en assembléés, confluencias en cabildos experimenteerden met ‘radicale’ democratie. Minder hiërarchisch, meer horizontaal. Minder machismo, meer feministisch. Niet elitair en formeel, maar open en participatief.

Het municipalisme is een politieke stroming rond deze principes.

Xavi Ferrer was lang betrokken bij burgerplatform Barcelona en Comú (Barcelona Gemeenschappelijk) en de municipalistische Fearless Cities-conferenties. Hij noemt het municipalisme een ‘zachte’ ideologie, in tegenstelling tot ‘harde’ ideologieën als het socialisme of het communisme, grote en dogmatische narratieven met een duidelijk beeld van hoe de samenleving eruit moet komen te zien, inclusief de stappen om daar te komen.

Van Marx en zijn navolgers moesten bijvoorbeeld alle productiemiddelen – kapitaal, grond, arbeid – worden gecollectiviseerd. Bij het municipalisme ligt dat anders. Het heeft een duidelijk links profiel maar zonder de route helemaal uit te stippelen.

‘Het goede van het municipalisme,’ zegt Ferrer, ‘is dat het een opening is van politiek voor een brede groep mensen, en dat het een bescheiden opstelling heeft. We hebben niet alle antwoorden. We zijn niet gebonden aan een bepaalde ideologie, we hebben geen blauwdruk of stappenplan. Het municipalisme is radicaal maar pragmatisch. We hoeven niet te beweren dat we antikapitalistisch zijn. Soms werkt het beter om te zeggen: laten we onze samenleving, de plek waar we leven, de straten en onze werkplekken, radicaal democratiseren. Dat ziet er op elke plek anders uit.’

Barcelona en Comú is een municipalistisch burgerplatform dat werd opgericht in 2014 en direct voortkwam uit de Indignados-protesten in 2011, als samenwerking tussen verschillende activistische groepen en burgerorganisaties. Na een periode van acties buiten de instituties besloot Barcelona en Comú in 2015 mee te doen met de gemeenteraadsverkiezingen. Ze wonnen, en deden dat in 2019 opnieuw, al werd het ditmaal een gedeelde eerste plek. Met activiste Ada Colau als eerste vrouwelijke burgemeester van de stad kwam de transformatie van Barcelona op gang. Zo werden er ‘Super City Blocks’ aangelegd: groene hubs die zijn ontworpen om ruimte terug te claimen van auto’s en vrij te maken voor het sociale leven en de lokale economie. De stad kreeg een gemeentelijk team voor feminisme en LGBTI-zaken, een Special Tourist Accommodation Plan om het toerisme te reguleren en de effecten daarvan op de huisvesting, en een gemeentelijk energiebedrijf, Barcelona Energia.

Niet alleen in Spaanse steden namen municipalistische burgerplatforms lokale instituties over, ook Italiaanse steden ‘municipaliseren’ de laatste jaren.

Het stadsbestuur van Barcelona werd participatiever. Sinds 2015 wordt 75 miljoen euro, vijf procent van het jaarlijkse budget, ‘participatief begroot’ op het digitale participatieplatform decidim.barcelona. Barcelona en Comú loodste ook een drastisch participatieplan door de gemeenteraad dat de verhoudingen tussen de bestuurlijke elite en de burgers ingrijpend zou veranderen. Zodanig zelfs dat een aantal grote water- en energiebedrijven tot aan het Hooggerechtshof procedeerden tegen het plan – met succes.

Democratie van onderop

Niet alleen in Spaanse steden als Barcelona, Madrid, Zaragoza en A Coruña namen municipalistische burgerplatforms lokale instituties over, ook Italiaanse steden ‘municipaliseren’ de laatste jaren. In Bologna bijvoorbeeld werd in 2016 de Coalizione Civica opgericht door een diverse groep activisten en burgers. Momenteel zit de coalitie met vier zetels in de gemeenteraad en levert ze de locoburgemeester, de 31-jarige Emily Clancy. Een belangrijke overwinning vorig jaar, in samenwerking met een groep burgercomités, was het stoppen van de transformatie van het stadsbos Prati di Caprara tot een winkelcentrum en parkeerplaats.

