Gratis eten van de dekoloniale dakboerderij: ‘Dit is de toekomst’ (OneWorld)

Bij helder weer kun je vanaf de dakboerderij van Deep Medicine Circle de Bay Bridge zien, waarover reizigers uit de hele wereld San Francisco binnenkomen. De oprichters van deze non-profitboerderij van één hectare huren de ruimte op het dak van de Logan, een luxe appartementencomplex in gentrificatiewijk Temescal in Noord-Oakland. Op de begane grond van het gebouw zit ironisch genoeg een filiaal van Whole Foods. Deze keten van dure biologische winkels is tevens een dochteronderneming van Amazon en dus eigendom van een van de rijkste mensen ter wereld: Jeff Bezos.

 

Tweet dit

Dit is de toekomst van steden en hoe ze vormgegeven moeten worden

Tweet dit

 

Het contrast is groot: het door vrouwen van kleur gerunde Deep Medicine Circle (DMC), waar sinds 2021 rijen boerenkool en sla groeien, geeft de oogst gratis weg. Ze weigeren die te verkopen aan Whole Foods of de keten foto’s te laten maken van de dakboerderij voor hun ‘duurzame’ imago. Oprichter Rupa Marya (47) wilde met DMC namelijk juist een systeem creëren waarin niet geld, maar mensen en de planeet voorop staan.

 

Reportage gaat verder na de foto.

 

Een langere versie van deze reportage verscheen in juni 2023 in OneWorld Magazine

Dakboerderijmedewerker Jumia Callaway houdt een stuk mycelium vast, een netwerk van schimmeldraden dat verwijderd moet worden.Beeld: Gabriela Hasbun

 

Gratis verdeeld

“Dit is de toekomst van steden en hoe ze vormgegeven moeten worden”, vertelt Marya. Het huidige model van onze voedselsystemen is volgens haar niet gericht op het voeden van mensen, maar op winst voor een klein groepje. Marya is een duizendpoot: naast directeur van DMC is ze ook universitair hoofddocent geneeskunde aan de Universiteit van Californië en leadzangeres van de band Rupa and the April Fishes. Ze is van nature geen boerin, vertelt Marya, die dochter is van Indiase immigranten. Marya’s man ontwierp eerder de blauwdruk voor de dakboerderij van DMC: een daktuin boven op een studentenhuis op de campus van de Universiteit van Californië. Het idee was dat de studenten zichzelf van voedsel konden voorzien. Inmiddels is het een biologische bloemenboerderij.

 

Tweet dit

De activistische organisaties die voedsel krijgen van DMC, kiezen zelf hoe ze het verdelen

Tweet dit

 

Meredith Song, hoofd oogst van DMC, is bezig met de planning van de opbrengst. Het voedsel wordt verdeeld onder activistische organisaties in zowel Oakland als San Francisco. Zo gaat een deel naar The People’s Program, een organisatie die de zwarte gemeenschap helpt vanuit de visie van de Black Panther Party, die in de jaren 60 en 70 gratis ontbijt organiseerde voor schoolkinderen. Een ander deel gaat naar Moms 4 Housing, een groep die opkomt voor het recht op wonen. De organisaties kiezen vervolgens zelf hoe ze het gratis voedsel verdelen onder de gemeenschap.

 

Song werkt sinds anderhalf jaar bij DMC, waar ze met vier collega’s en vrijwilligers het land omploegt, wiedt, compost maakt en de oogst binnenhaalt. Ze zorgt ervoor dat de groente op het juiste moment geoogst wordt en regelt de opslag en het transport naar de organisaties. Er worden vooral bladgroenten op de boerderij geteeld, zoals boerenkool, sla, snijbiet en bladmosterd, maar ook allerlei andere groenten.

 

Rupa MaryaBeeld: Eigen foto.

Land terug!

Met traditionele ecologische kennis als inspiratie en leidraad, biedt DMC een nieuwe visie op hoe een landbouwsysteem eruit kan zien. Het teeltproces is gebaseerd op een regeneratieve methode die typerend is voor de Inheemse landbouw, waarmee de grond zo gezond mogelijk wordt gehouden. Dit betekent dat ze gewassen planten die geschikt zijn voor de bodem, die voor weinig tot geen ecologische verstoring zorgen en ze wisselen regelmatig van gewassen. Vanwege het warme, zonnige klimaat in Oakland kan er het hele jaar door worden verbouwd, maar Song vertelt dat ze de grond in december en januari tot rust laten komen. In de wintermaanden maken ze een gewassenplan, op basis van de lessen die zijn getrokken uit de vorige teelten.

 

Marya’s vader heeft een belangrijke rol gespeeld in de Inheemse landbouwmethoden die bij DMC worden toegepast. Als kind, tijdens uitstapjes en vakanties, maakte ze door haar vader kennis met mensen in reservaten en hoe zij landbouw bedreven. Marya besloot zich later met DMC in te zetten voor de 15 hectare grote boerderij Te Kwe A’naa Warep (‘Eer aan moeder aarde’) in San Gregorio, een kustplaatsje onder San Francisco. DMC heeft samen met Catalina Gomes, een stamoudste van de Inheemse Ramaytush, meegewerkt aan de aankoop – of terugname – van het Inheemse land om oorspronkelijke landbouwmethoden voor toekomstige generaties te behouden. “Mijn vader had er geen idee van dat ik door hem zou radicaliseren”, lacht Marya. “Nu ben ik 47 en roep ik: ‘Land terug!’”

 

Reportage gaat verder onder de foto.

 

Vic Chavez (l) en Jumia Callaway (r) wieden het onkruid tussen de aardbeien.Beeld: Gabriela Hasbun

 

Voedsel als medicijn

Marya’s behoefte aan een nieuw systeem kwam voort uit frustratie, omdat het huidige systeem onstabiel is gebleken. Door stijgende voedselprijzen als gevolg van inflatie en hogere brandstofprijzen kunnen veel mensen zich geen gezond voedsel meer veroorloven.

Met de zelfbenoemde ‘antikapitalistische boerderij’, die gratis voedsel weggeeft, wil Marya terug naar het voedselsysteem van vóór de geïndustrialiseerde voedselverbouwing en -verkoop die vandaag de dag gemeengoed is. ‘Voordat het kapitalisme er was, werd voedsel gezien als medicijn’, vertelde ze al eens in een interview aan San Francisco’s Eater. Maar nu, zo is op de website van DMC te lezen, bevinden we ons in een ‘existentiële gevarenzone door de klimaatverandering; het eindstadium van de koloniale kapitalistische destructie’. Daarom is de filosofie van DMC ‘heal the land, feed the people’: zowel het land als het voedsel dat wordt verbouwd moet helend zijn voor mensen.

