Verkiezingspodcast: “Verduurzamen van huizen moet veel eenvoudiger worden zonder gekke regels” (Oog TV)

Het verduurzamen van huizen moet snel worden aangepakt, waarbij de oplossing ligt in het eenvoudiger maken. GroenLinks-PvdA en BBB vinden beide dat de regelgeving nu nodeloos ingewikkeld is.

In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november presenteert OOG Tv verschillende podcastafleveringen waarin Groningse kandidaat-Kamerleden met elkaar in debat gaan. Bij elke uitzending staat er één thema centraal. In de derde aflevering gaat het over klimaat. Moet er in Groningen een kerncentrale komen? Moeten er meer windmolens en zonneparken komen? En waar plaatsen we die dan? In deze uitzending zijn Herma Hemmen, de nummer 17 van de BBB, en Julian Bushoff, de nummer 8, van GroenLinks-PvdA te gast. Meer informatie over de verkiezingen vind je ook op onze Groningen Kiest-website.

Beluister hier de podcast:

In deze podcast-serie werd bij eerdere afleveringen gesproken over:

Klimaatakkoord

Zware regenbuien zorgen steeds vaker voor problemen. Foto: Rick ten Cate – tencatefotografie.nl

Julian Bushoff (Groenlinks-PvdA): “Klimaatveranderingen zorgen steeds vaker voor problemen”
In het klimaatakkoord is afgesproken dat we 50 procent minder CO2 uitstoot gerealiseerd moeten hebben in 2030. In 2050 moet die uitstoot met 95 procent zijn teruggebracht. Bushoff: “Als we kijken naar het klimaat, dan gaat het daar niet goed mee. In onze directe leefomgeving zien we de gevolgen. Steeds vaker zorgen klimaatveranderingen voor grote problemen. Extremer weer bijvoorbeeld, maar ook enorme droogte en bosbranden. De noodzaak om dit aan te pakken is groot, maar tegelijkertijd zien we dat er nog te weinig stappen worden gezet. Na deze verkiezingen zullen we echt meer meters moeten gaan maken. Belangrijk daarbij is dat we dat op een rechtvaardige manier gaan doen, zodat ook mensen met een kleine portemonnee hier van gaan profiteren. Daarom moeten we als de wiedeweerga huizen gaan verduurzamen. Dat is goed voor het klimaat, maar ook goed voor de portemonnee van de mensen zelf.”

Herma Hemmen (BBB): “We moeten realistischer kijken naar de uitvoerbaarheid”
De BBB denkt dat de doelen van het klimaatakkoord niet haalbaar zijn. “Als partij zullen we er alles aan doen om deze doelstellingen te halen. Maar het is wel belangrijk om realistisch te kijken naar de uitvoerbaarheid van de maatregelen, en naar de draagbaarheid. Kunnen we bepaalde maatregelen wel vragen aan de inwoners? Neem de hybride warmtepomp. Vanaf 2026 wordt het verplicht om zo’n pomp aan te schaffen. Maar voor veel huishoudens is zoiets helemaal niet betaalbaar. Daarom zeggen wij: kijk wat kan, wat is haalbaar?”

“Er wordt de laatste jaren vooral naar boeren gekeken”
Bij de partij van Hemmen is het motto dat wie rood staat niet groen kan doen. Terwijl ondertussen niet ontkent kan worden dat de klimaatklok de 12.00 uur gepasseerd is. “Op het gebied van CO2-doelen is er al best iets bereikt. Maar inderdaad, het gaat niet goed met het klimaat. Er zal een bijdrage geleverd moeten worden. Door boeren, door burgers, door bedrijven en door vliegmaatschappijen. Mijn partij is ontstaan doordat er de afgelopen jaren een beeld is geschapen waarbij we vooral naar de boeren kijken. Feit is dat het overgrote deel van het beleid bij boeren wordt gelegd. Daar moet de oplossing vandaan komen. En dat is niet terecht. Aan de CO2-resultaten die bereikt zijn, daar hebben boeren aan grote bijdrage aan geleverd. De landbouw en veeteelt telt voor 16 procent mee in de totale uitstoot. We moeten ook wat gaan verwachten van de industrie en de vervoersector. Het moet realistischer, het moet eerlijker.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Grote vervuilers moeten de grootste bijdrage leveren”
Bushoff is het daar wel mee eens: “De constatering is dat we een groot probleem hebben. En om dat op te lossen zal iedereen een bijdrage moeten doen. Het vraagt wat van boeren, maar het vraagt ook wat van de industrie. En eens: de industrie is te vaak, en te lang, ongemoeid gelaten. En ik snap ook dat onrechtvaardigheidsgevoel dat ontstaan is. Boeren en mensen met een kleine beurs moeten iets doen, terwijl de grote vervuiler ongemoeid wordt gelaten. Wij vinden dat het klimaatbeleid rechtvaardiger moet. Grote vervuilvers moeten ook de grootste bijdrage leveren. Ook vliegtuigmaatschappijen. Mensen die meerdere keren per jaar vliegen, of privéjets tot hun beschikking hebben, die betalen nu bijna geen belasting. Op dat vlak moeten we aan knoppen gaan draaien. En nee, ik heb het niet over iemand die eens in de vijf jaar op vliegvakantie gaat. Wat ik betoog is dat het vooral eerlijker moet.”

Herma Hemmen (BBB): “Het klimaatprobleem gaat over grenzen heen”
Hemmen wil het nog wat scherper hebben. “Waar ik niet blij van word is de spagaat. Bedrijven, die grote vervuilers zijn, bieden tegelijkertijd ook veel werkgelegenheid. Ze maken producten die we allemaal nodig hebben. We kunnen strenger beleid voeren, maar het risico is dat zulke bedrijven dan naar het buitenland gaan, waar minder strenge regels zijn. Dit onderwerp, het klimaatprobleem, dat gaat over grenzen heen. Wij zijn voor een sterke maakindustrie. Waarbij we vooral de innovatie, op het gebied van klimaat, willen stimuleren. We willen bedrijven niet wegjagen.”

Tekst gaat verder onder het kader:

Wie is Julian Bushoff?
Julian Bushoff werd geboren in Groningen in 1997. Hij werkte als biologische groenteverkoper op de markt en als arbeidscoach voor Vluchtelingenwerk Noord Nederland. Hij studeerde Economie en Internationale Betrekkingen aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 2018 kwam hij in de gemeenteraad terecht, waarbij hij vanaf 2019 fractievoorzitter was. Vorig jaar riep Den Haag. Met het vertrek van Khadija Ariben kwam er een stoel vrij, die door Bushoff in werd genomen.

Julian Bushoff reageert op een vraag van presentator Maarten Siepel. Foto: Lianne Darmeveil

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Tegen bedrijven als Chemours moet je hard op treden”
De GroenLinks-PvdA wil ook geen bedrijven wegjagen: “Maar er is wel een klein verschil. Neem nu een bedrijf als Chemours. Mensen die in de omgeving van dit bedrijf wonen zijn ziek geworden. Tegen zulke bedrijven moet je hard gaan optreden. Je moet zeggen: of je gaat nu iets doen, of de deur gaat dicht. Het is onacceptabel dat mensen in de omgeving ziek worden.” Hemmen: “Daar zijn we het mee eens. Het is schandalig dat mensen ziek worden van uitstoot. Maar we vinden ook dat toezichthouders daar veel beter op hadden moeten toezien. Het heeft plaatsgevonden onder onze ogen. Hoe zorg je dat de uitstoot van een bedrijf schoner wordt?”

“Politiek moet dwingender zijn”
Nederland is het land van regeltjes. Toezicht is er op allerlei manieren, in de vorm van controles en vergunningen. Dat Chemours zoiets kan veroorzaken, zou eigenlijk onmogelijk moeten zijn. Bushoff: “Er is te lang weggekeken. Een bedrijf heeft een vergunning. Maar ook dat is politiek, en politiek leiderschap tonen. Je zult harde regels op moeten stellen waar bedrijven zich aan moeten houden, en er geen mogelijkheid is waar men zich aan kan onttrekken. Neem de NAM, Shell en Exxon. Zij hebben zich lang onttrokken aan de morele verplichting in de richting van Groningen met betrekking tot de gaswinning. De politiek zal veel harder moeten zijn. Je moet zeggen: wat jullie doen kan niet, en je gaat nu bijdragen aan de ontwikkeling van Groningen. En ben je niet bereid, dan ga je dwingen.”