In Pisa en Napels zijn vergelijkbare ontwikkelingen. En in Grenoble en Nantes, in Zagreb en Belgrado, in Malmö en in Warschau.

In Berlijn ontluikt het Munizipalismus Berlin-platform. De groep komt voort uit onder meer de woonbeweging, die vorig jaar de gemeente het mandaat gaf om grote vastgoedbedrijven te onteigenen met een legendarische campagne en een referendum: 59 procent van de bijna 2,5 miljoen opgekomen Berlijners stemden ‘ja’.

Ook in Latijns-Amerika werden municipalistische groepen en platforms verkozen, zoals Ciudad Futura in Rosario, Argentinië, en de Movimiento Valparaíso Cuidadanos in Valparaíso.

Wat delen al deze groepen? Is er zoiets als ‘de municipalist’? Op het eerste gezicht zijn er vooral verschillen, zowel qua structuur als qua aanleiding – onbetaalbare woningen (Berlijn, Barcelona, Rosario), extremisme en fascisme (Bologna, Belgrado), afvalproblemen en dakloosheid (Valparaíso, Zagreb), om er een paar te noemen. Maar daaronder schuilt een sterke gedeelde overtuiging dat democratie van onderop moet komen.

De verschillende groepen hebben het allemaal over ‘radicale democratie’. ‘Radicaal’ gebruiken ze daarbij niet als handige krachtterm, maar in zijn letterlijke betekenis, afgeleid van het Latijnse woord radix, dat wortel betekent. Met burgerassemblées, cabildos, comités of lokale raden proberen municipalisten terug te keren naar de wortel, naar een idee van wat democratie ooit betekende.

Ook over de strategie zijn de meesten het eens: om verandering op gang te brengen, moeten de instituties ingenomen worden. Eén voet in de instituties en honderd in de straat, is het adagium.

In de praktijk geeft dit een constante spanning. Bijna overal waar municipalistische platforms de lokale macht grijpen, is er wel kritiek op hoe ze losraken van hun ‘wortels’.

Municipalisten stellen de vraag: hoe kun je horizontaliteit en participatie realiseren in een verticaal, representatief systeem. Hoe schrijf je een politiek programma met mensen uit verschillende lagen van de samenleving? Hoe geef je leiderschap vorm in een leiderloze beweging?

https://www.vn.nl/wp-content/uploads/2023/02/municipalisme-4-640x853.jpg

Drie pijlers

Het antwoord op die laatste vraag illustreert de ‘radicaal’ democratische insteek van het municipalisme. In onder andere Barcelona en Bologna werden in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen primarias cuidadanas gehouden: politieke bijeenkomsten zonder link met een partij of ideologie. Ze vonden plaats in buurten en straten, waren vaak van onderaf georganiseerd en stonden open voor iedereen.

Zo ook in Valparaíso, een kust- en havenstad in Chili met ongeveer driehonderdduizend inwoners. In 2015 besloten zeven burger- en activistengroepen daar samen te werken. Ze waren al lang ontevreden over de neoliberale status-quo. Een afvalprobleem en een grote bosbrand zorgden voor het laatste zetje, en samen vormden ze het burgerplatform Movimiento Valparaíso Cuidadanos (MVC). Een jaar later besloten ze mee te doen met de verkiezingen. In elk deel van de stad werden primarias ciudadanos georganiseerd, waarbij zo’n zesduizend mensen actief meededen en meeschreven aan een politiek programma. Het resultaat: het Open Programma van de Gemeenschappelijke Overheid. De MVC won de verkiezingen en Jorge Sharp, toen 30 jaar oud, werd burgemeester. Het leidde een nieuw tijdperk in.

Het grote geld heeft lang bepaald wat er in Valparaíso gebeurt, en zou daar graag mee doorgaan.