 

Tweet dit

Tijdens de pandemie nam voedselonzekerheid in de Bay Area met 65 procent toe

Tweet dit

 

Maar dan moet je er wel toegang toe hebben. In 2019 kampte 25 tot 35 procent van de inwoners van de wijk met voedselonzekerheid. En uit onderzoek van de San Jose State University blijkt dat de voedselonzekerheid in de Bay Area tijdens de pandemie met 65 procent toenam. De maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus zorgden niet alleen voor een daling van de productie in veel landen, maar ook voor wereldwijde problemen in de toeleveringsketen, en daardoor voor enorme achterstanden bij het leveren van producten aan bedrijven. Deze problemen zijn in 2023 nog steeds aan de orde.

 

Marya, die verbonden is aan het ziekenhuis van de Universiteit van San Francisco, legt uit dat zij in haar medische praktijk en in haar werk in de klinieken van San Francisco zag dat steeds meer jonge mensen binnenkwamen met ernstige gezondheidsproblemen, zoals darmkanker. Ze zag een verband met het voedsel dat ze eten. Samen met voedselactivist en hoogleraar ontwikkelingsbeleid Raj Patel schreef ze het boek Inflamed: Deep Medicine and the Anatomy of Injustice (2021), waarin ze het verband legt tussen gezondheid en de enorme ongelijkheden in politieke en economische systemen.

 

Reportage gaat verder onder de foto.

 

Op de eerste verdieping van de Logan, het luxe appartementencomplex waarop de dakboerderij zich bevindt, zit de dure biowinkel Whole Foods.Beeld: Gabriela Hasbun

 

Voedselwoestijnen

Een ander probleem is gentrificatie: vastgoedprojecten voor rijkere mensen in vaak verwaarloosde buurten, waardoor oorspronkelijke bewoners zich er geen bestaan meer kunnen veroorloven. In de jaren 70 en 80 was Temescal een wijk met relatief lage huurprijzen en veel mensen van kleur. Maar toen het stadsbestuur van Oakland het gebied wilde ‘revitaliseren’ met de nadruk op nieuwe economische projecten, moesten mensen van kleur plaatsmaken voor rijkere, witte bewoners en voor relatief dure (levensmiddelen)winkels. Marya merkt op dat de huurprijzen voor een appartement in appartementencomplex The Logan tussen de 3000 en 6000 dollar per maand bedragen. De huur die DMC voor het dak betaalt is een lager, onbekend bedrag.

 

Tweet dit

In ‘voedselwoestijnen’ kunnen mensen zich geen verse etenswaren veroorloven

Tweet dit

 

Door gentrificatie kunnen buurten waar het gemiddelde inkomen laag is ‘voedselwoestijnen’ worden, gebieden waar mensen zich geen verse, gezonde etenswaren kunnen veroorloven omdat die te duur of niet voorhanden zijn. Uit onderzoek van het lokale ABC News 7 blijkt dat er in de hele Bay Area meer dan 900 voedselwoestijnen zijn (de wijk Temescal hoort daar niet bij). Ook blijkt uit allerlei onderzoek dat mensen met meer toegang tot voedzaam eten meestal wit en welvarend zijn, terwijl in historisch gemarginaliseerde buurten waar de inkomens laag liggen, vooral buurtsupers en fastfoodketens gevestigd zijn die sterk bewerkt eten verkopen. Omdat de toegang tot gezond eten vooral minimaal is in buurten met lage inkomens waar veel mensen van kleur wonen, wordt ook wel van ‘voedselapartheid’ gesproken.

 

Stadslandbouw kan ervoor zorgen dat overal betaalbaar, vers voedsel beschikbaar is, zegt Marya – ook in wijken met lagere inkomens. “We verbouwen voedsel waar mensen wonen, dat is van cruciaal belang.” Ze legt uit dat stadslandbouw ecologische voordelen biedt voor het dagelijks leven, doordat de voedselproductie lokaal blijft, de hoeveelheid afval vermindert en onze ecologische voetafdruk dus kleiner wordt. “Als 25 procent van de gebouwen hier (in Oakland, red.) voedsel zou verbouwen op het dak, betekent dat dat je niet afhankelijk bent van fossiele brandstoffen voor transport van buitenaf.”

 

Reportage gaat verder onder de foto.

 

Deep Medicine Circle gebruikt een teeltmethode die typerend is voor Inheemse landbouw.Beeld: Gabriela Hasbun

 

Bosbranden die regelmatig woeden in het gebied – in 2019 in heel Californië zo’n 7860 – hebben dan ook minder invloed op het voedseltransport. “Je hebt je voedsel al hier. En op een dak hebben we geen problemen met invasieve plagen of dieren die de gewassen opeten. We zien hier alleen vogels en vliegende bestuivers zoals bijen, die de gewassen helpen gedijen.” En er zijn meer voordelen: “Dakboerderijen kunnen het ‘hitte-eilandeffect’ verminderen vanwege het groene dak.” In stedelijke gebieden stijgen de temperaturen door de dichte bebouwing, asfalt en het gebrek aan hitte-absorberende vegetatie zoals gras of bomen. Tegelijkertijd neemt dan ook het gebruik van airconditioners toe, is er meer luchtvervuiling, zijn er meer allergenen en ontstaan er sneller branden.

 

Rentmeesters van de gezondheid

Sociale stadslandbouw is niet nieuw in de Bay Area. Aan de overkant van de brug, in San Francisco, begon een tweetal wijnliefhebbers in 2019 met het herstellen van een stuk verwaarloosd land voor de teelt van druiven – aan de andere kant van de omheining bevindt zich een wijk met sociale huurwoningen. Ook het voedsel van die boerderij wordt uitgedeeld aan de bewoners van de wijk. En ze leren er hoe ze zelf voedsel kunnen verbouwen.

 

Tweet dit

Laat belastingbetalers betalen voor basisvoeding voor iedereen

Tweet dit

 

Gratis voedsel weggeven is een kostbare onderneming. De hoop is dat het model van DMC als voorbeeld gaat dienen om boeren financieel te ondersteunen als ‘rentmeesters van gezondheid’ en hen gelijk te stellen aan ambtenaren. Marya vindt dat het boerderijwerk gefinancierd moet worden door steden en provincies, op dezelfde manier als andere gemeentelijke banen, zoals die van buschauffeurs en parkeercontroleurs.