Herma Hemmen (BBB): “We willen een overheid die er is voor de inwoners”
Het begrip ‘regeldruk’ laat het vuur bij de BBB ontbranden. “Bij grote bedrijven zie je dat het toezicht niet op orde is. Maar ondertussen is de regeldruk voor inwoners wel enorm toegenomen. En dat is een belangrijk speerpunt in ons verkiezingsprogramma. De afgelopen jaren is er een overheid gecreëerd die uitgaat van wantrouwen in plaats van vertrouwen in de richting van de inwoners. Wij willen dat omdraaien. Wij willen een overheid die er is voor de inwoners. Aan deze kant van het spectrum moeten regels geschrapt worden. Aan de andere kant van dat spectrum moeten we er voor zorgen dat de regels voor bedrijven goed op orde zijn. Daar moeten we op controleren. Op die manier zal ook veel sneller duidelijk worden wanneer er negatieve effecten op een omgeving afstralen, waardoor je veel sneller en gerichter in kunt grijpen.”

Landbouw

Hebben boeren in Nederland bestaansrecht? Foto: Sebastiaan Scheffer

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Boeren moeten een groter aandeel krijgen in landschapsbeheer”
Het werd al even genoemd. De boeren. Hoeveel perspectief heeft de landbouw? Bushoff: “Die hebben heel veel perspectief. Er zijn ook heel veel boeren die graag op een andere manier willen boeren, die juist goed is voor het klimaat. Daar zullen ook naar toe moeten. Maar het gaat wel gepaard met vragen. Want als je anders gaat boeren, kun je dan wel een goede boterham verdienen? Die zorgen zijn er. Wij als politiek moeten zeggen, ja, het kan anders en het moet anders. Het is nodig voor het klimaat. En om die boterham te kunnen verdienen, moeten boeren een veel groter aandeel krijgen in landschapsbeheer, waar fatsoenlijke vergoedingen voor gegeven worden. Dat is de toekomst: natuur-inclusief boeren.”

Herma Hemmen (BBB): “Beeld dat geschetst wordt over boerenbedrijven is niet een eerlijk beeld”
De BBB hangt daar een andere definitie aan: “Natuur-inclusief boeren is de weg. Maar de laatste jaren zijn er onmogelijke regels gecreëerd. Boeren zijn enorm geschaad in hun bedrijfsvoering. Er is veel innovatie en creativiteit aan de sector gevraagd. Ik zou ook willen adviseren om de documentaire ‘boeren op het platteland’ te bekijken. Wat heeft dit gedaan met het toekomstperspectief en de bestaanszekerheid van boeren? En GroenLinks-PvdA kan nu zeggen dat de natuur beheerd moet worden, maar dat doen boeren al eeuwen. Daar zijn we ook goed in. Het beeld dat nu geschetst wordt over boerenbedrijven is niet een eerlijk beeld. Dat eerlijke beeld moet terug. We moeten naar uitvoerbare regels, we moeten goed in gesprek, en op basis van feiten moet er beleid worden gemaakt.”

“Er is een beleid bedacht op basis van cijfers en modellen die niet kloppen”
Bushoff: “Het is een antwoord waar je het niet oneens mee kunt zijn. Maar wat wil de BBB nu concreet anders waarmee het klimaatprobleem echt wordt opgelost?” Hemmen: “De stikstofwet moet van tafel.” Bushoff: “Dat gaat het klimaat niet helpen.” Hemmen: “De afgelopen periode ging het over het uitkopen van piekbelasters in de buurt van natuurgebieden. Maar we zien dat de stikstof van deze bedrijven helemaal niet die gebieden neerdaalt. Er is een beleid bedacht op basis van modellen en cijfers die niet kloppen. We zeggen niet dat we niets moeten doen. Maar de landbouwsector heeft de afgelopen jaar de meeste innovatie getoond op het gebied van verduurzaming. Daar gaan we mee door. Maar om bij stikstof alleen te kijken naar de landbouw, dat is niet eerlijk. Je moet ook kijken naar de industrie, naar de vliegmaatschappijen. Met elkaar moet je een plan maken. Niet alleen kijken naar modellen, maar juist ook door met al deze mensen in gesprek te gaan.”

Kernergie

Is het een goed idee om kerncentrales in Groningen te bouwen als oplossing voor het energievraagstuk? Foto: Daniel West from FreeImages

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Een kerncentrale lijkt mij niet handig”
In de energietransitie kan er voor gekozen worden om kerncentrales te bouwen. Op dat vlak staan de partijen lijnrecht tegenover elkaar. Bushoff: “Het lijkt mij niet handig om een kerncentrale in Groningen, of in de Eemshaven, te bouwen. Mensen zitten daar niet op te wachten. Als je nu gaat bouwen is zo’n centrale pas over vijftien of twintig jaar klaar.” Hemmen: “Dat is niet waar.” Bushoff: “Het kost veel geld, waarbij we juist in die tussenliggende jaren veel stappen kunnen zetten.”

Herma Hemmen (BBB): “Wij willen geen extra windmolens op zee”
Uit onderzoek blijkt dat kerncentrales, die in het afgelopen decennium gebouwd zijn, allemaal vertraging hebben opgelopen, waarbij het gemiddeld zeventien jaar duurt voor ze in bedrijf kunnen. Hemmen: “Dat van die vertraging klopt. Maar dat zie je ook bij windmolenparken. Daar kun je dezelfde sticker op plakken. Als je een middelgrote kerncentrale bouwt, dan duurt het zes tot acht jaar, voor het klaar. En dan kun je ‘nee’ schudden, maar zo kan het. Mijn partij vindt het belangrijk dat we kijken naar de complete mix. Dat we kernenergie toevoegen aan de volledige energiemix. Wij willen geen windmolens bijbouwen op de Noordzee. Er wordt daar al genoeg gebouwd, waarbij onbekend is wat dit doet met de biodiversiteit in de zee. We vinden het belangrijk dat de visserij de ruimte houdt. Deze discussie gaat over ruimte. Hoe gaan we met onze beperkte ruimte om? Daarom zeggen wij: niet méér zonne- en windmolenparken.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Kerncentrale is voor de korte en lange termijn geen oplossing”
Bushoff: “Je kunt inderdaad in kortere tijd een kerncentrale operationeel maken, maar de praktijk wijst anders uit. Elk project, op dit gebied, kampt met veel vertraging. Als we nu gaan bouwen, dan zou dit betekenen dat we op zijn vroegst in 2040 een kerncentrale hebben. Het duurt te lang, en het is ook de enige energiebron die de komende jaren duurder zal worden. Terwijl wind en zon juist goedkoper worden. Dit is gewoon een slechte oplossing. Zowel voor de korte als de lange termijn, en ook in financieel opzicht, los je niks op.”

Tekst gaat verder onder het kader:

Wie is Herma Hemmen?
Hemmen groeide op in Ter Apel. Ze is werkzaam als adviseur in het Sociaal Domein. In haar vrije tijd maakt ze graag ruimte vrij voor haar twee honden, de tuin en de politiek. Hemmen zat sinds 2014 voor het CDA in de gemeenteraad van Westerwolde. Vorig jaar splitste ze zich, uit onvrede, af van deze partij, maar behield wel haar gemeentezetel. Eerder dit jaar werd bekend dat ze zich aangesloten had bij de BBB, en voor deze partij ook op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer staat.