Is de stad nu, zes jaar en anderhalve termijn later, veranderd? Rodrigo Ruiz (55) is de rechterhand en een belangrijke adviseur van Sharp. Hij heeft het allemaal mede georganiseerd. Tegenwoordig heeft hij een kantoortje in het gemeentehuis. Vanachter zijn bureau legt hij uit dat de beweging drie pijlers heeft: transformatie, democratie en comunes (vergelijkbaar met buurten). Transformatie omdat volgens de MVC de grote problemen van deze tijd het gevolg zijn van de neoliberale staat en een ‘extractivistische’ economie. Democratie omdat de transformatie democratisch en participatief moet zijn. Comunes omdat democratie daar moet beginnen waar het leven zelf zich afspeelt, én omdat daar de neoliberale verwoesting tastbaar en concreet wordt.

Ruiz vertelt dat het grote geld lang heeft bepaald wat er in Valparaíso gebeurt, en daar graag mee doorgaat. De haven wil bijvoorbeeld uitbreiden, ten koste van de stad, schone lucht en een schone zee. Vastgoedontwikkelaars willen lucratieve hoogbouw. En aan de kust staan bedrijven op het punt een leegstaand negentiende-eeuws depot van vijftienduizend vierkante meter om te bouwen tot winkelcentrum en parkeergarage.

Dat moest anders kunnen, vond team-Sharp. ‘Wij zeiden: dit gebouw is van de mensen, dus die moeten er ook bij betrokken worden,' vertelt Ruiz. 'We hebben in de comunes een grootschalige enquête georganiseerd, on- en offline, en zo werd besloten dat er een park moet komen. Dat wordt nu aangelegd.’

Ook de hoogbouwplannen werden in een participatief proces omgebogen. In elke buurt werden assembleas georganiseerd samen met bestaande buurtgroepen en comités. Niet alleen de huidige bewoners waren erbij, ook de toekomstige bewoners van de geplande appartementen praatten mee. De uitkomst werd opgenomen in de plaatselijke verordening, het Plan Regulador Comunal. Maximaal zeven meter hoge flats, en bij uitzondering tien of twaalf, in plaats van de zestig à tachtig die de ontwikkelaars in gedachten hadden. De wil van de mensen werd wet.

Dichter bij de mensen

Op nog geen 120 kilometer naar het westen van Valparaíso ligt de Chileense hoofdstad Santiago. De stad is onderverdeeld in 34 comunes. Een daarvan is Recoleta, een andere proeftuin van progressieve denkers en politici. Daniel Jadue (55), lid en aanvoerder van de communistische partij in Chili, is er burgemeester.

In het kader van de progressieve conferentie Our Future Is Public in Santiago, die afgelopen december plaatsvond, kreeg ik een rondleiding door Recoleta. Een internationale groep van geïnteresseerden – vakbondsmensen, ngo-medewerkers, activisten en journalisten – kon een kijkje nemen in de buurt en Jadue en later zijn woordvoerders vragen stellen. Jadues flitsende analyse van de ‘neoliberale commercialisering van het leven’ maakte indruk. Die kreeg vorm, vertelde hij, toen dictator Pinochet en zijn in Chicago geschoolde economen in de jaren zeventig van Chili een laboratorium maakten voor het toen nog nieuwe neoliberalisme.

‘Hoeveel overheidslagen zijn er in jouw land?’ vroeg Jadue de groep. Een vakbondslid uit India stak vijf vingers op. ‘En wat is de belangrijkste?’ ‘The national government,’ was het antwoord. ‘Fout,’ reageerde Jadue, ‘de belangrijkste laag is altijd de comune.’

En dat is niet slechts semantiek, legde hij uit, want een decentrale overheid staat dichter bij de mensen en is daarom per definitie democratischer dan een centrale. ‘De autoriteiten wonen niet op de plekken waarover ze regeren. Ze komen er alleen om stemmen te winnen.’

