Opinie | Antisemieten (BNR Bernard Hammelburg podcast)

In het als een bosbrand om zich heen slaande antisemitisme heb je soorten en maten. Je hebt de primitieve soort, waarin de Joden, bijvoorbeeld in Rotterdam of Brussel, de schuld krijgen van het drama van de oorlog tussen Israël en Hamas. Je hebt de politieke soort, waarin Joden medeplichtig worden gehouden voor de strapatsen van Bibi Netanyahu. Je hebt de traditionele soort, waarin Joden worden afgeschilderd als de moordenaars van Jezus, de verspreiders van de pest, of de louche eigenaren van de media en de banken. 

En dan heb je de intellectuele antisemieten, zoals de rectrices magnificae van de beroemde Amerikaanse universiteiten Harvard, Penn en MIT, die waren opgeroepen voor een hoorzitting in het Congres over antisemitisme op hun beroemde instituten. Net als op veel andere Amerikaanse universiteiten zijn daar voortdurend felle, pro-Palestijnse demonstraties. Dat mag, zeker in het land met waarschijnlijkst de ruimste opvatting van het begrip ‘vrijheid van meningsuiting’ ter wereld. De vraag was of de demonstranten ook als intimidatie mogen scanderen ‘intifada tegen de Joden’ of ‘genocide op de Joden.’ 

Claudine Gay van Harvard, Liz Magill van Penn en Sally Kornbluth van MIT kregen die vraag voorgelegd door Elise Stefanik, Republikeins lid van het Huis van Afgevaardigden, die zich als een roofdier op haar slachtoffers stortte. Haar vraag was simpel: verbiedt het regelement van uw universiteit de roep om genocide van Joden. Ze eiste een simpel ja of nee. In plaats daarvan luidde het antwoord dat het van de context afhing. Wat de context kan zijn voor het gedogen van een oproep tot massamoord maakten ze niet duidelijk. Liz Magill werd door haar bestuur gedwongen omslag te nemen. Sally Kornbluth bleef aan, Claudine Gay bood omstandig excuses aan. 

Behalve academische ambities en het ontwikkelen van eigen inzichten, heeft een universiteit de plicht erop toe te zien dat de studenten zich veilig voelen. Dat is sinds 7 oktober voorbij. Het pleit niet voor de kennis en nieuwsgierigheid van de demonstrerende studenten, maar hun frame is dat de Israëliërs die barbaarse massaslachting en ontvoering aan zichzelf te wijten hebben. En dan komt-ie weer: Israëliërs zijn ‘de Joden.’ Mag je die intimideren met het dreigement van uitmoording? Dat, zeggen de genieën van Harvard, de Universiteit van Pennsylvania en het Massachusetts Institute of Technology, hangt af van de context.

See omnystudio.com/listener for privacy information.

https://omny.fm/shows/bnr-de-wereld/opinie-antisemieten

Klimaatemoties aanpakken met klimaatfictie: hoe werkt dat? (Motherboard Vice)

“happy new year, de wereld staat in de fik en ik zou het willen blussen maar het vuur is groter dan ik en ik stik in, the time’s time’s ticking, de tijd tikt maar door en je sluit je ogen naar voorGroter dan Ik van Froukje weergalmt de laatste tijd vaker in mijn hoofd. We leven in onzekere tijden. Als je het nieuws bekijkt krijg je beeld na beeld te zien van steden die ofwel overstromen, uitdrogen, in brand staan of aardbevingen meemaken. Italië heeft het te warm en in Australië is het te nat. Deze zomer brandde al 659.000 hectare van Europa af in bosbranden.

We weten ook al langer dan vandaag wat er aan de hand is: het klimaat is kapot. We weten ook aan wie we dat te danken hebben: onwetendheid over de impact van onze moderne en hoogtechnologische, see-it buy-it have-it levensstijl. Maar weten we ook goed hoe we er mee moeten dealen? Naast de veggie-diëten en waterbesparende douchekranen, het openbaar vervoer en fairphones, kun je je nogal snel nutteloos voelen oog in oog met de komende storm. Uit studies blijkt dat we ook door klimaatverandering stress kunnen ervaren. Climate anxiety, heet dat. Wat het precies is en hoe lezen je daarbij kan helpen, dat zocht ik even uit.

Klimaat-wadde?

Klimaatverandering is een vorm van traag geweld. We voelen ons bedreigd, weten niet goed hoe we het kunnen stoppen, maar zien geen onmiddellijke veranderingen in onze omgeving. Dat maakt het zo moeilijk om te vatten. Climate anxiety is een soort knagend angstgevoel dat in verschillende gradaties kan worden ervaren. Voor sommigen werkt het verlammend, terwijl anderen het gebruiken als een drijfveer voor hun klimaatactivisme.

Klimaatpsycholoog Christof Abspoel legt uit dat er vier types klachten zijn: “De klachten zijn veelal gericht op doemscenario’s en de zekerheid dat die scenario’s zullen uitkomen. Je hebt het gevoel alsof we nu al in die sombere toekomst zitten. Daarnaast is er de stemmings- en rouwtak van klachten. Daarin zit vooral een gevaar om vast te lopen in een rouwstemming.” De derde tak slaat op het individu, “dat gaat meer over het zelfbeeld: wie ben ik als mens, machteloos, draag ik hier aan bij?” Een laatste facet van climate anxiety waar mensen mee kunnen kampen is in hun contact met anderen, “het gevoel dat je samen iets slecht hebt gedaan, woede tussen generaties of het gevoel dat de vorige generatie de volgende in de steek heeft gelaten.” Abspoel voegt daaraan toe dat “hoewel er vier categorieën zijn, zoomt de berichtgeving meestal in op één iets, klimaatanxiety of depressie, alsof dat het enige probleem is. Maar mensen kunnen in vele aspecten van de problematiek vastlopen.”

Maar omdat we spreken over een angst voor wat er nog moet komen, het einde van de wereld en nog van die dingen, benoemen academici dit als pre-traumatische stress.

Solastalgia is een andere term om de gevoelens te vatten rondom klimaatverandering. Solastalgia is een heimwee of nostalgie naar een plek die je als thuis ziet, maar die verwoest is - of zal worden - door gevolgen van de klimaatcrisis. Dat brengt gevoelens van woede en verdriet over een plek die er niet meer is of zal zijn. Een soort misplaatste nostalgie dus. Abspoel hoort dat ook zijn praktijk: “Ik had laatst een ouder echtpaar die me vertelden dat ze ergens waren gaan fietsen in de buurt van waar de vrouw was opgegroeid. Ze vertelden me hoe pijnlijk het voor haar was om het landschap van haar jeugd zo aangetast te zien.” Deze vrouw was in rouw voor een verloren landschap. Dat is een beetje zoals een dierbare verliezen.

Een groot probleem met climate anxiety is dat het moeilijk bespreekbaar is in onze maatschappij. Onder gelijkgestemden kun je als bezorgde ziel zeker gehoor krijgen, maar daarbuiten lijkt het wel een luxeprobleem. En misschien is het dat ook. Mensen die getroffen worden door de gevolgen van de klimaatcrisis rollen mogelijk hun ogen als ze horen dat wij - zittend in onze luie zetel - ons zorgen maken over het einde van de wereld zoals we ze kennen. Want de waarheid is dat vele plekken al de zware gevolgen voelen van die crisis en te druk bezig zijn hun leven op te pakken en te verhuizen of hun huis herop te bouwen, zoals in de Vesder vallei.