 

Marya: “De mensen die op stadsboerderijen werken, zouden in dienst moeten zijn van de gemeente, een pensioen moeten opbouwen en aanspraak moeten kunnen maken op andere sociale voorzieningen. En ze moeten een goed salaris krijgen voor het voedsel dat ze verbouwen en dat gratis weggegeven wordt. Laat ons (belastingbetalers, red.) betalen voor universele basisvoeding voor alle mensen. Dit is de toekomst.”

 

Een langere versie van deze reportage verscheen in juni 2023 in OneWorld Magazine.

Het bericht Gratis eten van de dekoloniale dakboerderij: ‘Dit is de toekomst’ verscheen eerst op OneWorld.

https://www.oneworld.nl/klimaat/gratis-eten-van-de-dekoloniale-dakboerderij-dit-is-de-toekomst/

Mensheid nog weinig onder de indruk van smeltende gletsjers, overstromingen, natuurbranden en hitterecords: uitstoot van broeikasgassen stijgt opnieuw in 2023 (Scientias)

Terwijl wereldleiders op de klimaattop in Dubai proberen de opwarming van de Aarde te stoppen, komt er triest nieuws van het Global Carbon Project: er is nog nooit zo veel CO2 uitgestoten door de verbranding van fossiele brandstoffen als dit jaar. Het gaat om 36,8 miljard ton CO2, een stijging van 1,1 procent vergeleken met […]

Meer wetenschap? Lees de nieuwste artikelen op Scientias.nl .

https://scientias.nl/mensheid-nog-weinig-onder-de-indruk-van-smeltende-gletsjers-overstromingen-natuurbranden-en-hitterecords-uitstoot-van-broeikasgassen-stijgt-opnieuw-in-2023/

Eerlijk zijn over 1,5 graden kan publiek helpen opwarming beter te begrijpen (ThePostOnline)

COP28

(Zahra Hirji, Bloomberg, 1 december 2023) – Als het gaat om het collectieve doel om de wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot 1,5 graden Celsius, is er maar één aanvaardbaar gespreksonderwerp in de aanloop naar de COP28 conferentie in Dubai.

“We moeten laten zien dat de internationale gemeenschap haar beloften kan waarmaken en een duidelijk signaal afgeven dat 1,5 binnen bereik blijft,” zei COP28 voorzitter Sultan Al Jaber op 30 oktober.

Op het Bloomberg New Economy Forum op 9 november beschreef de Amerikaanse klimaatgezant John Kerry de COP28 als “cruciaal om de kans te openen om 1,5 graden levend te houden”.

Een week later schreef het Europees Parlement een resolutie ter ondersteuning van het verdrievoudigen van hernieuwbare energie tegen 2030 en het snel uitfaseren van fossiele brandstoffen om “1,5C binnen bereik te houden”.

Ongemakkelijke waarheid

Al deze oproepen logenstraffen een ongemakkelijke waarheid: de planeet is nu 1,2 graden Celsius warmer dan in het pre-industriële tijdperk en zou al binnen tien jaar de 1,5 graden Celsius kunnen overschrijden.

James Hansen, een voormalig NASA-wetenschapper die in 1988 voor het Congres getuigde over de opwarming van de aarde, noemde 1,5 graden Celsius onlangs “doder dan een deurspijker“. Hoewel sommigen dit alleen privé doen, is een groeiend aantal wetenschappers en beleidsdeskundigen het hiermee eens.

Voor het grootste deel is de kloof tussen de manier waarop functionarissen 1,5 graden Celsius bespreken en de haalbaarheid ervan een kenmerk, geen probleem.

Waarnemers van klimaatpraat zeggen dat de berichtgeving deel uitmaakt van een berekende strategie, een strategie die eerder heeft gewerkt, om regeringen en bedrijven te motiveren voor klimaatactie.

2 graden Celsius

Maar nu de mensheid de boeken sluit van het warmste jaar ooit, is het de moeite waard om je af te vragen of de strategie nog steeds werkt – en wat er verloren zou kunnen gaan door deze te blijven omarmen.

Voor 1,5 graden Celsius was er 2 graden Celsius. In 1995 publiceerde het IPCC het eerste deel van zijn Tweede Beoordelingsrapport, waarin het waarschuwde dat een verdubbeling van kooldioxide in de atmosfeer de planeet tussen 1,5 graden Celsius en 4,5 graden Celsius zou kunnen opwarmen, met een beste schatting van 2,5 graden Celsius.

Het jaar daarop begon de Europese Unie aan te dringen op een 2 graden Celsius doelstelling – “omdat het groter is dan één en kleiner dan drie,” grapt David Victor. Hij is professor in innovatie en publiek beleid die onderzoek doet naar decarbonisatie aan de Universiteit van Californië in San Diego.

Overeenkomst van Parijs

Tegen COP15 in 2009 begon wetenschappelijk onderzoek de gevaren van een wereldwijde gemiddelde temperatuurstijging van 2 graden Celsius te verduidelijken; deelnemers aan de conferentie kwamen overeen om te streven naar “minder dan 2 graden Celsius”.

Een jaar later verwees de formele verklaring van COP16 naar “de noodzaak om” 1,5 graden Celsius te overwegen als een sterker “mondiaal doel op lange termijn”.

Toen kwam in 2015 de Overeenkomst van Parijs, waarin zo’n 200 landen overeenkwamen om de opwarming te beperken tot ruim onder de 2 graden Celsius, “met 1,5 graden Celsius als een soort ambitieuze doelstelling”, zegt Kate Marvel. Zij is senior klimaatwetenschapper bij de non-profit Project Drawdown.

1,5 graden Celsius is sindsdien synoniem geworden met het akkoord en het opnemen ervan werd gezien als een grote overwinning voor kleine eilandstaten en andere kwetsbare landen. De gedachte was dat het “motiverend zou werken”, aldus Marvel. “We moeten een doel hebben om naar te streven.

Zeespiegelstijging

Er was alleen één probleem. Weinig beleidsmakers en niemand in het grote publiek wist echt hoe een wereld van 1,5 graden Celsius eruitzag, wat er voor nodig was om daar te komen en of het verschil tussen 1,5 graden Celsius en 2 graden Celsius echt significant was. Dus vroegen de partijen bij het Akkoord van Parijs het IPCC om dit te onderzoeken.

Het resulterende rapport, gepubliceerd in oktober 2018, geeft voor het eerst gedetailleerd weer wat er op het spel staat bij een extra halve graad opwarming. Het rapport toonde aan dat een wereld met 1,5 graden Celsius veel minder extreme hitte, overstromingen en bosbranden zou hebben dan een wereld met 2 graden Celsius.

