Wie schuld draagt, betaalt (Klimaatverandering blog)

De grootste fossiele bedrijven zijn honderden miljarden dollars aan herstelbetalingen verschuldigd voor de economische schade die klimaatverandering in de aankomende decennia aan zal richten. Dat stelt een recente studie in OneEarth. Het klinkt als veel geld, maar voor de fossiele bedrijven geldt dat de genoemde bedragen minder zijn dan hun recordhoge winsten gemaakt in 2022, het jaar van de energiecrisis. Wanneer zet ‘Big Oil’ de knop om?

Herstelbetalingen?

Rijke mensen in het mondiale Noorden zijn onevenredig veel meer verantwoordelijk voor de opwarmende aarde. En de gevolgen van de klimaatcrisis treffen vooral armere mensen en gemarginaliseerde groepen in het mondiale Zuiden. Klimaatverandering is een groot onrecht. Aan dit onrecht hangt een prijskaartje, en tijdens de jaarlijkse VN klimaattoppen wordt er de laatste jaren steeds vaker over geld voor klimaatschade gesproken. In november vorig jaar leidde dat tot de historische afspraak voor het opzetten van een klimaatschadefonds, ook wel het ‘Loss and Damage’ fonds genoemd. Fatsoenlijke schattingen voor geleden schade zijn echter schaars, en overheden zijn het veelal niet eens over wie voor de kosten zou moeten opdraaien. Nationaal eigenbelang weegt vaak toch zwaarder dan internationale solidariteit, zo blijkt maar weer.

Toch proberen wetenschappers om schattingen van kosten te koppelen aan de vraag wie dat zou moeten betalen. In de recente studie in OneEarth worden schattingen gemaakt van de hoogte van deze herstelbetalingen (in het Engels: ‘reparations’). De auteurs leggen de verantwoordelijkheid bij de grootste uitstotende fossiele bedrijven, en berekenen hoeveel smartengeld zij de samenleving in de toekomst verschuldigd zijn. De methodes en resultaten zijn interessant, en zullen we hier behandelen.

https://lh3.googleusercontent.com/PCuCXocqzxqJ2y3qbQTvPgLmVcWfTk5MHsyE4p7nDBk4ncb61FzuwTlqBoFG_41fsS6feR6cVkiEX8c0KSk36l_enMkTEjVi9I9oTLUBLg21fcm74lIJqbTcyhnQMPjk6u7apn_oszx-YlkNBlvexTo

Olietekorten bij BP in het VK. Foto door Red Dot via Unsplash

De vervuiler betaalt

Fossiele bedrijven zoals Shell en Exxon zijn direct, of indirect, verantwoordelijk voor de uitstoot van broeikasgassen. Ze dragen echter een extra verantwoordelijkheid doordat veel van deze bedrijven al decennialang wisten van de gevaarlijke gevolgen van hun producten, en desondanks hun vervuilende bedrijfsvoering hebben verdedigd en uitgebouwd. Van Shell en van Exxon staat vast dat zij al sinds de jaren ’70 en ’80 wisten van klimaatverandering en actief klimaatbeleid tegen hebben gewerkt door desinformatiecampagnes. Ook in Nederland is deze misinformatie over klimaatverandering het publieke debat in gesijpeld. 

Het weglopen van hun verantwoordelijkheid voor decarbonisatie en het lobbyen voor het voortbestaan van hun fossiele bedrijfsvoering zijn ze overigens nog niet verleerd. Zo is er ook nu nog sprake van innige banden van de fossiele industrie met de politiek (zo hielp Rutte Shell via allerlei geitenpaadjes aan miljoenen euro’s subsidies); de nieuwe CEO van Shell spreekt openlijk uit dat ze hun olie- en gasproductie niet willen afbouwen; en Big Oil’s mooie plannen voor net-zero blijken veelal gestoeld op dubieuze compensatieprojecten.

Fossiele bedrijven worden steeds vaker aansprakelijk gesteld voor hun schade, bijvoorbeeld via rechtszaken, maar nu is er ook een uitgebreide berekening gemaakt van de kosten die ze verschuldigd zijn aan de gemeenschappen die het meest geraakt worden door decennia uitstoot en leugens. De studie in OneEarth stelt dat de 21 grootste vervuilers, waaronder bedrijven als BP, Shell en ExxonMobil, verantwoordelijk zijn voor zeker 5,4 biljoen (!) dollar aan schade door extreme droogtes, bosbranden, zeespiegelstijging en veel meer dat aan klimaatverandering kan worden toegekend, over de periode 2025 tot 2050. 

Wie betaalt wat en waarom?

De data die de studie gebruikt zijn gegevens over de uitstoot van fossiele bedrijven, en een raming van de kosten van klimaatverandering. De historische uitstoot van fossiele bedrijven komt uit de Carbon Majors database. Dat levert uitstoot per bedrijf op. De auteurs houden vervolgens 1988 aan als startjaar van de emissies die ze meenemen in de berekening van verantwoordelijkheid. 1988 is het jaar dat het IPCC werd opgericht (en van de getuigenis van klimaatwetenschapper James Hansen voor de senaat van de VS). Vanaf dat moment worden claims van de industrie dat ze geen verantwoordelijkheid hadden voor klimaatverandering, of dat het allemaal niet zo erg was, onhoudbaar geacht.

https://lh6.googleusercontent.com/CrkSvszBDQO8wB34Wmn-CNwaAwoaRZZBDn_rArJzHpgoMtQ9DFmiaABFRcDepYsFOyKq1538s7M49ASzO3NWd6sJgnNyZZws4yBq9fgpads7wFgCG-vZN0jB6rF97iFHaFD6j0cn3DLmCo8uCAG7UYc

Het aandeel CO2 emissies en de hoeveelheid te betalen herstelbetalingen voor de top 21 uitstotende fossiele bedrijven. Data van de studie, figuur via The Guardian

De te betalen bedragen zijn berekend op basis van een consensusverklaring van economen over de kosten van klimaatverandering. Zij schatten de te verwachten mondiale economische kosten op zo’n 99 biljoen dollar tussen 2025 en 2050. De uitstoot van fossiele brandstoffen is verantwoordelijk voor zo’n 69,6 biljoen. De studie kiest ervoor om een derde van deze toekomstige kosten aan de fossiele industrie toe te kennen. Ze kennen de andere twee derdes toe aan overheden en consumenten. Het is een redelijk arbitraire keuze, en misschien zelfs wel een beetje conservatief. Uiteindelijk houdt het in dat de mondiale fossiele industrie verantwoordelijk wordt gehouden voor ten minste 23,2 biljoen dollar aan klimaatgerelateerde economische verliezen over 25 jaar. Of, bijna 900 miljard per jaar. 