Toch is er geen ontkennen aan dat ongemakkelijke gevoel dat klimaatverandering met zich meebrengt. De gure mix van schuldgevoelens, nutteloosheid, woede en machteloosheid klinkt sommigen misschien wel bekend in de oren. Er is onderzoek dat speculeert dat deze climate anxiety niet veraf staat van post-traumatische stress. Maar omdat we spreken over een angst voor wat er nog moet komen, het einde van de wereld en nog van die dingen, benoemen academici dit als pre-traumatische stress. Dat slaat op het idee van het gevoel dat je het trauma al hebt doorleefd nog voor het eigenlijk gebeurt.

Klimaatliteratuur

Oké, nu je dat nare gevoel in je keel, wanneer je een zoveelste keer hoort dat Australië in brand staat of onder water - take your pick -, kunt benoemen als climate anxiety, vraag je je misschien af wat je eraan kunt doen. Hoewel activisme, een beter aangepaste levensstijl en je omgeving informeren legitieme manieren zijn om je gevoel van nutteloosheid weg te werken, is het niet voor iedereen zo simpel. Daar komt literatuur - en kunst of film - te pas.

Klimaatliteratuur heeft een aantal doelen dat ze voorop stelt. Zo wil ze de lezer een beeld geven van wat er is gebeurd en wat er kan gebeuren in de toekomst, en de gevolgen van die gebeurtenissen. Dan hebben we het vaak over post-apocalyptische of dystopische klimaatfictie. Dit genre geeft vaak een beeld van verwoesting weer en hoe de overgebleven inwoners omgaan met de nasleep van ecologische rampen. Klimaatpsycholoog Christof Abspoel gaat niet helemaal akkoord met de hyperbolen die post-apocalyptische literaturen weergeven: “Misschien moet je niet alles willen uitvergroten, maar eerder verkleinen en zo intiem maken dat mensen eraan kunnen relateren, zodat ze bij zichzelf kunnen blijven. Van zodra het abstractieniveau te hoog ligt, of de locatie te ver weg, of het verhaal spreekt over mensen die je nog nooit hebt ontmoet, is dat moeilijk te vatten op emotioneel niveau. Eigenlijk hebben mensen het al lastig om rekening te houden met hun buren.” Hij ziet een gebrek in motivatie bij dit soort werken, hoewel empathie opwekken zeker een goede manier van handelen is, “moet er een handelsperspectief worden gegeven. Wat kunnen mensen doen? Want hoe kunnen mensen streven naar iets als ze niet weten hoe? Dan voelen ze zich misschien gewoon incompetent en zullen ze het aan de kant schuiven.”

We leven in het antropocene tijdperk, een tijdperk waarin de mensheid een impact heeft op het klimaat en de ecosystemen. Omdat wij als mens heel individueel gericht zijn, is het soms moeilijk te vatten dat we een impact hebben op zo’n grote schaal. Daarom staan het antropoceen en schaalvergroting centraal in veel klimaatliteratuur. Dit doen schrijvers om lezers te helpen denken in termen van het grote plaatje in plaats van op lokale schaal. Wat we doen, hoe we leven, dat heeft een impact op alles en iedereen. Omgekeerd zijn we ook een deel van het grotere geheel, die schaalvergroting heeft dus niet alleen als doel de volledige consequenties van onze acties bloot te leggen, maar ook aan te tonen dat ook wijzelf een link zijn in de keten van het wereldorganisme. Het is dan ook niet vreemd om binnen klimaatliteratuur ook werken te vinden die de focus leggen op de planeet, de natuur, of dieren, in plaats van een menselijk personage.

Een andere manier waarop klimaatliteratuur werkt is om ons bewust te maken. Ze plaatst de lezer in de schoenen van een ander. Zo word je geconfronteerd met alle aspecten van de klimaatcrisis. Misschien stond je er nog niet bij stil, maar de klimaatcrisis is bijvoorbeeld racistisch. De gebieden die nu al getroffen worden zijn vaak plekken die als ‘ontwikkelingslanden’ worden beschouwd. Met verhalen over - onder andere - inheemse volkeren die kampen met de gevolgen van de consumptiemaatschappij, wil klimaatliteratuur de urgentie aantonen van het trage geweld. En vooral dat het geweld niet overal even traag is.

Origin story

“In de jaren ’60 verscheen er al fictie over klimaatverandering,” vertelt Stef Craps. Hij is professor Engelse literatuur aan de UGent, waar hij een vak over klimaatliteratuur doceert. “Die wordt ‘proto-klimaatfictie’ genoemd. ‘Proto’ verwijst naar het feit dat er dus wel al fictie bestond waarin klimaatverandering een belangrijke rol speelde, maar waar het antropogene karakter daarvan nog afwezig was. Dat de mens specifiek verantwoordelijk is, werd nog niet expliciet benoemd.” Een goed voorbeeld is de roman The Drowned World van de Britse sci-fi-auteur J.G. Ballard, die aan de basis lag van wat later cli-fi of climate fiction zou worden genoemd. “Vanaf de jaren ’70 had je genrefictie waarin klimaatverandering niet alleen wordt gethematiseerd maar op basis van wetenschappelijke kennis ook ondubbelzinnig wordt toegeschreven aan menselijke activiteiten.”

The Lathe of Heaven van Ursula Le Guin wordt vaak gezien als de eerste echte klimaatroman. Daarnaast was er ook The Sea and Summer van George Turner, Heat van Arthur Herzog en Parable of the Sower van Octavia Butler.” Dat zijn bekende klimaatwerken tussen de seventies en de nineties volgens professor Craps. “Die bleven wel beperkt in aantal en weerklank. Het is pas de laatste 10 à 15 jaar dat er een ware golf van klimaatfictie op gang is gekomen. Dat heeft met allerlei factoren te maken,” vertelt hij. “De meest evidente zijn natuurlijk de steeds meer zichtbare gevolgen van de klimaatverandering. Het is niet langer een puur abstract, theoretisch of vaag gegeven. Doordat de impact concreter en tastbaarder is geworden, is er ook meer aandacht voor in de literatuur.”

Wat wellicht ook een invloed heeft gehad, is het feit dat bezorgdheid over het klimaat in de loop van het eerste decennium van deze eeuw meer mainstream is geworden dankzij succesfilms als The Day after Tomorrow en An Inconvenient Truth met Al Gore. Die hebben van de klimaatopwarming een legitiem gespreksonderwerp gemaakt. “Je zou bovendien kunnen stellen dat het klimaat de literatuur een nieuwe missie heeft gegeven en haar daarmee heeft gered van de irrelevantie waartoe ze zich steeds meer veroordeeld zag binnen onze sterk visueel georiënteerde cultuur. Ook dat is een mogelijke verklaring voor het enthousiasme waarmee veel auteurs de klimaatthematiek recent hebben omarmd.” Nu ook bekende literaire auteurs aandacht geven aan de problematiek, wordt het genre serieus genomen.