Herma Hemmen aan het woord tijdens de opnames voor de podcast. Foto: Lianne Darmeveil

Herma Hemmen (BBB): “Wind en zon zijn geen stabiele energiestromen”
De manier hoe er wordt gekeken naar boeren, en het energievraagstuk, lijken de grootste verschillen te zijn tussen de BBB en GroenLinks-PvdA. Hemmen: “Wij vinden dat je goed moet investeren in een goede mix. En daar komt bij. Wind en zon zijn geen stabiele energiestromen. Je bent afhankelijk van de hoeveelheid wind en zon. Daar zul je rekening mee moeten houden.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “In Groningen zijn mooie stappen gezet op gebied van waterstof”
Bushoff: “Het is belangrijk om te realiseren dat elektriciteit maar een deel van de opgave is. De grootste uitdaging ligt ook niet op dit vlak. Je kunt ook inzetten op waterstof. Hier in Groningen zijn mooie stappen gezet, waarbij vrijwel alle bussen inmiddels op waterstof rijden. Dat is een duurzame oplossing. Kerncentrales zijn niet de oplossing. Wat moet je met al dat kernafval?” Hemmen: “Als je het energievraagstuk volledig bij een kerncentrale ligt, dan is de hoeveelheid energie, die jij als persoon gedurende je hele leven gebruikt, niet groter dan een appel. Daarnaast is het steeds beter op te slaan, en gaat de schadelijkheid op den duur naar beneden.”

Herma Hemmen (BBB): “Wij willen een energiemix waarbij we niets uitsluiten”
Voor GroenLinks-PvdA is dat het moment om duidelijkheid proberen te krijgen: “Het duizelt mij een beetje. De BBB zegt dat het wat wil doen aan de klimaatopgaven. Vervolgens zegt u dat stikstof van tafel moet, waarbij we het bij het oude laten. Bij duurzame energie wilt u niet meer windmolen, maar richt u zich op kernenergie. Wat gaat de BBB doen om de aarde leefbaar te houden?” Hemmen: “Wij willen vasthouden aan de klimaatdoelen. We zetten in op de mix. Dit kan een kerncentrale zijn, maar ook zeker de waterstofontwikkeling. Wij vinden het belangrijk dat die technologie zich kan blijven ontwikkelen. Maar het is goed om ons te realiseren dat het niet slim is om fossiele brandstoffen af te gaan bouwen als er nog geen alternatieven zijn. En in de kantlijn: het moet ook betaalbaar zijn.”

Wind- en zonne-energie

Zonneparken zijn de afgelopen jaren op diverse plekken in onze gemeente verrezen. Moeten we daar mee doorgaan? Foto: Joris van Tweel

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Daken van huizen en gebouwen kunnen nog veel meer benut worden voor zonnepanelen”
De afgelopen jaren zijn windmolens als paddenstoelen uit de grond geschoten. Ook zonneparken zagen op diverse plekken het licht. Dit leidt steeds vaker tot onvrede. Bushoff: “Wij denken dat nog heel veel daken gebruikt kunnen worden voor zonne-energie. Dus wij zeggen: zet in op de daken van huizen en gebouwen, bedrijventerreinen en transferia. Eventueel kun je ook op het land zonneparken bouwen. Maar dan is het belangrijk dat de omgeving daar wel in mee doet.”

Herma Hemmen (BBB): “De ruimte die GroenLinks-PvdA ziet, die is er niet”
Hemmen: “Welk land had u in gedachten?” Bushoff: “Er zijn plekken aangewezen waar dit mogelijk is.” Hemmen: “Er is geen ruimte over. In deze discussie hebben we het nog niet over water gehad. Maar de waterproblemen die ontstaan, veroorzaakt door overvloedige regenval, daarbij wordt het belangrijk dat we water kunnen opslaan. Dat we de garantie kunnen geven dat drinkwater gezond is. Ondertussen moeten er meer woningen komen. De ruimte, die u voor ogen heeft, is er niet. Daarom zeggen wij: geen windmolens meer op het land. Zonnepanelen kunnen prima op daken. Dat zijn we helemaal met u eens. Ook het versnellen van het isoleren van woningen is een opgave. Immers. Alle energie die je niet gebruikt, hoef je ook niet op te wekken.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Huizen sneller isoleren”
Bushoff: “We verschillen wat van mening als het gaat om wind en zon. Maar qua energiebesparing kunnen we elkaar de hand schudden. Als het gaat om isoleren komen we ook met een voorstel om particuliere verhuurders te dwingen om te gaan isoleren. Huurders van verhuurders die niet willen isoleren, moeten een tochtkorting krijgen. Bent u ook voor deze korting?” Hemmen: “Dat weet ik niet. Wat belangrijk is, is dat het verduurzamen eenvoudig geregeld moet kunnen worden. Het is nu heel ingewikkeld met allerlei regels en subsidiepotjes. Mensen komen er niet uit. Een drempel is ook de voorfinanciering. Mensen kunnen het gewoon niet betalen. Dat moet anders.” Bushoff: “Daar zijn wij het mee eens.”

https://www.oogtv.nl/2023/11/verkiezingspodcast-verduurzamen-van-huizen-moet-veel-eenvoudiger-worden-zonder-gekke-regels/?utm_source=rss&utm_medium=rss&utm_campaign=verkiezingspodcast-verduurzamen-van-huizen-moet-veel-eenvoudiger-worden-zonder-gekke-regels

Problemen door hitte en bosbranden: Portugese jongeren klagen 32 Europese landen aan (NOS Buitenland)

Ze zijn tussen de 11 en 24 jaar oud. De zes jonge Portugezen die vandaag een hoofdrol spelen in het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg. Ze hebben een zaak aangespannen tegen 32 Europese landen, waaronder Nederland. Ze willen dat de rechters van het hof beslissen over de vraag: is het een schending van onze mensenrechten als landen hun klimaatafspraken niet nakomen?

Volgens de jongeren komen de landen hun verplichtingen uit het Europees mensenrechtenverdrag niet na. Ze zouden door te weinig klimaatactie onder meer artikel 2 (recht op leven) en artikel 8 (recht op een thuis) overtreden. Bijzonder is dat de jongeren zich ook beroepen op artikel 3 - het verbod op foltering en inhumane behandeling. Een artikel dat nog niet eerder is toegepast in een klimaatzaak.

Als de rechter de jongeren gelijk geeft, kan dat vergaande gevolgen hebben. Vandaag begint de hoorzitting, de uitspraak is later. De uitspraken van het Europees hof (EHRM) zijn juridisch bindend en zullen ook in andere klimaatzaken voor rechters als leidraad gelden. Ook kunnen landen die niks met de uitspraak doen fikse boetes verwachten.

De zes besloten jaren geleden al dat ze naar de rechter wilden. Tijdens een extreem hete juni in 2017 woedden er in Portugal enorme bosbranden, waarbij meer dan 100 doden vielen. "Het voelde als een nu-of-nooit-moment om onze stem te laten horen", vertelt Sofia Oliviera aan persbureau AP. Zij en haar broer André startten samen met vier anderen de zaak bij het EHRM.

Problemen door hitte

Volgens de jongeren wordt hun toekomst bedreigd door steeds meer extreme hitte en vernietigende bosbranden - die overigens niet altijd aan klimaatverandering te linken zijn, al neemt de kans erop wel toe in een droger en heter klimaat. Ze merken de gevolgen nu al, zeggen ze. Tijdens hittegolven hebben ze problemen met slapen, concentratie en kunnen ze soms niet buitenspelen of sporten. Scholen moeten soms dicht als de lucht wordt vervuild door bosbranden.

Om de verdere opwarming van de aarde tegen te gaan, moeten de regeringen snel meer doen om aan te voldoen aan hun afspraken in het Parijse Klimaatakkoord. Dat willen de jongeren nu via de rechter afdwingen. "We hebben geen tijd om te wachten tot we volwassen zijn", zegt André Oliviera.

Het Jeugdjournaal sprak André Oliviera over de klimaatzaak:

Er liggen op dit moment, naast de zaak van de Portugese jongeren, nog twee andere klimaatzaken bij de 'Grote Kamer' van het Hof. Eén is aangespannen door vier Zwitserse oudere vrouwen, de Klimaseniorinnen, die het leven van oudere mensen in gevaar zien door toegenomen hittegolven. De ander komt van een Franse oud-burgemeester van een gemeente aan de Franse kust. Hij is bang dat die door zeespiegelstijging langzaam in zee verdwijnt.

Steeds vaker vinden klimaatactivisten hun weg naar de rechter. Wereldwijd zijn er inmiddels al meer dan 2000 klimaatrechtszaken aangespannen. En dat worden er alleen maar meer, zeggen klimaatjuristen. "Rechtszaken tegen bedrijven, lokale overheden, tegenwoordig ook steeds vaker tegen personen, bijvoorbeeld ceo's van grote bedrijven", somt hoogleraar Christina Eckes van het Amsterdam Centre for European Law and Governance op. Zij volgt alle Europese klimaatzaken op de voet.