Tegen 2100 zou de wereldgemiddelde zeespiegel ongeveer 0,1 meter minder stijgen, waardoor tot 10 miljoen mensen minder gevaar lopen.

Natuurlijk was 1,5 graden Celsius absoluut niet “veilig” – zeg maar dag tegen de meeste koraalriffen – maar het rapport maakte duidelijk dat het veel beter zou zijn dan een 2 graden Celsius alternatief.

Strijdkreet

Vrijwel van de ene op de andere dag werd 1,5 graden Celsius een strijdkreet voor iedereen, van jeugdige klimaatactivisten tot ontwikkelingslanden, die het allemaal gebruikten om de noodzaak van grotere en snellere klimaatactie te benadrukken.

“Toen het 1,5-rapport uitkwam, was er een zekere mate van ‘freakout-ittude‘”, zegt Samantha Gross, directeur van het Energy Security and Climate Initiative aan het Brookings Institution. “Je weet wel: Oh mijn god, oh mijn god, wat gaan we doen?”

Maar door 1,5 graden Celsius serieus te nemen, wordt de mogelijkheid dat we die niet halen ook zwaarder, en dat gewicht kan demotiverend werken, eng zelfs: als we 1,5 graden Celsius overschrijden, kunnen we net zo goed de hoop opgeven.

“Je hoort mensen wel zo praten. Dat is waar ik denk dat het niet alleen een afleiding wordt, maar ook gevaarlijk,” zegt Robert Kopp, een professor klimaatwetenschappen aan de Rutgers University.

“Het is niet zo dat er iets magisch gebeurt bij 1,51 dat niet gebeurde bij 1,49”, zegt Zeke Hausfather, een klimaatwetenschapper bij de non-profit organisatie Berkeley Earth.

“De retoriek rond ‘1,5 om in leven te blijven’ doet het voorkomen als een klimatologisch significante drempel op een manier die niet bijzonder goed ondersteund wordt door de wetenschap.”

Op rand van levensvatbaarheid

Technisch gesproken is 1,5 graden Celsius nog niet dood: geloofwaardige computermodellen laten zien dat er nog steeds een manier is om de temperatuur tot die drempel te beperken. Gavin Schmidt, directeur van NASA’s Goddard Institute for Space Studies, beschrijft het doel als “niet onhaalbaar vanwege de fysica”.

Marvel van Project Drawdown omschrijft 1,5 graden Celsius als “nog steeds mogelijk, maar wel op de rand van levensvatbaarheid”.

Hoe mogelijk precies hangt ook af van welke van de twee paden wordt besproken.

Het eerste pad, waarbij de temperatuurstijging 1,5 graden Celsius bereikt en daar blijft, is zo smal, zo steil en erodeert zo snel dat de kans dat het gehaald wordt “heel klein” is, geeft Schmidt toe. “Als in nul.”

Robin Lamboll, een onderzoeker aan het Imperial College in Londen, zegt alleen dat “de hoeveelheid politieke wil die momenteel aan de dag wordt gelegd, er niet hoopvol uitziet dat die wil ook daadwerkelijk wordt geëvenaard.”

Overshoot-scenario

In het andere scenario stijgen de temperaturen meer dan 1,5 graden Celsius, maar dalen ze later in de eeuw weer als de natuur en de technologie meer emissies terugdringen. Dit staat bekend als het overshoot’-scenario. Hier is er nog minder consensus over wat haalbaar is.

Lamboll zegt dat “1,5 graden aan het eind van de eeuw een stuk aannemelijker is”, terwijl Schmidt nog steeds denkt dat het niet zal gebeuren.

Beide wegen naar 1,5 graden Celsius komen met dezelfde controlepunten. Elk land zal zijn uitstoot zo snel mogelijk naar netto nul moeten brengen.

Dit betekent dat er veel meer hernieuwbare energiecapaciteit nodig is, veel minder afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en een snelle opschaling van door de mens gemaakte CO2-verwijderingstechnologie als aanvulling op natuurlijke CO2-verwijderende middelen zoals bomen.

Maar het omarmen van overshoot – of het in ieder geval gebruiken om een langzamere uitfasering van kolen, olie en gas te rechtvaardigen – dreigt averechts te werken door klimaatmaatregelen uit te stellen en een nog warmere, gevaarlijkere toekomst te garanderen.

1,7 graden

En de kansen zijn al groot. Vorige maand schatte het milieuprogramma van de Verenigde Naties de kans dat de doelstelling zonder overschrijding wordt gehaald op slechts 14%.

In een rapport uit 2021 concludeerden IPCC-wetenschappers dat zelfs als landen de uitstoot zo drastisch mogelijk zouden verminderen, “het waarschijnlijker is dan niet” dat de 1,5 graden Celsius in de komende decennia wordt overschreden voordat de temperaturen weer dalen.

“Ik denk dat 1,5 graden steeds minder bruikbaar wordt naarmate het moeilijker wordt,” zegt Lamboll, en hij voegt eraan toe dat hij 1,7 graden Celsius steeds vaker begint te zien in wetenschappelijke artikelen.

Eerlijker zijn over 1,5 graden Celsius kan het publiek helpen om de huidige staat van opwarming beter te begrijpen en zich voor te bereiden op wat komen gaat.

Gevoel van urgentie

Maar voorstanders van het klimaat zeggen dat ze vrezen dat het, paradoxaal genoeg, ook het gevoel van urgentie zou kunnen verminderen.

“De politieke gevolgen van zeggen ‘1,5 graden Celsius is niet haalbaar’ – van knipperen, zo je wilt – die politieke gevolgen zijn groot,” zegt Victor. “Dus niemand wil de kogel opvangen.”

Tijdens de COP28 in Dubai zal 1,5 graden Celsius centraal staan – deels omdat dit jaar een ontnuchterende glimp ervan is op te vangen.

Begin november waren er volgens de VN in 2023 meer dan 80 dagen met temperaturen van minstens 1,5 graden Celsius boven het pre-industriële niveau, samen met effecten van de tweede orde zoals dodelijke bosbranden, schadelijke overstromingen en historische droogte. Na een recordhoge septembermaand noemde Hausfather de hitte “waanzinnig bananas”.

“We zijn al onveilig en we hebben de 1,5 graden Celsius nog niet bereikt”, zegt Rachel Cleetus, beleidsdirecteur van het non-profit klimaat- en energieprogramma van de Union of Concerned Scientists.