Woede, herkenning en hoop

Klimaatliteratuur gaat in wezen over een vorm van trauma. Post-apocalyptische en dystopische werelden vormen daar een goed beeld van. De wereld ondergaat een gigantische verandering ten gevolge van een impactvolle gebeurtenis en de wereldorde vervalt in chaos. In sommige romans, zoals The Day of the Triffids van John Wyndham en The Road van Cormac McCarthy, zie je hoe de mens in survival mode gaat nadat een apocalyptisch event plaatsvindt. De emoties die de personages vertonen in deze romans komen voort uit een collectieve ervaring, een collectief trauma dat ze moeten verwerken om verder te kunnen in het leven. Dat uit zich in gevoelens van angst, onzekerheid en eenzaamheid. Zo’n soort literatuur was helemaal niets nieuws in de literaire wereld. Het ligt dicht bij traumaliteratuur. En in de mensengeschiedenis hebben we onszelf al heel veel opportuniteit gegeven om trauma te creëren. Denk maar aan kolonialisme, diaspora en genocides zoals de Holocaust en the trail of tears. Al die vormen van geweld hadden hun weg al gevonden naar de literatuur, het was dus maar een kwestie van tijd tot ook de klimaatcrisis zijn sporen ging achterlaten in de literaire wereld.

Climate anxiety en ecological grief zijn tegenwoordig hot topics, maar tegelijkertijd moeilijk bespreekbaar. Die gevoelens zitten toch nog altijd wat in de taboesfeer. Als mensen over hun klimaatverdriet en -angst spreken, worden ze vaak weggezet als iemand die zich aanstelt of overgevoelig is; ze worden niet echt serieus genomen. Literatuur, en kunst in het algemeen, is een ruimte waarin er wel plaats is om het over zulke emoties te hebben.” Een soort safe space dus voor wie lijdt aan het klimaat. Professor Craps beschouwt literatuur en kunst als “een cultureel laboratorium waarin er geëxperimenteerd kan worden met manieren om klimaatverdriet en -angst te articuleren en te verwerken. Dat zie je in tal van romans en films waarin protagonisten worden opgevoerd die worstelen met dergelijke gevoelens. Je ziet dat trouwens ook bij activistische groepen zoals Extinction Rebellion, die een heel open relatie hebben met ecologische emoties. Zo heeft Extinction Rebellion grief circles waar ze hun leden uitnodigen om in besloten kring uitdrukking te geven aan hun klimaatgevoelens, vanuit het idee dat mensen door met hun eigen emoties in het reine te komen wellicht betere activisten zullen worden.” Literatuur en kunst kunnen helpen betekenis geven aan die klimaatemoties - vaak aanschouwd als negatief - waardoor mensen ze misschien gemakkelijker kunnen verwerken. “Dat is uiteindelijk de functie van verhalen in elke cultuur,” voegt Abspoel toe.

Niemand is uiteindelijk immuun voor de problematiek. Honestly, ik probeer er niet te veel aan te denken zodat ik niet heel de tijd met een gezicht tot op de grond loop. Professor Craps heeft er zelf ook last van: Mijn manier om ermee om te gaan is er onderzoek naar doen en er les over geven. Ik ervaar persoonlijk ook veel woede en onbegrip. Zeker als je weet wat er gaande is en merkt hoe de politieke wereld ermee omgaat: dat is wraakroepend. Maar het heeft niet veel zin om te roepen tegen je tv. Als lesgever en onderzoeker bereik je mensen die je op een bepaalde manier wakker schudt of op zijn minst iets bijbrengt, en heb je dus toch een zekere impact. Mijn studenten zitten met dezelfde gevoelens, en door die literatuur te bespreken krijgen ze als het ware permissie om hun ervaringen en emoties te articuleren.”

Ook voor klimaatpsycholoog Christof Abspoel heeft het kanaliseren van zijn klimaatgevoelens hem geholpen. Dat doet hij via zijn praktijk: “Tijdens de coronacrisis wou ik actiever aan de slag gaan voor de klimaatcrisis, dus ben ik vrijwilligerswerk gaan doen bij de Milieudefensie. Maar ik dacht ‘hoe kan ik als psycholoog hier het meeste in betekenen?’ Het is voor mij heel fijn en hoopgevend omdat het je acties zinvoller maakt en je maakt opeens dan ook deel uit van een collectief van mensen die zich met hetzelfde bezighouden. ” Abspoel behandelt mensen met psychische klachten gelinkt aan de klimaatcrisis en helpt hen “in de samenleving op een flexibele, veerkrachtige en effectieve manier te reageren op de klimaatcrisis.”

Opvatting en herdefiniëring

Klimaatliteratuur mag dan misschien beschouwd worden als een niche - misschien zelfs elitaire - hoek in een op zich al avantgardistische studie, toch heeft ze zeker een meerwaarde. Zo vinden heel wat klimaatwetenschappers tekorten in de standaard communicatiekanalen. Massamedia hebben volgens mij noch tijd, noch zin om het gros van de klimaatcrisis te communiceren naar het grote publiek. En wanneer dat toch gebeurt, heeft het weinig impact. “Hoewel misvattingen vaak worden rechtgezet in de krant, is er toch maar weinig rol voor emoties,” vertelt Abspoel. Professor Craps schuift klimaatfictie naar voren als een alternatieve en misschien wel meer effectieve vorm van klimaatcommunicatie: “Literatuur stelt mensen ertoe in staat zich in te leven in de ervaringen van mensen uit andere tijden, culturen, landen en situaties. Ze confronteert hen ook met de gevolgen van klimaatverandering op de niet-menselijke wereld. Ze maakt die aanschouwelijk, concreet en tastbaar.” Klimaatwetenschappers die de literatuur steunen hopen dat het mensen kan raken op een manier die de wetenschap zelf niet kan, en hen aanzet actie te ondernemen.

“Dat nieuwe normaal dreigt het gevoel van urgentie te doen verdwijnen om de klimaatverandering aan te pakken”

De term ‘natuur’ is zelf ook een abstractie geworden. Er is haast een tweedeling tussen twee leefomgevingen - stad en natuur. “Auteur Eva Meijer wijst er vaak op dat ‘natuur’ een verraderlijk en diffuus begrip is. Mensen zien de natuur als een hobby, iets optioneels of externs. Terwijl in heel veel gevallen waar we ‘natuur’ zeggen, we eigenlijk gewoon de realiteit of bestaande wereld bedoelen,” vertelt Abspoel. Het is zo abstract dat mensen de natuur niet langer ervaren als deel van de leefwereld maar iets waar we naartoe gaan en in ontsnappen. Maar ook wij mensen zelf zijn deel van de natuur: “Er zijn een aantal psychologen die zeggen dat we ons er meer van bewust moeten zijn dat de natuur ook je lichaam is,” zegt Abspoel.

We moeten de natuur herdefiniëren. In heel wat boeken krijgt ze dan ook een verschillende rollen: de actieve verwoester, het toevluchtsoord, iets wat door de mensheid kan vernietigd worden. Interessant is dat ze vaak in een onderdanige rol terechtkomt. Dat speelt in op het heersende paradigma dat de mens heer en meester is van de natuur en komt gedeeltelijk voort uit het idee dat wij de natuur hebben getemd en nu ook verwoesten. Volgens Abspoel moet er meer ruimte zijn “voor literatuur waar we de natuur niet als vijand zien.” We zien de natuur niet genoeg als iets waar we mee kunnen samenwerken en -leven. Dat is in zekere mate een reflectie van onze huidige maatschappij.  “Ik denk dat er iets van de intrinsieke waarde, de veerkracht van de natuur, uit beeld verdwijnt. In serieuze vergaderingen wordt er niet op zo’n manier gesproken, enkel de economische en eventueel recreatieve waarde wordt meegewogen (bijeenkomsten die vergaderen over klimaat, zoals COP, maar ook binnen regeringen n.v.d.r.).” Daar komt literatuur dan weer te pas, waar men wel op een andere manier over de natuur en onze visie erop kan praten, alsook onze relatie ermee kan beïnvloeden.