Ook Laura Burgers, klimaatjurist bij de UvA, voorspelt dat klimaatbeleid steeds vaker door de rechter getoetst zal worden. "Niet alleen klimaatactivisten weten de weg naar de rechtbank te vinden, dat zullen ook bedrijven en regeringen doen. Als zij bijvoorbeeld vinden dat klimaatbeleid te streng is of dat andere landen meer moeten doen."

De baanbrekende rechtszaak van klimaatclub Urgenda tegen de Nederlandse staat geldt voor veel klimaatactivisten als voorbeeld. Ook daarin speelden mensenrechten een cruciale rol. "Het was de eerste keer dat rechters artikelen 2 en 8 uit het mensenrechtenverdrag toepasten in een klimaatzaak", vertelt Burgers.

Moeilijk aan te tonen

Toch zijn overwinningen van klimaatactivisten en -organisaties in de rechtbank zeker niet vanzelfsprekend. "Het grootste deel van de klimaatrechtszaken wordt nog altijd verloren, hoewel klimaatactivisten steeds vaker gelijk krijgen", zegt Burgers. In het geval van de Portugese jongeren is het ook zeker nog geen gelopen race. Er bestaat een kans dat de zaak alsnog afketst op procedurele zaken. Het Hof is namelijk bedoeld als 'laatste redmiddel' en neemt zaken eigenlijk alleen in behandeling als alle nationale rechtsmiddelen zijn uitgeput. Volgens de jongeren is dat in deze zaak niet mogelijk, omdat de kwestie te urgent is en het eeuwig zou duren om de zaak in 32 landen voor de rechter te brengen.

Ook moeten de jongeren kunnen aantonen dat ze 'slachtoffer in de zin van het mensenrechtenverdrag zijn' en dat de CO2-emissies op het grondgebied van de landen echt de oorzaak zijn van de door hen geleden 'schade'. Vooral op dat laatste punt zullen de landen veel weerstand geven, zegt Eckes. Zowel Burgers als Eckes denkt overigens dat de rechters het inhoudelijk wel met de jongeren eens zullen zijn. Eckes: "Praktisch alle klimaatwetenschappers zijn het erover eens dat regeringen niet genoeg doen, dan zou het mij verbazen als een rechter op eigen houtje gaat bepalen dat dat wel zo is."

De uitspraak wordt ongeveer over een half jaar verwacht.

https://nos.nl/l/2491989

Feynman en/of Feiten – Stikstofslot definitief (GeenStijl)

Alsof je een glas water op een bosbrand gooit...

https://image.gscdn.nl/image/4952a7ac5d_plaatje2.jpg?h=True&w=880&s=518b468835780e69c0eb42f283792d6a

https://image.gscdn.nl/image/f8e7d2aaef_Nitrogen_dioxide_over_Europe_pillars.jpg?h=True&w=880&s=6a0b61547cde0c844029860b7311c2be

Onze natuur blijkt volgens de VN nog gevoeliger voor stikstof. De kritische depositiewaarden moeten nog verder omlaag. Vorig jaar legde het Planbureau voor de Leefomgeving al een vernietigend rapport neer dat zelf het uitkopen van ALLE boeren in 95% van Nederland niet zal leiden tot een oplossing van de stikstofcrisis. (PDF p4) Die beschouwing mag opnieuw, en zal dus nog slechter uitvallen.

Alleen rond Breskens, Hoogkarspel, Franeker, Delfzijl en Ravenstein zou wat ruimte ontstaan om nieuwe steden te bouwen voor een miljoen woningen. De rest van Nederland houdt zelfs na het uitkopen van alle boeren en het behalen van alle doelen uit het klimaatakkoord in alle andere sectoren haar fatale bouwstop. De uitzichtloosheid van deze impasse is nog nergens doorgedrongen.

Tegen die achtergrond is het uitkopen van 500 boeren nogal beperkt. Alsof je een glas water op een bosbrand gooit. Alleen kost dat glas water tientallen miljarden euro's en verdampt gelijk. Het maakt niet meer uit of je dit financieel of vanuit milieubelang bekijkt, het slaat nergens meer op. Het milieueffect is verwaarloosbaar op het geheel, de kennis- en kapitaalvernietiging is extreem.

https://image.gscdn.nl/image/840a0f8d38_plaatje2.jpg?h=True&w=880&s=fecc515bd3977728c9a3eef1a21e2e6c

Die berekeningen zijn behoorlijk incompleet. Van industrie wordt maar een klein deel van de uitstoot meegenomen, meer dan driekwart van stikstofoxiden slaat pas na de afkapgrens van 25 kilometer neer. Alle verkeersvluchten boven de 914 meter hoogte worden niet meegenomen. Daarvoor is geen wetenschappelijke basis, want die uitstoot vormt salpeterzuur en komt met regen naar beneden.

Dit is dus weer een stukje struisvogelpolitiek, waarbij er een peperduur ad-hoc beleid wordt gevoerd, waar iedereen van kan natellen dat het niet toereikend zal zijn. Het is wachten op een activistische Raad van State die besluit zulke fictieve afkapgrenzen weer eens te schrappen en we kunnen terug naar de tekentafel. Zonder stabiele regelgeving krijg je geen investeringen in de klimaattransitie.

Hier profileren politici zich dat ze “moeilijke” besluiten durven nemen en de geldkraan wagenwijd openzetten om zieltjes te winnen, maar wie het narekent, ziet de schatkist leegbloeden terwijl de natuur niet zal herstellen. De tijd dat we kunnen denken aan inspanningsverplichtingen is echt voorbij, we hebben keiharde resultaten nodig op een manier die op de lange termijn geld oplevert.

Politici delen liever geld uit aan armoedige kiezers om bijvoorbeeld hun energierekening te betalen. Dat is een indirecte fossiele subsidie, waarom hebben huurwoningen nog geen muurisolatie of dubbelglas!? Dat had de samenleving inmiddels terugverdiend. Waarom is dit klimaat- en armoedebeleid niet gelukt in de jaren zonder verkiezingscampagne? Was het controversieel?

Fossiele subsidies afbouwen klinkt leuk, het zal vooral geld kosten. Zware industrie wordt een fiscale vluchteling en zal elders herbouwen. Ondertussen stijgt de vraag naar hun producten tot in het onmogelijke, dezelfde industrie is nodig in de klimaattransitie om woningen voor anderhalve ton te verbouwen, het elektriciteitsnetwerk te verzwaren en ons wagenpark te vervangen.

Nederland heeft de meest milieuvriendelijke boeren ter wereld, die dankzij veel innovatie op de wereldmarkt goed mee kunnen komen. We kunnen kiezen tussen twee soorten natuurbeleid. De Nimby-variant waar we op onze postzegel alle boeren uitkopen en deze opgebouwde kennis verloren laten gaan, of onze kennis internationaal uitrollen en zo wereldwijd duurzamere landbouw uitrollen.

Boeren uitkopen, een Europees beroepsverbod geven en daarna 15% van hun oude stikstofruimte bieden om nieuwe activiteit te ontplooien begrijp ik niet. Dan eis je tegen enorme kosten 85% reductie, terwijl de eerste commerciële versie van de stikstofkraker al 80% reductie geeft, en geld oplevert. Over die winst gaan die boeren ook nog eens netjes belasting betalen...

Gaan we echt een bevolkingsgroep, levenswijze en gezonde sector van onze economie slopen om die laatste 5%-punt verschil? Er was ooit een visie dat we met innovatie een kenniseconomie gingen opbouwen en daarmee de wereld gingen verbeteren terwijl we een stevige boterham gingen verdienen. Waarom laten we die visie los in de klimaatdiscussie? Wat wordt ons verdienmodel?

Een Europees beroepsverbod is veel te breed. Binnen Portugal, Spanje, Zuid-Frankrijk, Zuid-Italië, Oostenrijk, Slovenië, Kroatië. Bosnië, Servië, Albanië, Griekenland, Hongarije, Bulgarije, Roemenië, Letland, Litouwen, Estonia, Ierland, Schotland, Noorwegen, Zweden en Finland zijn grote gebieden waar stikstof geen probleem is. Waarom mogen onze boeren niet binnen Europa verhuizen!?