COP28 zal ook de eerste “wereldwijde inventarisatie” omvatten, een rigoureuze beoordeling van hoe de klimaatinspanningen op landenniveau zich verhouden tot de doelstellingen van Parijs.

Misvattingen

Het proces, dat bedoeld is als informatie voor de volgende ronde van nationale klimaatbeloften in 2025, zal zeker duidelijk maken hoe weinig landen zo snel of agressief bewegen als nodig is om 1,5 graden Celsius binnen de realiteit te houden.

Wat de inventarisatie echter niet zal doen, is die beperkte vooruitgang vergelijken met wat het zou zijn geweest zonder de overeenkomst van Parijs.

Misschien is de grootste ironie van het 1,5 graden Celsius-gespreksonderwerp wel dat het, door zo duidelijk aan te geven welke vooruitgang er nog nodig is, de misvatting kan versterken dat er nog geen vooruitgang is geboekt.

5,2 graden opwarming

In 2015, net voordat het Akkoord van Parijs werd gesloten, schatte de VN dat zelfs als de meest ambitieuze klimaatdoelen op landenniveau zouden worden gehaald, de aarde 66% kans had op een opwarming tussen 3 graden Celsius en 3,5 graden Celsius in 2100.

Datzelfde jaar schatte MIT’s Energy and Climate Outlook de opwarming op 3,1 graden Celsius tot 5,2 graden Celsius tegen het einde van de eeuw.

Vorige week publiceerde de VN de laatste versie van hetzelfde rapport. Daaruit bleek dat als alle nationale doelen worden gehaald, de wereld waarschijnlijk tussen de 2,5 graden Celsius en 2,9 graden Celsius zal opwarmen in 2100.

“Dat is een enorme verandering,” zegt Gross. “Is het alles wat we willen? Nee. Is het beter? Oh hell yes!

Eerlijk zijn over 1,5 graden kan publiek helpen opwarming beter te begrijpen

https://tpo.nl/2023/12/01/eerlijk-zijn-over-15-graden-kan-publiek-helpen-opwarming-beter-te-begrijpen/

Verkiezingspodcast: “Verduurzamen van huizen moet veel eenvoudiger worden zonder gekke regels” (Oog TV)

Het verduurzamen van huizen moet snel worden aangepakt, waarbij de oplossing ligt in het eenvoudiger maken. GroenLinks-PvdA en BBB vinden beide dat de regelgeving nu nodeloos ingewikkeld is.

In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 22 november presenteert OOG Tv verschillende podcastafleveringen waarin Groningse kandidaat-Kamerleden met elkaar in debat gaan. Bij elke uitzending staat er één thema centraal. In de derde aflevering gaat het over klimaat. Moet er in Groningen een kerncentrale komen? Moeten er meer windmolens en zonneparken komen? En waar plaatsen we die dan? In deze uitzending zijn Herma Hemmen, de nummer 17 van de BBB, en Julian Bushoff, de nummer 8, van GroenLinks-PvdA te gast. Meer informatie over de verkiezingen vind je ook op onze Groningen Kiest-website.

Beluister hier de podcast:

In deze podcast-serie werd bij eerdere afleveringen gesproken over:

Klimaatakkoord

Zware regenbuien zorgen steeds vaker voor problemen. Foto: Rick ten Cate – tencatefotografie.nl

Julian Bushoff (Groenlinks-PvdA): “Klimaatveranderingen zorgen steeds vaker voor problemen”
In het klimaatakkoord is afgesproken dat we 50 procent minder CO2 uitstoot gerealiseerd moeten hebben in 2030. In 2050 moet die uitstoot met 95 procent zijn teruggebracht. Bushoff: “Als we kijken naar het klimaat, dan gaat het daar niet goed mee. In onze directe leefomgeving zien we de gevolgen. Steeds vaker zorgen klimaatveranderingen voor grote problemen. Extremer weer bijvoorbeeld, maar ook enorme droogte en bosbranden. De noodzaak om dit aan te pakken is groot, maar tegelijkertijd zien we dat er nog te weinig stappen worden gezet. Na deze verkiezingen zullen we echt meer meters moeten gaan maken. Belangrijk daarbij is dat we dat op een rechtvaardige manier gaan doen, zodat ook mensen met een kleine portemonnee hier van gaan profiteren. Daarom moeten we als de wiedeweerga huizen gaan verduurzamen. Dat is goed voor het klimaat, maar ook goed voor de portemonnee van de mensen zelf.”

Herma Hemmen (BBB): “We moeten realistischer kijken naar de uitvoerbaarheid”
De BBB denkt dat de doelen van het klimaatakkoord niet haalbaar zijn. “Als partij zullen we er alles aan doen om deze doelstellingen te halen. Maar het is wel belangrijk om realistisch te kijken naar de uitvoerbaarheid van de maatregelen, en naar de draagbaarheid. Kunnen we bepaalde maatregelen wel vragen aan de inwoners? Neem de hybride warmtepomp. Vanaf 2026 wordt het verplicht om zo’n pomp aan te schaffen. Maar voor veel huishoudens is zoiets helemaal niet betaalbaar. Daarom zeggen wij: kijk wat kan, wat is haalbaar?”

“Er wordt de laatste jaren vooral naar boeren gekeken”
Bij de partij van Hemmen is het motto dat wie rood staat niet groen kan doen. Terwijl ondertussen niet ontkent kan worden dat de klimaatklok de 12.00 uur gepasseerd is. “Op het gebied van CO2-doelen is er al best iets bereikt. Maar inderdaad, het gaat niet goed met het klimaat. Er zal een bijdrage geleverd moeten worden. Door boeren, door burgers, door bedrijven en door vliegmaatschappijen. Mijn partij is ontstaan doordat er de afgelopen jaren een beeld is geschapen waarbij we vooral naar de boeren kijken. Feit is dat het overgrote deel van het beleid bij boeren wordt gelegd. Daar moet de oplossing vandaan komen. En dat is niet terecht. Aan de CO2-resultaten die bereikt zijn, daar hebben boeren aan grote bijdrage aan geleverd. De landbouw en veeteelt telt voor 16 procent mee in de totale uitstoot. We moeten ook wat gaan verwachten van de industrie en de vervoersector. Het moet realistischer, het moet eerlijker.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Grote vervuilers moeten de grootste bijdrage leveren”
Bushoff is het daar wel mee eens: “De constatering is dat we een groot probleem hebben. En om dat op te lossen zal iedereen een bijdrage moeten doen. Het vraagt wat van boeren, maar het vraagt ook wat van de industrie. En eens: de industrie is te vaak, en te lang, ongemoeid gelaten. En ik snap ook dat onrechtvaardigheidsgevoel dat ontstaan is. Boeren en mensen met een kleine beurs moeten iets doen, terwijl de grote vervuiler ongemoeid wordt gelaten. Wij vinden dat het klimaatbeleid rechtvaardiger moet. Grote vervuilvers moeten ook de grootste bijdrage leveren. Ook vliegtuigmaatschappijen. Mensen die meerdere keren per jaar vliegen, of privéjets tot hun beschikking hebben, die betalen nu bijna geen belasting. Op dat vlak moeten we aan knoppen gaan draaien. En nee, ik heb het niet over iemand die eens in de vijf jaar op vliegvakantie gaat. Wat ik betoog is dat het vooral eerlijker moet.”