Een symbiose tussen mens en natuur is misschien de ultieme weg naar onze redding. Een mogelijk scenario van die symbiose kun je lezen in  Annihilation van Jeff VanderMeer - een echte aanrader trouwens, my god die man heeft mij een nieuwe liefde voor literatuur ingeblazen.

Utopie of dystopie - de toekomst komt

Ik heb alvast geaccepteerd dat de toekomst niet gewonnen zal worden zonder slag of stoot. Soms leg ik me zelfs liever neer bij het idee dat het al te laat is. Ik beeld me dan ook graag in dat de wereld zichzelf zal herstellen na onze ondergang. Een beetje zoals in Annihilation waar de natuur wraak neemt op de mens. Toch is niet iedereen - gelukkig - zo’n doemdenker als ik dat ben. Zo schrijft Kim Stanley Robinson in The Ministry for the Future een best-case scenario.

Het idee om grote bedrijven met een nog grotere ecologische voetafdruk omver te blazen, lijkt mij alleszins heel bevredigend.

“Het is een hoopvolle klimaatroman,” vertelt professor Craps. “Robinson probeert met dat boek een best-case scenario te schrijven voor de ontwikkeling van het klimaat gedurende de komende 30 jaar waarin zelfs een sceptische lezer nog kan geloven. Het is dus niet zomaar pie in the sky; hij biedt echt een plausibel toekomstbeeld. Dat is best wel straf, eigenlijk. Hij slaagt erin een beeld te schetsen van een wereld waarin het goed komt met het klimaat tegen het midden van de eenentwintigste eeuw, maar dat gaat niet vanzelf. Er staan ons nog allerlei rampen te wachten.” Zo begint het boek met de beschrijving van een vreselijke hittegolf die India treft in 2025 en waarbij 20 miljoen mensen om het leven komen in amper twee weken tijd. Die ramp werkt als een soort katalysator, die ervoor zorgt dat de klimaatproblematiek eindelijk serieus wordt genomen: er komen allerlei verregaande maatregelen, en de hele financieel-economische orde wordt heruitgevonden, waardoor de wereld naar een postkapitalistisch systeem evolueert. “Er zijn ook technologische innovaties zoals geo-engineering, en er is een rol weggelegd voor ecoterrorisme. Denk maar aan aanslagen op CEO’s van oliebedrijven en andere klimaatcriminelen, een gecoördineerde reeks aanslagen op vliegtuigen die een einde maakt aan de burgerluchtvaart.”

Het idee om grote bedrijven met een nog grotere ecologische voetafdruk omver te blazen, lijkt mij alleszins heel bevredigend. Volgens professor Craps was “Robinson ervan overtuigd dat hij geen best-case scenario kon schrijven waarin dat soort vreselijke dingen niet gebeuren. De marxistische literatuurwetenschapper Fredric Jameson zei ooit dat het moeilijker lijkt je het einde van het kapitalisme in te beelden dan het einde van de wereld. Robinson wou dat eerste toch proberen, en het is hem nog gelukt ook, maar het gaat dus zeker niet allemaal zonder slag of stoot.”

Maar eigenlijk leven we ook al in de toekomst, zonder dat we - toch zeker de jongere generatie - er veel van beseffen. Professor Craps vertelde me over het shifting baseline syndrome en environmental generational amnesia. “De huidige generatie heeft een ander referentiekader dan de vorige op vlak van bijvoorbeeld biodiversiteit. Als je in de jaren ’70 of ’80 met de auto reed, zat je voorruit binnen de kortste keren vol met dode insecten die ertegen te pletter waren gevlogen. Dat doet zich nu niet meer voor omdat die rijkheid aan insecten sterk verminderd is. Er bestaat zelfs een naam voor dat verschijnsel: het ‘windshield phenomenon.’ Maar millennials zijn zich er doorgaans niet van bewust dat het niet ‘normaal’ is dat er nog maar zo weinig insecten zijn, want zij weten niet meer hoe rijk en divers de natuur was tijdens de generaties die voor hen kwamen. Het referentiekader is verschoven.” Abspoel benoemt het als “je weet niet wat je mist. En dat kan wel gevolgen hebben. Het gekke is dat je er als individu geen last van hebt, maar de maatschappij wel.

We beseffen dus eigenlijk niet dat de realiteit al anders is. Een kind nu begrijpt niet hoeveel het sneeuwde toen ik diezelfde leeftijd had. Dat lijkt bijna absurd. Maar ook de hittegolven en veel nattere herfstmaanden zijn voor jonge kinderen de norm, terwijl wij beseffen dat dit niet zo is. “Dat nieuwe normaal dreigt het gevoel van urgentie te doen verdwijnen om de klimaatverandering aan te pakken”, concludeert Craps.

Op aanraden van de prof

Ik leerde heel veel tijdens mijn uren in de colleges van professor Craps. Ik kon mijn gevoelens herkennen in de personages en werd ook geconfronteerd met de urgentie van de klimaatproblematiek. Ik wou beter leven en beter zorg dragen voor onze dierbare planeet. Het heeft me anderzijds ook was cynischer gemaakt ten opzichte van marketing-strategieën zoals greenwashing en de dure - maar lege - woorden van veel politici. Toch wil ik meegeven dat klimaatliteratuur kan helpen, voor eender wie het een kans wil geven. Ongelovigen, stressenden of gewoon geïnteresseerden. Daarom vroeg ik hem om enkele boeken die hij zou aanraden aan beginnende klimaatlezers.

https://video-images.vice.com/_uncategorized/1669888172686-weather.png

Weather van Jenny Offill is een heftig maar tegelijk heel grappig boek. Het verhaal speelt zich af in het heden en gaat over een gewone vrouw die wordt verteerd door klimaatangst. De auteur slaagt erin een zware thematiek op een luchtige manier te verwerken.

https://video-images.vice.com/_uncategorized/1669888886313-flight-behavior.png

Flight Behavior van Barbara Kingsolver is een vlot weglezende roman die verschillende soorten vluchtgedrag beschrijft: dat van een kolonie verdwaalde monarchvlinders en dat van de hoofdpersoon die zich opgesloten voelt in haar monotone huwelijksleven, maar ook dat van haar conservatieve gemeenschap in de Appalachen in de VS voor de realiteit van de klimaatverandering.

https://video-images.vice.com/_uncategorized/1669888549021-lost-words.png

The Lost Words van Robert Macfarlane en Jackie Morris ontstond als protest tegen de verwijdering van een aantal natuurwoorden uit een gezaghebbend kinderwoordenboek ten voordele van termen uit het dagelijkse leven van de internetgeneratie. Het is een wondermooi poëzie- en prentenboek voor kinderen, maar eigenlijk ook voor volwassenen, over die geschrapte woorden. Het bevat 20 gedichten over planten en dieren die in de vergetelheid dreigen te geraken of al geraakt zijn. Het boek verzet zich subtiel tegen de teloorgang van de natuur en de verloedering van het leefmilieu.