Er is de afgelopen jaren veel gebeurd in Santiago. Zo werd de eerste farmacia popular opgericht, waar mensen goedkope medicijnen kunnen ophalen. En een optica popular, een opticien volgens vergelijkbaar concept. Ook loopt er een proef met publiek-coöperatieve huisvesting. Als onderdeel van de rondleiding kregen we een pand te zien waar honderdvijftig mensen, vooral families, zijn gehuisvest. De huur is inkomensafhankelijk: maximaal 25 procent van de maandelijkse inkomsten. Het zijn de eerste sociale huurwoningen in de hele stad.

De aanpak van Jadue heeft trekken van ‘oud’ en ‘nieuw’ links. In het van bovenaf opgelegde sociale beleid zien we het ‘oude’ communisme terug van Jadués politieke partij. Er is weinig te zien van de radicale democratie, zoals de buren van Valparaíso die voorstaan. Tegelijk schuilen in het lokaal-specifieke karakter van de projecten, de voorkeur voor een coöperatieve aanpak en de eigenwijze houding ten opzichte van de nationale overheid wel degelijk elementen van het municipalisme.

Urbanisatie versus Steden

Het municipalisme kent een aantal theoretische grondleggers. David Harvey bijvoorbeeld, die schreef over rebel cities die het voortouw nemen in de mondiale strijd tegen het kapitalisme. Een andere grondlegger is historicus en politiek filosoof Murray Bookchin. De meeste municipalisten hebben zijn boek Urbanization without Cities (1992) wel gelezen. Steden, schrijft Bookchin, hebben niet alleen een hoge bevolkingsdichtheid, ze zijn ook gelaagd en sociaal divers, en er is van oudsher veel toewijding en zorg voor de publieke zaak.

Dat de eerste steden ontstonden als gevolg van toegenomen productiecapaciteit na de uitvinding van de landbouw, zoals algemeen wordt aangenomen, is volgens Bookchin een neoliberaal frame. Hij stelt dat ze eerder ontstonden uit een uitbreiding van de familiebanden uit de tribale samenleving. Die lijn zette zich door in steeds ‘modernere’ steden, in steeds nieuwe vormen, in het burgerschap van het oude Athene, in de ‘broederschap’ van Middeleeuwse Italiaanse steden, in de autonomie en referenda van vroegmoderne Zwitserse regio’s. Zelfs tijdens de opkomst van het industrieel kapitalisme in het begin van de negentiende eeuw, schrijft Bookchin, imiteerden arbeiders een ‘dorpscultuur’ in de buurten, barrios en quartiers, met een rijk gemeenschapsleven en mutual aid networks.

Dat decentralisering een grote rol speelt, wil niet zeggen dat municipalisten pleiten voor zelfvoorzienendheid of isolatie.

Volgens Bookchin verslindt het kapitalistisch grow-or-die-ethos onze steden en verandert ze in anonieme megastructuren waar massale consumptie en productie doelen op zich zijn geworden. Steeds verder uitdijende industriële, commerciële, zaken- en winkelcentra zijn hiervan het symbool. ‘Steden,’ schrijft hij, ‘verloren hun vorm als onderscheidende en rijke culturele entiteiten op menselijke schaal, met beheersbare politiek. Ze zijn veranderd van ethische arena's met een uniek menselijke, beschaafde vorm van saamhorigheid, in immense, overheersende en anonieme markten.’

In die overheersende markt, maar ook in de bijbehorende overheidsstructuren, worden mensen weinig aangemoedigd om mee te doen aan het publieke en politieke leven, en daarmee om zich te ontwikkelen tot burgers. Het municipalisme wil die machtsstructuren doorbreken – democratisering van onderop – en bovendien de stad zelf terugwinnen, en het leven erin.