Herma Hemmen (BBB): “Het klimaatprobleem gaat over grenzen heen”
Hemmen wil het nog wat scherper hebben. “Waar ik niet blij van word is de spagaat. Bedrijven, die grote vervuilers zijn, bieden tegelijkertijd ook veel werkgelegenheid. Ze maken producten die we allemaal nodig hebben. We kunnen strenger beleid voeren, maar het risico is dat zulke bedrijven dan naar het buitenland gaan, waar minder strenge regels zijn. Dit onderwerp, het klimaatprobleem, dat gaat over grenzen heen. Wij zijn voor een sterke maakindustrie. Waarbij we vooral de innovatie, op het gebied van klimaat, willen stimuleren. We willen bedrijven niet wegjagen.”

Tekst gaat verder onder het kader:

Wie is Julian Bushoff?
Julian Bushoff werd geboren in Groningen in 1997. Hij werkte als biologische groenteverkoper op de markt en als arbeidscoach voor Vluchtelingenwerk Noord Nederland. Hij studeerde Economie en Internationale Betrekkingen aan de Rijksuniversiteit Groningen. In 2018 kwam hij in de gemeenteraad terecht, waarbij hij vanaf 2019 fractievoorzitter was. Vorig jaar riep Den Haag. Met het vertrek van Khadija Ariben kwam er een stoel vrij, die door Bushoff in werd genomen.

Julian Bushoff reageert op een vraag van presentator Maarten Siepel. Foto: Lianne Darmeveil

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Tegen bedrijven als Chemours moet je hard op treden”
De GroenLinks-PvdA wil ook geen bedrijven wegjagen: “Maar er is wel een klein verschil. Neem nu een bedrijf als Chemours. Mensen die in de omgeving van dit bedrijf wonen zijn ziek geworden. Tegen zulke bedrijven moet je hard gaan optreden. Je moet zeggen: of je gaat nu iets doen, of de deur gaat dicht. Het is onacceptabel dat mensen in de omgeving ziek worden.” Hemmen: “Daar zijn we het mee eens. Het is schandalig dat mensen ziek worden van uitstoot. Maar we vinden ook dat toezichthouders daar veel beter op hadden moeten toezien. Het heeft plaatsgevonden onder onze ogen. Hoe zorg je dat de uitstoot van een bedrijf schoner wordt?”

“Politiek moet dwingender zijn”
Nederland is het land van regeltjes. Toezicht is er op allerlei manieren, in de vorm van controles en vergunningen. Dat Chemours zoiets kan veroorzaken, zou eigenlijk onmogelijk moeten zijn. Bushoff: “Er is te lang weggekeken. Een bedrijf heeft een vergunning. Maar ook dat is politiek, en politiek leiderschap tonen. Je zult harde regels op moeten stellen waar bedrijven zich aan moeten houden, en er geen mogelijkheid is waar men zich aan kan onttrekken. Neem de NAM, Shell en Exxon. Zij hebben zich lang onttrokken aan de morele verplichting in de richting van Groningen met betrekking tot de gaswinning. De politiek zal veel harder moeten zijn. Je moet zeggen: wat jullie doen kan niet, en je gaat nu bijdragen aan de ontwikkeling van Groningen. En ben je niet bereid, dan ga je dwingen.”

Herma Hemmen (BBB): “We willen een overheid die er is voor de inwoners”
Het begrip ‘regeldruk’ laat het vuur bij de BBB ontbranden. “Bij grote bedrijven zie je dat het toezicht niet op orde is. Maar ondertussen is de regeldruk voor inwoners wel enorm toegenomen. En dat is een belangrijk speerpunt in ons verkiezingsprogramma. De afgelopen jaren is er een overheid gecreëerd die uitgaat van wantrouwen in plaats van vertrouwen in de richting van de inwoners. Wij willen dat omdraaien. Wij willen een overheid die er is voor de inwoners. Aan deze kant van het spectrum moeten regels geschrapt worden. Aan de andere kant van dat spectrum moeten we er voor zorgen dat de regels voor bedrijven goed op orde zijn. Daar moeten we op controleren. Op die manier zal ook veel sneller duidelijk worden wanneer er negatieve effecten op een omgeving afstralen, waardoor je veel sneller en gerichter in kunt grijpen.”

Landbouw

Hebben boeren in Nederland bestaansrecht? Foto: Sebastiaan Scheffer

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Boeren moeten een groter aandeel krijgen in landschapsbeheer”
Het werd al even genoemd. De boeren. Hoeveel perspectief heeft de landbouw? Bushoff: “Die hebben heel veel perspectief. Er zijn ook heel veel boeren die graag op een andere manier willen boeren, die juist goed is voor het klimaat. Daar zullen ook naar toe moeten. Maar het gaat wel gepaard met vragen. Want als je anders gaat boeren, kun je dan wel een goede boterham verdienen? Die zorgen zijn er. Wij als politiek moeten zeggen, ja, het kan anders en het moet anders. Het is nodig voor het klimaat. En om die boterham te kunnen verdienen, moeten boeren een veel groter aandeel krijgen in landschapsbeheer, waar fatsoenlijke vergoedingen voor gegeven worden. Dat is de toekomst: natuur-inclusief boeren.”

Herma Hemmen (BBB): “Beeld dat geschetst wordt over boerenbedrijven is niet een eerlijk beeld”
De BBB hangt daar een andere definitie aan: “Natuur-inclusief boeren is de weg. Maar de laatste jaren zijn er onmogelijke regels gecreëerd. Boeren zijn enorm geschaad in hun bedrijfsvoering. Er is veel innovatie en creativiteit aan de sector gevraagd. Ik zou ook willen adviseren om de documentaire ‘boeren op het platteland’ te bekijken. Wat heeft dit gedaan met het toekomstperspectief en de bestaanszekerheid van boeren? En GroenLinks-PvdA kan nu zeggen dat de natuur beheerd moet worden, maar dat doen boeren al eeuwen. Daar zijn we ook goed in. Het beeld dat nu geschetst wordt over boerenbedrijven is niet een eerlijk beeld. Dat eerlijke beeld moet terug. We moeten naar uitvoerbare regels, we moeten goed in gesprek, en op basis van feiten moet er beleid worden gemaakt.”