Volg VICE België en VICE Nederland ook op Instagram.

https://www.vice.com/nl/article/dy7j9j/klimaatemoties-aanpakken-met-klimaatfictie-hoe-werkt-dat

‘We houden hoop’ (Sargasso)

LONGREAD - Sinds de oorlog in Oekraïne begon, heb ik elke dag contact met mijn twee vrienden in Kyiv. Ik schrijf op wat ze meemaken. Dit is deel 7 uit de serie ‘Overleven in Kyiv’.

Donderdag 24 maart. De bosbranden bij Chernobyl zorgen voor smog in Kyiv. ‘We hebben er niet de hele tijd last van,’ laat Ada weten.
Het voelt wat gek dat ik alles rondom Kyiv opzoek om precies te weten met welke omstandigheden Viktor en Ada te maken hebben. Bijna alsof ik een soort stalker ben.
‘Je steun is heel belangrijk voor ons,’ schrijft Ada. ‘Je bent de verbinding naar het leven dat we vroeger voor deze oorlog hadden.’

Enigszins verontrust vraagt Ada zich af of Europa er klaar voor is niet meer afhankelijk te zijn van het Russische gas en de olie. Want dat zou ongetwijfeld gevolgen hebben. ‘Begrijpt Europa dat Oekraïne daar niet schuldig aan is?’
Ik verzeker haar dat niemand Oekraïne ergens de schuld van geeft, behalve misschien wat mensen die het Russische verhaal geloven over neo-nazis en genocide.
‘Ik hoop dat deze oorlog niet teveel het leven van gewone mensen in Europa beïnvloedt,’ schrijft ze.

Waarschuwingen

Viktor stuurt ondertussen een screenshot van de app die waarschuwt voor de luchtaanvallen. Om 11.27 uur is een waarschuwing, die om 12.04 wordt opgeheven. Tien minuten later volgt een waarschuwing, die om 12.27 wordt opgeheven. Om 12.31 een nieuwe waarschuwing. Het betekent dat ze in de schuilkelder moeten blijven. ‘We hebben alleen tijd om even naar boven naar ons appartement te gaan om ons te wassen en te eten.’

‘Vandaag is mijn opa jarig,’ schrijft Ada. ‘Sinds de oorlog uitbrak hebben we hem niet meer gezien. We belden met hem en met tranen in zijn stem zei hij dat zijn leven in een oorlog begon en ook zal eindigen. Het was afschuwelijk. We spraken elkaar lang en we hebben afgesproken dat we na de oorlog zijn verjaardag gaan vieren. Ik hoop dat het zover komt.’

‘We bereiden ons erop voor dat deze situatie nog tot eind april gaat duren,’ schrijft Viktor. ‘Daarna is er misschien een soort van normaal leven mogelijk. Maar het kan ook nog een jaar duren.’

Slechte informatie

Vrijdag 25 maart. Ada stuurt een filmpje door die laat zien hoe Bucha, Irpin en Hostomel eruit zagen voordat deze buitenwijken van Kyiv werden gebombardeerd. De beelden lijken uit een makelaarsvideo te komen, maar de foto’s van de verwoesting die erop volgen zijn rauw en echt. ‘Het waren ooit heel gezellige stadjes.’

Die dag kunnen ze met het gezin naar buiten. Voor even. ‘Er waren veel explosies en geluiden van beschietingen,’ vertelt Ada. ‘Die waren te dichtbij, dus we zijn snel weer naar binnen gegaan. De informatievoorziening over aanvallen is verslechterd. Onze mensen berichtten eerder over waar aanvallen gaan plaatsvinden, maar nu houdt de vijand onze kanalen in de gaten en past de aanval op het laatste moment aan. Dus nu krijgen we minder info, zodat de Russen daarop niet kunnen anticiperen.’

Ada en Viktor hebben meer zorgen. Ada: ’Er wordt gezegd dat steden waar de bezetters niet door onze verdediging kunnen breken, risico lopen op een chemische aanval. Dat is vreselijk moeilijk. Dus nu lezen we alles over hoe we onszelf tegen zoiets kunnen beschermen; zoals informatie van een Syrische arts.’
Viktor laat zich er weinig over uit: ‘We hopen maar dat het niet gebeurt.’
Later vind ik de infographic die ze hebben gekregen. Als er een aanval is: overal waar buitenlucht naar binnen kan komen dichten. Of als gas wordt verspreidt: een veilige plek zoeken, je wassen en andere kleren aantrekken.

Eeuwigheid

Zaterdag 26 maart. Er zijn flinke explosies in Kyiv, maar niet aan de kant waar Ada en Viktor met hun vierjarige zoontje Tomko wonen. ‘We leven nog!’ antwoordt Ada. ‘Op dit moment zijn Tomko en Viktor buiten en ben ik aan het koken. Het lijkt bijna normaal.’

Behalve dat het allesbehalve normaal is. Ze zijn alleen gewend geraakt aan het constante gevaar. ‘Elke nacht worden we wel even een paar keer wakker en dan lezen we het nieuws voor een paar minuten. Het gaat automatisch. Maar het liefste zou ik gewoon onafgebroken willen slapen en kunnen ontspannen. Er zijn alleen wat kleine momenten waarop ik me even blij kan voelen, maar die voelen nooit vrij en onbezorgd. Het voelt nu alsof deze oorlog al een eeuwigheid duurt en nooit meer zal stoppen. Al geloven en hopen we dat het wel gebeurt.’

Verjaardag

Zondag 27 maart. Het is Ada’s verjaardag. ‘Sinds 2 uur vannacht hebben we geen explosies of alarmen gehoord,’ schrijft Viktor. ‘Het voelt bijna als een gewone dag. Tegelijkertijd is het gek om nu Ada’s verjaardag te vieren. Maar dat doen we wel als de oorlog voorbij is.’
Ada is ondertussen weinig bezig met haar verjaardag. ‘We hebben sinds 5 maart niets meer gehoord van mijn nicht en haar dochter. Ze woont in Irpin en hun flat is aangevallen.’ De foto van het gebouw die ze stuurt laat weliswaar zien dat het appartement net niet is geraakt door een raket, maar dat biedt weinig zekerheid.
‘Misschien zijn hun telefoons wel stuk. Wie weet nu nog telefoonnummers uit hun hoofd?’ probeer ik.
‘We houden inderdaad hoop,’ schrijft Ada terug.

 

Vorige afleveringen gemist?

 

* Om de privacy van mijn vrienden te beschermen gebruik ik gefingeerde namen.

 

Lees meer berichten op Sargasso
https://sargasso.nl/we-houden-hoop/

‘Erken milieuvervuiling als internationale misdaad’ (OneWorld)

https://www.oneworld.nl/app/uploads/2020/10/136226_Bodo-Nigeria--875x492.jpg

Predikant Christian Lekoya Kpandei bij zijn door olie verwoeste viskwekerij in de Nigerdelta.

Shell moet zijn milieubeleid drastisch aanpassen, oordeelde de rechter in een unieke uitspraak. Wat Katy Olivia van Tergouw, directeur van de Stop Ecocide Foundation, betreft blijft het daar niet bij. ‘Als ecocide een internationale misdaad is kunnen we de aarde, en al haar bewoners, beschermen.’

Update van de redactie, 2 juni 2021

Eind vorige maand deed de rechter uitspraak in een revolutionaire zaak van Milieudefensie tegen Shell. 17.379 mede-eisers en 6 milieuorganisaties sloten zich aan bij de eis dat Shell zich houdt aan de doelen van het klimaatakkoord van Parijs. De rechter stelde hen in het gelijk: Shell moet in 2030 45 procent minder CO2 uitstoten dan in 2019. Het is voor het eerst dat van een vervuilend bedrijf nieuw beleid wordt geëist om klimaatontwrichting tegen te gaan; voorheen draaide het altijd om geld.