Decentraal én internationaal

Het radicaal democratische municipalistische ideaal gaat vaak gepaard met de roep om meer decentralisering en lokale autonomie. Hoe dichter bij de mensen, is het idee, hoe radicaler – gewortelder – de democratie, en hoe meer instituties meebewegen met regionale verschillen. Zonder autonomie en budget, zeggen de municipalisten, is elke vorm van (lokale) democratie een hol begrip.

Europese steden anno nu hebben over het algemeen meer macht ten opzichte van nationale overheden dan steden in Latijns-Amerika.

Valparaíso en Recoleta opereren bijvoorbeeld in een sterk gecentraliseerde nationale context, waarin de stad maar weinig autonomie heeft, een erfenis uit het dictatoriale verleden. Barcelona, aan de andere kant, is onderdeel van Catalonië, een van de zeventien autonome regio's van Spanje en heeft relatief juist veel voor het zeggen. Dat verklaart deels de pionierende rol van deze stad. Hetzelfde geldt voor stadsregio Berlijn, dat de grondwettelijke status heeft van federale staat.

Dat decentralisering een grote rol speelt, wil niet zeggen dat municipalisten pleiten voor zelfvoorzienendheid of isolatie. Integendeel, een mondiaal, internationaal perspectief is essentieel. Fearless Cities, de internationale reeks municipalistische conferenties, is gestoeld op dit idee. Namens Barcelona en Comú hielp Xavi Ferrer in 2017 de eerste editie van Fearless Cities organiseren in Barcelona, waar onder andere de municipalistische burgemeesters Jorge Sharp en Ada Colau elkaar ontmoetten.

Toen Barcelona en Comú de verkiezingen won, werden ze benaderd door organisaties en platforms uit steden en regio’s van overal op de wereld. Ze maakten een lijstje met ‘inspirerende’ organisaties. Die deelden een aantal eigenschappen, zegt Ferrer. ‘Ze hadden een pragmatische blik op de instituties, sterke lokale wortels en tegelijk een mondiaal perspectief zodat het “lokalisme” niet blind zou zijn voor internationale problemen en geen elementen van nationalisme of een “wij” versus “zij” kon bevatten.'

De acht conferenties die volgden, in Belgrado, Brussel, Warschau, Napels, Rosario, New York en Valparaíso, dienden als verbindingsmomenten voor de wereldwijde municipalistische beweging, maar waren vooral regionale conferenties, allereerst bedoeld om regionale betrokkenen in Zuid-Europa, Noord- en Centraal-Europa of Latijns-Amerika samen te brengen.

Uit netwerken rond Barcelona en Comú en Fearless Cities ontstonden weer andere, internationale groepen, zoals het European Municipalist Network (EMN), dat werd opgericht in 2021. Het netwerk bestaat uit mensen van lokale bewegingen, burgerorganisaties, denktanks, universiteiten en lokale politieke partijen uit zo'n twaalf Europese landen met een municipalistische inslag. Sophie Bloemen van Commons Network uit Amsterdam, een ‘werkplaats voor de sociaal-ecologische transitie’ (en voormalig werkgever van de auteur van dit stuk), is een van hen.

De paradox van Amsterdam is dat de gemeente een van de initiatiefnemers is van het municipalisme in de stad, terwijl municipalisme hoort te beginnen in de straten.

‘EMN,’ vertelt Bloemen, ‘is een netwerk voor kennisuitwisseling, een school bijna, voor municipalisten in Europa om van elkaar te leren. Wat gebeurt er in Nantes, hoe doen ze het in Napels, wat zijn de lessen uit Zagreb?’ In elke stad en regio ziet het politieke landschap er anders uit. ‘In Zuid-Europa heeft het municipalisme een feministische inslag. In Berlijn en Amsterdam gaat het over wonen, en over de transformatie van de economie als geheel. De veranderingen moeten gedragen worden door lokale bewegingen, daarom hebben we ook verschillende municipalismes nodig.’