“Er is een beleid bedacht op basis van cijfers en modellen die niet kloppen”
Bushoff: “Het is een antwoord waar je het niet oneens mee kunt zijn. Maar wat wil de BBB nu concreet anders waarmee het klimaatprobleem echt wordt opgelost?” Hemmen: “De stikstofwet moet van tafel.” Bushoff: “Dat gaat het klimaat niet helpen.” Hemmen: “De afgelopen periode ging het over het uitkopen van piekbelasters in de buurt van natuurgebieden. Maar we zien dat de stikstof van deze bedrijven helemaal niet die gebieden neerdaalt. Er is een beleid bedacht op basis van modellen en cijfers die niet kloppen. We zeggen niet dat we niets moeten doen. Maar de landbouwsector heeft de afgelopen jaar de meeste innovatie getoond op het gebied van verduurzaming. Daar gaan we mee door. Maar om bij stikstof alleen te kijken naar de landbouw, dat is niet eerlijk. Je moet ook kijken naar de industrie, naar de vliegmaatschappijen. Met elkaar moet je een plan maken. Niet alleen kijken naar modellen, maar juist ook door met al deze mensen in gesprek te gaan.”

Kernergie

Is het een goed idee om kerncentrales in Groningen te bouwen als oplossing voor het energievraagstuk? Foto: Daniel West from FreeImages

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Een kerncentrale lijkt mij niet handig”
In de energietransitie kan er voor gekozen worden om kerncentrales te bouwen. Op dat vlak staan de partijen lijnrecht tegenover elkaar. Bushoff: “Het lijkt mij niet handig om een kerncentrale in Groningen, of in de Eemshaven, te bouwen. Mensen zitten daar niet op te wachten. Als je nu gaat bouwen is zo’n centrale pas over vijftien of twintig jaar klaar.” Hemmen: “Dat is niet waar.” Bushoff: “Het kost veel geld, waarbij we juist in die tussenliggende jaren veel stappen kunnen zetten.”

Herma Hemmen (BBB): “Wij willen geen extra windmolens op zee”
Uit onderzoek blijkt dat kerncentrales, die in het afgelopen decennium gebouwd zijn, allemaal vertraging hebben opgelopen, waarbij het gemiddeld zeventien jaar duurt voor ze in bedrijf kunnen. Hemmen: “Dat van die vertraging klopt. Maar dat zie je ook bij windmolenparken. Daar kun je dezelfde sticker op plakken. Als je een middelgrote kerncentrale bouwt, dan duurt het zes tot acht jaar, voor het klaar. En dan kun je ‘nee’ schudden, maar zo kan het. Mijn partij vindt het belangrijk dat we kijken naar de complete mix. Dat we kernenergie toevoegen aan de volledige energiemix. Wij willen geen windmolens bijbouwen op de Noordzee. Er wordt daar al genoeg gebouwd, waarbij onbekend is wat dit doet met de biodiversiteit in de zee. We vinden het belangrijk dat de visserij de ruimte houdt. Deze discussie gaat over ruimte. Hoe gaan we met onze beperkte ruimte om? Daarom zeggen wij: niet méér zonne- en windmolenparken.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Kerncentrale is voor de korte en lange termijn geen oplossing”
Bushoff: “Je kunt inderdaad in kortere tijd een kerncentrale operationeel maken, maar de praktijk wijst anders uit. Elk project, op dit gebied, kampt met veel vertraging. Als we nu gaan bouwen, dan zou dit betekenen dat we op zijn vroegst in 2040 een kerncentrale hebben. Het duurt te lang, en het is ook de enige energiebron die de komende jaren duurder zal worden. Terwijl wind en zon juist goedkoper worden. Dit is gewoon een slechte oplossing. Zowel voor de korte als de lange termijn, en ook in financieel opzicht, los je niks op.”

Tekst gaat verder onder het kader:

Wie is Herma Hemmen?
Hemmen groeide op in Ter Apel. Ze is werkzaam als adviseur in het Sociaal Domein. In haar vrije tijd maakt ze graag ruimte vrij voor haar twee honden, de tuin en de politiek. Hemmen zat sinds 2014 voor het CDA in de gemeenteraad van Westerwolde. Vorig jaar splitste ze zich, uit onvrede, af van deze partij, maar behield wel haar gemeentezetel. Eerder dit jaar werd bekend dat ze zich aangesloten had bij de BBB, en voor deze partij ook op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer staat.

Herma Hemmen aan het woord tijdens de opnames voor de podcast. Foto: Lianne Darmeveil

Herma Hemmen (BBB): “Wind en zon zijn geen stabiele energiestromen”
De manier hoe er wordt gekeken naar boeren, en het energievraagstuk, lijken de grootste verschillen te zijn tussen de BBB en GroenLinks-PvdA. Hemmen: “Wij vinden dat je goed moet investeren in een goede mix. En daar komt bij. Wind en zon zijn geen stabiele energiestromen. Je bent afhankelijk van de hoeveelheid wind en zon. Daar zul je rekening mee moeten houden.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “In Groningen zijn mooie stappen gezet op gebied van waterstof”
Bushoff: “Het is belangrijk om te realiseren dat elektriciteit maar een deel van de opgave is. De grootste uitdaging ligt ook niet op dit vlak. Je kunt ook inzetten op waterstof. Hier in Groningen zijn mooie stappen gezet, waarbij vrijwel alle bussen inmiddels op waterstof rijden. Dat is een duurzame oplossing. Kerncentrales zijn niet de oplossing. Wat moet je met al dat kernafval?” Hemmen: “Als je het energievraagstuk volledig bij een kerncentrale ligt, dan is de hoeveelheid energie, die jij als persoon gedurende je hele leven gebruikt, niet groter dan een appel. Daarnaast is het steeds beter op te slaan, en gaat de schadelijkheid op den duur naar beneden.”