De Universiteit Wageningen kwam ook zelf met een “oplossing”. Kort samengevat: niet al te gedetailleerd te werk gaan, ongebruikte vergunningen direct vernietigen en het mes in de landbouw. Dan gaan we minder voedsel produceren, voedsel over een langere afstand transporteren (meer diesel- & stikstofoxiden-uitstoot) om daarna last te krijgen van extra buitenlandse stikstofuitstoot.

Het is nogal logisch dat de voedselconsumptie constant blijft, of meestijgt met de bevolkingsgroei. Dan kan je hier wel afscheid nemen van onze landbouw, maar dat geeft binnen de Europese markt louter een waterbedeffect, waarbij dezelfde productie vlak over de grens door een andere boer en onder minder milieuregels alsnog komt en tot meer uitstoot leidt. Dat beleid werkt averechts.

Volgens het Planbureau voor de Leefomgeving komt het merendeel van onze stikstofdepositie uit het buitenland. Satellietbeelden van stikstofoxiden in de lucht laten keurig de bijdrage van het Ruhrgebied en Antwerpse haven zien. De VN kan haar rapport beter aan Brussel en Berlijn sturen, dat Nederland hulp nodig heeft, en geen open riool is voor gebrekkige handhaving elders.

Deze uitdaging wacht al jaren op de eerste valide oplossing.

https://www.geenstijl.nl/5172470/feynman-en-of-feiten-stikstofslot-definitief/

Dam podium van mars voor Klimaat en Rechtvaardigheid op 12 november (Greenpeace)

Amsterdam, 7 september – Zondag 12 november komt Nederland massaal in actie voor het klimaat. Die dag organiseren 9 maatschappelijke- en milieuorganisaties, de mars voor Klimaat en Rechtvaardigheid in Amsterdam. Tien dagen voor de Tweede Kamerverkiezingen en dat is niet toevallig. Want falende politiek heeft Nederland in grote problemen gestort. We kampen met een klimaatcrisis, een wooncrisis, een armoedecrisis, een stikstofcrisis en aanhoudend racisme. Alleen massaal protest kan voor politieke verandering zorgen. Daarom bouwt de Klimaatcrisis Coalitie (KCC) een sterke beweging, die mens en klimaat boven de winst van grote vervuilers zet.

Ook deze zomer werd het nieuws gedomineerd door verhalen over extreme droogte, hitterecords, grote bosbranden en excessieve regenval. De meest recente klimaatrapporten liegen er niet om: het klimaat verandert veel sneller dan verwacht. Grote vervuilende bedrijven zijn hoofdverantwoordelijken voor deze ontwikkeling. Tegelijkertijd ontvangt de fossiele sector jaarlijks 37,5 miljard euro aan subsidies. In de regel geldt: hoe meer je vervuilt, hoe minder belasting je betaalt. Dit moet stoppen. Het is tijd voor een overheid die het belang van mensen boven het belang van multinationals plaatst.

Want, een politiek die winst van bedrijven boven het welzijn van mensen stelt, stort ons ook in sociale onzekerheid. Starters kunnen geen woning meer kopen. De sociale huur is uitgekleed. Grote bezuinigingen in de zorg en het onderwijs zorgen voor wachtrijen en verschraling. De lonen van werknemers blijven achter bij de inflatie. Door onmenselijk beleid slapen vluchtelingen in Ter Apel op straat. De getroffen mensen in Groningen en de ouders in het toeslagenschandaal zijn nog steeds niet gecompenseerd. En ook de natuur is de klos: Stikstof uitgestoten door Tata, Schiphol en de bio-industrie bedreigt kwetsbare natuurgebieden. De lucht is op veel plekken vervuild en in ons oppervlaktewater lozen multinationals hun giftige stoffen.

Renske Wienen, woordvoerder De Goede Zaak: “De crisis is nu. En de klimaatcrisis versterkt elke andere crisis waar we nu mee omgaan; mensen raken dakloos, armoede wordt nog veel erger en minderheden komen in een nog wrangere positie. We moeten nu de handen ineenslaan. Het klimaatprobleem staat niet los van de andere crisissen die in ons land en daarbuiten woekeren. Ze zijn symptomen van een politiek die hebzucht naar macht en geld niet los kan laten, ook al kost het levens. Wij zeggen met deze mars: de tijd van egoïsme is voorbij.“

Hilde Stroot, klimaatexpert Oxfam Novib: “De prijs van gevaarlijke klimaatverandering wordt vooral betaald door de mensen die het minst hebben bijgedragen aan de klimaatcrisis. Hier in Nederland, maar vooral ook in het mondiale zuiden. Urgente, drastische en grootschalige maatregelen zijn nodig. Ondanks dat de klimaatcrisis ook Nederland treft, blijven de Nederlandse klimaatdoelen nog steeds ver achter om aan de eigen beloftes te voldoen.”

Peer de Rijk, campaigner Milieudefensie: “De wereld staat in brand. Nederland helpt niet met blussen, maar gooit met 37,5 miljard euro aan fossiele subsidies zelfs extra olie op het vuur. De overheid financiert zo de uitstoot van grote vervuilende bedrijven, terwijl het geld ook geïnvesteerd kan worden in het oplossen van de klimaatcrisis. Bijvoorbeeld door jaarlijks miljoenen woningen versneld te isoleren.” 

Noot voor redactie:

De mars voor Klimaat en Rechtvaardigheid start op 12 november op de Dam in Amsterdam en eindigt op het Museumplein. De mars is een initiatief van de Klimaatcrisis Coalitie, een samenwerking van Oxfam Novib, Fridays For Future Nederland, Greenpeace, Extinction Rebellion, FNV, Fossielvrij NL, De Goede Zaak, Transnational Institute en Milieudefensie.

Praktische informatie: 

Klimaatmars: 12 november

Startlocatie: Dam, Amsterdam

Starttijd: 13.00 uur

The post Dam podium van mars voor Klimaat en Rechtvaardigheid op 12 november appeared first on Greenpeace Nederland.

https://www.greenpeace.org/nl/greenpeace/60330/dam-podium-van-mars-voor-klimaat-en-rechtvaardigheid-op-12-november/

Permafrost – een kantelpunt? (Klimaatverandering blog)

Wat zijn kantelpunten?

Kantelpunten of ‘tipping points’. Daarbij moet ik altijd denken aan een liedje van Annie M.G. Schmidt, “De Brug van Breukelen” – waar ik zelf vaak overheen fietste. In dat liedje staat de brug van Breukelen vol mensen. De tekst: Maar toen kwam er ook nog een mug bij – en toen brak de brug. Het is een voorbeeld van een kantelpunt.

De dooi van permafrost wordt gezien als een mogelijk kantelpunt in het klimaat. In deze blog wil ik ingaan op de aanwijzingen die we daarvoor hebben, gebaseerd op mijn eigen onderzoekservaring in het hoge noorden, en de permafrost in het ijstijd-verleden in Nederland.

Kantelpunten zijn omstandigheden waarbij plotselinge en sterke, moeilijk omkeerbare veranderingen optreden in een systeem. Het systeem is in dit geval het klimaatsysteem: het geheel van energie-uitwisseling tussen zon, atmosfeer, landoppervlak, ijskappen en oceanen. Bij zo’n kantelpunt wordt het systeem door een (soms kleine) verstoring uit een stabiel evenwicht geduwd en kan het abrupt naar naar een ander, nieuw evenwicht springen. De klimaatonderzoeker Lenton heeft hier veel over gepubliceerd; aanvankelijk werd verondersteld dat dergelijke kantelpunten pas bij vergaande opwarming van het klimaat zouden optreden, maar nu wordt aangenomen dat dit ook al bij de 1,5 a 2°C opwarming kan plaatsvinden.