De auteurs kiezen ervoor om een dimensie aan rechtvaardigheid mee te nemen in de toekenning van de kosten aan de top 21 vervuilers. Vervuilers gevestigd in lage inkomenslanden, zoals Coal India, worden vrijgesteld van herstelbetalingen. Bedrijven uit midden inkomens, zoals PetroChina, worden de halve kosten toegekend, en de top vervuilers uit rijke landen, waaronder Exxon en Shell, mogen het volledige bedrag uitkeren. Deze top 21 vervuilers worden gezamenlijk dus voor 5,4 biljoen dollar (van die 23,2 biljoen dollar in totaal) aansprakelijk gesteld, waarbij die vrijstellingen zijn verrekend. 

Gezien de rijkste 1% van de wereld voor meer dan 2 keer zo veel uitstoot verantwoordelijk is dan de armste 50%, is het meenemen van rechtvaardigheid in de berekeningen een goed voornemen, mijn inziens. Toch vind ik het wel een beetje arbitrair waar je dan de grens precies trekt. Je zou ook een soort glijdende schaal kunnen definiëren, waarbij de hoogte van de herstelbetalingen afhankelijk is van het BNP van een land. Of niet het land van vestiging, maar de landen van de aandeelhouders of bedrijfstop aanhouden. Daarnaast zou het ook rechtvaardiger zijn om al die uitstoot van voor 1988 wel mee te nemen, maarja, dan kun je weer stellen dat de Shells en BPs niet ‘wisten’ dat hun producten voor gevaarlijke klimaatverandering zouden zorgen… Uiteindelijk zijn dit ook allemaal ietwat arbitraire keuzes. Voor de auteurs was het vooral van belang om in hun methodes de bedrijven uit landen in ontwikkeling enigszins vrij te stellen.

https://lh6.googleusercontent.com/HZQZGQgrw4bgjyzeU7tKfu07dP5iD8rGT4DMLhtUydpy5y_HdGeEX61yDBl2fVdqalbKMaPdcUvXqH31p-_fAVQNZ1Ssb1DtZ36bCM46M29GJWXfcG2TDWvhctuwu2Ikn5KOkFqRDGMMxHA_1FXuUvI

Percentage van de mondiale emissies tussen 1988 – 2022 versus het BNP van het land waar het bedrijf gevestigd is. Data van de studie, figuur via The Guardian

We zien dat Saudi Aramco met kop en schouders bovenaan staat in termen van emissies. Aramco alleen is voor bijna 5% van de mondiale CO2 emissies vanaf 1988 tot nu verantwoordelijk. Op basis daarvan zou het meer dan 1 biljoen dollar aan herstelbetalingen verschuldigd zijn, over de periode 2025 – 2030. ExxonMobil en Shell staan op plek 5 en 6 van meeste uitstoot, maar op plek 3 en 4 in termen van de meeste herstelbetalingen, omdat de grote uitstoters Coal India en National Iranian Oil volgens de methodes van de studie worden vrijgesteld. 

Het geld is er 

Het klinkt als grote bedragen waar de studie mee aan komt zetten. Maar als we kijken wat een aantal van deze grote bedrijven in het afgelopen jaar aan winst hebben geboekt, dan is het absoluut niet onbetaalbaar. De oliereuzen BP en Shell hebben in 2022 respectievelijk zo’n 28 miljard en 40 miljard dollar winst gemaakt, voor beide een record. Samen zouden ze ongeveer 31 miljard dollar per jaar aan herstelbetalingen moeten uitkeren. ExxonMobil gaat daar flink overheen en heeft een recordwinst van 56 miljard dollar geboekt in 2022. Ze worden voor 18 miljard dollar per jaar aan klimaatsmartengeld verantwoordelijk gehouden. Saudi Aramco, het staatsbedrijf dat qua emissies én qua herstelbetalingen absoluut bovenaan staat met een geschatte 43 miljard dollar per jaar, heeft in 2022 een zodanig kolossale winst gemaakt dat het vier jaren aan herstelbetalingen in één jaar zou kunnen uitkeren. Hun recordwinst van zo’n 161 miljard dollar is bijna de helft van de begroting van Nederland in 2022

https://lh6.googleusercontent.com/zM9cKVWMsjrcouKQqYJG3rrz4x_13FTw2JA8qKhQ-Ir3VWurAZE_fUkLAr1v_zCdEGDli4N38UcXa_KPLDExspLzfriLMTpobLYCMRTQUY8BKFsq7eTz_cYOBXjLbq62lhquB6_e878js4pjxIaHgFQ

De recordhoge winsten van ExxonMobil, Shell, Chevron en BP samen zijn nog minder dan de torenhoge winst van Saudi Aramco in 2022. Via CarbonBrief.

Nu was 2022 een uitzonderlijk jaar voor ‘Big Oil’. Door de Russische invasie in Oekraïne schoten de energieprijzen de lucht in. Dat heeft in Nederland en vele landen om ons heen voor een ‘cost of living’ crisis gezorgd. Wij konden de gasrekening niet meer betalen, er werden fondsen opgetuigd om mensen met hun torenhoge energierekeningen te helpen, en ons werd aangeraden om wat korter te douchen en de verwarming lager te zetten. Ondertussen boekte Big Oil ongekende recordwinsten en werden er gretig bonussen uitgedeeld aan de top van de fossiele energieconcerns. Ik vind dat een grove schande.