Milieudefensie hoopte met deze uitspraak een precedent te scheppen, en dat lijkt gelukt. De Franse milieuorganisatie Notre Affaire à Tous (‘Onze gedeelde zaak’) is een soortgelijke zaak begonnen tegen het Franse oliebedrijf Total. Vier Zwitserse vrouwen, de ‘KlimaSeniorinnen’ (de jongste is 79, de oudste 89 jaar), spannen een rechtszaak aan tegen de Zwitserse staat. De vrouwen stellen dat het land onvoldoende bijdraagt aan het beperken van de opwarming van de aarde tot 1,5 graden, zoals is afgesproken in het Parijsakkoord.

De kernvraag in de zaak: maken landen die te weinig doen tegen klimaatverandering zich schuldig aan mensenrechtenschendingen? Daar gaat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zich over buigen.

In Nigeria lekt al zestig jaar lang elke dag olie op het land en in de rivieren. Inmiddels zijn zeker 11 miljoen vaten weggelekt, waarmee dit de grootste olieramp aller tijden is. Het lek heeft verwoestende effecten gehad op de voedselvoorziening, de huisvesting en het drinkwater van veel Nigerianen. Naast de schade aan het milieu wordt hier dus ook het mensenrecht geschonden.

Met deze olieramp als hoofdreden is Shell in december 2020 door de Nederlandse Milieudefensie voor de rechter gedaagd. Op 29 januari van dat jaar werd de oliegigant – in hoger beroep – veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan verschillende Nigeriaanse boeren. Het hof eist ook dat Shell in een van de gebieden een olielekdetectiesysteem aanlegt, waardoor toekomstige lekkages eerder worden ontdekt. Zoals Milieudefensie het verwoordt: ‘Shell moet zelf zijn troep in Nigeria opruimen.’

Zou zo’n grootschalige milieubeschadiging strafbaar zijn, dan zaten de bazen van Shell allang achter slot en grendel.

 

“Het is mijn doel om van ecocide een internationale misdaad te maken”

Dat is precies waar de Stop Ecocide Foundation voor pleit: misdaden tegen het milieu strafbaar stellen onder de term ‘ecocide’. Volgens Katy Olivia van Tergouw, directeur bij de stichting, is de wereldwijde wetgeving er op dit moment niet op gericht de natuur en de ecosystemen effectief te beschermen. “Het is mijn doel om van ecocide een internationale misdaad te maken en de aarde, en al haar bewoners, te beschermen”, zegt Van Tergouw.

De vijfde misdaad

Een grote natuurramp veroorzaakt door de mens, zoals de olieramp in Nigeria, wordt op dit moment niet gezien als een internationaal misdrijf – in tegenstelling tot genocide, oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en het misdrijf agressie. Medewerkers van bedrijven die ecocide plegen kunnen dus niet strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld. Als het aan de Stop Ecocide Foundation ligt, wordt ecocide als vijfde aan dat rijtje toegevoegd. “De mensen die binnen die vervuilende bedrijven op knopjes drukken en verantwoordelijk zijn, kunnen dan persoonlijk worden vervolgd”, aldus Van Tergouw.

De totstandkoming van het internationaal strafrecht (1998)

Toen begin jaren 90 de verdragspartijen van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof binnen het kader van de Verenigde Naties onderhandelden, werd ecocide wel degelijk overwogen. Maar na bezwaren van verschillende landen, waaronder Nederland, werd het uiteindelijk geschrapt. De misdaden die nu in het internationale verdrag staan, gelden voor 123 landen. Om ecocide als misdrijf toe te voegen, moet een van deze landen een amendement indienen bij het Internationaal Strafhof. De Stop Ecocide Foundation bekijkt momenteel hoe de wet het beste kan worden vormgegeven.

De sneeuwbal blijft rollen

De Stop Ecocide Foundation krijgt van verschillende kanten bijval. In 2019 riep Paus Franciscus uit dat het vernietigen van de aarde een zonde is en een misdaad zou moeten zijn. Ook hij vindt dat ecocide moet worden opgenomen in het Statuut van Rome. Andere invloedrijke personen als Paul McCartney sloten zich als Aardebeschermer aan bij Stop Ecocide en steunden zo de campagne. Topmodel Cara Delevingne moedigt mensen in een video aan hetzelfde te doen.

En al die aandacht werpt z’n vruchten af, vertelt Van Tergouw. “Het gaat nu heel hard. Er rolt een gigantische sneeuwbal van de berg die we bijna niet meer hoeven te duwen.” Ze is optimistisch over de weg naar nieuwe wetgeving en verwacht dat de ecocide-wetgeving er over drie tot vijf jaar zal zijn.

De overheid doet te weinig en komt haar verplichtingen niet na

Ondertussen zijn ook andere organisaties bezig ecologische misdaden via de juridische weg te bestrijden. Want we moeten niet achteroverleunen totdat de ecocidewetgeving er is, zegt bijvoorbeeld ‘klimaatjurist’ Dennis van Berkel. Zelf werkt hij aan de klimaatzaak van Urgenda, een organisatie die tot doel heeft om Nederland duurzamer te maken. “De overheid doet gewoon te weinig en komt haar verplichtingen niet na”, aldus Van Berkel.

In juni 2015 won Urgenda, samen met 900 mede-eisers, een zaak tegen de Nederlandse staat. De uitspraak: Nederland moet in 2020 25 procent minder broeikasgassen hebben uitgestoten dan in 1990. Dankzij corona is dit doel mogelijk gehaald. In 2019 was de uitstoot nog slechts 17 procent lager.

Het succes van de klimaatzaak heeft volgens Van Berkel drie oorzaken. Allereerst legden de advocaten heel precies de gevaren van klimaatverandering uit wanneer er geen verdere maatregelen zouden worden genomen. Daarnaast stelden ze dat het een schending van de mensenrechten is wanneer de overheid haar verplichting om inwoners te beschermen niet nakomt. “Dat argument had nog nooit eerder iemand in de rechtbank gemaakt.”

Tot slot benadrukte Urgenda dat de overheid zelf had erkend dat de uitstoot met minimaal 25 procent moest worden verminderd om de opwarming van de aarde tegen te gaan. “Inmiddels weten we dat de gevaarsgrens veel meer richting de 1,5 graden Celsius ligt (dan bij 2 graden, zoals lang werd gedacht, red.). We moeten dus eigenlijk nog sneller naar beneden dan we toen wisten.”

Jongeren

Ook burgers staan niet stil. Zo stapten zes Portugese jongeren tussen de 8 en 21 jaar oud begin september 2020 naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens met een aanklacht tegen 33 landen, waaronder Nederland. De jongeren begonnen zich in het klimaat te verdiepen na dodelijke bosbranden die Portugal in 2017 teisterden, veroorzaakt door hoge temperaturen. Ze vinden dat de 33 Europese landen hun toekomst in gevaar brengen en zich te weinig aan het Parijs-akkoord houden. Ze doen een beroep op de mensenrechten en de plicht van het Europees Hof om die na te streven.