In het voorbeeld van de brug: de brug van Breukelen over de Vecht is een oude tweekleppige ophaalbrug. De kleppen leunen midden boven de rivier tegen elkaar, en houden elkaar in evenwicht. Maar als de brug breekt door overbelasting zakken de kleppen naar beneden tot ze niet verder meer kunnen – een nieuw evenwicht. De brug is schoksgewijs van de ene evenwichtstoestand in de andere overgegaan, en repareren is geen simpel klusje.

Het klimaat van het Holoceen is een min of meer stabiel klimaat, met een evenwicht in de warmtehuishouding van onze planeet, kleinere schommelingen daargelaten. Dat het klimaatsysteem kantelpunten kent weten we uit de ijstijden toen het wereldwijde klimaat met grote sprongen heen en weer kon schommelen tussen extreme kou met ijskappen in Noord-Amerika en Europa (glaciaal klimaat) en een warmer klimaat vergelijkbaar met nu (interglaciaal). Met onze broeikasgassen verstoren we de warmtehuishouding van de Aarde en kan het klimaat naar een andere evenwichtstoestand springen: die van ‘hothouse Earth’, een veel warmer klimaat waarin het verkoelende effect van ijskappen ontbreekt.

Systemen waarin kantelpunten kunnen optreden hebben zichzelf versterkende terugkoppelingen. Opwarming van de Aarde treedt het sterkst optreedt in de poolgebieden. Voor het Noordpoolgebied is dat het gevolg van ‘Arctic amplification’. Het belangrijkste onderdeel daarvan is het verdwijnen van sneeuw en ijs, zowel op land als in de oceaan. Sneeuw en ijs kaatsen in voorjaar en zomer zonlicht sterk terug, maar als ijs en sneeuw eerder verdwijnen, wordt meer zonnewarmte opgenomen en warmen water en bodem sterker op. Zo versterkt de opwarming in de poolgebieden zichzelf. Als we erin slagen ons aan het klimaatakkoord van de Parijs te houden en de opwarming tot een wereldwijd gemiddelde van 2°C beperken, betekent dat voor de Noordelijke IJszee al zo’n 8°C opwarming. Het zal duidelijk zijn dat zelfs bij 2°C al drastische veranderingen zullen optreden rond de Noordpool, en bij sterkere opwarming gaat dat nog sneller. Het is ook niet alleen opwarming. Ook de hoeveelheid neerslag neemt toe omdat de verdamping uit een steeds meer ijsvrije Noordelijke IJszee toeneemt.

Minstens één kantelpunt is dan waarschijnlijk al bereikt – het verdwijnen van het zee-ijs in de zomer. Ook het ontdooien van de permafrost is al in gang gezet. Daarnaast beïnvloedt de dooi van de permafrost zelf ook het klimaat op een manier die de opwarming versterkt: door de uitstoot van CO2 en de sterkere broeikasgassen methaan (CH4) en lachgas (N2O). Maar in hoeverre is dit een kantelpunt, of is het een meer geleidelijk proces, is herstel mogelijk? Of gaan de broeikasgassen uit de permafrost het klimaat definitief uit balans duwen?

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur1.jpg?w=1019

Figuur 1. Verbreiding van permafrost op het noordelijk halfrond. Geel: permafrost die veel ijs bevat (meer dan 50 a 60 volume % ijs); groene lijn: boomgrens. Uit:
J. van Huissteden & J. Vandenberghe: Permafrost – Nu en in de ijstijd.

Wat gebeurt er als permafrost ontdooit?

Ontdooiende permafrost is niet zo simpel als het lijkt. Het is niet alleen een kwestie van temperatuur. Ook neerslag speelt en rol, en hoe gevoelig de permafrost is voor dooi. Dat wordt bepaald door bodemtype, plantendek, en de hoeveelheid ijs in de permafrost. Hetzelfde geldt voor broeikasgassen die uit de permafrost vrijkomen.

Permafrost komt voor op bijna een kwart van het land op het noordelijk halfrond. Permafrost is permanent bevroren bodem. Alleen de bovenste decimeters tot anderhalve meter ontdooit in de korte zomer; dit is de opdooilaag of ‘active layer’. Daaronder kan de permafrost tientallen tot honderden meters dik zijn. De permafrost kan continu zijn (overal aanwezig), discontinu (plaatselijk onderbroken) of sporadisch/geïsoleerd (alleen lokaal aanwezig). Vaak wordt er bij permafrost aan toendra of poolwoestijn gedacht, maar de meeste permafrost ligt onder boreaal bos (Fig. 1). De belangrijkste klimaatgevoelige bestanddelen van permafrost zijn ijs en organisch materiaal. Organisch materiaal komt voor in de vorm van bodem-humus, veen fossiele resten van planten dieren. IJs is vaak in grote hoeveelheden aanwezig, vooral in bodems die uit los fijnkorrelig los materiaal bestaan, zoals zand, leem en veen. Hoe ouder de permafrost, hoe meer ijs. Het verzamelt zich in de loop van de tijd onder de opdooilaag in de vorm van ijslenzen, ijslagen, en meters diepe verticale wiggen van ijs – ijswiggen. De ijswiggen (Fig. 2) ontstaan door krimpscheuren die in de winter in de bodem van de koudste gebieden ontstaan. De permafrostbodem kan wel tot zo’n 90% van het volume uit ijs bestaan.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur2.jpg?w=1024

Figuur 2. Links: stuk van een ijswig in Siberische permafrost-bodem. Rechts: polygoon-bodem, ontstaan door de vorming van ijswiggen, gezien vanuit de lucht op een paar honderd meter hoogte. Foto’s J. van Huissteden.

De warmtebalans van de bodem is beslissend of permafrost-ijs ontdooit. In de zomer gaat er warmte in door zonnestraling, warme lucht, en er gaat warmte verloren door verdamping en uitstraling. In de winter verliest de bodem veel warmte door uitstraling in de lange, koude poolnacht. Plaatselijke verschillen worden bepaald door vegetatie, water, en sneeuwdek. Een sneeuwdek kaatst zonnestraling terug in het voorjaar, maar een dik sneeuwdek isoleert de bodem in de winter. Water op het oppervlak kan veel warmtestraling absorberen en de bodem snel doen opwarmen. Een vegetatiedek beïnvloedt dat de warmte-uitwisseling tussen bodem en atmosfeer sterk. De vegetatie vangt veel zonnewarmte op en wisselt die direct uit met de atmosfeer. Uiteindelijk komt slechts een zeer klein deel van de zomerwarmte in de bodem terecht, zo’n 5 tot 25% van de inkomende zonnestraling.

Bodemeigenschappen bepalen vervolgens hoeveel warmte dieper de bodem in wordt geleid. Een natte bodem geleidt de warmte beter dan een droge. Om permafrost-ijs te ontdooien moet aan de bodem veel warmte toegevoerd worden, vanwege de smeltwarmte (latente warmte) die nodig is om het ijs te ontdooien; veel meer warmte dan voor het verhogen van de temperatuur van de bodem.

De permafrost is aan het opwarmen. Niet alleen aan de oppervlakte, ook in diepere boorgaten is een temperatuur-toename te zien. Op veel plaatsen neemt ook de dikte van de opdooilaag geleidelijk toe. De dikte van de opdooilaag is bij een stabiel klimaat in evenwicht met het klimaat en vegetatie. Het ene jaar kan de bodem wat dieper ontdooien dan het andere, maar over langere tijd blijft de dikte gelijk. Bij opwarming van het klimaat wordt de opdooilaag steeds dikker, totdat de opdooilaag in de winter nooit meer helemaal bevriest. In dat geval is de permafrost wat klimaat-invloed betreft nauwelijks meer van invloed. De bodem kan op grotere diepte nog wel bevroren zijn, maar ook dat zal geleidelijk ontdooien.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur3.jpg?w=1024

Figuur 3. Links: poel ontstaan door ontdooien van grondijs. Rechts: afglijding door dooi; ijs van een grote ijswig is zichtbaar tussen de stukken toendrabodem. Noordoost Siberië. Foto’s J. van Huissteden.

Extreem warme of natte zomers veroorzaken dieper ontdooien over grotere gebieden. Vernieling van vegetatie, bijvoorbeeld door bosbrand of terreinvoertuigen, leidt ook lokaal tot diepere dooi. Wat er bij diepere dooi vervolgens gebeurt, hangt vooral af van de hoeveelheid ijs in de bodem en het landschap.