Van plicht naar praktijk

Vanuit een moreel standpunt kun je begrijpen dat de grote vervuilers een reparatieverantwoordelijkheid hebben voor schade die is en zal worden aangedaan door emissies waar zij voor verantwoordelijk zijn. Dit onderzoek laat zien dat de top uitstoters een behoorlijke kluif aan herstelbetalingen zouden moeten betalen, maar dat dat met hun recente recordwinsten geen probleem hoeft te zijn. Ja, er is wat af te dingen op de methodes die de onderzoekers gebruiken, maar ook met andere keuzes in de methodologie is het duidelijk dat onbeperkt olie oppompen niet zonder gevolgen mag zijn. Het is echter de vraag of we nu en in de toekomst een redelijk niveau van rechtvaardigheid of moreel besef kunnen verwachten van Big Oil. In het afgelopen jaar hebben onder meer BP, ExxonMobil en Shell hun toezeggingen om olie- en gasproductie af te schalen, zelfs teruggedraaid… Met het soort onderzoek dat we in deze blog hebben behandeld, kan de fossiele industrie wel meer en meer op een onderbouwde manier ter verantwoording worden geroepen. Want maak mij maar wakker wanneer ze vanuit zichzelf een reparatiebesef gaan voelen. 

https://klimaatveranda.nl/2023/07/17/wie-schuld-draagt-betaalt/

De negatieve impact van klimaatverandering op infectieziektes (Klimaatverandering blog)

door: Arthur Oldeman

Een paar maanden geleden verscheen hier een blog over een verhoogd risico op virusellende door klimaatverandering. Hier ging het vooral over een studie in Nature die virusoverdracht tussen wilde diersoorten en van die diersoorten naar de mens voor diverse klimaatscenario’s onderzocht. De auteurs van de studie suggereerden dat de al ingezette klimaatverandering een dominante rol kan spelen in de virusoverdracht met alle gevolgen van dien voor de menselijke gezondheid. Nu is er recent (8 augustus) een nieuwe publicatie in Nature Climate Change verschenen waar een zeer vergelijkbare vraag wordt onderzocht, breder dan alleen virussen en met focus op de mens: Hoe beïnvloedt klimaatverandering ziektekiemen van infectieziektes?

De titel van de studie geleid door Camilo Mora geeft antwoord op deze vraag: “Over half of known human pathogenic diseases can be aggravated by climate change”. Toen ik dat eerst las, klonk dat schrikbarend én niet verrassend tegelijk. Ik kan me namelijk best voorstellen dat bepaalde risico’s versterkt door klimaatverandering, zoals overstromingen, de verspreiding van ziektes kunnen beïnvloeden. Maar meer dan de helft van de “known human pathogenic diseases”..? Hoe zit dat precies?

Het bestuderen van ziektekiemen in een veranderend klimaat

Allereerst is het goed om te weten wat “pathogenic diseases” precies zijn. Een pathogeen is een ziekteverwekker van biologische oorsprong, een “pathogenic disease” is in principe een infectieziekte. De auteurs proberen de vraag te beantwoorden hoe klimaatrisico’s (“climatic hazards”, oftewel risicofactoren die gevoelig zijn voor klimaatverandering) de ziektekiemen van menselijke infectieziektes beïnvloeden. Ze identificeren daarvoor tien verschillende klimaatrisico’s, zoals overstromingen, droogte en natuurbranden, waarvan bekend is dat klimaatverandering ze kan versterken (zie Figuur 1). Om hun onderzoeksvraag te beantwoorden, verzamelen ze alle te vinden voorbeelden in de literatuur waarin menselijke infectieziektes aan klimaatrisico’s worden gekoppeld.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2022/08/fig1.png?w=1024

Figuur 1. Klimaatrisico’s die worden beïnvloed door klimaatverandering door menselijke uitstoot. Bron.

In totaal hebben de onderzoekers in 830 bronnen 3.213 voorbeelden gevonden waarin één of meer van de 10 klimaatrisico’s werden gerelateerd aan een van de 286 unieke infectieziektes. Dat zijn dus best veel casussen. Van deze 286 infectieziektes kunnen er 277 worden verergerd door ten minste één klimaatrisico. Slechts 9 worden er uitsluitend verminderd. Zie ook figuur 2 voor een overzichtelijke Venn diagram.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2022/08/fig2.png?w=1024

Figuur 2. Onderscheiding van infectieziektes die ofwel worden verergerd of verminderd door klimaatrisico’s. Bron.

Naast dit literatuuronderzoek bekeken de onderzoekers een lijst van 375 infectieziektes waarvan is gedocumenteerd dat ze op een bepaalde manier een impact hebben op de mens. Hiervan worden er 218 verergerd door klimaatrisico’s. Dat brengt de auteurs op 58% (“more than half”). Ik vond deze getallen eerst een beetje verwarrend, maar het zit dus zo dat de auteurs in hun literatuuronderzoek een aantal infectieziektes identificeren die worden verergerd door klimaatrisico’s, maar welke niet voorkomen in een database van infectieziektes met menselijke impact (de GIDEON database).

In elke onderzochte casus wordt overigens niet alleen het klimaatrisico en de ziektekiem geïdentificeerd, maar ook het transmissietype. Dat kan zijn via water, lucht of direct contact, of via een organisme dat ziekteverwekkers overdraagt, waarbij het organisme zelf niet ziek wordt, maar wel micro-organismen kan verspreiden. De wetenschap noemt dergelijke diersoorten een vector. De auteur die de studie leidt heeft een bijzonder uitgebreide interactieve github pagina gecreëerd waarin je elk klimaatrisico, transmissietype en ziektekiem kunt selecteren, om de bestaande “pathways” te zien te krijgen. Zie er een screenshot van in Figuur 3. Een mooi voorbeeld van Open Science!