Stap voor stap

Maar ondanks het pragmatisme gaat het altijd over het lokale, en over radicale democratie. Het gaat over politiek mét mensen, over de stad, over democratische processen. En over een lokale regering die het heft in handen neemt. Amsterdam heeft zo’n regering, zou je kunnen zeggen. De recente verkiezingsoverwinningen van GroenLinks in 2018, gevolgd door de Partij van de Arbeid in 2022, zorgden voor een heropleving van links met progressief beleid tot gevolg. Is Amsterdam een Nederlands voorbeeld van een fearless city, een voorbeeld van een municipalistische stad?

De gemeente probeerde het wel. GroenLinks, op dit thema aangevoerd door wethouder Rutger Groot-Wassink, wierp het municipalisme expliciet op als mogelijk alternatief voor de neoliberale orde. Groot-Wassink omschreef Amsterdam in 2019 als een ‘klein Gallisch dorpje dat dapper weerstand biedt aan het groeiende rechts-populisme en zich opwerpt als uitdager van het mondiale neoliberalisme’. De partij riep Amsterdam al snel uit tot fearless city en ondersteunde de oprichting van De 99 van Amsterdam, een ‘forum’ van burgerorganisaties en lokale bewegingen dat in 2019 en in 2021 municipalistische conferenties organiseerde.

De paradox van Amsterdam is dat de gemeente een van de initiatiefnemers is van het municipalisme in de stad, terwijl municipalisme hoort te beginnen in de straten en ‘eindigt’ in de instituties, niet andersom. En de beweging in de straten van Amsterdam is tot op heden zeer gefragmenteerd.

Er zijn wel elementen in het stadsbestuur die je municipalistisch zou kunnen noemen. De gemeente maakt bijvoorbeeld werk van een autovrije stad, met meer ruimte voor het sociale leven. En begon jaren geleden al – weliswaar op veel kleinere schaal dan Barcelona of Parijs – met participatief begroten op stadsdeelniveau. Ook is er van oudsher een tendens in de stad die gericht is op het coöperatieve beheer van energie en woningen. Een groep (burger)organisaties, waaronder Commons Network, werkt nu samen met de gemeente aan een zogenaamde incubator om de coöperatieve ‘sector’ verder te stimuleren.

Het zijn voorzichtige stappen richting een meer municipalistisch idee van de ‘stad’. Die voorzichtigheid is inherent aan municipalistische verandering: stap voor stap, steeds weer lerend van de vorige stap, evalueren, meer mensen betrekken, aanpassen, het is een proces zonder einde. Het municipalisme is een stroming zonder magisch einddoel of routekaart. Zonder hoop zelfs om ooit een perfecte stad te bereiken, omdat municipalisten zich realiseren dat een utopie een utopie is en er geen systeem bestaat dat zo’n utopie in de praktijk mogelijk maakt.

Die pragmatiek onderscheidt het municipalisme van de grote linkse vertogen van weleer. Van Belgrado tot Barcelona en van Warschau tot Valparaíso wordt zo niet alleen gewerkt aan alternatieven voor het neoliberalisme, maar ook aan andere vormen van politiek; bescheiden, feministisch, en radicaal democratisch. En aan een stad die burgers bijeen brengt in het publieke leven in plaats van hen uit elkaar drijft als consumenten. Hoe die stad eruitziet, is afhankelijk van de context, maar één ding is zeker: ze zal door mensen zijn gemaakt.

Het bericht Municipalisme: hoe de wil van de mensen wet wordt verscheen eerst op Vrij Nederland.

https://www.vn.nl/municipalisme/

LIVE: Algemene Politieke Beschouwingen (Joop)

Woensdag debatteert de Tweede Kamer tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. De eerste spreker van de dag was Geert Wilders, die zijn spreektijd gebruikte om zijn gebruikelijke emotionele riedel af te steken. Zoals vrijwel altijd vuurde hij zijn eerste pijlen af op D66, wiens leider Sigrid Kaag hij lafheid en wegduiken verweet, omdat zij zich tijdens het debat laat vervangen door Rob Jetten. Die laatste ging op zijn beurt met graagte in op de aantijgingen van Rutte, die hij een obsessie met Kaag verweet (“meisjes plagen, kusjes vragen”).