In vlakkere gebieden ontstaan poelen en meertjes als door het ontdooien van ijs de bodem inzakt (Fig. 3). Een nattere bodem met een waterlaag kan makkelijker warmte geleiden en daardoor dieper ontdooien. Als er een meer ontstaat dat dieper is dan de dikte van het ijs in de winter (ca 2 meter) blijft ook in de winter de meerbodem boven het vriespunt, en kan het meer steeds verder groeien door ontdooien van de permafrost onder het meer, en oevererosie: een dooimeer (Fig. 4). Hoe warmer het water, hoe sneller. Bij wat meer reliëf in het landschap kan de met water verzadigde bodem gaan afglijden over het ijs eronder (Fig. 4), waardoor steeds meer grondijs aan dooi wordt blootgesteld. Op Banks Island in Canada is een 60-voudige toename van het aantal aardverschuivingen in 30 jaar gevonden. Terrein met ijswiggen is extra kwetsbaar, omdat de wiggen als afvoergeulen voor smeltwater kunnen gaan dienen, vooral in het voorjaar na een winter met veel sneeuw. Zo ontstaan zich snel uitbreidende stelsels van erosiegeulen. Deze processen worden steeds vaker waargenomen in permafrostgebieden. De door erosie kalere bodem vangt vervolgens ook meer zonnewarmte in.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur4.jpg?w=1024

Figuur 4. Oevererosie langs een dooimeer in Noordoost-Siberië. Een nog bevroren permafrost-laag vormt een overhangende massa boven het water. Foto J. van Huissteden.

Broeikasgassen.

De uitstoot van broeikasgassen uit ontdooiende permafrost wordt vooral veroorzaakt door de enorme hoeveelheid organische stof in de bodem. Al dat organisch materiaal wordt door de lage temperaturen goed bewaard, als in een vriezer, en heeft zich in de loop van duizenden jaren opgehoopt. De hoeveelheid koolstof in permafrost is bijna even groot als alle koolstof in CO2 en CH4 (methaan) in de atmosfeer. Dat wil overigens nog niet zeggen dat het allemaal in de atmosfeer terecht komt; na erosie wordt een groot deel weer begraven in rivier-, meer- en zee-afzettingen.

Zodra de bodem ontdooit, kan dit fossiele materiaal verteerd worden door micro-organismen en omgezet in broeikasgas. Het hangt ervan af onder wat voor omstandigheden dat gebeurt. Is dat in een moeras, poel of meerbodem, dan wordt het vooral CH4. Onder drogere omstandigheden komt CO2 vrij. In drogere bodems kan CH4 overigens ook weer opgenomen worden en als energiebron gebruikt worden door bacteriën (echter in geringere hoeveelheden). Wanneer snelle omzetting van grote hoeveelheden organisch materiaal plaatsvindt, vooral na erosie, kan ook lachgas (N2O) ontstaan. De snelheid van bacteriële omzettingsprocessen van organische stof in de bodem naar CO2 en CH4 neemt exponentieel toe met de bodemtemperatuur; hoe warmer de bodem, hoe meer broeikasgas. Het klimaateffect van deze broeikasgassen verschilt onderling sterk; op een termijn van 20 jaar is dat voor CH4 ±81 x groter dan dat van CO2 en voor N2O ±273 x zo groot.

CO2 uit afbraakprocessen in een niet verstoord ecosysteem is meestal ongeveer in evenwicht met opname van CO2 door fotosynthese van planten (Fig. 5). Dit draagt niet noemenswaardig bij aan toename van CO2 in de atmosfeer. Er kan zelfs meer CO2 worden opgenomen dan er vrij komt, dat dan wordt opgeslagen in hout, of humus en veen in de bodem. Afbraak van fossiel materiaal voegt wel nieuw koolstof toe aan de atmosfeer als CO2 en CH4, en vergroot de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer. Ook CH4 dat uit vers organisch materiaal gevormd is draagt bij aan extra opwarming, als de uitstoot daarvan toeneemt.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur5.jpg?w=1024

Figuur 5. De afbraak van fossiel organisch materiaal in de bodem voegt extra CO2 toe aan de atmosfeer.

Een andere bron van fossiel methaan is het steeds meer discontinu worden van de permafrost. Permafrost vormt een afsluitend deksel voor methaanlekkage uit de diepere ondergrond (met name boven gasvelden); bij ontdooien kan de emissie daarvan toenemen. Ook is hoge methaanemissie uit onderzeese permafrost waargenomen.

Kortom, hoe warmer de permafrost-bodem, hoe meer CO2, methaan en lachgas. Methaan is het gas waar de meeste publieke aandacht voor is, maar CO2 is wat hoeveelheid betreft het belangrijkste broeikasgas uit de permafrost. De verhouding tussen CO2 en CH4 is moeilijk in te schatten: die hangt sterk af van het landschap. Veel erosie levert meer CO2 en lachgas op, weinig erosie maar meer poelen en meren, levert meer methaan.

Aan de andere kant laat de opwarming van het klimaat ook de vegetatie toenemen in de toendra- en poolwoestijn-gebieden op de permafrost. Dat leidt tot meer opname van CO2. In de toendra nemen vooral struiken toe (de boomgrens in vlak laagland kan de snelle opwarming niet goed bijhouden). Dit staat bekend als ‘Arctic Greening’ en is ook opgenomen in klimaatmodellen. De laatste jaren blijkt uit satellietbeelden ook ‘Arctic Browning’ op te treden, een verlies van groene vegetatie door de toename van klimaat-extremen in het Arctische gebied: droogte, warmte, bos- en toendrabranden, en insectenplagen die ook vaak samenhangen met klimaatverandering. De effecten van abrupte dooi met poelen en erosie dragen ook bij.

Uit metingen in de Siberische toendra bleek ook, dat in jaren met een langer groeiseizoen wel meer CO2 werd opgenomen door de vegetatie, maar tegelijkertijd kwam er ook meer CO2 uit de bodem. Dat compenseerde de extra opname van CO2. Recent is ook gebleken dat in de winter CO2– en methaan-emissies uit de bodem doorgaan zolang de bodem niet compleet bevroren is. Ook dat neem toe, omdat door opwarming van het klimaat het bevriezen van de bodem steeds langer duurt. Afbraak van organische stof gaat daardoor langer door. De in de bodem opgeslagen gassen worden er vervolgens door het bevriezingsproces uitgedreven. Deze winterse uitstoot overtreft de in de zomer door planten opgenomen CO2.

Uit waarnemingen blijkt dus dat de opname van CO2 door meer vegetatie niet in staat is de uitstoot van broeikasgassen te compenseren, en waarschijnlijk wordt dat in de toekomst ook niet beter. Helaas zijn er weinig lange meetreeksen van CO2– en methaanuitstoot boven de permafrost. De logistieke problemen om dat met gevoelige apparatuur te meten zijn groot, en geschikte apparatuur is er ook pas zo’n 15 jaar. Temperaturen zijn in de winter extreem, terwijl de emissies ook in de winter niet te verwaarlozen zijn. Onlangs is een 16 jaar lange tijdreeks van metingen uit de Siberische toendra gepubliceerd, die een duidelijke toename van zomertemperatuur laten zien die gepaard gaat met een toename van zomerse methaan-emissie van 1.9 ± 0.7% per jaar bij een Juni-temperatuur toename van 0.3 ± 0.1 °C per jaar.

Sinds 2007 is er een zeer snelle toename van methaan in de atmosfeer te zien. Kan ontdooiende permafrost hieraan bijdragen? Het onderscheid tussen de verschillende bronnen van methaan en CO2 is lastig, en permafrost is lang niet de enige bron. Er zijn meer grote natuurlijke methaanbronnen, zoals moerassen in de tropen, zoetwatermeren, en je moet permafrost-methaan ook kunnen onderscheiden van de grote menselijke bronnen zoals fossiele brandstoffen en landbouw. De natuurlijk voorkomende isotopen van de koolstof, zuurstof en waterstof, kunnen helpen bij het schatten van de grootte van bronnen, maar zijn vaak niet beslissend.