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2022/08/fig3.png?w=1024

Figuur 3. Screenshot van de interactieve github pagina met geselecteerd: alle routes waarlangs hittegolven bepaalde ziektekiemen negatief kunnen beïnvloeden. Link

Een aantal voorbeelden

In de rest van de studie focussen de auteurs vooral op deze infectieziektes die een hoger menselijk risico vormen door klimaatverandering, en ze geven daar een aantal voorbeelden van. Ze categoriseren de casussen afhankelijk van het antwoord op de vraag hoe klimaatverandering de ziektekiem meer ‘succesvol’ kan maken. Volgens de studie hangt dit af van twee zaken: 1. Komt de ziektekiem door klimaatverandering vaker in contact met de mens, en 2. Wordt menselijke weerstand verzwakt, óf de ziektekiem sterker door een klimaatrisico? Ik zal een aantal voorbeelden uit de studie uitlichten.

Een klimaatrisico brengt ziektekiemen dichter bij de mens. Een logisch voorbeeld zijn verschuivende gebieden waar soorten voorkomen door bijvoorbeeld verschuivende warmte en regenval patronen. Voorbeelden daarvan zijn Lyme, Zika of het Westnijlvirus die door verschuivende leefgebieden van muggen en andere insecten dichter bij de mens komen. Maar ook habitatverstoring door bijvoorbeeld droogte, hittegolven of extreme regenval kunnen een oorzaak zijn. Ebola wordt in de studie genoemd als een virus “spillover” door habitatverstoringen van wilde dieren. Een ander zeer bijzonder en noemenswaardig voorbeeld is het opduiken van bevroren ziektekiemen door het smelten van ijs en permafrost. De studie noemt een voorbeeld van een miltvuur uitbraak in de poolcirkel waarin de verantwoordelijke bacterie mogelijk uit een zeer oud ontdooid dierlijk lijk afkomstig was! Dat is dus waar mijn nachtmerries van gemaakt zijn.

Anderzijds zijn er ook voorbeelden waarbij een klimaatrisico de mens dichter bij ziektekiemen brengt. Er worden voorbeelden genoemd van cholera, salmonella en hepatitis uitbraken die worden gerelateerd aan menselijke verplaatsing door zware stormen en overstromingen. Een ander interessant, maar tegenstrijdig voorbeeld is de menselijke reactie op COVID-19. De auteurs benoemen een studie waarin zware regenval wordt gekoppeld aan minder COVID-19 uitbraken door sociale isolatie. Maar een andere studie laat eigenlijk precies de omgekeerde afhankelijkheid zien met data alleen uit Indonesië. Menselijk gedrag in bepaalde omstandigheden is dus niet per se universeel.

De andere kant op kunnen ziektekiemen ook versterkt worden door klimaatrisico’s. Momenteel is daar eigenlijk een duidelijk voorbeeld van in Nederland. Door de aanhoudende droogte is het waterpeil en de waterkwaliteit gedaald, waardoor er in veel zoetwaterlichamen risico op blauwalg is. Blauwalgen kunnen ziekteverwekkers zijn. Droogte en watertekort komen in Nederland door menselijke klimaatverandering alleen maar vaker voor, zoals hydroloog Niko Wanders hier uitlegt.

Als laatste mogelijkheid wordt verzwakking van mensen door klimaatrisico’s benoemd. Dat kan bijvoorbeeld door een veranderde lichaamstoestand (door bijvoorbeeld hitte), door hoge stress van blootstelling aan gevaarlijke situaties, of door schade aan infrastructuur en de gevolgen daarvan. Klimaatrisico’s als overstromingen en extreme regenval zijn bijvoorbeeld gerapporteerd als oorzaken van schade aan riolering en drinkwatersystemen bij uitbraken van cholera, hepatitis en het rotavirus. Dat is óók in Nederland een risico, zo laat dit onderzoek van het RIVM zien.

Als laatste benoemen de auteurs nog de categorie waarbij ziektes worden verzwakt door klimaatrisico’s. Daar zijn een stuk minder voorbeelden van, omdat er simpelweg veel minder casussen van zijn. De studie benoemt dat de meeste ziektekiemen die door één klimaatrisico worden verzwakt vaak door een ander risico, of zelfs hetzelfde, juist worden verergerd. Een benoemd voorbeeld is schistosomiasis, dat wordt overgebracht door zoetwaterslakken. De geschiktheid van hun leefgebied wordt in principe negatief beïnvloed door overstromingen. Maar aan de kant kunnen overstromingen ook leiden tot een wijdere verspreiding van de slak, waarmee het de blootstelling van de slak aan de mens kan vergroten.

Tot slot

Toen ik dit stuk voor het eerst las, viel mij de laatste zin uit de abstract op (vrij vertaald): “De menselijke infectieziektes en transmissieroutes die door klimaatrisico’s worden versterkt zijn te talrijk voor fatsoenlijke adaptatie, wat de urgentie benadrukt om het probleem aan de bron aan te pakken: het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen.” Als klimatoloog vind ik het soms lastig om dat soort sterke uitspraken te rechtvaardigen in een wetenschappelijke publicatie. Maar na het lezen van dit artikel, kan ik het alleen maar met de auteurs eens zijn. Ik probeer dit te illustreren met de interactieve pagina van klimaatrisico’s, transmissieroutes en ziektekiemen op github. Selecteer je de situaties met positieve impact, dan past alles op één scherm. Selecteer je situaties met een negatieve impact, dan is het flink scrollen en heeft mijn computer zelfs moeite met het renderen van alle mogelijke routes.