Daarnaast sneed Jetten een bij de PVV gevoelig punt aan, namelijk dat Wilders zijn fractiegenoot Dion Graus uit de wind zou houden, terwijl de Kamer de nodige vragen heeft over de vele beschuldigingen van seksueel misbruik door Graus. Wilders vervolgde zijn spreekbeurt met een keur aan misstanden in het land, van woningnood tot criminaliteit, die volgens de PVV-leider niet alleen de schuld zijn van Mark Rutte, maar toch vooral ook van vluchtelingen, migranten en niet-westerse allochtonen. Huisjesmelker Wybren van Haga mengde zich kort in het debat door het huurbeleid van het kabinet te bekritiseren.

Overigens kwam Kaag even later alsnog de plenaire zaal in, mogelijk om Wilders te laten zien is dat ze toch niet ‘laf’ is.

Kaag komt nu de zaal binnen #APB pic.twitter.com/Izxuw3XC4v

— Jeroen Stans (@JeroenStans) September 22, 2021

VVD
Na Wilders was het de beurt aan plaatsvervangend VVD-fractievoorzitter Sophie Hermans om de beleidskeuzes van de kabinetten-Rutte te verdedigen. Ze begon haar vuurdoop bij de Algemene Beschouwingen met de constatering dat politici te veel met zichzelf bezig zijn en hoe dat haar pijn doet. Direct erna sloeg ze op Ruttiaanse wijze de jubeltrom over de veerkracht van Nederland. Dat leverde haar direct een interruptie op van PvdA-leider Liliane Ploumen die opmerkte dat er nogal wat ruimte zit tussen die zogenaamde Nederlandse welwillendheid en de houding van de VVD die werkelijk elke vooruitgang lijkt te blokkeren, waaronder de kabinetsformatie.

Ploumen wilde van de VVD horen dat de voorgenomen belastingverlaging voor bedrijven van tafel gaat en om het geld dat daarmee vrijkomt wordt besteed ‘aan gewone mensen’ en het verhogen van de koopkracht. Hermans liet hierop weten mogelijk open te staan voor een andere besteding van het geld, maar pas aan het eind van het debat te beslissen wat dat dan wordt. Jesse Klaver (GroenLinks) had nog een suggestie: het afschaffen van de verhuurdersheffing, iets waar inmiddels een groot deel van de Kamer voor is. De VVD was vooralsnog tegen, maar volgens Hermans staat de partij open voor een verlaging van die verhuurdersheffing. Wel is haar partij nog altijd voorstander van het verkopen van sociale huurwoning, ondanks dat vrijwel alle experts het er inmiddels over eens zijn dat dit funest is voor het aanbod betaalbare huurwoningen.

De VVD vindt het best om sociale huurwoningen (tot 753 euro per maand) te verkopen. Ze worden dan midden huur (tot 1100 euro).
Maar de wachtlijsten zijn vaak 10 jaar. En veel mensen kunnen echt geen 1100 euro per maand aan huur betalen.
(3)

— Pieter Omtzigt (@PieterOmtzigt) September 22, 2021

Kersvers zelfstandig opererend Kamerlid Pieter Omtzigt wil van Hermans weten of zij één land kan noemen, ‘behalve Nederland, dat een speciale belasting heeft op betaalbare huurwoningen’:

Omtzigt legt in 1x de belangrijkste reden voor de wooncrisis uit. Nederland is het enige land in de wereld dat goedkope huurwoningen beboet👇🏼 pic.twitter.com/IHXhNvsMfO

— Zihni Özdil (@ZihniOzdil) September 22, 2021

SP-leider Lilian Marijnissen heeft nog een andere vraag aan Hermans over die sterke schouders die de VVD’er zo roemt. Namelijk of ze maandagavond de documentaire ‘Alleen tegen de staat’ heeft gezien, waarin vijf slachtoffers van het toeslagenschandaal onomwonden uit de doeken doen hoe hun levens moedwillig zijn verwoest door de Belastingdienst. Hermans heeft niet gekeken, wat bij Marijnissen tot de conclusie leidt dat de VVD nog altijd geen oog heeft voor de slachtoffers.