Herma Hemmen (BBB): “Wij willen een energiemix waarbij we niets uitsluiten”
Voor GroenLinks-PvdA is dat het moment om duidelijkheid proberen te krijgen: “Het duizelt mij een beetje. De BBB zegt dat het wat wil doen aan de klimaatopgaven. Vervolgens zegt u dat stikstof van tafel moet, waarbij we het bij het oude laten. Bij duurzame energie wilt u niet meer windmolen, maar richt u zich op kernenergie. Wat gaat de BBB doen om de aarde leefbaar te houden?” Hemmen: “Wij willen vasthouden aan de klimaatdoelen. We zetten in op de mix. Dit kan een kerncentrale zijn, maar ook zeker de waterstofontwikkeling. Wij vinden het belangrijk dat die technologie zich kan blijven ontwikkelen. Maar het is goed om ons te realiseren dat het niet slim is om fossiele brandstoffen af te gaan bouwen als er nog geen alternatieven zijn. En in de kantlijn: het moet ook betaalbaar zijn.”

Wind- en zonne-energie

Zonneparken zijn de afgelopen jaren op diverse plekken in onze gemeente verrezen. Moeten we daar mee doorgaan? Foto: Joris van Tweel

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Daken van huizen en gebouwen kunnen nog veel meer benut worden voor zonnepanelen”
De afgelopen jaren zijn windmolens als paddenstoelen uit de grond geschoten. Ook zonneparken zagen op diverse plekken het licht. Dit leidt steeds vaker tot onvrede. Bushoff: “Wij denken dat nog heel veel daken gebruikt kunnen worden voor zonne-energie. Dus wij zeggen: zet in op de daken van huizen en gebouwen, bedrijventerreinen en transferia. Eventueel kun je ook op het land zonneparken bouwen. Maar dan is het belangrijk dat de omgeving daar wel in mee doet.”

Herma Hemmen (BBB): “De ruimte die GroenLinks-PvdA ziet, die is er niet”
Hemmen: “Welk land had u in gedachten?” Bushoff: “Er zijn plekken aangewezen waar dit mogelijk is.” Hemmen: “Er is geen ruimte over. In deze discussie hebben we het nog niet over water gehad. Maar de waterproblemen die ontstaan, veroorzaakt door overvloedige regenval, daarbij wordt het belangrijk dat we water kunnen opslaan. Dat we de garantie kunnen geven dat drinkwater gezond is. Ondertussen moeten er meer woningen komen. De ruimte, die u voor ogen heeft, is er niet. Daarom zeggen wij: geen windmolens meer op het land. Zonnepanelen kunnen prima op daken. Dat zijn we helemaal met u eens. Ook het versnellen van het isoleren van woningen is een opgave. Immers. Alle energie die je niet gebruikt, hoef je ook niet op te wekken.”

Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA): “Huizen sneller isoleren”
Bushoff: “We verschillen wat van mening als het gaat om wind en zon. Maar qua energiebesparing kunnen we elkaar de hand schudden. Als het gaat om isoleren komen we ook met een voorstel om particuliere verhuurders te dwingen om te gaan isoleren. Huurders van verhuurders die niet willen isoleren, moeten een tochtkorting krijgen. Bent u ook voor deze korting?” Hemmen: “Dat weet ik niet. Wat belangrijk is, is dat het verduurzamen eenvoudig geregeld moet kunnen worden. Het is nu heel ingewikkeld met allerlei regels en subsidiepotjes. Mensen komen er niet uit. Een drempel is ook de voorfinanciering. Mensen kunnen het gewoon niet betalen. Dat moet anders.” Bushoff: “Daar zijn wij het mee eens.”

https://www.oogtv.nl/2023/11/verkiezingspodcast-verduurzamen-van-huizen-moet-veel-eenvoudiger-worden-zonder-gekke-regels/?utm_source=rss&utm_medium=rss&utm_campaign=verkiezingspodcast-verduurzamen-van-huizen-moet-veel-eenvoudiger-worden-zonder-gekke-regels

Extreme hittegolf Brazilië: gevoelstemperatuur van 58 graden (NOS Buitenland)

Grote delen van Brazilië gaan gebukt onder een extreme hittegolf. Hoewel de zomer in het Zuid-Amerikaanse land pas over een maand begint, liep de gevoelstemperatuur gisteren op tot 58,5 graden.

Meer dan honderd miljoen inwoners hebben te maken met de hitte. In Rio de Janeiro werd deze week een temperatuur van 42,5 graden Celsius gemeten.

Nog nooit was in november zo'n hoge temperatuur gemeten in de kuststad. Vanwege de hoge luchtvochtigheid in het land ligt de gevoelstemperatuur een stuk hoger.

Code rood

De autoriteiten hebben in bijna 3000 steden code rood afgekondigd. Het nationaal weerinstituut van Brazilië heeft de situatie in vijftien van de 26 staten aangeduid als zeer gevaarlijk. Inwoners kunnen daar problemen krijgen met hun gezondheid. Naar verwachting wordt vandaag de piek van de hittegolf bereikt.

Door de hittegolf is het energieverbruik van Brazilië naar recordhoogte gestegen doordat mensen zich met airco's proberen koel te houden. De grote druk op het stroomnetwerk leidt tot veel stroomstoringen. Veel mensen in de favela's hebben niet de mogelijkheid tot verkoeling.

Veel Brazilianen zoeken verkoeling op het strand, terwijl in de natuur grote problemen ontstaan door de hitte:

De extreme hitte heeft ook zijn weerslag op de natuur. In Brazilië zijn op dit moment zo'n 2400 bosbranden, vijf keer zo veel als normaal rond deze tijd.

Ook het Amazonegebied, diep in het binnenland, heeft te maken met extremen. Het regenwoud kampt met de ergste droogte sinds het begin van de metingen, 120 jaar geleden. Het waterpeil van de belangrijkste rivieren in de regio is zeldzaam laag.

Wetenschappers waarschuwen voor ernstige gevolgen voor de flora en fauna in het gebied. Ook voor de lokale bevolking zijn de gevolgen groot doordat zij grotendeels afhankelijk zijn van voedsel en water uit het regenwoud.

El Niño

Wetenschappers zeggen dat de hittegolf het gevolg is van klimaatverandering. Hittegolven komen daardoor vaker voor en op meer plaatsen. Ook zijn ze intenser en duren ze langer.

Daarnaast speelt het weerfenomeen El Niño een rol. Het verschijnsel leidt tot recordtemperaturen en extreem weer over de hele wereld. Die effecten zijn naar verwachting het sterkst in december, maar zullen ook in 2024 voor extreem weer kunnen zorgen.

Naar verwachting blijft het de komende dagen heet in Brazilië.

https://nos.nl/l/2498129