De negatieve impact van klimaatverandering op infectieziektes is een serieuze zaak. We moeten de klimaatcrisis in mijn ogen dan ook niet langer beschouwen als een puur natuurkundig probleem, maar als een gevaar voor de menselijke gezondheid.

https://klimaatveranda.nl/2022/08/22/negatieve-impact-van-klimaatverandering-op-infectieziektes/

Wat weten we over klimaatverandering (Klimaatverandering blog)

Wat weten we zoal over de huidige klimaatverandering, ondanks de complexiteit van het klimaatsysteem? De kortst mogelijke samenvatting komt hierop neer:

  • Het warmt op
  • Dat komt door de mens
  • Dat heeft verstrekkende gevolgen
  • Er zijn dingen die we kunnen doen om de risico’s te beperken

In het publieke debat lopen de meningen over klimaatverandering sterk uiteen, ook over feitelijke aspecten die wetenschappelijk gezien heel helder zijn. Voor een zinnige maatschappelijke discussie is het belangrijk om de wetenschappelijke inzichten goed in beeld te hebben. De basis van onze kennis is in de 19de eeuw gelegd door bekende en minder bekende natuurkundigen. Toen al werd voorspeld dat de uitstoot van CO2 tot opwarming van de aarde zou leiden, lang voordat dat door metingen zou worden bevestigd. Ook in het verre verleden blijkt CO2 vaak een sleutelrol te hebben vervuld in de forse klimaatveranderingen die de aarde heeft doorgemaakt. De huidige opwarming gaat naar verhouding pijlsnel en wordt hoofdzakelijk door menselijke activiteit veroorzaakt.

Dit is een korte samenvatting van wat in meer detail wordt besproken in het boek Wat iedereen zou moeten weten over klimaatverandering (verschenen bij Prometheus) en in het hoorcollege Kennis van klimaat (verschenen bij Home Academy).

Inhoudsopgave

  1. Het broeikaseffect
  2. De rol van CO2 in het klimaat
  3. Het klimaat verandert in hoog tempo
  4. Oorzaken van klimaatverandering
  5. Toekomstprojecties
  6. Gevolgen van klimaatverandering
  7. Er zijn dingen die we kunnen doen

En een uitgebreide opsomming van aanbevolen literatuur en websites.

Deze blogpost is ook te lezen op de statische pagina wat weten we en te downloaden als brochure (15 pagina’s) of (een verkorte versie) als factsheet factsheet. 

1 Het broeikaseffect

Al sinds de 19e eeuw weten we dat sommige gassen, zoals kooldioxide, methaan en waterdamp, warmtestraling absorberen. Als een soort ‘deken’ beperken broeikasgassen daardoor het warmteverlies van een planeet. Zonder broeikaseffect zou het aardoppervlak gemiddeld zo’n 33°C kouder zijn. Door meer broeikasgassen in de atmosfeer te brengen maken we die figuurlijke deken dikker, waardoor de aarde meer warmte vasthoudt. CO2 speelt hierbij de belangrijkste rol; de hoeveelheid waterdamp – eveneens een zeer sterk broeikasgas – fungeert als een versterkende factor, aangezien warme lucht meer waterdamp kan bevatten. Al in 1896 berekende Svante Arrhenius dat de uitstoot van CO2 als gevolg van de toenemende industrialisatie tot opwarming zou leiden. Die voorspelling bleek vele decennia later inderdaad uit te komen.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/tekening-1-temperatuur-van-de-aarde.png?w=1024

De drie factoren die de gemiddelde oppervlaktetemperatuur van een planeet bepalen: de inkomende zonnestraling; het aandeel daarvan dat gereflecteerd wordt; de warmtestraling van de planeet zelf. Broeikasgassen beïnvloeden hoeveel van de warmtestraling daadwerkelijk de planeet verlaat. Illustratie door Marije Mooren.

2 De rol van CO2 in het klimaat

De CO2-concentratie stijgt ongekend snel en is nu aanzienlijk hoger dan in de afgelopen paar miljoen jaar is voorgekomen. De koolstofatomen in de CO2 wijzen uit dat deze toename voornamelijk is veroorzaakt door het verbranden van fossiele brandstoffen zoals olie, gas en steenkool. Daarnaast komt het vrij bij ontbossing. De CO2 die we uitstoten wordt voor ongeveer de helft opgenomen door oceanen (die daardoor verzuren) en door extra plantengroei. De andere helft blijft voor lange tijd, een deel zelfs vele duizenden jaren, in de atmosfeer. Ook in het verre verleden hebben veranderingen in het CO2-gehalte van de atmosfeer grote invloed gehad op het klimaat.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/historie-co2-concentratie-in-de-atmosfeer-2019.png?w=500

De CO2-concentratie over de afgelopen 800.000 jaar op basis van luchtbelletjes in ijsboorkernen en recent op basis van directe observaties in de atmosfeer. Grafiek door Jos Hagelaars op basis van publiekelijk beschikbare data.

3 Het klimaat verandert in hoog tempo

Het aardoppervlak is nu ruim 1°C warmer dan in de tweede helft van de 19e eeuw, toen met systematische metingen is begonnen. Dat lijkt weinig, maar bedenk dat tijdens de laatste ijstijd het aardoppervlak ‘slechts’ een graad of vijf kouder was dan nu. Vanwege natuurlijke variatie gaat de opwarming niet monotoon, maar met ups en downs. Als gevolg van de opwarming krimpen gletsjers, neemt de hoeveelheid zee-ijs in het Noordpoolgebied af, smelt er steeds meer ijs van de grote ijskappen, stijgt de zeespiegel en treden er allerlei veranderingen op in ecosystemen.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/mondiale-temperatuur-2019.png?w=500

De geobserveerde opwarming van de aarde van 1850 tot 2019. De dikke, zwarte lijn is een lopend gemiddelde van de jaarlijkse waarden (dunne, gekleurde lijnen) van verschillende onderzoeksgroepen. Grafiek door Jos Hagelaars op basis van publiekelijk beschikbare data.