D66
Rob Jetten begon zijn betoog met een verwijzing naar Alleen tegen de Staat. Anders dan Sophie Hermans had hij deze documentaire over de slachtoffers van de toeslagenaffaire wel gezien. “Het vertrouwen in de politiek is daardoor bijna onherstelbaar beschadigd.”

De D66’er verklaarde begrip te hebben voor de “beleidsarme begroting” van het “driedubbel demissionaire kabinet” en nodigde de Kamer uit om voorstellen te doen voor aanpassingen. Jesse Klaver (GroenLinks) probeerde uit te vinden hoeveel ruimte er is. Als D66 voorstellen van de oppositie steunt, is er namelijk een meerderheid in de Tweede Kamer voor het afschaffen van de verhuurdersheffing en voor hogere salarissen in het basisonderwijs. Jetten liet doorschemeren dat er valt te praten met D66. “Ik heb minister Hoekstra ook horen zeggen hoe goed het gaat met de economie.”

Jetten verdedigde de uitgaven voor klimaatmaatregelen van het demissionaire. Tijdens een werkbezoek had hij gezien hoe het verduurzamen van huizen ertoe leidt dat mensen een aangenamer huis en een lagere energierekening krijgen. De D66’er riep in herinnering dat de klimaatcrisis grote gevolgen heeft. Hij wees op de overstromingen in Limburg, de bosbranden elders in Europa en de hongersnood in Madagaskar.

CDA
Pieter Heerma rekende in zijn bijdrage af met het neoliberalisme, waarvoor zijn partij toch decennia een van de vaandeldragers was. “Een prachtig verhaal”, reageerde Jesse Klaver. “Ik heb maar een vraag: wanneer gaat u met de PvdA en GroenLinks om tafel?”

Het CDA wil evenals veel andere partijen af van de verhuurdersheffing. Ook pleitte Heerma voor een minister van Volkshuisvesting. Na Rutte-II werd de functie van minister van Wonen afgeschaft. “Ik ben de eerste VVD’er die een heel ministerie heeft doen verdwijnen”, verklaarde minister Stef Blok (VVD) destijds.

Dit bericht wordt aangevuld.

https://joop.bnnvara.nl/nieuws/live-algemene-politieke-beschouwingen

Klimaat en het politieke onvermogen (Buitenhof podcast)

Dinsdag is het Prinsjesdag: traditioneel gezien de start van het nieuwe parlementair jaar. Wat dat nieuwe jaar gaat brengen is nog maar de vraag. Want negen maanden nadat het voltallige kabinet-Rutte III aftrad wegens de toeslagenaffaire en zes maanden na de verkiezingen is er nog geen zicht op een nieuw kabinet. In Buitenhof de partijleiders van de PvdA en GroenLinks Lilianne Ploumen en Jesse Klaver.
Oud-minister van Landbouw en CDA-prominent Cees Veerman over een heet hangijzer in de formatie: het stikstofprobleem. Is het onteigenen van boeren de oplossing?
En door overstromingen in Nederland, Duitsland en België, bosbranden in Griekenland en recordtemperaturen in Zuid-Europa lijkt het klimaatpakket van de Europese Commissie urgenter dan ooit. Te gast is één van de architecten van dit ambitieuze plan: Diederik Samsom, kabinetschef van Eurocommissaris Frans Timmermans.
Meer informatie en terug kijken: https://bit.ly/buitenhof-19-sept-2021


Presentatie: Twan Huys
Eindredactie: Lieke Kwant

https://podcast.npo.nl/file/buitenhof/59388/klimaat-en-het-politieke-onvermogen.mp3