Uit meerdere onderzoeken blijkt niet dat er tot nu toe een grote bijdrage van de permafrost is. In een publicatie uit 2015 wordt met behulp van modellen geschat dat door opwarming van de permafrost 10% van de koolstof daaruit in de atmosfeer verdwijnt tot het einde van deze eeuw, het meest als CO2. Dat is vergelijkbaar met 10% van de emissie uit fossiele brandstoffen en is goed voor 0.2°C extra opwarming. De verdeling van concentratie van methaan in de atmosfeer over de hele Aarde geeft ook aan dat de belangrijkste natuurlijke bronnen van biogeen methaan in de tropen liggen. Metingen van methaanconcentratie in de Arctische atmosfeer laten ook nog geen toename zien op grote schaal. De snelle toename van methaan in de atmosfeer wordt voor het grootste deel toegeschreven aan methaan uit tropische wetlands.

Een mogelijke verklaring is dat zomerdroogte die regionaal optreedt in het Arctische gebied de methaanvorming onderdrukt. De bacteriële oxidatie van methaan in de bodem neemt ook toe in het Arctische gebied en kan een deel van het ontbrekende methaan verklaren. Aan de andere kant zorgt een Arctische Oceaan met minder ijsbedekking ook voor meer sneeuwval en regen, wat juist in het begin van de zomer voor natte omstandigheden kan zorgen. Vooral riviervlakten die bij veel sneeuwval in het voorjaar overstromen zijn sterke bronnen van methaan. Wereldwijde inventarisaties met behulp van meetgegevens en atmosferische inversie-modellen laten een lichte toename zien van methaanuitstoot uit het Arctische gebied.

Hierbij moet wel benadrukt worden dat veel publicaties niet veel verder gaan in hun analyses dan tot 2020. Effecten van recente extreme gebeurtenissen (recente extreme bosbranden in Siberië en Canada, extreem warm, droog weer van de afgelopen paar jaar en van dit jaar) zullen we in die analyses nog niet zien.

Zijn we het permafrost tipping point al gepasseerd?

Deze vraag blijkt dus lastig te beantwoorden door gebrek aan gegevens. Een artikel uit 2020 stelde dat de permafrost al een tijd geleden een kantelpunt gepasseerd is en onomkeerbaar aan het dooien is (Randers & Goluke 2020). Die conclusie werd getrokken uit experimenten met een vereenvoudigd aardsysteem- en klimaatmodel. Zelfs als we onmiddellijk zouden stoppen met CO2 uitstoten, zou de dooi – na een aanvankelijke vertraging – eeuwenlang doorgaan. In dit model werd de dooi van permafrost versterkt door de uitstoot van broeikasgassen uit de permafrost, en door toename van waterdamp (ook een broeikasgas) in de atmosfeer, en verder worden versterkt door meer opwarming door verdwijnen van sneeuw en ijs. Het model berustte op simpele aannames: de stijging van de luchttemperatuur is een maat voor dooi van permafrost, evenals de emissie van broeikasgassen. Zoals hierboven besproken, zit het wel wat ingewikkelder in elkaar. In de eerste plaats blijkt er niet één kantelpunt te zijn in het permafrost-klimaatsysteem (Fig. 6).

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur6.jpg?w=635

Figuur 6. Globale relatie permafrost en klimaat.

Het ontdooien van permafrost zelf is geen kantelpunt. Zodra het klimaat afkoelt kan de bodem weer bevriezen. Dat is ook wel gebleken uit snelle terugkeer van permafrost bij de laatste koude fase aan het eind van de laatste ijstijd (Jonge Dryas Stadiaal) in Nederland, toen de permafrost van het koudste deel van de laatste ijstijd al een paar duizend jaar verdwenen was.

Het eerste kantelpunt heeft betrekking op landschap en ecosystemen van ijsrijke permafrost: aardverschuivingen, erosie, ontstaan van poelen en meren door snelle, abrupte dooi. Uit verschillende publicaties (hierboven aangehaald) blijkt dat dit al plaatsvindt, en verlies van organische stof uit de bodem veroorzaakt. Het duurt tientallen tot honderden jaren voordat sporen van erosie weer uitgewist zijn in de vegetatie, en nog langer voordat de hoeveelheid organische stof in de bodem weer op het oude niveau is. De beruchte Batagay megaslump laat zien dat wanneer dat het erosieproces eenmaal in gang gezet is, het tientallen jaren door kan gaan. Ook het verdwijnen van de ijstijd-permafrost uit het koudste deel van de ijstijd in Nederland veroorzaakte op zeer grote schaal verstoring van de bodem (Fig. 7).

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2023/08/figuur7.jpg?w=227

Figuur 7. Sterke vervloeiïng van de bodem tijdens het ontdooien van de permafrost uit de laatste ijstijd in Nederland. Stukken venige toendrabodem (zwarte brokken) zijn in een zandlaag gezakt. Dat kon, doordat de zandlaag door dooi van grondijs oververzadigd was geraakt met water. Deze zogenaamde kryoturbatie wordt in grote delen van Nederland aangetroffen, vlak onder lagen waarin geen aanwijzingen voor permafrost aanwezig zijn. Hengelo, bouwput aanleg A1, foto J. van Huissteden.

Het tweede kantelpunt is de uitstoot van broeikasgassen uit de ontdooiende permafrost. Het is de vraag of dit een kantelpunt is – neemt dit geleidelijk toe naarmate de permafrost warmer wordt, of gaan er abrupte veranderingen optreden waarbij de emissie in korte tijd sterk toeneemt en op een hoger niveau blijft? Gezien de enorme hoeveelheden fossiel organisch materiaal die zijn opgeslagen in de permafrostbodems en de abrupte dooiverschijnselen die we nu zien toenemen, zou dit zeker een kantelpunt kunnen zijn. Alleen wijzen de schattingen van wereldwijde uitstoot uit permafrost nog niet op een sterke toename tot nu toe. Waarschijnlijk is hier nog geen kantelpunt bereikt.

Dat de uitstoot uit permafrost gering is ten opzichte van andere broeikasgasbronnen is overigens niet geruststellend. Hierboven wordt een schatting genoemd die aangeeft dat de broeikasgassen uit permafrost in deze eeuw wereldwijd bijdragen aan ± 0.2°C extra opwarming. Via de ‘Arctic amplification’ is dat echter meer opwarming boven de permafrost. Zoals het model van Randers & Goluke laat zien, moeten we ook rekening houden met meer waterdamp door een vochtiger arctische atmosfeer. Dezelfde schatting zegt dat permafrost-broeikasgassen slechts 10% van onze emissie uit fossiele brandstoffen vertegenwoordigen. Dat lijkt weinig, maar betekent veel meer economische en maatschappelijke inspanning om de opwarming van de Aarde tot 2°C te beperken. Zelf denk ik dat deze schatting te laag is, omdat ze gebaseerd is op modellen waarin de effecten van abrupte dooi niet goed verwerkt zijn.

Het is bovendien ook onzeker of ‘Arctic greening’ leidt tot meer CO2 opname in vegetatie om de emissie uit permafrost te compenseren. De recente extreme bos- en toendrabranden zijn zeer verontrustend. De uitstoot van roet van de branden, en afzetting daarvan op het sneeuwdek leidt ook tot snellere sneeuwsmelt door meer absorptie zonnestraling. De vernietiging van beschermende vegetatie leidt ook tot extra permafrost-dooi.

Tenslotte moeten we ook rekening houden met andere kantelpunten in het klimaat, die de Arctische opwarming kunnen versterken: het domino-effect van kantelpunten die elkaar beïnvloeden. Verdwijnen van Arctisch zee-ijs leidt tot meer waterdamp in de Arctische atmosfeer en meer opwarming. De extra neerslag die daarvan het gevolg is heeft ook een opwarmend effect op de permafrost, zoals we hierboven gezien hebben. Andere kantelpunten in het klimaat, met name kantelpunten die de stromingen en broeikasgas-uitwisseling in de oceanen beïnvloeden, hebben waarschijnlijk grotere gevolgen voor het klimaat dan permafrost-dooi. Permafrost-dooi is slechts een van de grote risico’s die we lopen door te gokken met het klimaat van onze planeet.

https://klimaatveranda.nl/2023/08/22/permafrost-een-kantelpunt/