4 Oorzaken van klimaatverandering

Klimaatmodellen, waarin de kennis van het klimaatsysteem in wiskundige formules is gevat, kunnen het geobserveerde temperatuurverloop goed simuleren – maar alleen als zowel natuurlijke als menselijke factoren worden meegenomen. De klimaatmodellen bevestigen wat te verwachten is op basis van welbegrepen natuurkundige theorie. Ook zijn veel klimaatveranderingen uit het verre verleden alleen te verklaren door een aanzienlijke invloed van CO2. Daarnaast wordt de menselijke oorzaak van de huidige opwarming bevestigd door specifieke ‘vingerafdrukken’ van het versterkte broeikaseffect. Zo blijkt uit metingen vanaf satellieten en vanaf de grond dat de aarde inderdaad meer warmtestraling vasthoudt, precies in die golflengten waar CO2 en andere broeikasgassen de straling absorberen.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/vergelijking-observaties-klimaatmodellen-2019.png?w=500

De verandering in de mondiaal gemiddelde temperatuur sinds 1880 op basis van waarnemingen (dunne, zwarte lijn) en modellen (dikke, blauwe lijn is het modelgemiddelde; lichtblauwe gebied is de modelspreiding). Grafiek door Jos Hagelaars op basis van Lewandowsky et al.

Natuurlijk zijn er naast broeikasgassen ook andere factoren die het klimaat beïnvloeden. Zo zorgen vulkaanuitbarstingen voor een tijdelijke afkoeling doordat de uitgestoten zwaveldeeltjes zonlicht weerkaatsen. Ook bij veel menselijke activiteiten komen dergelijke aerosolen vrij, waardoor het opwarmende effect van broeikasgassen enigszins wordt getemperd. De zonneactiviteit varieert over een elfjarige cyclus, maar is sinds de jaren ’50 van de vorige eeuw juist iets gedaald. Andere natuurlijke processen opereren veel te langzaam om de naar geologische maatstaven pijlsnelle opwarming te kunnen verklaren.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/opwarming-mens-natuur-carbonbrief-kleur.png?w=500

De invloed van de zon, vulkanen, broeikasgassen, en aerosolen op de temperatuurverandering van 1850 tot 2017, op basis van een statistische methode die de beste match bepaalt tussen die verschillende factoren en de observaties (zwarte cirkels). Grafiek door Jos Hagelaars op basis van Zeke Hausfather op CarbonBrief.

5 Toekomstprojecties

De opwarming die we in de toekomst kunnen verwachten hangt sterk af van de hoeveelheid broeikasgassen die wij met z’n allen nog gaan uitstoten. Daarom kunnen er alleen conditionele voorspellingen (als …, dan …) worden gedaan, gebaseerd op mogelijke emissiescenario’s. Als de emissies heel snel worden teruggeschroefd (zoals in het RCP2.6 scenario, blauw in de grafiek) kan de opwarming beperkt blijven tot onder twee graden ten opzichte van het pre-industriële niveau. Zonder enige vorm van klimaatbeleid (zoals in het RCP8.5 scenario, rood in de grafiek) zal de aarde aan het eind van deze eeuw zo’n drieënhalf tot zes graden zijn opgewarmd. Er is dus nog een behoorlijke onzekerheidsmarge voor de mate van opwarming. Dat komt omdat we niet precies weten hoe gevoelig het klimaat is voor veranderingen in bijvoorbeeld de CO2-concentratie. Niettemin is het duidelijk dat een heel forse emissiereductie nodig is om de opwarming tot maximaal twee graden te beperken.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/srocc-spm1-figuur-1a-oppervlakte-temperatuur-kleur.png?w=500

Toekomstprojecties van de opwarming na 2005 op basis van twee verschillende emissiescenario’s: RCP2.6 met ambitieus klimaatbeleid en RCP8.5 zonder klimaatbeleid. De grafiek begint in 1950, toen de aarde al een paar tienden van een graad warmer was dan eind 19de eeuw. Grafiek door Jos Hagelaars op basis van figuur 1a uit IPCC SROCC 2019.

6 Gevolgen van klimaatverandering

Elk aspect van het leven wordt direct of indirect door klimaatverandering beïnvloed. Door de hogere temperaturen neemt de verdamping toe, wat tot droogte kan leiden en daardoor bijvoorbeeld tot een grotere kans op bosbranden. Extreme neerslag neemt echter eveneens toe, met wateroverlast tot gevolg. Door het uitzetten van het warmere water en het smelten van ijs stijgt de zeespiegel. De natuur kan in veel gevallen de snelle veranderingen van het klimaat niet bijbenen. De meeste koraalriffen, ook wel bekend als de kraamkamer van de oceanen, zullen het einde van deze eeuw waarschijnlijk niet halen. De voedselproductie kan door klimaatverandering onder druk komen te staan, al is dat sterk afhankelijk van de regio. Door bijvoorbeeld ondervoeding, wateroverlast en een groter verspreidingsgebied van bepaalde infectieziekten beïnvloedt klimaatverandering ook de volksgezondheid. In sommige gebieden kan de hitte zelf levensbedreigend worden.

Veel bestaande problemen worden door klimaatverandering verergerd, bijvoorbeeld honger, armoede, gezondheid, natuurrampen, maatschappelijke ontwrichting, en dergelijke. De gevolgen hangen natuurlijk sterk af van de mate van opwarming. En die hebben we – gelukkig – grotendeels zelf in de hand.

7 Er zijn dingen die we kunnen doen

We zullen ons hoe dan ook moeten aanpassen aan een veranderend klimaat. Om de opwarming te beperken zullen we daarnaast de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen fors moeten reduceren. Aangezien we nu nog voornamelijk van fossiele brandstoffen afhankelijk zijn is een energietransitie daarvoor van wezenlijk belang. Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor energie-efficiëntie, maar desondanks is de verwachting dat de mondiale vraag naar energie vooralsnog fors zal toenemen. Als onderdeel van de transitie zullen we een groter deel van de energievraag gaan afdekken met elektriciteit, en voor specifieke toepassingen wellicht met waterstof of biomassa. Windenergie en zonne-energie zijn bekende duurzame energiebronnen met een zeer lage CO2-uitstoot per kWh aan opgewekte elektriciteit. De snelle kostendaling hiervan heeft zelfs experts verrast.