Een bijzondere stap, omdat veel klimaatzaken bij de rechter in eigen land beginnen en niet meteen bij het Europees Hof. Een klimaatzaak op grond van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens is bovendien nog nooit voorgekomen.

 

De jongere generatie ervaart de grootste impact van klimaatverandering

Logisch dat jongeren naar de rechter stappen, vindt Van Berkel. “De jongere generatie ervaart de grootste impact van klimaatverandering.” Doordat de politiek wordt gedreven door kortetermijnbelangen, worden de belangen en rechten van jongeren te weinig behartigd, voegt hij eraan toe. “Maar die rechten hébben ze wel, dat maakt dit een ontzettend krachtige beweging.”

Kolencentrales sluiten

Wat kunnen dergelijke klimaatzaken concreet opleveren? In het geval van het Urgenda-vonnis is het duidelijk: de staat heeft onmiddellijk extra maatregelen doorgevoerd om aan de uitspraak te voldoen, en maakt daarvoor gebruik van het maatregelenpakket dat Urgenda voorlegde; 30 van de 54 voorgestelde maatregelen voor CO2-reductie worden overgenomen en geïmplementeerd.

Als de Portugese jongeren hun zaak, die vorig jaar september van start ging, ook winnen, dan zullen alle 33 landen verplicht worden om actie te ondernemen tegen klimaatverandering. Zo zullen onder meer kolencentrales worden gesloten en zal er meer geld gaan naar hernieuwbare energie.

Weinig plastic gebruiken, minder lang douchen: daar gaan we het niet mee redden

“Hiermee zou het doel (van het Parijsakkoord, red.) gehaald moeten kunnen worden”, zegt Van Berkel. Toch zijn we er nog niet, vindt hij. “Steken we het geld om de economie na de coronacrisis te verbeteren in KLM of in de duurzame economie? De overheid heeft de macht en de middelen om de noodzakelijke verandering door te voeren.”

De overheid heeft de middelen

“Mensen zijn bang dat de economie zal instorten door grote veranderingen op het gebied van klimaatmaatregelen. Maar het tegendeel is waar”, zegt Van Tergouw. Het zou een enorme impact hebben als alle subsidies die nu nog naar de fossiele industrie gaan (in 2020 ruim 8 miljard euro per jaar), naar groene energie zouden stromen. Het zou bedrijven en CEO’s dwingen om beter te handelen.“De focus ligt nu nog erg op de consument: weinig plastic gebruiken, minder lang douchen. Daar gaan we het niet mee redden. De echte grote vervuiler is de industrie.”

Van Berkel is het daarmee eens; de coronacrisis laat zien dat ontzettend veel maatregelen mogelijk zijn, als de urgentie maar groot genoeg is. “Het probleem is veel te groot om bij de burgers neer te leggen. Ze kunnen dit nooit zelf oplossen. De overheid heeft bovendien de middelen. Vanaf nu moeten we elk jaar zeggen: hoe kunnen we nog een stapje verder?”

De oorspronkelijke versie van dit artikel verscheen in oktober 2020.

‘De natuur vernietigen moet strafbaar worden’

Vandaag in de rechtbank: het klimaat vs de Staat

Nienke Taalman

Het bericht ‘Erken milieuvervuiling als internationale misdaad’ verscheen eerst op OneWorld.

https://www.oneworld.nl/lezen/klimaat/klimaatonrecht/erken-milieuvervuiling-als-internationale-misdaad/

Moet de directeur van Shell straks de gevangenis in voor ‘ecocide’? (OneWorld)

https://www.oneworld.nl/app/uploads/2020/10/136226_Bodo-Nigeria--875x492.jpg

Burgers gaan steeds vaker bij de rechter de strijd aan met overheden en bedrijven die het milieu beschadigen. En de Stop Ecocide Foundation wil dat ‘milieumisdaden’ internationaal erkend worden. ‘Wie bij vervuilende bedrijven aan de knoppen draait, kan dan persoonlijk worden vervolgd.’

In Nigeria lekt al zestig jaar lang, elke dag olie op het land en in de rivieren: de grootste olieramp ter wereld. Shell en andere oliebedrijven die deze vervuiling hebben veroorzaakt, hebben tot op de dag van vandaag niets opgeruimd. Daarom moest Shell vandaag voor de rechter verschijnen. De oliegigant is – in hoger beroep – veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan verschillende Nigeriaanse boeren. Zou zo’n grootschalige milieubeschadiging strafbaar zijn, dan zaten de bazen van Shell allang achter slot en grendel.

Medewerkers van bedrijven die ecocide plegen kunnen nu niet strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld

Dat is precies waar de Stop Ecocide Foundation voor pleit: misdaden tegen het milieu strafbaar stellen onder de term ‘ecocide’. Volgens Katy Olivia van Tergouw, directeur bij de stichting, is de wereldwijde wetgeving er op dit moment niet op gericht de natuur en de ecosystemen effectief te beschermen. “Het is mijn doel om van ecocide een internationale misdaad te maken en de aarde, en al haar bewoners, te beschermen”, zegt Van Tergouw.

De vijfde misdaad

Een grote natuurramp veroorzaakt door de mens, zoals de olieramp in Nigeria, wordt op dit moment niet gezien als een internationaal misdrijf – in tegenstelling tot genocide, oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en het misdrijf agressie, allen wél internationale misdrijven. Medewerkers van bedrijven die ecocide plegen kunnen dus niet strafrechtelijk aansprakelijk worden gesteld. Als het aan de Stop Ecocide Foundation ligt verandert dat, en wordt ecocide als vijfde internationale misdaad aan dat rijtje toegevoegd. “De mensen die binnen die vervuilende bedrijven op knopjes drukken en verantwoordelijk zijn, kunnen dan persoonlijk worden vervolgd”, legt Van Tergouw uit.

De totstandkoming van het internationaal strafrecht (1998)

Waarom valt ecocide niet al onder het strafrecht? Toen begin jaren 90 de verdragspartijen van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof binnen het kader van de Verenigde Naties onderhandelden, werd ecocide wel degelijk overwogen. Uiteindelijk werd het uit het concept geschrapt. De misdaden die nu in het internationale verdrag staan, gelden voor 123 landen. Om ecocide als misdrijf toe te voegen, moet een van deze landen eerst een amendement indienen bij het Internationaal Strafhof. De Stop Ecocide Foundation bekijkt momenteel hoe de wet het beste kan worden vormgegeven.

De sneeuwbal blijft rollen

De Stop Ecocide Foundation staat niet alleen in hun missie; van verschillende kanten komt bijval. Vorig jaar riep Paus Franciscus uit dat het vernietigen van de aarde een zonde is en een misdaad zou moeten zijn. Ook hij vindt dat ecocide moet worden opgenomen in het Statuut van Rome. Andere invloedrijke personen als Paul McCartney sloten zich als Aardebeschermer aan bij Stop Ecocide, om de campagne te steunen. Topmodel Cara Delevingne moedigt mensen in een video aan om zich aan te melden bij de campagne.

En al die aandacht werpt z’n vruchten af, vertelt Van Tergouw. “Het proces gaat nu heel hard. Er rolt een gigantische sneeuwbal van de berg die we bijna niet meer hoeven te duwen.” Ze is optimistisch over de weg naar nieuwe wetgeving en verwacht dat de ecocide-wetgeving er over drie tot vijf jaar zal zijn.

De overheid doet gewoon te weinig en komt haar verplichtingen niet na

Ondertussen zijn ook andere organisaties bezig om ecologische misdaden via de juridische weg te bestrijden. Belangrijk, vindt ‘klimaatjurist’ Dennis van Berkel; we moeten niet achteroverleunen totdat de ecocidewetgeving er is. Zelf werkt hij aan de klimaatzaak van Urgenda, met als doel om Nederland duurzamer te maken. In juni 2015 won Urgenda, samen met 900 mede-eisers, de zaak tegen de Nederlandse staat. Nederland moet daarom dit jaar 25 procent minder broeikasgassen hebben uitgestoten dan in 1990. Zo’n zaak was nodig, zegt Van Berkel. “De overheid doet gewoon te weinig en komt haar verplichtingen niet na.”

Het succes van de klimaatzaak heeft volgens Van Berkel drie oorzaken. Allereerst legden de advocaten precies uit hoe groot de gevaren van klimaatverandering zijn wanneer er geen verdere maatregelen genomen zouden worden. Daarnaast stelden ze dat het een schending van de mensenrechten is, wanneer de overheid de verplichtingen niet nakomt om de inwoners te beschermen. “Dat argument had nog nooit eerder iemand in de rechtbank gemaakt.” Tot slot benadrukte Urgenda dat de overheid zelf had erkend dat de uitstoot met minimaal 25 procent moest worden verminderd om de opwarming van de aarde tegen te gaan. “Inmiddels weten we dat de gevaarlijke grens veel meer richting de 1,5 graden Celsius ligt. We moeten dus eigenlijk nog sneller naar beneden dan we toen wisten.”

Jongeren

Ook burgers staan niet stil. Zes Portugese jongeren tussen de 8 en 21 jaar oud stapten begin september naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens met een aanklacht tegen 33 landen, waaronder Nederland. Een bijzondere stap, omdat veel klimaatzaken bij de rechter in eigen land beginnen en niet meteen bij het Europees Hof.

De jongeren vinden dat de 33 Europese landen hun toekomst in gevaar brengen en zich te weinig aan het Parijs-akkoord houden. Daarin staat dat landen de opwarming van de temperatuur op aarde moeten beperken tot 2 graden Celsius en daarvoor hun CO2-uitstoot moeten terugdringen.

De jongere generatie ervaart de grootste impact van klimaatverandering

De jongeren begonnen zich te verdiepen in het klimaat na dodelijke bosbranden die Portugal in 2017 teisterden, veroorzaakt door hoge temperaturen. Ze vinden dat landen hun recht op leven schenden door te weinig te doen tegen de klimaatcrisis. Logisch dat jongeren nu naar de rechter stappen, vindt Van Berkel.

“Vooral de jongere generatie ervaart de grootste impact van klimaatverandering.” De politiek wordt bovendien gedreven door kortetermijnbelangen en de belangen en rechten van jongeren worden te weinig behartigd, voegt hij toe. “Maar die rechten hébben ze wel, dat maakt dit een ontzettend krachtige beweging.”

Kolencentrales sluiten

Wat kunnen dergelijke klimaatzaken concreet opleveren? In het geval van het Urgenda-vonnis is het duidelijk: nog dit jaar heeft de staat extra maatregelen doorgevoerd om aan de uitspraak te voldoen. De overheid maakt daarvoor gebruik van het maatregelenpakket dat Urgenda voorlegde; 30 van de 54 maatregelen worden overgenomen en geïmplementeerd.

Als de Portugese jongeren hun zaak winnen, moeten de 33 aangeklaagde landen verplicht actie ondernemen tegen klimaatverandering

Zo worden onder meer kolencentrales gesloten en gaat er meer geld naar hernieuwbare energie. “Hiermee zou het doel gehaald moeten kunnen worden”, zegt Van Berkel. Toch zijn we er nog niet, vindt hij. “Steken we het geld om de economie na de coronacrisis te verbeteren in KLM of in de duurzame economie? De overheid heeft de macht en de middelen om de verandering door te voeren die noodzakelijk is.”

In de Portugese klimaatzaak doen de jongeren een beroep op de mensenrechten en de plicht van het Europees Hof om die na te streven. Dat is nog nooit eerder voorgekomen: een klimaatzaak op grond van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Als de jongeren deze zaak winnen, zullen alle 33 landen verplicht worden om actie te ondernemen tegen klimaatverandering.

Troep opruimen

Met de olieramp in Nigeria als hoofdreden is Shell in december voor de rechter verschenen. Volgens aanklager Milieudefensie is Shell de grootste vervuiler van Nederland; ze eist daarom dat Shell de olie opruimt en een schadevergoeding betaalt aan de vele getroffen boeren. Het lek heeft namelijk verwoestende effecten gehad op de voedselvoorziening, maar ook de huisvesting en het drinkwater van veel Nigerianen. Naast de schade aan het milieu wordt hier dus ook het mensenrecht geschonden.

De uitspraak in dit proces volgde op 29 januari. Milieudefensie heeft de zaak gewonnen, wat betekent dat Shell een schadevergoeding zal moeten betalen die de boeren compenseert voor de schade. De hoogte van deze schadevergoeding wordt later bekendgemaakt. Het hof eist ook dat Shell in een van de gebieden een olielekdetectiesysteem aanlegt, waardoor toekomstige lekkages eerder worden ontdekt. ‘Shell moet zelf zijn troep in Nigeria opruimen’, aldus Milieudefensie.

Het nieuwe normaal

Volgens Van Tergouw is het hoog tijd voor de overstap van het huidige systeem naar een groen systeem. “Mensen zijn bang dat de economie zal instorten door grote veranderingen op het gebied van klimaatmaatregelen. Maar het tegendeel is waar”, zegt ze. Het zou juist een enorme positieve impact hebben als alle subsidies die nu nog naar de fossiele industrie gaan (ruim 8 miljard euro per jaar), naar groene energie zouden stromen. Het zal overheden en ceo’s dwingen om beter te handelen. “Als er niet meer op grote schaal ontbost mag worden, dan moeten we wel op zoek gaan naar andere manieren om geld te verdienen.”

Weinig plastic gebruiken, minder lang douchen: daar gaan we het niet mee redden

We zullen moeten wennen aan dat ‘nieuwe normaal’, zegt Van Tergouw. En een nieuw systeem dwingt overheden om hun verantwoordelijkheid te nemen. “De focus ligt nu nog erg op de consument: weinig plastic gebruiken, minder lang douchen. Daar gaan we het niet mee redden, want de echte grote vervuiler is de industrie.”

Van Berkel is het daarmee eens; de coronacrisis laat zien dat er ontzettend veel maatregelen genomen kunnen worden als de urgentie maar groot genoeg is, ziet hij. “De overheid heeft de middelen. Het probleem is veel te groot om zomaar bij de burgers neer te leggen. Ze kunnen dit zelf nooit helemaal oplossen. Vanaf nu moeten we elk jaar zeggen: hoe kunnen we nog een stapje verder?”

De oorspronkelijke versie van dit artikel verscheen in oktober 2020.

‘De natuur vernietigen moet strafbaar worden’

Vandaag in de rechtbank: het klimaat vs de Staat

Nienke Taalman

Het bericht Moet de directeur van Shell straks de gevangenis in voor ‘ecocide’? verscheen eerst op OneWorld.

https://www.oneworld.nl/lezen/klimaat/klimaatonrecht/moet-de-directeur-van-shell-straks-de-gevangenis-in-voor-ecocide/