De uitdaging is van een dusdanige omvang dat we ook minder populaire opties, zoals biomassa, CO2-opslag en kernenergie, zullen moeten overwegen, natuurlijk met open oog voor de voor- en nadelen die aan elke energiebron kleven. Hoe meer opties we uitsluiten van het palet aan oplossingen, hoe moeilijker het wordt om de CO2-uitstoot daadwerkelijk naar nul te brengen. Naast de energietransitie zullen we ook kritisch moeten kijken naar het landgebruik, en bijvoorbeeld ontbossing zoveel mogelijk tegengaan.

Technisch en economisch is er veel mogelijk, maar de politieke en maatschappelijke werkelijkheid blijkt weerbarstig: wereldwijd is de uitstoot nog nauwelijks gereduceerd (afgezien van de tijdelijke daling door de coronacrisis). Het tempo waarin we de omslag naar een CO2-neutrale economie maken beïnvloedt de mate van opwarming waarmee de mensheid voor vele duizenden jaren te maken zal hebben.

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2020/12/wind-at-sea.jpg?w=500

Windturbines op zee. Illustratie CC Andreas Klinke Johannsen

Nawoord

Laten we, juist in tijden van crisis, het hoofd helder houden en vertrouwen op de wetenschap als methode bij uitstek om de werkelijkheid om ons heen te begrijpen. Vervolgens kunnen we, mede op basis van die wetenschappelijke informatie, bepalen hoe we met de crisis om willen gaan. In de politieke besluitvorming daarover kunnen we het natuurlijk hartgrondig met elkaar oneens zijn. Maar een gedeelde visie op de werkelijkheid, zoals de wetenschap die met enig voorbehoud en voortschrijdend inzicht verschaft, is daarbij onontbeerlijk. Complottheorieën en wetenschapsontkenning kunnen we missen als kiespijn.

Dit schreef ik in het kader van de coronacrisis, maar het is evenzeer van toepassing op klimaatverandering.

Aanbevolen literatuur

Overview rapporten van overkoepelende organisaties zoals het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) of Nationale Wetenschapsacademies geven een heel doorwrocht overzicht van de stand van de wetenschap.

Websites van overheidsinstanties geven doorgaans een goed en neutraal overzicht van de beschikbare kennis. Relevante Nederlandse instituutswebsites zijn bijvoorbeeld:

  • Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut, KNMI: uitleg over veranderingen in het klimaatsysteem. Wekelijks klimaatbericht.
  • Planbureau voor de Leefomgeving, PBL: uitleg over beleidsmaatregelen op het gebied van klimaat, leefomgeving en energie.
  • Compendium voor de Leefomgeving, CLO: feiten en cijfers over klimaatverandering en het energiesysteem.

Op internet is ontzettend veel informatie te vinden over klimaatverandering, maar met veel variatie in de betrouwbaarheid. Enkele websites die zich baseren op de wetenschappelijke inzichten zijn de volgende:

  • Klimaatverandering: context, reflectie & discussie. Dit is het blog dat ik samen met drie anderen onderhoud. Een lijst met blogposts, gerangschikt naar onderwerp, is hier te vinden.
  • Skeptical Science: getting skeptical about global warming skepticism. Met name de lijst met veelgehoorde misvattingen – en de wetenschappelijke context ervan – is heel handig.
  • Real Climate: climate science from climate scientists. Diepgravende artikelen over klimaatwetenschap.
  • Carbon Brief: clear on climate. Goed leesbare artikelen over alle aspecten van klimaatverandering.
  • Climate Feedback: a scientific reference to reliable information on climate change. Kritische beschouwing van Engelstalige media artikelen.
  • Milieucentraal: praktisch over duurzaam. Een schat aan informatie over de milieueffecten van zo ongeveer alles.
  • Klimaathelpdesk: Antwoorden van wetenschappers op al je vragen over klimaatverandering.

Nederlandstalige boeken:

Engelstalige tekstboeken:

 

https://klimaatveranda.nl/2020/12/15/wat-weten-we-over-klimaatverandering/

Californië wordt heter en droger – en dan is één vonk genoeg (Klimaatverandering blog)

Gastblog van Rolf Schuttenhelm

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2019/11/californische-bosbrand-2013.jpg?w=500&h=281

Foto van een bosbrand bij Yosemite National Park in 2013. De grootste brand van dat jaar is de tot nog toe zesde meest omvangrijke bosbrand in Californië – overtroffen door onder andere branden in 2018 en 2019 – en begon uit een kampvuurtje van een jager. De grootste bosbrand van 2018 valt te herleiden tot een vonk van een hamer op een ijzeren paal. En dit jaar worden de elektriciteitskabels genoemd. Maar valt daarmee te verklaren dat het aantal bosbranden nu gemiddeld acht keer zo groot is als in de jaren 70? Een vonk richt weinig uit als die op een vochtige bosbodem valt (het werkelijke ‘geheim van de Finnen’). Bron afbeelding: US Department of Agriculture.

De Amerikaanse staat Californië wordt momenteel weer geteisterd door uitzonderlijke felle bosbranden. Maar waren Californische bosbranden vorig jaar niet ook groot nieuws? En de jaren ervoor? Is er sprake een toename, en zo ja, wat is de oorzaak?

Ja, inderdaad zijn er nu twee jaren op rij waarin grote delen van de Californische bossen in rook opgaan – en ook over een wat grotere tijdschaal nemen de bosbranden in Californië toe. Het jaarlijks verbrande gebied is nu vijf keer zo groot als in de jaren 70, met tussen 1972 en 2018 een achtvoudige toename in zomerse bosbranden. De huidige bosbranden niet meegerekend, hebben 12 van de 15 grootste Californische branden plaatsgevonden sinds het jaar 2000.

In de zoektocht naar de oorzaken van de natuurbranden komt al gauw een afkorting naar boven: PG&E. Dat staat voor Pacific Gas & Energy, een energiebedrijf dat verantwoordelijk is voor een deel van de elektriciteitskabels die door de Californische bossen lopen, waar vaak de term ‘utilities’ voor wordt gebruikt. Omdat PG&E deze infrastructuur slecht zou onderhouden, kunnen boomtakken de bedradingen raken, waardoor vonken overspringen en branden ontstaan.

Trump: de Finnen harken hun bossen, en hebben geen last van branden

Daarbij kun je je afvragen wat dan specifiek het probleem is: de elektriciteitskabel, de boom – of misschien een onderliggende factor. En zo komt ook de politieke verdeeldheid in de VS naar boven. Vorig jaar gooide president Trump de knuppel in het hoenderhok, toen hij een verbrand dorp bezocht en zei dat de toename van de branden niet door klimaatverandering komt, maar door ‘slecht bosbeheer’.

Volgens Trump gaat het om de bosbodems, die je moet opruimen. Hij verwijst daarbij naar een gesprek met de president van Finland, waar ze veel tijd zouden besteden aan het harken van de bosbodems – en niet zo veel branden hebben.

Trump heeft ook bij de huidige branden herhaald dat het probleem de bosbodems zijn, die moeten worden schoongemaakt. Zo lang dit niet gebeurt hoeft de (Democratische) gourverneur van de staat niet te rekenen op financiële ondersteuning in de bestrijding van de branden (ook al is het merendeel van de Californische bossen officieel in beheer van de federale overheid). In conservatieve media gaat het vaak nog een stap verder – daar wordt onder andere gesteld dat de bosbranden de schuld zijn van milieubeschermers, die houthakkers hebben verdreven.

In deze media is verhoudingsgewijs weinig aandacht voor berichten van bijvoorbeeld de bossendienst van het Amerikaanse landbouwministerie en de National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA), die samen met veel andere wetenschappers óók kijken naar de onderliggende oorzaken van de toename in bosbranden.

Klimaatverandering is een van de oorzaken van de bosbranden

Terwijl uit dat onderzoek op zich een genuanceerd beeld naar boven komt, dat de New York Times samenvat in een artikel met de veelzeggende titel “Are wildfires caused by utilities or climate change? Yes” – beide oorzaken voor de bosbranden bestaan naast elkaar. Het slechte onderhoud van elektriciteitskabels is een factor, net als klimaatverandering: de Californische bossen worden niet alleen warmer, maar ook droger. En dan heeft een vonk van een elektriciteitskabel of een hamer op een ijzeren paal een aanzienlijk groter effect.

Hoe groot is dan die rol van klimaatverandering? Volgens de US National Climate Assessment van 2018 verklaart klimaatverandering ongeveer de helft van de toename van bosbranden in het westen van de VS, zoals onderstaande grafiek illustreert:

https://klimaatverandering.files.wordpress.com/2019/11/nca2018_figure25_4.png?w=500&h=255

Cumulatief verbrand bosoppervlak in het westen van de VS in de periode 1984 -2015 en de invloed daarop van klimaatverandering. Bron: U.S. Global Change Research Program, Fourth National Climate Assessment.

En afgelopen zomer verscheen een studie onder leiding van het Lamont-Doherty aardobservatorium van de Columbia Universiteit die het mechanisme toelicht. Ze beschrijven dat het warme seizoen in Californië sinds het begin van de jaren 70 gemiddeld 1,4 graden warmer is geworden – een opwarming die het gevolg is van de mondiale klimaatverandering.

Dit heeft volgens de onderzoekers geleid tot een significante stijging van het ‘dampdruktekort’ – warmere lucht kan meer vocht opnemen, waardoor de bladeren van planten meer water verliezen via verdamping en dus ook meer vocht moeten opnemen via hun wortels.

Als gevolg is het hele bossysteem, inclusief de bodems, tegenwoordig structureel droger. En dan is soms een enkele vonk genoeg. Het Californische bosbrandprobleem is daarmee ook bepaald niet voorbij. Volgens deze onderzoekers bestaat in de Californische zomer een exponentieel verband tussen het bosbrandoppervlak en het dampdruktekort. Dat belooft weinig verbetering naarmate de temperatuurstijging doorzet en het vochttekort toeneemt.

Updated animation showing the shift towards hotter & drier conditions in California, and the tendency for the worst wildfires to occur in the hottest and driest years.

2019 has been wetter and less warm than most recent years. #CaliforniaFires pic.twitter.com/oIbqcQ7Xmu

— Robert Rohde (@RARohde) November 7, 2019

En wereldwijd? Daar wordt het nog iets complexer, omdat er altijd veel meer factoren meespelen. Zo nemen Afrikaanse savannebranden af door… de afname van savanne-oppervlak (door de toename van landbouwgronden). Branden op de taiga hebben een relatief sterke relatie met de mondiale opwarming, en zijn er mede verantwoordelijk voor dat 2019 op weg is het grootste brandjaar te worden sinds 1998 (toen een krachtige El Niño onder andere aanleiding gaf tot grootschalige bosbranden op Borneo en Sumatra) – zo meldde het KNMI vorige maand in een speciaal bericht over de complexe bosbrandtrend.

Australië: na een extra heet jaar blijft de regen op afstand

En daar komen nu de felle branden in het oosten van Australië nog bovenop. Ook die hebben vaak een relatie met El Niño, maar daar is nu officieel geen sprake van. Maar als je kijkt naar de actuele zeewatertemperatuurafwijkingen valt wel een lokaal patroon op dat er een beetje op lijkt: het water in de Koraalzee is iets frisser dan normaal.

Dat bevordert de opbouw van hoge luchtdruk, waardoor de moessonregens, die normaal gesproken medio november bij de Australische noordkust arriveren, voorlopig boven Nieuw-Guinea blijven hangen. Zo wordt het droge seizoen langer, terwijl het door recente hitterecords ook intenser is. Die eerste factor is natuurlijk, de tweede niet. Zo hebben bosbranden wel vaker een mengeling van oorzaken, waaronder een tamelijk grote elephant in the room. Nee, niet die hark. Hitte.

https://klimaatverandering.wordpress.com/2019/11/10/californie-wordt-heter-en-droger-en-dan-is-een-vonk-genoeg/